Gratis
Gratis
Een president-dictator
lezen!!
Kooglandspolder denkt over
electrische bemaling
van den Kaagpolder
«nnnn
Ingezonden
Ontmoeting
Donderdag 16 Maart 1939
Tweede blad
Waarom het bestuurslid Bakker
aftrad. In sta in mijn recht,
zegt voorzitter, Bakker verzaakt
zijn plicht.
BE BURGEMEESTER TRACHT
VERGEEFS TE BEMIDDELEN.
Een zijns inziens minder goede samen
werking in het dagelijksch bestuur van
den Kaagpolder en een al te eigenmach
tig optreden van den voorzitter, den heer
j. Schenk, deden den heer Jan Bakker
Czn. besluiten uit dit dagelijksch bestuur
te treden. Om zijn houding te motivee-
ren en teneinde publiekelijk besproken te
krijgen, wat er naar zijn oordeel in het
belang van den polder aan het bestuurs
apparaat hapert, heeft de heer Bakker
zijn grieven samengevat in een schrijven
aan de Stemgerechtigde Ingelanden. Dit
schrijven werd gistermorgen tijdens de
vergadering van Stemgerechtigde Inge
landen in het café De Fortuin bezorgd.
Het luidt als volgt;
Zooals U zich zult herinneren is op de Al-
gemeen e Vergadering van 5 October 1938,
na eenige toelichting van de heeren Broers
ma en Ir. Poppens, beiden verbonden aan
het Hoogheemraadschap Noordhollands
Noorderkwartier, besloten de hoofdslooten
in den polder in werkverschaffing te laten
opknappen en uitdiepen. Vanuit deze ver
gadering is door een Uwer gevraagd of het
ook in de bedoeling lag die slooten, welke
een paar jaar geleden reeds waren uitge
diept, ook in dit plan op te nemen. Hierop
antwoordde de voorzitter, dat er absoluut
niet aan gedacht werd, deze slooten in het
plan op f.e nemen, waarop een der heeren
voornoemd, ook nog ten overvloede toe
lichtte, dat. dit in het geheel niet noodig
was en zelfs het werk kon worden stop
gezet zoodra het polderbestuur dit noodig
oordeelde. Deze verzekeringen had mijn
volle goedkeuring, daar ik zelf zeer tegen
het. uitdiepen van de reeds geschoonde sloo
ten was.
Hiervan was of kon voorz. op de hoogte, zijn
daar ik omtrent dit punt mijn meening niet
onder stoelen of banken heb geschoven.
Groot was dan ook mijn verwondering,
toen ik op Zaterdag 25 Februari j.1. op de
bestuursvergadering hoorde dat bedoelde
slooten tóch in hun geheel zouden worden
uitgediept! Zonder mij er maar cenigszins
in gekend te hebben, werd dit punt door
den voorzitter als reeds afgedaan medege
deeld! Is het te verwonderen, mijne Heeren,
dat ik mijzelf afvroeg of hier nog van sa
menwerking gesproken kon worden? Sa
menwerking is toch in een zaak als deze
een eerste vereischte, wil men de belangen
van het vertegenwoordigd lichaam naar
beste weten behartigen.
Er kwam nog iets anders.
Op Maandag 27 Februari verweet voorzit
ter mij, toen hii mij een bezoek bracht, dat
door oen nalatigheid van mijn kant (het
bedienen van het watergemaal) het sloot
kerk in het Zool bezuiden den dam van J.
Schoorl was ondergeloopen, waardoor ik de
polder onnoodig op kosten zou gejaagd
hebben. Na een dergelijk, geheel ongemoti
veerd optreden, besloot ik mijn functie
lieer te leggen, daar mijnsinziens van
yruelithare samenwerking geen sprake meer
is. Wat do nalatigheid betreft, kan ik ver
zekeren, dat ik geen schuld heb, daar het
poldenvater door het afsluiten van den dui
ker geen toegang had tot het. genoemde ge
deelte. Het te vroeg weghalen van een wa
terpomp, het slechte weer en het slechte
plaatsen van een dam werden mij ter plaat
se als oorzaak opgegeven.
