Geestelijk Leven Dr. E. Hoekstra's ABDIJSIROOP MACHINES De geschiedenis van het Oude Volk Bloedzuiverende Gezondheidspillen ,,M IJ N H A R DT J E S Vastzittende slijm AKKER'S vetist&dde rij M" in de vlasteelt Zaterdag 11 Februari 1939 Twie'ede blad door ASTOR "Wij zijni n het vorige artikel gekomen tot het jaar 70 n. Chr. Toen is feitelijk een einde gekomen aan den zelfstandigen Jood- echen staat. De verwoesting van stad en tempel door den legeraanvoerder Titus, den Jateren Romcinschen keizer, was volkomen. Niet minder dan 900.000 slachtoffers vielen in de wanhopige worsteling van het Jood je volk tegen de geharde en geoefende Jtomeinsche soldaten. Menschelijkerwijzc gesproken was deze worsteling niet veel meer dan waanzin. Hoe konden de Joden zich verweren tegen de Romeinen, die be schikten over onuitputtelijke bronnen wat ibetreft materiaal en manschappen. Dat zij het toch deden, vindt zijn oorzaak in het feit, dat er een groep menschen de Zelo ten onder hen leefde, die bezeten waren <loor een ontembaren geloofsijver en een onverwoestbaar vrtrouwen in den God, waarin zij geloofden; zij hadden in zich een fanatisme, dat op de menigte een onbe- schrijfelijken invloed had. Aan het hoofd .van deze Zeloten stonden Johannes van jGischala en Simon bar Gioza. Tegenover anderen sluiten zich aan bij de jonge op komende Christengemeenten en aanvaarden Jezus als den Messias. Wat moest er van de schamele resten van het oude volk overblijven, vooral nu het centrale vereenigingspunt Jeruzalem en de tempel, verdwenen was. Het kon niet anders of langzamerhand moesten die res ten worden opgeslorpt door de volken, waar onder zij zich vestigden en waarvan zij taal en zeden overnamen. En toch is dit niet ge beurd. En dit is een van de wonderbaarlijk ste feiten in de geheele menschheidsgesehie- denis. Hoe dit te verkalrcn? Ik noemde zooeven reeds den naam van Jochanam ben Zakkai. Deze man is van uitzonderlijke he- teekenis geworden voor de verdere geschie denis van de Joden. Toen Jeruzalem werd belegerd, wist hij op een eigenaardige manier uit de stad te komen. Door twee van zijn jongere volge lingen, Josua en Eliezer, werd hij in een doodkist door de vijandelijke linies ge bracht, schijnbaar als lijk om beeraven te worden. Dan wordt hij voor Titus gebracht en in genade ontvangen, omdat bekend was dat hij tot de partij behoorde, die den strijd tegen Rome ten sterkste had ontraden. Ti tus geeft aan Jochanam ben Zakkai toe stemming om zich te Jabne (een plaatsje gelegen tusschen Joppe en Asdod a. d. kust Middellandsche Zee) te vestigen en daar een school te openen en volgens den Jood- schen ritus te leven. Titus had hiertegen geen bezwaar. Waarom zou hij het wel hebben gehad? Welk eèn gevaar stak er in, dat die Joden vasthielden aan de in zijn oog dwaze gebruiken en tradities? En toch zal de thora, de wet en schreef zij deze niet toe aan den vereerden Mozes? Zoo lag het geheel in de lijn van Joha- cham ben Zakkai en zijn medewerkers, dat zij deze thora, waarin 613 voorschriften wor den gegeven, verder gingen uitwerken en daaruit ontstond de zoogenaamde tweede wetgeving in het Grieksch deuterosis en in het Hebreeuwsch mischna genaamd. Door afgezanten (tegenwoordig zou men spreken van zendelingen)) werd deze mischna aan alle Joden in de verstrooiing bekend ge maakt. En in de synagogen (de Jodenkerken die ontstonden in de Babylonische balling schap) werden daarvan verklaringen gege ven. Daarom kregen de synagogen na het jaar 70 n. Chr. den naam van Beth ha mii- drasj, huis der prediking. Is het niet volkomen begrijpelijk, dat de Joden trouw naar hun synagogen gingen en stipt de voorschriften