Als de aarde beeft... DE LAMP TARZAN EN 01 VERBODEN STAP Een pop en een versje voor Prinses Beatrix hop SUN LICHT ZEEP Radioprogramma in de Woestijn DOOR edgar rice burroughs Toen de koning binnentrad, keek Magra hem met een ijskoude blik aan. „Ga weg!" beval zij. Herat lachte haar uit. „Het is niet verstandig van een gevangene om bevelen te geven aan den koning. Ik ben het, die hier te bevelen heeft!" Op dat ogenblik werd de deur opnieuw geopend en koningin Mentheb stond in de deuropening. „Ga weg hier uit de kamer! schreeuwde zij tot den koning. „Je hebt mij het lot van dit meisje in handen gegeven, ik zal dus haar vonnis vellen. Morgen zal zij ster ven. Heb je het gehoord?" De koning pruttel de wat tegen, doch verliet de kamer. In het land van Thobos is de koningin de koning. Magra werd alleen gelaten om over haar toe komstig lot na te denken. Als zij toch op de een of andere manier moest sterven, wilde zij een poging wagen om te ontvluchten. Ze zou Tarzan van de Apen volgen. De koning van de jungle had haar wel is waar steeds genegeerd, doch dat was haar eigen schuld geweest, en het enige wat zij wenste was, bij hem te zijn, opdat hij haar zou Kunnen beschermen. Die nacht pleitte Magra tegen Thetan. ,,Ik zal U helpen", verzekerde hij haar, „omdat U met Tarzan bevriend bent en omdat Tarzan mij het leven heeft gered. Volg het pad aan de wést- zyde van het meer. Dat loopt naar Athair en mogelyk naar de dood door de handen van de wilde Athairianen!" Oorzaken en gevolgen. Kan men vooruit maatregelen nemen? Merkwaardig is het, dat landen, di» rijk aan natuurschoon zijn, vaak ioo vreeselijk door natuurrampen bezocht worden. Chili, gelegen aan den Grooten Oceaan, kan daar zeker vin meespreken. Het land, dat in lijn volle lengte langs de kust ligt, wordt geheel ingenomen door de Cordillera's de Los Andes, waarvan de met sneeuw bedekte toppen, door de buitengewoon groote doorzichtg- heid der lucht van uit zee gezien, boven de zee schijnen te hangen. Door de groote vochtigheid, is het land utr vruchtbaar en een weelderige planten deel bedekt een groot deel van bet schilder- achtige pebergte. Toch is juist dit gebergte, de oorzaak, dat er zooveel aardbevingen in Chili voorkomen. Men heeft daar de aard bevingen dan ook in twee soorten verdeeld: deo ngevaarlijke, die dikwijls voorkomen, de Jemplores" en de hevige, de „Tprremo- fos', Een sombere lijst. Een van de hevigste aardbevingen was die, waarbij in het jaar 1751 de stad Concep cion in zee begraven werd, terwijl alle plaatsen van 34 40ste graad Z B. verwoest werden. Het jaar 1822 bracht de verwoesting van de stad Valparaiso, terwijl in 1835 op nieuw het herbouwde Concepcion getroffen werd. Den 17den Augustus 1906 vond weder om een hevige aardbeving plaats, waarbij oen jgoot deel van Valparaiso wederom ge- trollen werd. terwijl ook Santiago ernstig ven de aardschokken te lijden had. En thans li ten derde male Concepcion op een vree slijke wiize getroffen, war.t volgens de laat- fe berichten zijn er niet minder dan 3000 dwden te betreuren, terwijl ook elders, hoofd tiblijk in Chillan honderden dooden ge vonden zijn. De eene aardschok botst op de andere. Men zal zich dan ook afvragen: hoe wordt Wnaardbeving eigenlijk veroorzaakt? in de «rste plaats kent men de tectonische aard kinnen, die ontstaan