Voorzitter kon heel goed weten hoe de si
tuatie hier was en had dan ook moeten be
grijpen dat zijn verwijt aan mijn adres
.verkeerd was geplaatst!
Om half tien opent voorzitter de heer J.
Schenk A. Dzn. de vergadering met een
hartelijk welkom. De notulen leveren geen
stof tot bespreking. Enkele
mededeelingen
.volgen.
Het Prov. Bestuur acht het niet raadzaam
de windmotorlnstallatie reeds af te bre
ken en adviseert een jaar te wachten. Men
beeft nog te weinig ervaring na de buiten
gebruikstelling, welke eerst in October 193S
is geschied.
Het polderbestuur heeft een opgave ge
vraagd van primitieve herstelling.
De bedragen hiervoor varieeren tusschen
I 240 en f 1000.—
Het bestuur gaat nu echter met het voor
stel van Gcd. Staten mede; omdat de prijs
opgave zoo tegenviel.
Het voor en tegen van deze zaak wordt
bverwogen.
Het bestuur vindt het voordeeliger niet
laten draaien. Uit de vergadering wordt
opgemerkt, dat het jammer is zoo'n mooie
Installatie niet meer te gebruiken.
Men besluit tenslotte het advies van Ged.
Staten op te volgen.
Het Pov. Bestuur heeft voorts gewezen
op de verplichte fraudeverzekering, waarna
het polderbestuur zich heeft, verzekerd bij
de Nat. Borgstcllingsmii. voor f 100.te
gen een premie van f 4.25.
Dan komt de brief van den heer
J. Bakker Czn. ter sprake.
De voorzitter verdedigt zich.
Het is niet juist zegt voorzitter, wat de
heer Bakker ten aanzien van de slooten
zegt. Alle slooten stonden natuurlijk in het
plan. het ging er alleen om te zien of op
knap oen noodig was en dat bleek slechts,
terwijl het werk aan den gang was.
De heer Loggers vraagt of er van bedoelde
slooten al gesloot is.
Voorzitter: Een klein stukje alleen om de
wallen op te luiappea.
De heer Loggers: Wist de heer Bakker
dat?
Voorzitter: Ja de slooten zijn alleen
wat opgerecht.
De heer C._Bakker Sr.: Niet waar. Het is
een wraakneming van den voorzitter.
Voorzitter verwacht zulke uitdrukkingen
niet. Voorzitter merkt verder op dat het al
lemaal in het belang van den Polder ging
en wijst er voorts op dat de brief hem heelt
verrast. Wat de bemaling betreft, zegt voor
zitter dat de heer Bakker de machinist 3
dagen verlof heeft gegeven. Het was niet
juist om de voorz. hier niets van te zeggen
Echter, de heer Bakker zou voor de bema
ling zorgen.
Voorzitter legde zich er bij neer. De heer
Bakker maalde echter niet of onvoldoende.
De boel liep onder, 't ging niet alleen om
het Zool, maar ook om werk elders. Bij
Blaauböer was alles ondergeloopen. De
heèr Bakker had moeten malen, maar zei
tegen voorzitter,1 dat hij 16 koeien moest
melken.
De heer Bakker had dan hij voorzitter
moeten komen. Al fnoest hij 20 koeien mei
ken, plicht is plicht.
Voorzitter offert alles voor den polder op
en verwacht dit ook van. anderen. Hij heeft
den heer Bakker een zacht verwijt gemaakt,
al zat het voorzitter hoog. Men heeft een
pomp moeten huren tegen een gulden per
dag, om alles weer droog te krijgen.
De heer Bakker Sr.: Je draai je k...nt er
uit, je haal een grootc waffel tegen Jan
Bakker op.
Er was geen water.
Voorzitter: Als U zoo begint, ga dan lie
ver weg. Doordat het water zoo gerezen is
is de put ondergeloopen, en veel prut is,
meegespoeld. Als gemalen was, was de
put drooggebleven.
De heer Mosterd zegt ook dat er weinig
water was.
Voorzitter: Was de put waar 35 menschen
werkten dan niet ondergeloopen? Was clie
stagnatie voor niets?