der mischna opvolg den. Beleefden zij daarin niet hun één-zijn, waar zij als vreemdelingen onder anders denkende volken moesten leven? Het natio naal gevoel zien wij het niet in onzen tijd? heeft een taai leven! Terwijl door de geestelijke leidslieden der Joden gewerkt werd aan de versterking van den Joodschen geest, ging ook de po litieke geschiedenis door. In 114 n. Chr. begint de Romeinsche Kei zer Trajanus zijn aanval op Azié en daar mede zijn strijd tegen de Joden. Het gevolg daarvan was een opstandige beweging der laatsten, die den Romeinschen godsdienst niet konden en niet wilden aanvaarden. Hoe kon het anders afloopen dan tot schade der Joden? - Honderden worden gedood. De opvolger van Trajanus, keizer Hadri- anus (117138) neemt een andere houding aan. Hij onderhandelt met de Joden en stelt hun zelfs den herbouw van Jeruzalem en den tempel in uitzicht. Dan liggen de Jo den de wapenen neer. Maar het blijkt al heel spoedig dat Jeruzalem een heidensehe stad zal worden met een tempel gewijd aan den Romeinschen oppergod Jupiter. Dit ver den staatsgodsdienst, die er hij behoorde. Dus werden ook de Christenen hevig ver volgd. Zij hadden evenwel dit met de Jodên gemeen dat zij onvoorwaardelijk geloofden in de macht van den geest. Het lichaam kon gedood worden bij de tallooze vervolgingen, de geest bleef leven. Bij honderdtallen stier ven de martelaren; in duizendtallen her leefde hun geest. En zoo kon de wereld getuige worden van het aangrijpende verschijnsel, dat tegen al le verdrukking in, het aantal Christelijke gemeenten toenam. Ik ken, waar ik de geschiedenis der Joden beschrijf, hierop niet verder ingaan. Slechts hierop moet ik even de aandacht vestigen dat bij het streven naar uitbreiding het Christendom steeds minder den'nadruk leg de op de beleving van het evangelie en steeds meer de aandacht richtte op de betee- kenis van Christus als den verlosser en za ligmaker en daarmede het zwaartepunt van het mcnschenleven legde op het hiernamaals In ieder geval kwam er een tijd dat de ro- meinsohe heersehers een andere houding aannamen tegenover het snel groeiend aan tal christenen. De eerste kiezer, die openlijk tot het chris tendom overging was Constantijn die in het jaar 323 zich door den doop in de inmid dels ontstane kerk liet opnemen. Deze zelfde Constantijn had toen hij nog heiden was in 313 het bekende edict van Milaan uitgevaardigd, waarbij vrijheid van godsdienst werd gewaarborgd. Toen hij ech ter steeds meer onder den invloed van de geestelijkheid kwam werd dit edict, voor zoo verre het de Joden betrof weer opgeheven en dan worden deze Joden aangeduid als een schandelijke secte. Na 323 wordt het christendom de staats godsdienst van het romeinsche rijk en als in 325 het beroemde concilie van Nieaca wordt gehouden is Constantijn de voorzitter. Het voorspelde den Joden niet veel goeds, dat zij in 315 als een schandelijke secte werden gebrandmerkt. En inderdaad zouden KENT U Deze pillen bestrijden de ongemakken ont staan door onzuiver bloed, herstellen on voldoende spijsvertering en bevorderen de natuurlij'ke verrichtingen des lichaams. 