Gratis Gratis Een president-dictator lezen!! Kooglandspolder denkt over electrische bemaling van den Kaagpolder «nnnn Ingezonden Ontmoeting Donderdag 16 Maart 1939 Tweede blad Waarom het bestuurslid Bakker aftrad. In sta in mijn recht, zegt voorzitter, Bakker verzaakt zijn plicht. BE BURGEMEESTER TRACHT VERGEEFS TE BEMIDDELEN. Een zijns inziens minder goede samen werking in het dagelijksch bestuur van den Kaagpolder en een al te eigenmach tig optreden van den voorzitter, den heer j. Schenk, deden den heer Jan Bakker Czn. besluiten uit dit dagelijksch bestuur te treden. Om zijn houding te motivee- ren en teneinde publiekelijk besproken te krijgen, wat er naar zijn oordeel in het belang van den polder aan het bestuurs apparaat hapert, heeft de heer Bakker zijn grieven samengevat in een schrijven aan de Stemgerechtigde Ingelanden. Dit schrijven werd gistermorgen tijdens de vergadering van Stemgerechtigde Inge landen in het café De Fortuin bezorgd. Het luidt als volgt; Zooals U zich zult herinneren is op de Al- gemeen e Vergadering van 5 October 1938, na eenige toelichting van de heeren Broers ma en Ir. Poppens, beiden verbonden aan het Hoogheemraadschap Noordhollands Noorderkwartier, besloten de hoofdslooten in den polder in werkverschaffing te laten opknappen en uitdiepen. Vanuit deze ver gadering is door een Uwer gevraagd of het ook in de bedoeling lag die slooten, welke een paar jaar geleden reeds waren uitge diept, ook in dit plan op te nemen. Hierop antwoordde de voorzitter, dat er absoluut niet aan gedacht werd, deze slooten in het plan op f.e nemen, waarop een der heeren voornoemd, ook nog ten overvloede toe lichtte, dat. dit in het geheel niet noodig was en zelfs het werk kon worden stop gezet zoodra het polderbestuur dit noodig oordeelde. Deze verzekeringen had mijn volle goedkeuring, daar ik zelf zeer tegen het. uitdiepen van de reeds geschoonde sloo ten was. Hiervan was of kon voorz. op de hoogte, zijn daar ik omtrent dit punt mijn meening niet onder stoelen of banken heb geschoven. Groot was dan ook mijn verwondering, toen ik op Zaterdag 25 Februari j.1. op de bestuursvergadering hoorde dat bedoelde slooten tóch in hun geheel zouden worden uitgediept! Zonder mij er maar cenigszins in gekend te hebben, werd dit punt door den voorzitter als reeds afgedaan medege deeld! Is het te verwonderen, mijne Heeren, dat ik mijzelf afvroeg of hier nog van sa menwerking gesproken kon worden? Sa menwerking is toch in een zaak als deze een eerste vereischte, wil men de belangen van het vertegenwoordigd lichaam naar beste weten behartigen. Er kwam nog iets anders. Op Maandag 27 Februari verweet voorzit ter mij, toen hii mij een bezoek bracht, dat door oen nalatigheid van mijn kant (het bedienen van het watergemaal) het sloot kerk in het Zool bezuiden den dam van J. Schoorl was ondergeloopen, waardoor ik de polder onnoodig op kosten zou gejaagd hebben. Na een dergelijk, geheel ongemoti veerd optreden, besloot ik mijn functie lieer te leggen, daar mijnsinziens van yruelithare samenwerking geen sprake meer is. Wat do nalatigheid betreft, kan ik ver zekeren, dat ik geen schuld heb, daar het poldenvater door het afsluiten van den dui ker geen toegang had tot het. genoemde ge deelte. Het te vroeg weghalen van een wa terpomp, het slechte weer en het slechte plaatsen van een dam werden