De heer Mosterd: Jawel die was onderge
loopen.
Voorzitter: Hoe kwam dat dan?
De heer Mosterd: Dat weet ik niet; maar
Bakker is nergens in gemoeid.
Voorzitter: Daar gaat 't niet over. Als
de medebestuursleden niet komen kijken
is dat hun zaak. Ik ben er bijna eiken dag.
Maar er is niets te moeien, er is nog niets
bijzonders gebeurd.
Den heer Loggere komt het voor, dat er
een misverstand is, en spr. betreurt dit.
Het geldt een wakker bestuurslid, evenals
voorzitter. Zijn vader is jaren voorzitter
geweest; hij is er van jongs af aan in op
gegroeid. Spr. adviseert den heer Bakker
te verzoeken zijn ontslagaanvrage in te
trekken.
Het bestuur kwam onbeslagen
ten ijs. Het punt wordt aan
gehouden.
Gistermorgen vergaderden stemgerechtigde
ingelanden van den Hooglandspolder ten
huize van den heer de Graaf te Barsinger-
horn.
Voorzitter was de heer C. Smit, secre
taris de heer Jb. Bakker Azn.
Als belangrijkste punt staat op de
agenda: kostenopgave electrische bemaling,
waarvoor de heer Moejes, deskundige uit
Oudorp, aanwezig is. Voor dit aan de orde
komt heet voorzitter speciaal welkom den
oud-molenaar, den heer Bronder en dankt
hem voor het vele werk door dezen verricht.
Den heer Bjonder wordt een schilderij
aangeboden met beeltenis van den molen
in den ouden vorm. (Applaus). De heer
Bronder dankt met eenige welgekozen
woorden. Hij heeft een reuzeplaats in da
kamer voor het schilderij, zegt hij!
De notulen worden goedgekeurd.
Ingekomen zijn o.a. advies van het Prov.
Bestuur zich te verzekeren bij het Nat.
Borgstelljngsfonds tegen fraude. Het amb
tenarenreglement moet worden gewijzigd in
verband met de dienstplichtwet.
Overschreden posten worden overgebracht
op andere posten der begrooling 193S.
Goedgekeurd wordt een kasgeldleening
aan te gaan tot een bedrag van f 1000.—.
De bemaling.
In behandeling komt dan de opgave van
•kosten v. herstel der molenwieken en ook
•van electrische bemaling. De fa. Moejes
geeft op totaal f 3000.—, waarmede de
molen geheel in orde zal zijn. Er zijn dan
o.a. nieuwe roeden en een doorboorde as.
Men wil trachten dit bedrag in 10 jaar
af te lossen. Daarnaast overweegt men
echter den molen te sloopen en electrisch
te bemalen De heer Moejes geeft hierover
inlichtingen.
De zaak is reeds eerder ter sprake ge
weest. De kostprijs is hooger dan reeds in
1936 genoemd. Spr. raadt een moderne vij
zel-installatie aan, waarvoor de kosten
zullen zijn f 2950.gebouw f 2000.advie
zen f 400.onvoorzien f 150.totaal
f 5500.—. Do kppitaalslasten zijn per jaar
f 300.Het stroomverbruik wordt per jaar
geraamd op f 204.80, met bijkomende kos
ten f 940.totaal.
De heer Loggers vraagt wat het Bilo-
systeem in 1936 heeft gekost.
Voorzitter: f 1500.
De heer Loggers vraagt verder of in 1936
onderzocht is of het Bilo-systeem mogelijk
was.
Voorzitter licht toe, dat de zaak niet on
der garantie is geleverd. Dit is ook moei
lijk.
Vragen.
De heer Moejes beantwoordt verschillen
de vragen. Spr. zet uiteen dat electrische
Voorzitter: Ik denk er niet aan,
ik heb mij niets te verwijten.
De heer Bakker moet eerst erken
nen dat hij mis is geweest. Als er
misverstand is, gaat het over de
sloot, anders niet.
De heer J. S. Schoorl vindt dat de heer
Bakker weinig belangstelling heeft. Hij
komt in geen drie maanden kijken.
