1 ^-v-
Klink gaat een druk.
seizoen tegemoet
Woensdag 1 Maart 1939
Vierde blad
f ii
3>it is het laatste der serie artikelen,
waarin wij den leider van het derde Rijk
door middel van zijn oorspronkelijk werk
„Mein Kampf" laten antwoorden op de vra
gen van onze lezers. Het doet ons genoegen,
dat deze serie artikelen op duidelijke wijze
demonstreert dat onze lezers de gedachte,
welke bij ons voorzat n.1. klaarheid te
brengen in vele vragen, welke bij ieder
mensch omtrent de bedoelingen van Hit-
Ier op komen, zoo volkomen begrepen heb
ben. Het spreekt vanzelf dat wij niet alle
gestelde vragen konden beantwoorden, daar
wij ons bij deze artikelen strikt gehouden
hebben aan de oorspronkelijke tekst van
den Bijbel der Nazi's en dat talrijke
vraagstukken hun beantwoording daarin
■uit den aard der zaak niet konden vinden,
daar deze zijn gerezen na het aan het be
wind komen van het Naziregime. Wij ho
pen straks nogmaals een van de grooten
van deze aarde in nauw contact met onze
lezers te zullen brengen en hierover weldra
padere mededeelingen te doen.
Vraag:
Waarom koos U het hakenkruis
tot symbool van het nationaal-
socialisme.
Antwoord:
De nieuwe vlag moest evenzeer een sym
bool van onzen eigen strijd zijn, als dat zij
als reclamebiljet moest dienen. Wie veel
met de groote massa te doen heeft, zal in
al deze schijnbare kleinigheden, toch zeer
belangrijke aangelegenheden zien. Een ef
fectvol kenteeken kan in honderdduizenden
gevallen ,de eerste stoot tot belangstelling
.voor een partij geven. (bldz. 554)
Als nationale socialisten zien wij in onze
fvlag ons programma.
In het rood zien wij de sociale gedachte
der beweging, in het wit de nationalistische
in het hakenkruis de zending om te strij
den voor de overwinning van den Arischen
mensch en met hem voor de overwinning
van den scheppenden arbeid, die zelf eeuwig
anti-semietisch was en anti-semietisch zijn
Zal. (bldz. 557.)
N Vraag:
'Annexeerde U Oostenrijk en het
Sudetenduitsche gebied, om de
menschen te helpen, of om het
land te bezitten?
Antwoord:
Duitsch-Oostenrijk moet weer terug naar
het groote Duitsche moederland en welis
waar niet op grond van economische over
wegingen. Neen, neen: Ook wanneer deze
vereeniging, economisch bekeken van geen
waarde, ja zelfs als ze nadeelig zou zijn,
moet ze niettegenstaande dat toch plaats
vinden. Gelijk bloed behoort in een ge
meenschappelijk rijk. (bldz. 1)
Vraag:
U noemt Uw macht eeuwig.
Waarom zou ook het nationaal-
socialisme niet ten gronde gaan.
Antwoord:
De populariteit biedt het eerste funda
ment tot het vormen van gezag. Een gezag
echter, dat alleen op dit fundament rust,
is nog uiterst zwak, onzeker en wankel.
Ieder drager van zulk een gezag, dat zuiver
op populariteit gebouwd is, moet daarom
trachten, de basis van dit gezag te verbe
teren door vorming van macht. In macht
dus, in geweld zien wij de tweede basis
voor iedere autoriteit. Zij is reeds veel sta
bieler, zekerder, echter volstrekt niet altijd
«krachtiger dan de eerste. Vereenigen zich
populariteit en geweld en zijn deze beide
in staat, een zekeren tijd voort te duren,
dan kan een gezag op nog hechtere basis
ontstaan, de autoriteit der traditie. Als
tenslotte, populariteit macht en traditie,
zich verbinden, dan mag een gezag als on
wrikbaar gevestigd beschouwd worden.
(bldz. 579.)
Vraag:
Waarom duldt ge geen oppositie
Opbouwende, intelligente critiek
kan toch groot nut afwerpen?