mij ter plaat se als oorzaak opgegeven. Voorzitter kon heel goed weten hoe de si tuatie hier was en had dan ook moeten be grijpen dat zijn verwijt aan mijn adres .verkeerd was geplaatst! Om half tien opent voorzitter de heer J. Schenk A. Dzn. de vergadering met een hartelijk welkom. De notulen leveren geen stof tot bespreking. Enkele mededeelingen .volgen. Het Prov. Bestuur acht het niet raadzaam de windmotorlnstallatie reeds af te bre ken en adviseert een jaar te wachten. Men beeft nog te weinig ervaring na de buiten gebruikstelling, welke eerst in October 193S is geschied. Het polderbestuur heeft een opgave ge vraagd van primitieve herstelling. De bedragen hiervoor varieeren tusschen I 240 en f 1000.— Het bestuur gaat nu echter met het voor stel van Gcd. Staten mede; omdat de prijs opgave zoo tegenviel. Het voor en tegen van deze zaak wordt bverwogen. Het bestuur vindt het voordeeliger niet laten draaien. Uit de vergadering wordt opgemerkt, dat het jammer is zoo'n mooie Installatie niet meer te gebruiken. Men besluit tenslotte het advies van Ged. Staten op te volgen. Het Pov. Bestuur heeft voorts gewezen op de verplichte fraudeverzekering, waarna het polderbestuur zich heeft, verzekerd bij de Nat. Borgstcllingsmii. voor f 100.te gen een premie van f 4.25. Dan komt de brief van den heer J. Bakker Czn. ter sprake. De voorzitter verdedigt zich. Het is niet juist zegt voorzitter, wat de heer Bakker ten aanzien van de slooten zegt. Alle slooten stonden natuurlijk in het plan. het ging er alleen om te zien of op knap oen noodig was en dat bleek slechts, terwijl het werk aan den gang was. De heer Loggers vraagt of er van bedoelde slooten al gesloot is. Voorzitter: Een klein stukje alleen om de wallen op te luiappea. De heer Loggers: Wist de heer Bakker dat? Voorzitter: Ja de slooten zijn alleen wat opgerecht. De heer C._Bakker Sr.: Niet waar. Het is een wraakneming van den voorzitter. Voorzitter verwacht zulke uitdrukkingen niet. Voorzitter merkt verder op dat het al lemaal in het belang van den Polder ging en wijst er voorts op dat de brief hem heelt verrast. Wat de bemaling betreft, zegt voor zitter dat de heer Bakker de machinist 3 dagen verlof heeft gegeven. Het was niet juist om de voorz. hier niets van te zeggen Echter, de heer Bakker zou voor de bema ling zorgen. Voorzitter legde zich er bij neer. De heer Bakker maalde echter niet of onvoldoende. De boel liep onder, 't ging niet alleen om het Zool, maar ook om werk elders. Bij Blaauböer was alles ondergeloopen. De heèr Bakker had moeten malen, maar zei tegen voorzitter,1 dat hij 16 koeien moest melken. De heer Bakker had dan hij voorzitter moeten komen. Al fnoest hij 20 koeien mei ken, plicht is plicht. Voorzitter offert alles voor den polder op en verwacht dit ook van. anderen. Hij heeft den heer Bakker een zacht verwijt gemaakt, al zat het voorzitter hoog. Men heeft een pomp moeten huren tegen een gulden per dag, om alles weer droog te krijgen. De heer Bakker Sr.: Je draai je k...nt er uit, je haal een grootc waffel tegen Jan Bakker op. Er was geen water. Voorzitter: Als U zoo begint, ga dan lie ver weg. Doordat het water zoo gerezen is is de put ondergeloopen, en veel prut is, meegespoeld. Als gemalen was, was de put drooggebleven. De heer Mosterd zegt ook dat er weinig water was. Voorzitter: Was de put waar 35 menschen