Met een hamerklap sluit voorzit
ter de discussies.
Eendenverordening.
Er wordt voorgesteld een eendenverorde
ning in te voeren.
De heer Loggers wijst er op dat zijns in
ziens een dergelijke verordening over het
gemeentebestuur moet loopen, omdat er
strafbepalingen aan zijn verbonden. Een
proces-verbaal zou geen rechtskracht heb
ben.
Men besluit zich nader over deze zaak
te beraden. Zijn er geen hinderpalen, zal
de verordening worden vastgesteld.
Het bestuurslid Borst komt ter vergade
ring. Hij meende dat het om tien uur
begon...
Geldleening.
Besloten wordt een kasgeldleening van
f 1000.aan te gaan.
Begrooting.
De begrooting sluit in ontvangsten en
uitgaven tot een bedrag van f 7606.47 met
een geraamd onvoorzien van f 723.26.
De begrooting opent met het batig saldo
1938 f 523.11. De omslag is over 540.69.69
H A. a f 11.f5947.67.
De begrooting wordt goedgekeurd.
Rekening 1938.
De rekening opent met een batig saldo
1937 a 417.03. Ontvangen omslatr is
f5945.64. Het batig saldo 193S bedraagt
f523.11. Aan buitengewone ontvangsten is
gehoekt f 4899.32, te weten geldleening
voor vaarten en slooten uit het werkloos-
heidssubsidiefonds 8000.— en loonen
f3100.68. Dit is overgebracht naar de re
kening 1939. De gewone rekening sluit tot
een bedrag van f 17761.86. z
De heer Schoorl brengt rapport uit en
adviseert tot goedkeuring. Den secretaris
wordt dank gebracht.
Het. bestuur ontvangt machtiging tot het
aangaan van onderhandsche huren en ver
huren enz.
Rekeningcommissie.
Als leden van de commissie tot nazien
der rekening 1939 worden gekozen de hee
ren Blaauböer, Schoorl en Eriks.
De heer C. Bakker vindt het onzinnig,
dat dezelfden als verleden jaar zijn gekozen.
Uit de vergadering: Er is toch gestemd!
Voorzitter: Het punt is afgehandeld.
Rondvraag.
Na eenige opmerkingen van huishoude-
1 ij ken aard over het plaatsen van een
schut e.a. sluit voorzitter de vergadering,
na nog te hebben medegedeeld, dat het
slooten begin April zijn beslag krijgt.
bemaling zeer voordeelïg kan zijn en toont
dit met voorbeelden aan. Hieruit, blijkt dat
andere polders, zooals Slikvenpolder, Weere
polder, de Veenhuizerpolder steeds onder
de opgave van stroomverbruik zijn geble
ven.
Men weegt dan de financieele consequen
ties van electrische bemaling en herstel
van den molen per jaar tegen elkaar af.
De heer Loggers merkt op, dat het ka
pitaaltje in de wiekon gestoken, bij electri
sche bemaling geheel weg is.
Voorzitter licht toe, dat het bij herstel
eveneens vrijwel het geval is.
(Tot goed begrip diene, dat de Bilobema-
ling, waartoe in 1936 is overgegaan wel vol
deed. Men heeft echter dit systeem toegepast
zonder de bestaande molenonderdeelen vol
doende te vernieuwen. Er is een roe ge
broken, vandaar dat nu een besluit tot; her
stel of sloopen noodig is (verslagg.)
Een behoorlijke begrooting heeft de heer
Moeijes echter niet ,hij baseert zijn bereke
ningen op gegevens van vroeger.
De heer Loggers wil een duidelijke
kostenopgave per iaar, anders is toch eenig
besluit moeilijk. Verder is de kwestie van
garantie van belang. Zonder het bestuur een
verwijt te maken is spr. toch van oordeel
dat de zaak in 1936 wel wat lichtvaardig
is behandeld.
Voorzitter zegt dat er geen garantie gege
ven is. Het zou gevraagd kunnen worden.
Er zijn geen waterbezwaren bij het Bilosys-
tcem geweest, bij de minste wind draait de
molen reeds.