90 ct. of f 1.56 per doos met gebruiksaanw. Verkrijgbaar in Apotheken en Drogisterijen. schiedenis, zal er een zijn van diep en zwaar lijden. Toch brak een enkele maal een licht straal door de duisternis, een lichtstraal, welke de hoop deed herleven. De e<«ste was liet optreden van een nieu wen keizer Julianus Apostata (361—363). De ze keizer als christen opgevoed was in zijn hart een heiden gebleven en, eenmaal kei zer zijnde, brak hij openlijk met de kerk, waardoor hij in de geschiedenis den bij naam van Apostata de afvallige, verkreeg. Hij verwerpt het christendom als staatsgods dienst en geeft don Joden de volle vrijheid om volgens eigen inzettingen en gebruiken te leven. Maar wat den Joden het meest ver heugde, was dat hij in een rondschrijven aan de Joodschc gemeenten beloofde Jeru zalem en den tempel te herbouwèn. Hoe moet het hun gespelen hebben dat deze van elk fanatisme verstoken keizer een zoo vroe gen dood moest sterven. Na hem werd het christendom' weer tot staatsgodsdienst ver heven, ofschoon erkend moet worden, dat de geest van Constantius niet meer herleefde, zoolang het groot-Romcinsclie- rijk bleef be- Hoofdpijn - Kiespijn - Zenuwpijnen Rheumatische pijnen -Spit-Spierpijn Periodieke pijnen - Kou en Griep. Koker 12 cachets 50 ct. 2 stuks 10 ct. Bij Apoth. en Drogisten. ES [hun jrcwcldige opzwieping van de strijd lust baatte het niet, dat een man als Jocha nam wii Zakkai wees op het onzinnige van denstrijd, die op een vrceselijken naderlaag motst uitloopcn. Gelijk reeds is opgemerkt, eindigde de oorloz met de volkomen vernietiging van liet zelfstandig volksbestaan der Joden. Wel wordt buiten Jeruzalem, met name in dc bemestingen Herodium, Machaerus en Mas «adi tle strijd voortgezet, maar ook daar word het verzet in bloed gesmoord. Het grootste deel der Joden wordt gc- 'dtoi, als slaven verkocht en weggevoerd, eozi deel wordt medegenomen naar Rome om tij den intocht van het overwinnende lezer door de straten van Rome te worden geleid. /aw.'Kastein in zijn geschiedenis van Jiet loodsche volk maakt terecht deze op merking: „Andere volken, die in zulk een omvaiig overwonnen worden als hier, gaan te gronde. Het Joodschc volk is niet te gronde gegaan. Het had reeds 500 jaar te Koren de energie loeren kennen, die een behoud mogelijk maakt: „de geest". Dit is een belangrijke en bemoedigende /opmerking en het is van het hoogste be hing dat wij ons van de waarheid daarvan tiisp.doodringen juist in onze dagen, waar in het weer den schijn heeft om geweld en terreur de-eenige machton in de wereld |ti|n, waardoor het lot van volken en men- tehen wordt bepaald. Daarom is het ver kwikkend zich te verdiepen in dc geschie- te der Joden. Want daaruit leeren wij èl vervolging, marteling, tyrannie veel huen, maar tot één ding niet in staat 59.nl tot het vernietigen van den geest! li laat hierbij in het midden of wij dien tyriaal Joodschen geest kunnen waardee- ho-.daarover zóu nog heel wat te zeggen J'%i. Ik constateer alleen het feit en dat Is na vvereldbeteekenis. •Mie verwoesting van Jeruzalem was er irel meer van het Joodsche volk over. I klein deel blijft in de dorpen en stad jes over. Velen trekken weg naar andere landen, waar zij pogen een bestaan te vcr- - overerii Het tijdperk van de diaspora (ver- jkooiine) is aangebroken. Daar ziin er, die f ral ondergang niet kunnen overleven en ^1 plegen zelfmoord; anderen komen tot boeteleven in dc eenzaamheid, weer werken Uw ademhalingsorganen niet voldoende. Hun werking wordt gehinderd doordat de slijm de lucht- toetreding belemmert en de slijm vliezen prikkelt, waardoor bij het ademhalen benauwdheden ontstaan. Neem die hinderpaal zoo snel mo gelijk weg door het gebruik van Abdijsiroop. De heilzame kruiden, w. o. de zeer actieve Aconltum en Drosera lossen die benauwdheid- veroorzakende slijmlagen op. die Uw slijmvliezen verontreinigen, maken ze los van het weefsel en zorgen dat U in den kortsten ttfd weer heerlijk vrij kunt ademhalen. f ruf™ Sfiep. bronchitis, asthme I ct.. f 1.50, 12.40. f 4.20. Alom verkrijgbaar s v«k- 1, vlal tscheii" iemen. pijp®* diezelfde jochanan ben Zakkai in het kleine Jabne den grondslag leggen voor de een heid van het verstrooide Joodsche volk! Het Romeinsche volk zal binnen enkele eeuwen te grond gaan; Juda zal 't overleven, on danks haar uiterlijke vernietiging. Toen de treurige, mare van den val en de verwoesting van Jeruzalem en den tem.