Antwoord;
De groote massa is slechts een brok der
natuur, en hun gevoel kan den wederzij d-
schen handdruk van menschen die beweren,
dat zij tegengestelde dingen willen, niet
begrijpen. Wat het volk wenscht is de
overwinning van den sterkere en de ver
nietiging van den zwakkere of zijn onvoor-
Waarlijke onderwerping. (bldz. 371)
Vraag:
Men zegt wel dat U niet ont
wikkeld genoeg is om „Mein-
kampf" zelf te hebben geschre
ven. Is dat waar?
Antwoord:
Op den 1 April 1924 moest ik. op grond
yan het vonnis van de Münchenec Volks-
rechtbank mijn vestingstraf te Landsberg
aan de Lek ondergaan. Daarbij deed zich
na jaren van onafgebroken arbeid voor de
eerste maal de mogelijkheid voor. om aan
een werk te beginnen, dat door velen ge
vraagd en door mij zelf als doelmatig voor
de beweging geoordeeld werd. Zoo besloot
ik, in twee banden niet alleen de doelein
den van onze beweging duidelijk te maken,
maar ook een beeld van de ontwikkeling er
van te geven. Ik richt mij met dit werk
niet tot vreemden, maar tot die aanhangers
der beweging, die er met hart ziel toe be-
hoorcn, en wier verstand naar grondiger
ontwikkeling zoekt. Deze beide banden zul
len als hoeksteenen gelden, die ik aan het
gemeenschapplijke werk toevoeg.
(Voorwoord.)
Vraag:
Waarom slaat U toch zoo vijan
dig tegenover de vrijmetselarij?
Ter versterking van zijn politieke positie
probeert de Jood de staatsburgerlijke gren
zen en de grenzen van het ras af te breken
die hem in de eerste plaats in den weg
staan. Om dat doel te bereiken strijdt hij
met alle taaiheid, die hem eigen is voor
godsdienstige verdraagzaamheid. en
heeft in de totaal aan hem vervallen vrij
metselarij een voortreffelijk instrument, niet
alleen om zijn doeleinden te verdedigen,
maar ook om deze door de drijven.
Vraag:
Indien koloniën bezat, zou
U dan de inlanders verantwoor
delijke betrekkingen laten bc-
kleeden, zooals b.v. Nederland
iri de Oost en de West.
Antwoord:
Nu en dan wordt in de geïllustreerde
bladen gemeld, dat hier of daar voor de
eerste maal een neger, advocaat,- onderwij
zer, predikant, ja zelfs heldentenor of zoo
iets geworden is. Terwijl de domme bur
gers van zulk een wonderdressuur met
groote verwondering kennis nemen, vol
respect voor dit fabelachtige resultaat van
de moderne kunst van opvoeden verstaat
de Jood het op sluwe wijze, - daaruit een
nieuw bewijs te construeeren voor de juist
heid van zijn theorie van de gelijkheid der
menschen, die hij den volkeren instampen
wil. Het dringt niet tot deze vervallen bur
gerlijke wereld door, dat het hier om een
waarachtige zonde tegen elk verstand gaat,
dat het misdadige verstandsverbijstering
is, een geboren halfaap net zoo lang te
dresseeren, tot men denkt van hem een
advocaat gemaakt te hebben, terwijl milli-
oenen die tot het hoogste cultuurras be-
hooren in volkomen onwaardige posities
moeten blijven; dat het een bezondigen
aan den wil van den eeuwigen Schepper is,
als men honderdduizenden en nog eens hon
derdduizenden van zijn begaafdste wezens in
het huidige proletarische moeras laat om
komen, terwijl men H^ttentotten en Zoeloe
kaffers tot geestelijke beroepen dresseert.
Want om dressuur gaat het daarbij, juist
zooals bij een poedel en niet om een weten
schappelijke „opleiding."
(bldz. 122.)
Vraag:
Welké plaats behoort volgens
U de vrouw in de staat in Ie
nemen?
Antwoord:
De opvoeding der vrouw moet er onafge
broken op gericht zijn, dat zij toekomstige
moeders zullen worden. (bldz. 460.)
Vraag:
Wat is Uw werkelijke meening
over de pers in de democrati
sche landen?