Ook de heer Schoorl wenscht eerst cijfers.
Voorzitter meent dat de jaarlijksche kos
ten van de electrische bemaling niet zoo
hoog zijn, omdat hiervoor in 15 jaar mag
worden afgelost.
Er zijn twee stroomingen in de vergade
ring. Eenerzijds wordt opgemerkt dat de
f 3000.— voor liet herstel in 10 jaar zijn af
gelost, en 't dan veel voordeeliger, maai
de kosten voor het electrisch gemaal f 940
per jaar blijven.
Anderzijds wordt opgemerkt dat met elee-
0 Zij, die zich thans op
de Schager Courant
abonneeren, ontvangen
denummerstotl Aprila.s.
Iedereen wil natuurlyk graag krach
tig en gezond blijven - het dagelyk-
sche kauwen van WRIGLEY'S P.K.
is hierby op de meest natuurlijke
wijze behulpzaam. Bovendien bevor
dert het de spijsvertering.
P.K. kauwen sterkt de zenuwen en neemt
dat drukkende gevoel na den maaltijd weg.
Het schept nieuwe levenslust en verhoogt
de werkkracht. Houdt steeds enkele pakjes
bij de hand. m t.x.
Veel genot voor weinig geld: 5 cent.
aaaaaaaaaaaaaa
trische bemaling de kijk eraf is. Ook de mo
bilisatieclausule komt ter sprake. De stroom
prijs kan plotseling omhoog gaan.
Voorzitter voelt
Niet beslagen ten ijs.
te komen en stelt voor het punt aan te hou
den. (de bemaling geschiedt thans met één
roe. De molen maalt lustig! vcrsl.) Men zal
later op de zaak terugkomen.
Begrooting.
De begrooting sluit met een geraamd on
voorzien van 659.99 tot een bedrag van
f 5208.27.
Rekening.
De omslag over 1938 is f 3S65.27, het na-
deelig begin saido 1937 f 205.39; het voordee-
lig eindsaldo 1938 f 199.27. De rekening sluit
tot een bedrag van f 6770.09. De lieer Broers
ma adviseert tot goedkeuring.
Molenmeesters ontvangen machtiging tot
onderhandsche aanbesteding, uitvoering van
werken in eigen beheer, onderhandsche ver
koop, verhuur en verpachting.
^Rekening-commissie.
Tot leden der commissie tot nazien der re
kening 1939 worden benoemd de heeren
Stins, Zwaag en v. d. Oord.
Eendenverordening.
Een eendenverordening wordt vastge
steld, over de rechtskracht daarvan zal na-^
der advies worden ingenomen.
Rondvraag.
De heer Stins wijst op de toestand van
de dpikers, die veel te hoog worden.
Het water kan niet bij den molen komen.
Voorzitter zal er naar onderstaan.
De heer Stins heeft gehoord, dat bij de
stagnatie met den molen Slikvenpolder zoo
keurig is pgetreden.
Voorzitter had een dankwoord reeds op
zijn programma; in het bijzonder aan den
heer Kooijman.
Verzocht worclt op het dopjeskroos te let
ten. De duikers zitten soms geheel vol.
Hierna sluiting.
Mededingsters naar den titel schoonheids
koningin van Parijs.
Geachte Redactie,
Beleefd verzoek ik U het onderrtaande als
„Ingezonden" in Uw veelgelezen blad te
willen opnemen, waarvoor bij voorbaat mijn
vriendelij ken dank.
In de eerstvolgende vergadering van on
zen gemeenteraad zal o.a. aan de orde
komen een voorstel van B. en W. om
over te gaan tot den bouw van een nieuwe
ambtswoning voor den gemeentegeneesheer
Dr. Nanninga, daar de thans bestaande
woning niet meer voldoet aan de eischen
welke men er tegenwoordig aan stelt.
De kosten voor den nieuwbouw worden
geraamd op f 13.500.—.
Waar men nu steeds in bijna iedere ver
gadering van den raad in een of anderen
vorm te hooren krijgt, dat de gemeente
heel zuinig met de geldmiddelen moet
zijn, is f 13.500.een nogal tamelijk be
drag, dunkt mij.