- pel tot Jabne doordrong, stelde Jochanam zich de vraag, welke taak hij nu verder te genover zijn volk had te vervullen. Hij begreep dat, waar het dagelijkscho of fer niet meer op het altaar des tempels kon worden gebracht, waar de priesterdienst was afgeloopen, iets anders daarvoor in de plaats moest komen. En dat wordt hij de stichter van twee instellingen, welke het Jodendom over de gansche wereld ten diepste zullen beïn vloeden. Hij sticht het Beth-din (het huis der wet), dat de plaats inneemt van het vroegere Sanhedrin en het Beth-ha-midrasj (het huis der leering), dat wij 't best kun nen vergelijken met. wat men tegenwoordig een seminarie of acadentie noemt. Hiermede legt hij den grondslag voor die wonderbaarlijke geestelijke eenheid, waar door, verstrooid over de gansche wereld, het Joodsche volk zal blijven voortleven. Daar wordt> tegenwoordig veel geschermd met de rassentheorie en gesproken over meer- en minderwaardigheid der rassen. Maar dat is toch, althans voor Europa en Amerika, volkomen onzin. Daar is een door- eenmenging van rassen geweest van zoo groote intensiteit dat van zuivere rassen geen sprake meer is. Dat is wel erg jam mer voor Hitier en Mussolini, maar histo rische feiten zijn nu eenmaal niet te ver doezelen. Maar nu is het eigenaardige, dat de Joden als volk met hun eigenaardige gebruiken en hun godsdienst als een af zonderlijkheid zich hebben weten te hand haven. Dit is te danken aan de geestesgesteld heid, welke vroeger een Ezra en later een Joaciianam ben Zakkai en, na deze twee belangrijke figuren, weer anderen hebpen gewekt, onderhouden, gesterkt. In Jabne gebeurt, wat we later zien plaats hebben in de Roomsch-Katholieke kerk en waardoor die kerk in macht en aanzien moest groeien. Daar wordt n.1. be paald, dat alle verschillen over den uitleg der heilige boeken bij meerderheid van stem men moesten worden uitgemaakt. Degenen, die tegen bepaalde wettelijke bepalingen waren, moesten zich bij den uitslag der stemming neerleggen op straffe van uit stooting uit de gemeente. Ook de Joden ken den reeds dc ban (nidduj). Als vrij-denkende menschen uit de twin tigste eeuw, lijkt ons dit onzinnig, maar wij moeten ons verplaatsen in den tijd, waarover wij schrijven en ons indenken in den geest van hen, die opgevoed werden door Ezra en zijn navolgers, die historisch gebonden waren door oeroude geheiligde en gemeenschappelijke gebruiken en daarom sterk nationalistisch gevoelden. Zonder Jabne was het Joodsche volk een voudig verdwenen, geabsorbeerd door de volken, waaronder het op zijn zwerftocht te recht kwam. De Joodsche staat verdwijnt; daarvoor komt in de plaats de uniformeering van het Joodsche leven. Met 't oog daarop wordt in Jabne vastgesteld dat, waar de tcmpelritus niet meer mogelijk was. nu moest worden ingesteld, dat elke Jood 3 maal daags een bepaald gebed moest uitspreken en daarbij zich moest omkleedcn met het gebedskleed (Tallith) en om arm en voorhoofd de ge bedsriemen (tefilliem) binden. Nu wist iede re Jood, waar ter wereld hij ook zich be vond, dat gelijk met hem tienduizenden des morgens het Sjachariet .des middags het Mincha en des avonds het Maarieuw uit spraken. Hierbij moeten wij ook aandacht schenken aan het psychologisch verschijnsel dat lijden en onderdrukking altijd als ge volg hebben, dat de slachtoffers zich nau- wer aaneensluiten en sterker aan elkaar verbonden gevoelen en óók dit