door verschuivingen vm de aardkorst, doordat de eene aard- Klak op de andere botst, en die zeer veel voorkomen in zoogenanmc.e breukgebieden, Wwrbeeld in Japan, langs de Tyrrheen- scheZee. bij San Francisco pn ook langs de van Zuid-Amerika langs den Grooten Dftun. Deze soort aardbevingen hebben al- tild de vreesel ijkste gevolgen en dat komt ook wel uit. wanneer we even denken aan de groote rampen,, waardoor Japan zoo her haalde malen getroffen wordt en aan de geweld'ge verwoesting van San Francisco. Vulkanische aardbevingen. Ook de vulkanische aardbevingen kunnen geweldige rampen tot gevolg hebben. Deze aardbevingen zijn een begeleidend verschijn sel van vukanische uitbarsingen en daarbij denken we in de eerste plaats aan dp groo te catastrophe van Messina op 20 December 1908. waarbij 70000 personen om het leven kwamen en 95 000 zwaar gewond werden. Gedurende den loop der eeuwen werd ook dit eiland Ischia in de Golf van Napels dik wijls door aardbevingen getroffen. In Nedcr- landsch-Indië hehooren de vulkanische aard bevingen ook niet tot de zeldzaamheden. Wij denken hierbij in de eerste plaats aan do uitbarsting van de Krakatau, terwijl men de beide reuzen van vulkanen, de Kloet op Ja va en de Soepoetan op Celebes niet verge ten mag. De menschen laten zich niet af schrikken Toch is het merkwaardig, dt de menschen zich door de vuleanische uitbarstingen niet laten afschrikken om weer naar de platas des onheils terug te keeren, ton einde de puinhoopen weg te ruimer en hun huizen weer op te bouwen. De landen, waar aard bevingen voorkomen zijn bekend, doch des niettemin niet ontvolkt. Wanneer men dan ook do balans opmaakt van de aardbevings rampen van de laatste eeuwen dan krijgt men een verliezenliist. die de vergelijking met menigen bloedigen oorlog doorstaan kan. Eeniee voorheelden toonen dit duidelijk aan. In 1693 werden on Sicilië dorpen en ste den door een aardbeving verwoest 60.000 menschen kwamen om hot leven. F.on gelijk aantal slachtoffers viel bii een aardbeving in Zuid-Itnlië in de maand Februari 1783. Den 8sten Mei 1902 werd de geheele wereld met ontzetting vervuld door opn uitbarsting van de Mont Pellee op het eiland Martini, waarbii 30 000 rrtenschenlfivenr te betreuren waren. De aardbeving vn 17 April 1906. waar bij een groot gedeelte van de stad San Fran cisco verwoest werd. was niet minder vree selijk. Een van de grootste aardbevingen van vroeger tijden was de catastrophe van den lsten November 1755, waarbij Lissabon geheel verwoest werd. Doordat als gevolg van de aardbeving een geweldige spring vloed ontstond, steeg het aantal slachtoffers tot 30.000 dooden. In de kuststreken van den Stiller Oceaan hebben de aardbevingen door alle tijden heen verwoestingen aangericht. Een aardbe ving in Peru in 1868 kostte aan 25.000 men schen het leven. Ook aan de andere zijde van den Stillen Oceaan liet de natuur zich niet onbetuigd Een aardbeving in de Chi- neesche provincie Kansoe op 16 December 1920 maaide 200.000 menschenleven« weg. Den 30sten December 1730 kwamen te Yeddo 137.000 menschen om het leven; de groote aardbeving van 28 October 1891 ver woestte verschillende provincies. Een verkeerde wijze van bouwen. En dan vragen we ons onwillekeurig af, o het dan niet mogelijk is, voorbereidende maatregelen tegen* aardbevingen te