En als lichtpurft geldt dan: „Dr. Nan
ninga wil zelf het eeld aan de gemeente
leenen tegen zeer lage rente". Dat is alles
wel heel mooi, maar als de gemeente een
dergelijk bedrag er toch voor moet uitge
ven, zou ik wel eens de aandacht willen
vestigen op een groot ruim pand aan de
overzijde van het water celegen en onbe
woond, naar ik meen. Als de gemeente dit
eens zou kunnen knopen en liet restauree-
ren, zou men allicht de som van f 13500.—
niet te boven behoeven te gaan en dan
hield men nog het heele perceel hoek
Landbouwstraat over, met best bewoon
baar huis, garage en grooten tuin (eventu
eel gedeeltelijk bouwterrein) welk complex
zeker nog wel een flinke som zou kunnen
opbrengen.
J. ROGGEVEEN.
öni kati v&ituaat:
Door FLORENCE EEKHOUT.
Alientje wist niet goed, wat te doen met
haar .vrijen middag. Zoo gaat het als men
zelden een vrijen middag heeft. Ze was liet
zoo gewend altijd maar door te gaan met den
sleurgang van haar bestaantje, dat ze wer
kelijk verbluft stond tegenover het feit, dat
zij een heelen middag voor zich had!
Het kwam doordat haar vader de stad uit
moest. Zooiets was in jaren niet gebeurd.
Het was iets heel prettigs, een kleine erfe
nis. De kinderen waren naar school. Toch
zou er genoeg t.e doen zijn geweest, als niet
de goede tante Bertha opeens was gekomen.
Die zei resoluut: „Kind, neem je vanmiddag
maar eens vrijaf, dat beetje eten koken doe
ik! Me dunkt dat je wel een vrijen middag
mag hebben!"
Nu dacht Alientje: wat zal ik gaan doen?
Het weer was te mooi voor een bioscoop. Ze
nam tenslotte een tram naar buiten en wan
delde vergenoegd door stille lanen en langs
bosschen, totdat ze vermoeid werd. Tante
had de voorzorg genomen haar brood en wat
kersen mee te geven. Ze was bezig die ver
snapering te gebruiken, toen een man lang
zaam het boschpad kwam af wandelen. Hij
stond plotseling stil en Staarde naar haar.
Alientje voelde zich wat onrustig. Ze gluur
de van terzijde naar hem en vond-, dat hij
er netjes uitzag en sympathiek. Hij kon nog
niet oud zijn, maar had toch al veel grijze
haren; er waren scherpe lijnen om zijn
mond en in zijn voorhoofd. Hij was zonder
twijfel een heer.
Een oogenblik bleef hij roerloos staan.
Toen haalde hij een zakdoek uit zijn zak
en veegde het voorhoofd af. Hij droeg zijn
hoed in de hand en het kwam haar voor,
dat hij door de warmte bevangen "was. Na
een oogenblik ging hij een plaatsje opzoeken
op een omgekantelden boomstani. Alientje
vroeg zich af of ze moest weggaan. Ze vond
dat wat kinderachtig. Toen vroeg hij, op
zachten, beleefden toon: „Stoort het U als
ik even ga zitten? Ik... voel me niet erg
goed."
„Het is ook erg warm. Wilt U wat Eau
de Cologne? Ze haalde een fleschje voor
den dag en hij nam het dankend aan. Het
scheen hem op te knappen. Hij glimlachte,
en zei toen, haar strak aanziend: „U lijkt
op iemand, die ik heb gekend."
Ze wist niet wat daarop te antwoorden
en vroeg hem na een oogenblik of hij een
paar kersen wilde hebben. Hoe het kwam
wist ze niet, maar na een tijdje zat ze heel
vertrouwelijk met den vreemde te babbe
len. Hij wist spoedig allerlei over haar druk
bestaantje, haar goeden, hard werkenden
vader, haar zusjes en broertjes en hoe het
kwam, dat zij een middag naar buiten kon.
Toen stokte ze en voegde er blozend aan
■toe: „Ik praat nonsens."