werkten dan niet ondergeloopen? Was clie stagnatie voor niets? De heer Mosterd: Jawel die was onderge loopen. Voorzitter: Hoe kwam dat dan? De heer Mosterd: Dat weet ik niet; maar Bakker is nergens in gemoeid. Voorzitter: Daar gaat 't niet over. Als de medebestuursleden niet komen kijken is dat hun zaak. Ik ben er bijna eiken dag. Maar er is niets te moeien, er is nog niets bijzonders gebeurd. Den heer Loggere komt het voor, dat er een misverstand is, en spr. betreurt dit. Het geldt een wakker bestuurslid, evenals voorzitter. Zijn vader is jaren voorzitter geweest; hij is er van jongs af aan in op gegroeid. Spr. adviseert den heer Bakker te verzoeken zijn ontslagaanvrage in te trekken. Het bestuur kwam onbeslagen ten ijs. Het punt wordt aan gehouden. Gistermorgen vergaderden stemgerechtigde ingelanden van den Hooglandspolder ten huize van den heer de Graaf te Barsinger- horn. Voorzitter was de heer C. Smit, secre taris de heer Jb. Bakker Azn. Als belangrijkste punt staat op de agenda: kostenopgave electrische bemaling, waarvoor de heer Moejes, deskundige uit Oudorp, aanwezig is. Voor dit aan de orde komt heet voorzitter speciaal welkom den oud-molenaar, den heer Bronder en dankt hem voor het vele werk door dezen verricht. Den heer Bjonder wordt een schilderij aangeboden met beeltenis van den molen in den ouden vorm. (Applaus). De heer Bronder dankt met eenige welgekozen woorden. Hij heeft een reuzeplaats in da kamer voor het schilderij, zegt hij! De notulen worden goedgekeurd. Ingekomen zijn o.a. advies van het Prov. Bestuur zich te verzekeren bij het Nat. Borgstelljngsfonds tegen fraude. Het amb tenarenreglement moet worden gewijzigd in verband met de dienstplichtwet. Overschreden posten worden overgebracht op andere posten der begrooling 193S. Goedgekeurd wordt een kasgeldleening aan te gaan tot een bedrag van f 1000.—. De bemaling. In behandeling komt dan de opgave van •kosten v. herstel der molenwieken en ook •van electrische bemaling. De fa. Moejes geeft op totaal f 3000.—, waarmede de molen geheel in orde zal zijn. Er zijn dan o.a. nieuwe roeden en een doorboorde as. Men wil trachten dit bedrag in 10 jaar af te lossen. Daarnaast overweegt men echter den molen te sloopen en electrisch te bemalen De heer Moejes geeft hierover inlichtingen. De zaak is reeds eerder ter sprake ge weest. De kostprijs is hooger dan reeds in 1936 genoemd. Spr. raadt een moderne vij zel-installatie aan, waarvoor de kosten zullen zijn f 2950.gebouw f 2000.advie zen f 400.onvoorzien f 150.totaal f 5500.—. Do kppitaalslasten zijn per jaar f 300.Het stroomverbruik wordt per jaar geraamd op f 204.80, met bijkomende kos ten f 940.totaal. De heer Loggers vraagt wat het Bilo- systeem in 1936 heeft gekost. Voorzitter: f 1500. De heer Loggers vraagt verder of in 1936 onderzocht is of het Bilo-systeem mogelijk was. Voorzitter licht toe, dat de zaak niet on der garantie is geleverd. Dit is ook moei lijk. Vragen. De heer Moejes beantwoordt verschillen de vragen. Spr. zet uiteen dat electrische Voorzitter: Ik denk er niet aan, ik heb mij niets te verwijten. De heer Bakker moet eerst erken nen dat hij mis is geweest. Als er misverstand is, gaat het over de sloot, anders niet. De heer J. S. Schoorl vindt dat de heer Bakker weinig belangstelling heeft. Hij komt in geen drie maanden kijken. Met een hamerklap