nemen, Inderdaad hebben de deskundigen zich met dit vraagstuk wel beziggehouden, en zoo zijn ze tot de ontdekking gekomen, dat de meeste schade ontstaat, door een verkeerde wijze van bouwen, terwijl de schade zelf niet zoozeer door de loodrechte, dan wel door horizontale schokken en trillingen veroor zaakt wordt. En tegen deze horizontale stooten. die een schuddende beweging van meer of minder groote kracht veroorzaken, ziin de huizen, die op gewone wijze gebouwd zijn. niet bestand Bii den bouw der huizen moet daar wel degelijk opgelet worden. Voor bruggen, geldt al precies hetzelfde. In Tokio bijvoorbeeld, dat in een streek ligt die bijzonder rijk aan aardtrillingen is, moeten de huizen zoo gemaakt worden dat ze bestand zijn tegen ziiwaartsche stooten van 3.27 meter per seconde. Het moge misschien merkwaardig klin ken. maar houten huizen met een goede constructie en met een sterk drie-hoekver- band. hebben getoond zeer bestand te zijn tegen aardbevingen Eigenlijk is dit ook wel eenigszins te bpgriipen wanneer men na gaat, dat hout buigbaar is. Bijna nog be langrijker, dan de zorgvuldige bouwwijze is de keuze van het bouwterrein en de doel matige vorming van bet bouwterrein bij het aanleggen van steden pn vooral van grond werken waterkrachtwerken en niet in de laatste plaats de verlegging van water- en gasleidingbuizen. Over het algemeen treft men deze voor zorgsmaatregelen echter niet. terwijl ook de aardbevingen meestal zoo onverwacht ko men, dat men aan al die maatregelen niet veel heeft. In ieder geval heeft dp laatste ramp in Chili weer eens duidelijk bewezen, hoe machteloos men tegenover een dergelij ke natuurramp staat Soester schoolkinderen ten Paleize. Ter gelegenheid van den eersten ver jaardag van Prinses Beatrix hebben gister middag te ruim twaalf uur vier kinderen, twee jongens en twee meisjes, als ge schenk van de geheele schooljeugd van Soest een pop in Soester boerencostuum aangeboden. Verleden zomer is reeds de Prinses ter gelegenheid van den eersten landbouwdag een pop in Soester boerencostuum aangebo den. H.K.H. Prinses Juliana heeft de school kinderen zelve ontvangen. Bij het geschenk was een gedichtje ge voegd, opgesteld door Benny Vreden, te Soest. Een bouquet van rose anjers en gele fresia's, gebonden met wit groene linten, werd Prinses Juliana aangeboden. Alle schoolkinderen van Soest en Soes- terberg hadden een paar centen voor dit aardige cadeautje geofferd. Het gedichtje luidt als volgt: Jarig, klein Prinsesje, Trots van Nederland, Op Uw eersten jaardag, Kom 'k als afgezant, 'k Ben een Soester hoertje, 'k Woon hier in de huurt, En de Soester kind'ren, Hebben mij gestuurd. Alle Soester kind'ren Lief Prinsesje klein, Zullen in gedachten Heden bij U zijn. 'k Wensch U daarom namens Heel die kinderschaar, Thans op Uw verjaardag Een voorspoedig jaar. En diezelfde kind'ren NVenschcn stuk voor stuk U een tijd van voorspoed, Liefde en geluk. 