„Ik hoor U graag praten", zei hij. Er was
iets in dezen man, iets, dat ze niet kon ver
klaren. Hij was vrijmoedig en terughou
dend. Hij was vriendelijk en toch kwam er
nu en dan een starre, zonderlinge uitdruk
king "op zijn gezicht.
Na een tijdje vroeg ze: „Kent U hier het
bosch goed?"
„Ik heb het goed gekend, maar ik ben er
vijftien jaar niet in geweest. Ik was ver
weg, en als men terugkeert, dan is het als
in dat oude volksliedje, dan is alles leeg.
Men vindt geen vrienden meer. Het bosch
is veranderd, het vaderland is veranderd.
Ik had nooit moeten terugkeeren."
Haar .hart ging naar hem uit. „U moet
het zich niet aantrekken", zei ze zacht. „U
moet weer nieuwe vrienden maken."
„Als men zoo lang weg is geweest, valt
het niet gemakkelijk meer, vrienden te ma
ken. Stel eens, dat ik U vroeg mijn vriend
te zijn. Zoudt U dan toestemmen?"
Ze kleurde en zei ernstig: „U zoudt niet
veel hebben aan een meisje als ik. Ik heb
nooit gereisd en ben niet ontwikkeld."
Hij zei: „Ik zou er ontzettend veel aan
hebben. Het zou me voor volkomen wan
hoop kunnen behoeden. Maar u weet niets
van mij, ik moest zulke malle dingen niet
zeggen."
„Als U zich eenzaam voelt, kom dan ge
rust eens met vader thuis praten." Ze gaf
hem haar adres. „Eer ik kom, zei hij, zal ik
u het een en ander schrijven over mij zelf,
misschien wilt U me dan niet meer zien!"
Ze dacht aan die woorden, al de dagen
die volgden, verwonderd en verontrust. Wat
meende hij? En hoe kwam het, dat ze die
vluchtige ontmoeting niet meer vergat?
Wat was er in hem, dat haar aantrok en
ook weer angstig maakte? Ze sprak niet
over de ontmoeting, hoewel ze het plan ge
had had alles te vertellen. Drie dagen later
kwam zijn brief. Er stond geen aanhef bo
ven. De vreemde schreef haar:
„Vijftien jaar geleden leefde een man
dicht hij het bosch, waar wij elkaar hebben
ontmoet. Hij hield van een meisje, dat veel
op U leek. Zij beloog en bedroog hem en
toen hij dat ontdekte, sloeg hij haar neer.
Zij viel tegen een boomstam en brak haar
nek. De man kreeg twintig jaar. Wegens
goed gedrag liet men hem vrij na vijftien
jaar. Hij werd gedreven naar de onheils
plaats, waar hij het meisje had gedood. En
kele seconden lang meende hij, verlamd
van schrik, dat zij daar zat, dat ze was te
ruggekeerd om hem te vervolgen met haar
beeld. Toen begreep hij, dat het slechts
een gelijkenis betrof. Maar die gelijkenis
was slechts in trekken en niet in karakter.
Dit meisje was even zacht, goed en eenvou-
ding als de andere ijdel, oneerlijk en wreed.
Hij had deze slechts eerder ontmoetNu
kan hij haar niets aanbieden dan zijn ver
nielde leven. Hij zou de kracht vinden dat
weer op te bouwen, indien ze met hem wil
de meegaan, op hem vertrouwen, in weer
wil van alles. Maar hoe zou zij dat kun
nen?En toch hoopt hij en aleer voor
altijd te vluchten van die plaats vol herin
neringen, zal hij nog een laatste maal in
het bosch komen, niet om de oude beelden
na te jagen, maar afscheid te nemen van
het lieve beeld. Morgen, om denzelfden tijd.
zal hij daar zijn en in gedachten afscheid
nemen van haar."
De zon scheen over den hoschweg en
over de tengere meisjesgestalte, die zich
voortspoedde.
Alientje had tweemaal in één week vrij.
Dien tweeden middag echter bond ze zich
voor het heele leven. Wat de eenzame man,
die op den boomstam zat te staren niet had
durven hopen, gebeurde: zij vond den moed
en het geloof!