sluit voorzit ter de discussies. Eendenverordening. Er wordt voorgesteld een eendenverorde ning in te voeren. De heer Loggers wijst er op dat zijns in ziens een dergelijke verordening over het gemeentebestuur moet loopen, omdat er strafbepalingen aan zijn verbonden. Een proces-verbaal zou geen rechtskracht heb ben. Men besluit zich nader over deze zaak te beraden. Zijn er geen hinderpalen, zal de verordening worden vastgesteld. Het bestuurslid Borst komt ter vergade ring. Hij meende dat het om tien uur begon... Geldleening. Besloten wordt een kasgeldleening van f 1000.aan te gaan. Begrooting. De begrooting sluit in ontvangsten en uitgaven tot een bedrag van f 7606.47 met een geraamd onvoorzien van f 723.26. De begrooting opent met het batig saldo 1938 f 523.11. De omslag is over 540.69.69 H A. a f 11.f5947.67. De begrooting wordt goedgekeurd. Rekening 1938. De rekening opent met een batig saldo 1937 a 417.03. Ontvangen omslatr is f5945.64. Het batig saldo 193S bedraagt f523.11. Aan buitengewone ontvangsten is gehoekt f 4899.32, te weten geldleening voor vaarten en slooten uit het werkloos- heidssubsidiefonds 8000.— en loonen f3100.68. Dit is overgebracht naar de re kening 1939. De gewone rekening sluit tot een bedrag van f 17761.86. z De heer Schoorl brengt rapport uit en adviseert tot goedkeuring. Den secretaris wordt dank gebracht. Het. bestuur ontvangt machtiging tot het aangaan van onderhandsche huren en ver huren enz. Rekeningcommissie. Als leden van de commissie tot nazien der rekening 1939 worden gekozen de hee ren Blaauböer, Schoorl en Eriks. De heer C. Bakker vindt het onzinnig, dat dezelfden als verleden jaar zijn gekozen. Uit de vergadering: Er is toch gestemd! Voorzitter: Het punt is afgehandeld. Rondvraag. Na eenige opmerkingen van huishoude- 1 ij ken aard over het plaatsen van een schut e.a. sluit voorzitter de vergadering, na nog te hebben medegedeeld, dat het slooten begin April zijn beslag krijgt. bemaling zeer voordeelïg kan zijn en toont dit met voorbeelden aan. Hieruit, blijkt dat andere polders, zooals Slikvenpolder, Weere polder, de Veenhuizerpolder steeds onder de opgave van stroomverbruik zijn geble ven. Men weegt dan de financieele consequen ties van electrische bemaling en herstel van den molen per jaar tegen elkaar af. De heer Loggers merkt op, dat het ka pitaaltje in de wiekon gestoken, bij electri sche bemaling geheel weg is. Voorzitter licht toe, dat het bij herstel eveneens vrijwel het geval is. (Tot goed begrip diene, dat de Bilobema- ling, waartoe in 1936 is overgegaan wel vol deed. Men heeft echter dit systeem toegepast zonder de bestaande molenonderdeelen vol doende te vernieuwen. Er is een roe ge broken, vandaar dat nu een besluit tot; her stel of sloopen noodig is (verslagg.) Een behoorlijke begrooting heeft de heer Moeijes echter niet ,hij baseert zijn bereke ningen op gegevens van vroeger. De heer Loggers wil een duidelijke kostenopgave per iaar, anders is toch eenig besluit moeilijk. Verder is de kwestie van garantie van belang. Zonder het bestuur een verwijt te maken is spr. toch van oordeel dat de zaak in 1936 wel wat lichtvaardig is behandeld. Voorzitter zegt dat er geen garantie gege ven is. Het zou gevraagd kunnen worden. Er zijn geen waterbezwaren bij het Bilosys- tcem geweest, bij de minste wind draait de molen reeds. Ook de heer Schoorl wenscht eerst cijfers. Voorzitter meent dat de jaarlijksche kos ten van de electrische bemaling niet zoo hoog zijn, omdat hiervoor in 15 jaar mag worden afgelost. Er zijn twee stroomingen in de vergade ring. Eenerzijds wordt opgemerkt dat de f 3000.