'n Rijk en zonnig leven, Vol van levensvreugd, Dat zijn thans de wenschen Van de Soester jeugd. ZEEP VAM OMBEKENDE HERKOMST Feuilleton door Ethcl M. Dell tmI6" de voor toasten was gekomen, en gebruikelijk is, de kolonel een dronk op gezondheid instelde van den geëerden gast Sm &vond> dronk Sir Reginald heel be- •w op die van den anderen gast, welke dub- {-e öronk met Instemming werd begroet. ■Jx hoop, dat ik nog meermalen het genoe- vürhftuf bebben u te ontmoeten gedurende uw tw zei de generaal tot den weeoen gast, toen hij had bedankt en de rust weergekeerd. „U bent zeker voor den ™er hier gekomen!" **rnard lachte. „Wel neen, mijnheer, of- ^oon ik dien wel hoop mee te maken. Ik leen wereldreiziger en Ik stoor me wei- aan seizoenen en temperatuurswisseling, ito» u reden van mün gaan hierheen was, den hL br?er is. Want, weet u, we had ji elkaar in jaren niet gezien." ie opmerking werd doodkalm gemaakt, v.~r maJoor Burton, die naast hem zat, keek w a^9d °P- Hy was de man die er prat op tegenstrijdigheden ontdekte in de «eest ware verhalen. 'ff1 u hem dan verleden jaar niet gezien. n ny naar Engeland is geweest?" vroeg ("y^n jaar? Neen. Hy was verleden nririoü Engeland." Bernard keek zijn doordringend aan en begreep «och dien» vraag, noch diens blik. Er heerschte plotseling stilte. Majoor Burton sprak op zijn gemaakten spottenden toon, „Maar hij heeft toch verlof naar Engeland gehad! Dat hebben wy allen begrepen, en het werd ook te verstaan gege ven, dat u om hem geschreven had." „Ik!" Een oogenblik was Bernard Monck een en al verbazing en keerde zich toen plot seling tot zijn broer, die aan het andere eind van de tafel zat en luisterde. Er moet hier een misverstand zijn, Everard," zeide hij. „Zeg, je ben toch in zeven jaar en langer niet in Engeland geweest, is 't wel?" Er heerschte doodsche stilte in het vertrek, toen hij die vraag stelde; een stilte die bijna pijnlijk was. Over de tafel keken de belde broers elkan der strak aan. „Neen, dat ben ik ook niet," zei Everard Monck doodkalm. Er was niets uitdagwids in zyn stem. maar ook niets verlegens. Maar op ieder die aan tafel zat, hadden die woorden de uitwerking, of er een bom in hun midden was neer ge vallen. Die stilte hield zeker enkele seconden aan, toen haalde men diep adem en kwamen allen in beweging, alsof iedereen wenschte een eind te maken aan dien onhoudbaren toe stand. Bertie Oakes gaf Tommy een stomp in den rug, maar Tommy, die doodsbleek zag, scheen het niet te voelen. Er was iets gebeurd, dat hem angstig en treurig maakte. Die korte stilte had voor hem iets verschrikkelijks. Zijn held was van het voetstuk gevallen waarop hy hem had geplaatst en 't was of de grond on der hem wegzonk. Met allerlei gemengde ge waarwordingen hoorde hij Sir Reginald pogin gen doen, om een eind aan de spanning te maken door druk te platen in een taal, die Tommy zelfs niet als zijn eigen verstond. En de kolonel steunde hem in zijn pogingen, ter wijl majoor Burton naar het eindje van zijn ''raar zat te staren, alsof hij iets oneindig kleins en moeilijk te vatten, wilde ontdekken. Niemand keek naar Monck; integendeel, iedereen scheen te vermijden om dat te doen. Zelfs zijn broer was In gepeins verzonken en staarde onafgebroken naar de lamp die aan den zolder hing en door den tocht heen en weer bewogen werd. Eindelijk stond men op en Bertie Oakes gaf hem weer een por. „Zeg, ben je halfwijs?" vroeg hg. Tommy stond met de anderen op, maar voelde zich ziek en onzeker van zichzelf. Hij duwde zijn collega opzij en wist op de een of andere manier de deur te bereiken en naar buiten te komen in de frissche lucht. Het regende hard en de lucht was met dui zenden, onbestemde geuren vervuld. Een