zij zich te meer hechten aan de gemeenschappelijke tra dities en de door overlevering geheiligde geschriften En had niet het Joodsche volk oorzaakt een geweldige gisting onder de Joden en nog ééns het zal de laatste keer zijn vlamt het verzet als een laai end vuur op. Nog ééns zal het oude Israël een wanhopige poging doen om zijn onaf hankelijkheid op eigen bodem te herwinnen. Rabbi Akiba wordt de geestelijke leider dezer beweging en Bar Kochba de onver schrokken aanvoerder der opstandelingen. Het kon wel niet anders of ook deze be weging tegen het machtige Rome moest mislukken. Precies op den dag af 65 jaar na den val van Jeruzalem door Titus in het jaar 135 werd de laatste vesting Bethar ver overd. De naam Jeruzalem wordt veranderd in Aelia Capitolina en Hadrianus gedraagt zich als een tweede Antiochus Ejiiphanes. Het is aan alle Joden verboden liet grond gebied der stad te betreden. Met uiterste gestrengheid wordt tegen hen opgetreden; 't werd hun verboden in de hun dierbare ge schriften te lezen, hun gebeden uit te spre ken noch één hunner godsdienstplichten te vervullen. Het martelen en dooden van de wetsgetrouwe Joden was aan de orde van den dag. Nu scheen dan toch het Jodendom volko men vernietigd. In dezen benarden tijd hielden eenige Joodsche geleerden een geheime bijeenkomst te Lydda, waar zij de vraag bespraken wat zij konden doen om een algeheelen onder gang af te wenden. Zij namen dit belangrijke besluit: „Een Jood mag zij het dan slechts in schijn zijn Jodendom verloochenen, indien het on der bedreiging met den dood van hem ver langd wordt. In "drie gevallen is hij echter verplicht den dood van den martelaar op zich te nomen: wanneer men afgodendienst, ontucht of moord van hem verlangt." Dit besluit is karakteristiek niet alleen, omdat hij ons den ellendigen toestand van de Joden teekent, maar meer nog, omdat het een afspiegeling is van het hooge moree- le peil, waarop men de diep vernederden plaatste. Als keizer Hadrianus sterft, wordt hij op gevolgd door Antonus Pius, die door een milder gevoel zich liet leiden. Hij heft de besluiten van Hadrianus op, laat den Jood schen godsdienst weer toe. Alleen het ver bod om Jeruzalem (Aelia Capitolina) te be treden blijft van kracht. Intusschen waren vele Joden weggetrok ken naar Babylonië, dat langen tijd voor hen een tweede vaderland zou zijn en is het niet een ongelooflijk feit. getuigend van de onvernietigbare kracht van den geest dat zij daar drie hoogescholen stichten, te Sura, Nahardea en Pumbanita? Daar, evenals in Usja (waarheen het Sanhedrin uit Jabne was overgehaald) in Galilea, werd gearbeid aan de samenstel ling van een nieuw werk dat van geweldi ge beteekenis zou worden voor het Joden dom n.1. de Talmud. Dit reusachtige verza melwerk, uit vele deelen bestaande, werd door verschillende geleerden geschreven in een tijdperk van 250 jaar en vond zijn defi nitieve afsluiting in het jaar 500. In dui zenden exemplaren ging het door heel de wereld, waar Joden woonden. Op al hun zwerftochten, die, zooals wij later zullen zien, geen einde namen vergezelde hun dit boek, symbool van het vaderland dat hun ontroofd was. Toen in 70 n. Chr. Jeruzalem door Titus werd veroverd en verwoest bestond aldaar de eerste gemeente van een nieuwe secte uit het Jodendom voortgekomen en volgens de overlevering gesticht door Jezus van Na- zareth. Deze gemeente nam den wijk naar een klein plaatsje, Pella genaamd. Bezield met een fanatieke zucht om hun geloof uit te dragen trokken de ij veraars (Paulus!) et- op uit om de wereld voor hun inzichten te winnen en het duurde niet lang of door het heele Romeinsche rijk werden