— voor liet herstel in 10 jaar zijn af gelost, en 't dan veel voordeeliger, maai de kosten voor het electrisch gemaal f 940 per jaar blijven. Anderzijds wordt opgemerkt dat met elee- 0 Zij, die zich thans op de Schager Courant abonneeren, ontvangen denummerstotl Aprila.s. Iedereen wil natuurlyk graag krach tig en gezond blijven - het dagelyk- sche kauwen van WRIGLEY'S P.K. is hierby op de meest natuurlijke wijze behulpzaam. Bovendien bevor dert het de spijsvertering. P.K. kauwen sterkt de zenuwen en neemt dat drukkende gevoel na den maaltijd weg. Het schept nieuwe levenslust en verhoogt de werkkracht. Houdt steeds enkele pakjes bij de hand. m t.x. Veel genot voor weinig geld: 5 cent. aaaaaaaaaaaaaa trische bemaling de kijk eraf is. Ook de mo bilisatieclausule komt ter sprake. De stroom prijs kan plotseling omhoog gaan. Voorzitter voelt Niet beslagen ten ijs. te komen en stelt voor het punt aan te hou den. (de bemaling geschiedt thans met één roe. De molen maalt lustig! vcrsl.) Men zal later op de zaak terugkomen. Begrooting. De begrooting sluit met een geraamd on voorzien van 659.99 tot een bedrag van f 5208.27. Rekening. De omslag over 1938 is f 3S65.27, het na- deelig begin saido 1937 f 205.39; het voordee- lig eindsaldo 1938 f 199.27. De rekening sluit tot een bedrag van f 6770.09. De lieer Broers ma adviseert tot goedkeuring. Molenmeesters ontvangen machtiging tot onderhandsche aanbesteding, uitvoering van werken in eigen beheer, onderhandsche ver koop, verhuur en verpachting. ^Rekening-commissie. Tot leden der commissie tot nazien der re kening 1939 worden benoemd de heeren Stins, Zwaag en v. d. Oord. Eendenverordening. Een eendenverordening wordt vastge steld, over de rechtskracht daarvan zal na-^ der advies worden ingenomen. Rondvraag. De heer Stins wijst op de toestand van de dpikers, die veel te hoog worden. Het water kan niet bij den molen komen. Voorzitter zal er naar onderstaan. De heer Stins heeft gehoord, dat bij de stagnatie met den molen Slikvenpolder zoo keurig is pgetreden. Voorzitter had een dankwoord reeds op zijn programma; in het bijzonder aan den heer Kooijman. Verzocht worclt op het dopjeskroos te let ten. De duikers zitten soms geheel vol. Hierna sluiting. Mededingsters naar den titel schoonheids koningin van Parijs. Geachte Redactie, Beleefd verzoek ik U het onderrtaande als „Ingezonden" in Uw veelgelezen blad te willen opnemen, waarvoor bij voorbaat mijn vriendelij ken dank. In de eerstvolgende vergadering van on zen gemeenteraad zal o.a. aan de orde komen een voorstel van B. en W. om over te gaan tot den bouw van een nieuwe ambtswoning voor den gemeentegeneesheer Dr. Nanninga, daar de thans bestaande woning niet meer voldoet aan de eischen welke men er tegenwoordig aan stelt. De kosten voor den nieuwbouw worden geraamd op f 13.500.