Antwoord:
De activiteit van de zoogenaamde libera
le pers beteekende doodgraverswerk voor
het Duitsche volk en het Duitsche Rijk,
Over de marxistische leugenbladen moet
men maar zwijgen: voor hen is het liegen
evenzeer een levensnoodzaak als het mui
zenvangen voor de kat; hun taak is im
mers het volk den nationalen ruggegraat te
breken, om het zoodoende rijp te maken
voor het slavenjuk van het internationale
kapitaal en zijn heeren, de Joden. (bldz. 265)
Een dertig centimeter granaat siste meer
dan duizend Joodsche krantcnadders dus
laat ze maar sissen. (bldz. 269)
Wielrennen
L
Speciale training voor de nationale
achtervolgingskampioenschappen,
Omnium tegen Aimar,
Archambaud en Fournier
Koppel Klink-v. d. Voort
weer op de baan
Zoekt ge Klink? Kijk dan eerst even in
het Bandenhuis van Maarten Snooijdijk te
Hippo. Tien tegen één, dat ge hem daar aan
treft. Want in het gezellige rijwielzaakje
van zijn boezemvriend brengt DetInner
steeds een aantal uren van den dag door.
Daar worden de laatslc wielernieuwtjes be
sproken, krijgslisten voor de gecontracteer
de wedstrijden uitgebroed, cjaar ook worden
Klink's karretjes op deskundige wijze in or
de gehouden.
Ook wij hebben er niet tevergeefs aange
klopt. Nauwelijks zitten we op de houten
bank in het keukentje, of we zijn door den
Wieringer renner en zijn kornuiten in de
wielerwereld binnengevoerd. Het gesprek is
zeer geanimeerd en omvat de meest uit-
eenloopende onderwerpen. Zoo kan het. ge
beuren, dat er geruimen tijd verloopt, eer
we ons herinneren, dat we hier zijn geko
men met een speciaal doel, n.1. om Klink te
interviewen
Zaken gaan vóór het meisjel
Alle dagen rijden Maarten en ik S0 K.M.,
zegt Klink, als we het over de training heb
ben. Maar daar blijft het niet bij, we gaan
dit afstand opvoeren tot 150 K M. Training
op den weg is mij het best bevallen. Daar
van krijgt men weerstandsvermogen. Op de
baan gaat het te gemakkelijk. Maarten gaat
altijd met me mee en daar ben ik blij om,
want- inct z'n tweeën rijdt hot veel gezelli
ger. Je moet echter niet denken, dat we er
maar wat van maken. We trainen serieus,
anders geeft 't niet veel.
Dat er serieus getraind wordt, daar
kan ook Maarten van meepraten. Af
en toe word ik gelost, zegt hij, maar
ik ben al blij als ik 2 of 3 kilometers
aan zijn wiel kan blijven. En niet
trotsch laat hij er op volgen: Ik rij
ook niet met den eerste den beste!
Ja, Maarten is trotsch op zijn vriend
en met recht.
Wil je succes hebben, dan moet jo een
regelmatig leven leiden, leeraart Klink. Roo-
ken en drinken is natuurlijk uit den booze.
Verder ga ik steeds op tijd naar bed. En,
Als er één wielrenner is geweest,
die zich het laatste jaar op den
voorgrond heeft geplaatst, dan is
het wel de Wieringer Dethmer
Klink. Hoewel hij zich als koppel
rijder een reputatie veroverde
we denken aan het succesvolle op
treden van het koppel Klinkv. d.
Voort is het poursuite-rijden toch
zijn sterkste kant gebleken. Spe
cialisten in de achtervolging heb
ben de kracht van Klink ondervon
den; de meesten hebben ervoor
moeten buigen. Slechts weinigen,
de grootsten der aarde zijn er, na
uiterste krachtsinspanning in ge
slaagd, in de meerderheid te blij
ven. Kortom, als achtervolger heeft
Klink zich een wereldnaam ver
worven!
Welke zijn nu de toekomstplan
nen van dezen talentvollen renner?