aanhangers gewonnen. In dien tijd van geweld en ruw heid moest de nieuwe leer, die universeele menschenlicfde predikte wel bijzondere aan trekkingskracht uitoefenen vooral op die duizenden, die in ellendige omstandigheden leefden. Maar de heersehers in het machtige Rome voelden heel goed, dat die Christenen een gevaar beteekenden voor het rijk en voor zij ervaren, dat de christelijke kerk er niet voor zou terugdeinzen hun het leven moei lijk te maken. Hoe sterker het leven omlei den invloed der kerk komt, des te sterker wordt de afkeer van de Joden. De Jood wordt de uitzonderlijke mcnsch, die zich niet kon aanpassen bij de christelijke gebruiken Hij hield vast aan zijn ouden godsdienst, hij aanvaardde den Zondag niet, maar bleef trouw uan zijn sabbathsviering. Hij liet zijn reinheidsvoorschriften niet varen en bleef zijn spijswetten volgen. Dit alles maakte van hem den mensch, die anders was dan de an deren, den zonderling, den eigengerechtigde en daardoor werd hij veroordeeld, gesmaad, bespot. Maar het ergste was, dat men in hem ging zien den moordenaar van Christus. En waar de persoon van Christus steeds meer in het middelpunt van den kerkelijken eere- dienst kwam te staan, is het begrijpelijk dat hierdoor bij de groote massa een antipathie tegen de Joden moest opkomen. Keizer Con stantijn bevestigde opnieuw de oude wet van Keizer Hadrianus dat geen Jood in Jeruza lem mocht komen. (Deze plaats tijdelijk herdoopt tot Aelia Capitolina had haar oor- spronkelijken naam weer terug gekregen na dat Helena, de moeder van Constantijn, daarheen was geweest ter bedevaart en op de plaats, waar men het graf van Jezus meende te zijn, een grafkerk was gebouwd). De opvolgers van Constantijn was Con stantius (337361) die zich deed kennen als echten Jodenhater. Hij ging zelfs zoo ver, dat hij in 339 de doodstraf stelde op het hu welijk van een Christen met een Jodin; hij verbood de viering van het hoogste Joodsche feest nl. den verzoendag. Vele Joden zoeken een toevlucht in Babylonië, zooals ik eerder reeds opmerkte. Het zag er voor de Joden somber uit en de toekomst zal bewijzen, dat deze somber heid overgaat in angstwekkende duisternis de weg, dien zij zullen gaan door de ge- Maar arbeiders met „vlashanden" blijven onmisbaar. De heer ir. L. J. A. de Jong, te Gronin gen, rijkslandhouwconsulent voor vlasteelt en vlasbewerking, heeft voor 't Netlerland- sche Landbouwweekblad een beschouwing geleverd over de vraag, wat de mechanisa tie in de vlasteelt bijdragen kan tot het goedkooper produceeren van de vlasvezel. Gezien de toename van belangrijkheid der vlascultuur ook in ons gebied, meenen wij goed te doen enkele gedeelten uit de zeer belangwekkende beschouwing over te nemen. Wel is waar wordt, aldus merkt de schrijver op,de vlascultuur juist zeer gewaardeerd om de arbeids intensiteit De loonpost voor vlas is ruim tweemaal zoo hoog als voor granen en erwten en notr flink bo ven dien van de suikerbieten. Be halve de cultuur in den zomer te velde, heeft 't repelen of elders het boken van vlas groote beteekenis voor de arbeidsgelegenheid in den winter. Anderzijds is het echter, zoo gaat de heer De Jonge voort, voor den vlasbouw en de vlasbewer king een levensvraag, hoe de vlas vezel goed en goedkoop op de we reldmarkt kan worden gebracht. Want de concurrcerende vezels, spe ciaal de katoenvezel, zouden een te dure vlasvezel nog verder verdrin gen. Het blijft dus uitermate be langrijk, de vlasvezel goed en goed koop te produceeren, zoodat deze inhcemsche vezel niet enkel steunt op de onmisbaarheid voor bepaalde doeleinden. De heer de Jonge is van meening. dat voor het trekken van vlas de