Chamberlain
70 jaar!
Een pennestreek van Hitler:
de wereldkaart is veranderd
De vredesapostel
van München
't Haagsche stadhuis moet
stevig staan!
Een ton verzwegen
Brandende dekens
dalen..,..
Eet maatjesharing met
tomaten
Een hartstochtelijk visscher
en een groet natuurvriend
Neville Chamberlain, de Britsche
Minister-President, die door zijn vast
beraden optreden enkele maanden
geleden plotseling een zoo druk be
sproken figuur werd, bereikt op 18
Mrt. den 70-jarigcn leeftijd. Wij grij
pen deze gelegenheid aan om eenigs-
zins yitvoerig stil te staan bij het
leven en de carrière van dezen groo-
ten staatsman.
Neville Chamberlain, dé groote staatsman
van het oogenblik^ stamt uit een beroemd
Engelsch geslacht, dat in de laatste tiental
len jaren ten nauwste verbonden is ge
weest met het binnen- en buitenlandsch be
leid van de Engelsche regeering.
Neville is de zoon uit het tweede
huwelijk van Joe Chamberlain. Rijk ge
worden als schroevcnfabrikant, werd deze
burgemeester van Birmingham en later mi
nister van Koloniën. Als zoodanig deed hij
van zich spreken door de rol, die hij speel
de in den Boerenoorlog. Hij was imperialist
in hart en nieren. De beide zoons. Austcn en
Neville, hebben de richtlijnen, door den va
der aangegeven, trouw gevolgd.
Joe bestemde zijn zoon Austen-voor de po
litiek. Als zoodanig liet hij hem alle mo
gelijke voorrechten genieten. De jongere Ne
ville zooals wij reeds opmerkten: een zoon
uit het tweede huwelijk en dus een half
broeder van Austen kreeg een uitstekende
opleiding aan dc „public school" te Rugby.
Later volgde hij de colleges aan de Universi
teit van Birmingham en werd op 21-jarigen
leeftijd naar de Bahama-eilandcn gezonden
om daar de leiding van 'n sisalplantage op
zich te nemen. Ilicr vertoefde hij zeven jaar.
Na afloop van dien tijd keerde hij terug
naar Engeland en werd opgenomen in de
directie van de schrocvenfabriek, waarme
de zijn vader een vermogen *14 verdiend.
Ook in Neville's aderen stroom
de politiek bloed.
Gedeeltelijk ging de wensch van „ouden
Joe" in vervuiling. Zijn zoon Neville was
inderdaad handelsman geworden: maar ook
in zijn aderen bleek nogal wat politiek bloed
te stroomen, want nauwelijks is hij terugge
keerd uit de West, of hij mengt zich in po
litieke aangelegenheden. Aanvankelijk heeft
die belangstelling slechts een locaal karak
ter. De belangen van zijn geboortestad Bir
mingham gaan hem ter harte en weldra zien
wij hem zitting nemen in het college van
burgemeester en wethouders.
Men schreef 1915. De groote wereldbrand
was uitgebroken. Elk land had behoefte aan
knappe en scherpzinnige koppen. Het valt
onder die omstandigheden niet te verwon
deren dat men in Engeland de telgen van
het roemrijke geslacht Chamberlain niet
achteloos \oorbijging. Neville werd burge
meester van Birmingham. Austen staats
secretaris van BritscK-Indië.
In 1916 riep Lloyd George Neville weg uit
Birmingham en benoemde hem tot „direc-
tor general of national service", een tame
lijk vaag omschreven functie, die in hoofd
zaak bestond uit het verdeelcn van arbeids
krachten over de burgerlijke en militaire in
dustrieën. De vervulling van dit ambt was
voor Chamberlain geen succes. Want reeds
na verloop van een jaar gaat hij terug naar
Birmingham, dat trouwens te allen tijd
voor de Chambcrlains een soort toevluchts
oord is geweest. Austen heeft in dit ver
band gezegd: „Wat ik ook moge worden,
onder alle omstandigheden blijf ik 'n bur
ger van Birmingham."
Gekozen in het Lagerhuis.