oogenblik stond hy zoo ongestoord tegen de post van de deur geleund, toen trok de reuk van een sigaar zyn aandacht en even daar na kwam Ralston naar hem toe. „Zoek je een goed plekje uit, om weer koorts te krygen?" vroeg hij kalm. Tommy maakte een ongeduldige beweging, maar gaf geen antwoord. Ralston rookte zwygend verder. Achter hen konden ze het rollen van biljartballen en het gegons van stemmen hooren. Vóór hen stik donkere duisternis en een kletsregen. Plotseling begon Ralston: „Vergis je niet, voor alles is een reden!" Die woorden klonken eenigszins bestraffend en schenen een terechtwijzing te bedoelen. Toch wendde Tommy zich dankbaar tot hem. „Natuuriyk!" zei hy. Weer zweeg Ralston, tot hy na een oogen blik hernam: „Je wordt niet graag geraden, dat weet ik wel, maar als je verstandig bent, neem je nog een flinke dosis kinine voor je naar bed gaat. Goeden nacht!" Hij draaide zich op zy'n hiel om en ging heen. Tommy wist, dat hy. als iederen avond, zijn partij schaak ging spelen met majoor Burton en dat zy het verdere gedeelte van den avond geen zes woorden meer met elkaar zouden spreken. Hijzelf bleef waar hij was en trachtte weer met zichzelf in 't reine te ko men. Maar eindeiyk deed hij zyn regenlas aan en stapte naar buiten. Ralston had gelijk, natuurlijk was er reden voor. Hij zou met zyn leven borg zijn gebleven voor Everard's eer, wat anderen ook mochten denken In een rustig hoekje van de antichambre zat Everard Monck in een courant verdiept. Vlak bij hem zat een troepje bridge-spelers, die onder hun puntspel geen woord spraken. Sir Reginald en zyn broer waren met de jon geren naar de biljartzaal gegaan. De kolonel was met hen meegegaan, maar had na een Doosje zyn gasten aan zichzelf overgelaten en keerde naar de antichambre terug. Hij keek even* naar de bridgespelers en kwam by Monck, die bij zyn nadering op keek „Zoekt u my, mijnheer?" „Ja, als u een oogenblikje voor me hebt, zal me dat genoegen doen," antwoordde de kolonel stijfjes Monck stond dadelijk op. Met een strak ge- 'aat volgde hij zyn superieur de kamer uit. De bridgespelers keken hem even aan. maar zet ten daarna zwijgend hun spel voort. De kolonel keerde terug naar de nu ver laten eetzaal. „Ik zal u niet lang ophouden," zei hij tegen Monck, terwyi hij de deur sloot. „Maar ïk moet u toch even uitleg vragen van een feit. dat eerst hedenavond aan het licht kwam." Hij zweeg een oogenblik. maar Monck zei geen woord en op neg koeler toon ging hij toen voort: „Meer dan een jaar geleden, weiger- det gij een opdracht van de regeering te aan vaarden, waarbij uw diensten dringend noodlg waren onder voorwendsel, dat uw tegen woordigheid met spoed in Engeland werd ver- p'scht. U werd verlof naar Engeland toege daan ir. een tijd, dat we gebrek aan officieren hadden om die zaken in orde te gaan bren gen. En nu zult u wel zoo goed willen zijn, 'rjtn'tein Monck. om mri te zeggen hoe en waar u dat verlof hebt doorgebracht. Wat o-e •nh ook zegt. ik zal het a's een vertrouwelijke "^"","deeling beschouwen." Hfi snrak on zakelhken toon. maar de ge- woo"iiik goedhartige uitdrukking van zijn ge laat had plaats gemaakt voor een van angst. WOENSDAG 8 FEBRUARI 1989. Hilversum I. 1875 en 301.5 m. VARA-Uitzcnding. 10.00—10.20 v.m. VPRO. 6.30—7.00 RVU. 7.30—8.00 VPRO. 8.00 Orgelspel. (Om 8.16 Berichten). 