Onze speciale sportverslaggever,
die begreep, dat een en ander onze
lezers zou interesseeren, beant
woordt deze vraag in bijgaand ar
tikel, dat een boeiend relaas geeft
van zijn bezoek aan den Wieringer
renner, waarbij natuurlijk ook an
dere onderwerpen, Klink betreffen
de, ter sprake zijn gekomen.
waarschuwt hij met een ernstig gezicht: za
ken gaan voor het meisje!
Nou, nou, plaagt Snooijdijk, schreeuw
maar niet te hard man.
Maar Klink blijft ernstig. Fietsen is voor
mij de hoofdzaak en dat zal het blijven ook.
De ongelijke strijd om den ach
tervolgingsarmband.
We komen op den achtervolgingswedstrijd
terug, die Klink 12 dezer in het P,arijsche
Yclodrome d'Hiver tegen Louis Aimar heeft
gereden. Zonder opsmuk vertelt Dethmer
van deze koers. Hij vertelt de dingen zooals
ze zijn, dat voelt men. We krijgen dan pas
een goeden indruk van de moeilijkheden,
die de Noordhollandcr in het verre land
heeft ondervonden. „Je verkeert in de meest
ongunstige omstandigheden en het ergste is,
dat slechts weinigen liet beseffen. Na een
KLINK.
lange en vermoeiende treinreis ga je per
taxi naar de Winterbaan Ik ken bijna geen
woord Fransch, dus je begrijpt wel, wat ecp
moeite het mij kost, mij verstaanbaar te ma
ken. De tijd, die je nog hebt, vóór je num
mer begint, gebruik je om je fiets in orde
te brengen. Een verzorger heb je niet. Een
verslaggever hoort je uit met behulp van
een tolk. Dan moet je rijden. Je wordt af
geduwd door Franschcn en de eerste
ronde lig je al 25 meter op achter. Bij een
normalen afduw is het onmogelijk na één
ronde 25 meter achterstand op te loopen,
vooral niet bij liet geweldig groote verzet,
dat Aimar trapt. Ik zet m'n tanden op el
kaar na 5 K.M. is m'n achterstand ge
slonken tot 15 meter. Het publiek begint me
toe te juichen, het voelt,, dat de kans be
staat, dat de Marseillaansche reus geklopt
wordt. De helpers van den Franschman wor
den onrustig. Met chronometers in de hand
houden ze hun poulain van meter tot meter
van het verloop van den strijd op de hoogte.
Je rijdt maar raak. Waar je tegen
stander zich bevindt, weet je niet.
Evenmin heb je er notie van hoe
lang je over een ronde doet Een
aanmoediging, een aanwijzing van
je helper zou wonderen kunnen ver
richten. Maar zoo iemand is er niet.
Tenslotte wordt je gepasseerd en je
weet dat je geslagen bent."
Je acht Louis Aimar toch niet onoverwin
nelijk? vragen we.
Zeker niet, antwoordt Klink en z'n oogen'
tintelen, als hij het verlangen uitspreekt,
den Franschcn specialist eens op de Alk-
maarsche baan te mogen ontmoeten. Aimar
is anders een aardige kerel. Hij rijdt zui
ver op zijn kracht en trapt, zooals gezegd,
een groot verzet. Als ik zoo eens rijden
moest
Waardeering en pessimisme.
Het publiek was' me goed gezind. Even
zoo goed als Aimar kreeg ik bloemen en
werd tijdens mijn eererondc hartelijk toege
juicht. Ik was trouwens tevreden over me
zelf. Sinds 12 November bad ik niet gereden
en ik had mijn tegenstander toch tot record-
verbetering gedwóngen.
Iloe weinig kennen de menschen je
moeilijkheden toch eigenlijk, zegt
Klink bitter. Als je na zoo'n verlo
ren wedslrijd thuis komt, dan zeg
gen ze tegen je: „Zoo Klink, jij licht
ook weer niet best gereden hè", of
„nou kerel, jij kunt je fiets wel aan
den kapstok hangen". Dan wordt je
wel eens giftig. Natuurlijk begrij
pen zulke menschen in 't geheel niet,
welk een teleurstelling de nederlaag
voor jezelf was.
Speciale training voor het na
tionale achtervolgingskampioen
schap.
Nog lang praten we over het verleden,
maar dan slaan we een blik in de toekomst.