—. Waar men nu steeds in bijna iedere ver gadering van den raad in een of anderen vorm te hooren krijgt, dat de gemeente heel zuinig met de geldmiddelen moet zijn, is f 13.500.een nogal tamelijk be drag, dunkt mij. En als lichtpurft geldt dan: „Dr. Nan ninga wil zelf het eeld aan de gemeente leenen tegen zeer lage rente". Dat is alles wel heel mooi, maar als de gemeente een dergelijk bedrag er toch voor moet uitge ven, zou ik wel eens de aandacht willen vestigen op een groot ruim pand aan de overzijde van het water celegen en onbe woond, naar ik meen. Als de gemeente dit eens zou kunnen knopen en liet restauree- ren, zou men allicht de som van f 13500.— niet te boven behoeven te gaan en dan hield men nog het heele perceel hoek Landbouwstraat over, met best bewoon baar huis, garage en grooten tuin (eventu eel gedeeltelijk bouwterrein) welk complex zeker nog wel een flinke som zou kunnen opbrengen. J. ROGGEVEEN. öni kati v&ituaat: Door FLORENCE EEKHOUT. Alientje wist niet goed, wat te doen met haar .vrijen middag. Zoo gaat het als men zelden een vrijen middag heeft. Ze was liet zoo gewend altijd maar door te gaan met den sleurgang van haar bestaantje, dat ze wer kelijk verbluft stond tegenover het feit, dat zij een heelen middag voor zich had! Het kwam doordat haar vader de stad uit moest. Zooiets was in jaren niet gebeurd. Het was iets heel prettigs, een kleine erfe nis. De kinderen waren naar school. Toch zou er genoeg t.e doen zijn geweest, als niet de goede tante Bertha opeens was gekomen. Die zei resoluut: „Kind, neem je vanmiddag maar eens vrijaf, dat beetje eten koken doe ik! Me dunkt dat je wel een vrijen middag mag hebben!" Nu dacht Alientje: wat zal ik gaan doen? Het weer was te mooi voor een bioscoop. Ze nam tenslotte een tram naar buiten en wan delde vergenoegd door stille lanen en langs bosschen, totdat ze vermoeid werd. Tante had de voorzorg genomen haar brood en wat kersen mee te geven. Ze was bezig die ver snapering te gebruiken, toen een man lang zaam het boschpad kwam af wandelen. Hij stond plotseling stil en Staarde naar haar. Alientje voelde zich wat onrustig. Ze gluur de van terzijde naar hem en vond-, dat hij er netjes uitzag en sympathiek. Hij kon nog niet oud zijn, maar had toch al veel grijze haren; er waren scherpe lijnen om zijn mond en in zijn voorhoofd. Hij was zonder twijfel een heer. Een oogenblik bleef hij roerloos staan. Toen haalde hij een zakdoek uit zijn zak en veegde het voorhoofd af. Hij droeg zijn hoed in de hand en het kwam haar voor, dat hij door de warmte bevangen "was. Na een oogenblik ging hij een plaatsje opzoeken op een omgekantelden boomstani. Alientje vroeg zich af of ze moest weggaan. Ze vond dat wat kinderachtig. Toen vroeg hij, op zachten, beleefden toon: „Stoort het U als ik even ga zitten? Ik... voel me niet erg goed." „Het is ook erg warm. Wilt U wat Eau de Cologne? Ze haalde een fleschje voor den dag en hij nam het dankend aan. Het scheen hem op te knappen. Hij glimlachte, en zei toen, haar strak aanziend: „U lijkt op iemand, die ik heb gekend." Ze wist niet wat daarop te antwoorden en vroeg hem na een oogenblik of hij een paar kersen wilde hebben. Hoe het kwam wist ze niet, maar na een tijdje zat ze heel vertrouwelijk met den vreemde te babbe len. Hij wist spoedig allerlei over haar druk bestaantje, haar goeden, hard werkenden vader, haar zusjes en broertjes en hoe het kwam, dat zij een middag naar buiten kon. Toen stokte ze en voegde er blozend aan ■toe: „Ik praat nonsens." „Ik hoor U graag praten", zei hij. Er was iets in dezen man, iets, dat ze niet kon ver klaren. Hij