8.30 Gramofoonmuziek. 9.30 Causerie „Onze keuken". 10.00 Morgenwyding. 10.20 Uitzending voor arbeiders in de Con- tinubedryven. 11.40 Voor de werkloozen. 12.00 Gramofo:nmuziek (O.m. 12.15 Bericht). I.00—1.45 VARA-Orkest. 2.00 Voor de vrouw. 3.15 Voor de kinderen. 5.30 Gramofoonmuziek. 6,00 Esmeralda. 6.28 Berichten. 6.30 Causerie „Het wichelrccdevraagstuk". 7.00 VAR A-Kalender. 7.05 Felicitaties. 7.10 Voc-al concert. 7.30 Bijbelvertellingen. 8,00 Herhaling SOS-Berichten. 8.03 Berichten ANP, VARA-Var a. 8.20 De Ramblers. 8.45 Öabaretprogramma. 9.30 VARA-Órkest. 10.00 Berichten ANP. 10.10 VARA-orkest. 10.40 Gramofoonmuziek. II.00 Orgelspel. 11.3012.00 Gramofoonmuziek. Hilversum H. 415,5 m. NCRV-Uitzending. 6.307.00 Onderwijs fonds voor de Scheepvaart. 8.00 Schriftlezing en meditatie. 8.15 Berichten, gramöfoonmuzlek. (9.30—9.45 Gelukwenschen). 10.30 Morgendienst. 11.15 Zang met pianobegeleiding en gramo foonmuziek. 12.00 Berichten. 12.15 Gramofoonmuziek. I.00 Het Apollo-ensemble en gramofoonmuziek 2.30 Voor jjugdige postzegelverzamelaars. 3.00 Gramofoonmuziek. 3.30 Het Hendriks-trio en gramofoonmuziek. 4.45 Gelukwenschen. 5.00 Voor de kinderen. 5.45 Gramofoonmuziek. 6.00 Land- en tuinbouwhalfuurtje. 6.20 Gramofoonmuziek. 6.30 Taalles en causerie over het binnenaan- varlngsreglement. 7.00 Berichten. 7.15 Causer.e ,De grondslagen der muziek". 7.45 Causerie over leerbewerking 8.00 Berichten ANP, herhaling SOS-Bericht. 8.15 Utrechtsch Stedelyk Orkest, m.m.v. soliste 8.50 Causerie „De Amsterdamsche Doopsge zinde hofjes". 9.20 Vervolg concert. 10.05 Berichten ANP, actueel halfuur. 10.35 Gramofoonmuziek. 10.45 Gymnastiekles. II.00 Gramofoonmuziek. 11.5012.00 Schriftlezing. Monck stond voor de tafel en keek strak voor zich. „U is volkomen in uw recht om dat te vra gen, kolonel!" zei hij, „maar ik ben niet in staat daarop te antwoorden." „Met andere woorden, U weigert te ant woorden!" De stem van den kolonel klonk ge prikkeld, maar er sprak meer angst uit dan boosheid. Monck keek hem aan. „Ik ben genoodzaakt te weigeren," zei hij. Er heerschte een oogenblik stilte. Kolonel Mansfield keek hem aan, als wilde hij hem geheel doorzien, maar Monck's gelaat was als een steenen masker en hij bleef stram in afwachtende houding staan. Toen de kolonel weer sprak, was alle ont roering verdwenen. Zijn woorden klonken koud en afgemeten. „U hebt dat verlof dus onder valsche voor wendsels verkregen. Er was geen dringende zaak, die u riep!" Monck antwoordde hem nauwgezet als een machine. „Ja, kolonel, ik heb u misleid, maar de zaak die me riep was dringend. Dat is myn eenige verontschuldiging. „Hield het verband met iets van den „Ge heimen Dienst"? De toon van den kolonel wa« nu die van een rechter van instructie. Alle aandoening was geweken, zoowel uit zijn ge zicht als uit zijn optreden. En weer antwoordde Monck byna machi naal: „Neen, kolonel." ..'t Was dus niets officieels?" „Niets „Daar moet ik dus uit besluiten." en de stem van den kolonel klonk nog scherper, „dat de zaak waarvoor ge vei'lof aanvroeg, uwer persoonlijk was, een privé-aangelegen- heid." „Zoo was 't. kolonel." De Commandant fronste de wenkbrauwen. En moet ik daaruit ook heruiten, dat h°t iets onteerends was?" vroeg hij. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1939 | | pagina 6