We hooien, dat Dethmer's hoop gevestigd is
op het achtervolgingskampioenschap van
Nederland. Daar gaat hij zich speciaal op
voorbereiden. De best geplaatste twee zullen
immers naar de wereldkampioenschappen te
Milaan worden uitgezonden. Als zijn kwaad
ste tegenstanders in het nationale kampioen
schap beschouwt hij Slaats, Schulte en Groc-
newegen. Maarten rekent er Jan Pijnenburg
ook bij, de Pijn kan soms zoo raar uit den
hoek komen
Zijn eerstvolgende wedstrijd zal
Klink op 9 April te Leeuwarden rij
den. Ilij komt daar uit in een koppel
race met als ploegmaat Kees Pellc-
naars. Overigens zal hij in het nieu
we seizoen weer met den Utrechte
naar v. d. Voort een koppel vórmen.
Het Zesdaagsche-vak trekt Klink
wel aan.
En je gaat ook Zcsdaagsche rijden,
hoorden we?
Als ik wil, kan ik in de Zesdaagsche
van St. Etiennc, die van 29 Maart tot 4 April
wordt verreden, uitkomen. De condities wor
den mij eerstdaags toegestuurd en zijn zij
aannemelijk, dan zal ik het zeker doen. Ik
word dan gekoppeld aan van Amsterdam,
die in Zuid-Frankrijk groote populariteit
heeft verworven met zijn rijden achter
Derny-motoren. De „Six-days" lijken mij wel
Op Klink's wedstrijdprogramma
staat voorts een omnium die hij 18
Mei te Marseille zal rijden tegen Ai
mar, Fournier en Archambaud. Dit
wordt natuurlijk een belangrijk tref
fen!
Behalve aan de baanwedstrijden, zal de
Wieringer crack ook aan ecnige wegcour-
sen deelnemen. Daar is b.v. de ronde van
|Pnrmerend (ook Maarten rijdt hierin moe)
en het criterium van liet. Amsterdamselic
iBoschplan. Klink beschouwt deze wedstrij
den als een goede training.
Pogingen om het werelduurrecord
te verbeteren uit den booze.
Heb je nog aspiraties ten aanzien vas
het werelduurrecord.
Nee, daar begin ik nog niet aan. Slaats,
Richard, Archambaud en ook Jan van Hout
hebben zich daarop toegelegd. En wat zien
we? Dat zij na hun pogingen leelijk uit
vorm zijn geraakt. Slaats is nog de oude
niet, Richard en Archambaud zijn op den
achtergrond geraakt en Jan van Hout
je hoort hem niet meer noemen. Ik forceer
me liever niet. In ieder geval wacht ik nog
een paar jaar.
De rennerij op Wieringen.
Hoe gaat het met de wielersport op
Wieringen?, roeren we een ander chapiter
aan.
Niet al te best. Maarten en ik zijn
vrijwel de ecnige actieve leden van
de club hier. Vroeger had je iede-
ren Donderdagavond de trainings
wedstrijden op de baan. Ze waren ge
liefd, zoowel bij de renners, als bij
het publiek. Zoo had het moeten
blijven, zegt Klink, en er is een
tikje weemoed in zijn stem.
Indertijd hebben op onze baan de koppels
PijnenburgSlaats en WalsPellenaars het
publiek bij den neus eenomen en dit heeft
veel kapot gemaakt. Men zal nu meer am
bitieuze renners gaan engageeren, jongens,
die zullen willen laten zien, wat te kun
nen, die zullen vechten voor de overwinning.
Dat lijkt me goed gezien. In Mei opent de
baan met een goed programma en ik ben
'er zeker van dat het publiek zal komen.
Echte sport wordt altijd gewaardeerd. De
banen kunnen overigens slecht bestaan. De
één verdwijnt na de ander. Alleen de Alk-
maarsche baan floreert feitelijk goed.
Ook Klink is maar een mensch...
Nog langen tijd hebben we met Klink ge
sproken, het afscheid kwam slechts noode.
We hadden gehoord van zijn successen,
maar ook van zijn tegenslagen. Zijn suc
cessen, die worden aanvaard met een groote
gemakkelijkheid, alsof het zoo hoorde; zijn
tegenslagen, die niet worden begrepen, die
oorzaak zijn van pessimisme en ongeloof.