was vrijmoedig en terughou dend. Hij was vriendelijk en toch kwam er nu en dan een starre, zonderlinge uitdruk king "op zijn gezicht. Na een tijdje vroeg ze: „Kent U hier het bosch goed?" „Ik heb het goed gekend, maar ik ben er vijftien jaar niet in geweest. Ik was ver weg, en als men terugkeert, dan is het als in dat oude volksliedje, dan is alles leeg. Men vindt geen vrienden meer. Het bosch is veranderd, het vaderland is veranderd. Ik had nooit moeten terugkeeren." Haar .hart ging naar hem uit. „U moet het zich niet aantrekken", zei ze zacht. „U moet weer nieuwe vrienden maken." „Als men zoo lang weg is geweest, valt het niet gemakkelijk meer, vrienden te ma ken. Stel eens, dat ik U vroeg mijn vriend te zijn. Zoudt U dan toestemmen?" Ze kleurde en zei ernstig: „U zoudt niet veel hebben aan een meisje als ik. Ik heb nooit gereisd en ben niet ontwikkeld." Hij zei: „Ik zou er ontzettend veel aan hebben. Het zou me voor volkomen wan hoop kunnen behoeden. Maar u weet niets van mij, ik moest zulke malle dingen niet zeggen." „Als U zich eenzaam voelt, kom dan ge rust eens met vader thuis praten." Ze gaf hem haar adres. „Eer ik kom, zei hij, zal ik u het een en ander schrijven over mij zelf, misschien wilt U me dan niet meer zien!" Ze dacht aan die woorden, al de dagen die volgden, verwonderd en verontrust. Wat meende hij? En hoe kwam het, dat ze die vluchtige ontmoeting niet meer vergat? Wat was er in hem, dat haar aantrok en ook weer angstig maakte? Ze sprak niet over de ontmoeting, hoewel ze het plan ge had had alles te vertellen. Drie dagen later kwam zijn brief. Er stond geen aanhef bo ven. De vreemde schreef haar: „Vijftien jaar geleden leefde een man dicht hij het bosch, waar wij elkaar hebben ontmoet. Hij hield van een meisje, dat veel op U leek. Zij beloog en bedroog hem en toen hij dat ontdekte, sloeg hij haar neer. Zij viel tegen een boomstam en brak haar nek. De man kreeg twintig jaar. Wegens goed gedrag liet men hem vrij na vijftien jaar. Hij werd gedreven naar de onheils plaats, waar hij het meisje had gedood. En kele seconden lang meende hij, verlamd van schrik, dat zij daar zat, dat ze was te ruggekeerd om hem te vervolgen met haar beeld. Toen begreep hij, dat het slechts een gelijkenis betrof. Maar die gelijkenis was slechts in trekken en niet in karakter. Dit meisje was even zacht, goed en eenvou- ding als de andere ijdel, oneerlijk en wreed. Hij had deze slechts eerder ontmoetNu kan hij haar niets aanbieden dan zijn ver nielde leven. Hij zou de kracht vinden dat weer op te bouwen, indien ze met hem wil de meegaan, op hem vertrouwen, in weer wil van alles. Maar hoe zou zij dat kun nen?En toch hoopt hij en aleer voor altijd te vluchten van die plaats vol herin neringen, zal hij nog een laatste maal in het bosch komen, niet om de oude beelden na te jagen, maar afscheid te nemen van het lieve beeld. Morgen, om denzelfden tijd. zal hij daar zijn en in gedachten afscheid nemen van haar." De zon scheen over den hoschweg en over de tengere meisjesgestalte, die zich voortspoedde. Alientje had tweemaal in één week vrij. Dien tweeden middag echter bond ze zich voor het heele leven. Wat de eenzame man, die op den boomstam zat te staren niet had durven hopen, gebeurde: zij vond den moed en het geloof!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1939 | | pagina 5