arbeidsmc- thoden veel slechter zijn geworden, van staan. Dit rijk valt in twee deelen uiteen na den dood van keizer Theodosius de Groo te (379395) die den Joden nog zijn bescher ming gaf. Maar wat vermocht deze bescher ming tegenover de aanwakkering van Joden haat van de zijde der kerk? Hier moet ik de namen noemen van twee in de kerkgeschie denis beroemd geworden bisschoppen: Am- brosius van Milaan en Johannes Chrysosto- mus. Deze beide kerkelijke hoogwaardig- heidsbekleeders genoten een zeer groote po- pulairitcit en beschikten vooral Chrysos- tomus over zeldzame redenaarsgaven; duizenden kwamen onder hun gehoor en dus onder hun invloed. Zij verkondigers van het evangelie! ontzagen zich niet openlijk tegen de Joden op te treden. Chry-^ sostoinus wijdde zelfs een serie van zes precken aan hen. Hierdoor wordt het begrijpelijk, dat gaan deweg bij de christenen de Jodenhaat moest opkomen. De Jood werd steeds meer de ver achte, de verschoppeling. Het leven werd hem voortdurend moeilijker gemaakt; van ambten werd hij buitengesloten en gaande weg zien wij hem uit het maatschappelijk leven verdrongen worden. Als, zooa's ik zooeven opmerkte, het groot- romeinsehe rijk in tweeën wordt gesplitst: het west- en het oóst-ronieinsche rijk (dit krijgt dan den naam van het byzantijnsche rijk) dan zien wij het west-romeinsche rijk spoedig vervallen en teniet, gaan in 476. Het byzantijnéclie rijk blijft, bestaan tot 29 Mei 1453 toen de Turken den Europeeschen bo dem betraden en de oude keizerstad Con- stantinopel veroverden onder de aanvoering van sultan Mohammed II. Daarmede eindigt dan het tijdvak der middeleeuwen. Hoe het onder de wisselende omstandigheden en dik wijs onheilvolle tijden don Joden verging, daarvan vertel ik u het voornaamste over veertien dagen. ASTOR. zorgvuldig werk is geen sprake in weinige uren wordt vaak een een edel product ver knoeid. Daarom houdt de practijk de oogen gevestigd op de vlastrekmachine, welke volgens de schrijver een uitkomst is. Wellicht staan wij, aldus de schrij ver, op den drempel van een nieuwe phase in den vlaspluk. Niet alleen, dat het probleem van het machi naal trekken technisch goeddeels is opgelost, waardoor zich in de ko mende jaren zal aandienen een niet dure machine, die aan de te stellen eisclien voldoen zal, maar ook oeco- nomische en personeelskwesties wer ken deze ontwikkeling in *le hand. In verschillende deelen des lands zijn er in de periode van den vlas oogst geen arbeiders over en zeker igeen vakbekwame menschen. Men staat daar dus voor het risico, zijn vlas er niet tijdig dit te krijgen, of op een onkundige manier, waardoor groote schade niet kan uitblijven. Het repelen voldoet volgens de heer de Jonge eveneens niet. aan te stellen eischon. Ook hier is echter een tweede weg zicht baar geworden, door een nieuwe repelma chine. die het vlas van don knop ontdoet eri zoowel top als voet uitkamt, waardoor onzuiverheden geheel worden verwijderd. Dc trckmachine en de repelmachine ma- kon beide groote» 'besparingen op het ar beidsloon mogelijk. Maar het automatisch repelen zal veel winterwerk wegnemen en daarmede, naar de schrijver opmerkt, de arbeidsgelegenheid bijzonder ongewenst drukken. Wat de vakbekwaamheid van de land arbeiders betreft, z,p is, zoo schrijft de heer De Jonce, des te meer vereischte, naarmate de mechanisatie voortschrijdt. Ook hii de re pelmachine moet gesorteerd en gebonden worden, en bij de vele onderdeden, die de mensch bij de machine leiden moet of voor en na moet verzorgen, zal het er op aan komen, of hij over „vlashanden" beschikt.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1939 | | pagina 5