Men verwacht niets dan overwinningen van
zijn favoriet. Men houdt er zoo weinig reke
ning mede, dat ook hij wel eens minder
goed in conditie kan zijn, dat er tijden zijn,
dat ook hij inzinkingen doormaakt en niet
goed gaat.
Heusch, Klink kan onzen moreelen steun
niet missen. Niet als het hem voor de wind
gaat. Maar vooral niet als het hem tegen
loopt. Door dik en dun moeten wij vertrou
wen hebben in den sympathieken Wierin
ger. Hij is het waard!
Zij roofden, plunderden,
vernielden
Jonge tuinknechten maakten het
Westland onveilig.
Een bende van jongelieden, welke gedu
rende de laatste maanden van het vorig jaar
de omstreken van Den Haag met inbraken
en vernielingen onveilig maakten, moest
zich gisteren voor de strafkamer van de
Haagsche rechtbank verantwoorden.
Het eerst stonden de 24-jarige tuinarbei-
der N. C. van den A. en de 19-jarige tuin-
arbeider N. C. van der L. terecht.
„Wanneer aan een 19-jarigen jongen", zoo
zeide de officier van Justitie in zijn requi
sitoir, „twee inbraken en een brandstichting
ten laste wordt gelegd, lijkt dit al heel erg.
In werkelijkheid is deze dagvaarding even
wel een slap aftreksel van betgeen zij in het
geheel hebben bedreven. Niet minder dan
26 misdrijven hebben ze op' hun geweten.
Ze hebben geroofd, geplunderd, vernield,
dikwijls onder de* weerzinwekkendste om
standigheden."
De drie feiten, welke hun waren ten laste
gelegd, bekenden ze.
Zij hadden op 13 October *1938 een in
braak gepleegd in de woning van een land
bouwer te Wateringen, waar ze geld en sie
raden buitmaakten. Ze hadden in dezelfde
maand in een schuurtje te Rijswijk inge
broken, waaruit ze een geweer meenamen
en tenslotte staken ze op 8 November j.1.
uit louter baldadigheid een voetbalkeet op
het terrein van de sportvereeniging W.O.
D.A. te 's-Gravenhage in brand.
De officier van Justitie eischte tegen van
der L. een gevangenisstraf van twee jaar, in
de jeugdgevangenis te Zutfen door te bren
gen. De eisch tegen van den A. luidde één
jaar en zes maanden gevangenisstraf zon
der die bijkomende bepaling.
Pleidooi.
De verdediger van verd. van den A., be
pleitte voor dezen verdachte eveneens ge
vangenisstraf in de jeugdgevangenis door
te brengen. Weliswaar is hij reeds 24 jaar,
doch hij is laat ontwikkeld. Verdachte is
nooit eerder veroordeeld, dus moet elke
kans benut worden om hem in het rechte
spoor terug te brengen. Dit kans ligt vol
gens pleiter in de jeugdgevangenis.
De pleiter voor van der L., kan zich groo-
tcndccls met het requisitoir van den offi
cier vereenigen.
Tenslotte stonden nog twee anderen te
recht, de 21-jarige tuinarbeider P. J. van
der L. en de 16-jarige leerling-monteur D.
A. K., die wegens diefstal resp. 4 maanden
voorwaardelijk en ter beschikking stelling
van de rcgccring tegen zich hoorden eischen
Uitspraak in al deze zaken 14 Maart.
ONZE OOST.
GEVANGENISSTRAFFEN WEGENS
ZEDENDELICTEN.
De behandeling van een zaak door den
Raad van Justitie tegen een Europeaan is
tot nader order uitgesteld. De Raad van Jus
titie te Medan veroordeelde een Europeaan
tot 1 jaar en zes maanden gevangenisstraf
met aftrek van preventief. Tevens werd de
behandeling aangevangen van de zaak te
gen een anderen Europeaan.
De landraad van Tjiandjoer veroordeelde
naar de N.R.Ct. meldt, twee inheemsche be
klaagden tot resp. 15 en 21 maanden ge
vangenisstraf.