De carrière van Neville Chamberlain ver
loopt langs lijnen van geleidelijkheid. Na
zijn burgemeesterschap wordt hij gekozen
als lid van het Lagerhuis. Natuurlijk als
vertegenwoordiger der Conservatieven. Te
zelfdertijd wordt zijn halfbroeder Austen
aangezocht om zitting te nemen in het oor
logskabinet en op te treden als beheerder
van de schatkist, een functie die hij vroe
ger ook al eens vervuld had. Enkele jaren
later wordt Neville benoemd tot directeur-
generaal der posterijen. In deze functie bleef
Chamberlain slechts een jaar werkzaam;
het werk beviel hem niet. Zeer welkom is
het hem, wanneer hij reeds het volgende
jaar den sprong kan maken naar het mi
nisterie van gezondheid. Hier kan hij zijn
gaven ten volle ontplooien. Sociale arbeid
had immers reeds vroeg zijn groote voor
liefde. Als minister van gezondheid slaagt
hij er in, door handig manoeuvrecren en
kele gecompliceerde en lastige wetsvoorstel
len „er door" te krijgen. Maar ook deze
vreugde was slechts van korten duur. Bald-
win, premier en tevens groot vriend van
Chamberlain, droeg Neville het beheer van
de schatkist op. Maar voordat hij ditmaal
eenig positief werk kon doen, viel het ka
binet.
Toen Baldwin in 1924 wederom optrad als
kabinetsformateur, kreeg Austcn de porte
feuille van Buitcnlandsche Zaken. Neville
weigerde wederom schatkistbeheerder te
worden en verwierf de portefeuille van So
ciale Zaken. Vele wetten kwamen onder
zijn bewind tot stand, o.a. een pensioenwet
voor weduwen en weezen, terwijl de woning
bouw aanzienlijk werd verbeterd. Door zijn
daden heeft Neville Chamberlain, getoond
dat „social improvement" voor hem niet
was een frase, maar een begrip dat uit het
hart kwam.
Geregeld stijgt hij hooger op de politieke
ladder. Op 62-jarigen leeftijd- wordt hij mi
nister van Financiën in de nationale regee
ring. Zijn onmiskenbaar beleid, waardoor
het hem vrijwel gelukte het evenwicht te
bewaren tusschcn inkomsten en uitgaven,
effende voor den eminenten staatsman den
weg naar de laatste etappe: het pi^micr-
schap.
Recht door zee, wars van alle
rhetoriek.
Arthur Neville Chamberlain is voor ons
het type van den fleginatieken, in zichzelf
gekeerden Engelschman. En toch doet hij
nog altijd meer denken aan een schoolmees
ter dan aan een volksleider. Trouwens alle
kenmerkende eigenschappen van den volks
menner zijn hem vreemd. Van gezwollen
taal moet hij niets hebben; komt toch een
enkele maal de rhetoriek om den hoek kij
ken in zijn toespraken, dan geschiedt het
omdat dit sausje nu eenmaal noodig is bij
sommige gelegenheden, en Chamberlain,
goed politicus als hij is, weet dit.
In het debat is hij onbevreesd als een
leeuw; het partijgcscheld laat hem koud;
onbewogen dient hij zijn tegenstanders van
repliek, bestaande uit feiten, logica en...
een flinke dosis sarcasme.
Zijn belangstelling is uiterst veelzijdig.
Wanneer een onderwerp in het parlement
moet worden behandeld, verdiept Chamber
lain zich eerst in diepgaande studies vóór
het ontwerp aan de leden van het parle
ment wordt voorgelegd. Hij kan zwijgen
als het graf, hetgeen blijkt uit de volgende
anecdote.
De geachte afgevaardigde zal
toch niet...
Toen Chamberlain in 1931 benoemd was
tot minister van Financiën, werd hem van
alle kanten, door leden van het parlement
en journalisten, gevraagd, iets mede te doe
len over de begrooling, welke hij zou in
dienen. IJverig begon Chamberlain tus-
schen zijn papiertjes te zoeken, maar kon
het gezochte niet vinden... tot eindelijk,
daar scheen hij het te hebben. In gespan
nen verwachting luisterde het auditorium
van het Lagerhuis. Wat zou er komen...?
Triomfantelijk begon Chamberlain voor te
lezen: „Dc geachte afgevaardigde zal wel
niet verwacht hebben, dat ik iets over de
komende begrooting zal la-daten", Een
oogenblik was men verbijsterd door dit ant
woord. Toen weerklonk een daverend ge
lach door het Huis.
Dat Chamberlain een taak heeft, die hem
van den vroegen morgen tot den laten
avond in beslag neemt, zal niemand ont
kennen. Toch heeft hij nig tijd voor liefheb
berijen. In zijn vacantie of vrijen tijd gaat
hij bij voorkeur uit visschen, da :rbij trouw
terzijde gestaan door zijn parapluie en zijn
vrouw Anny, die ook bij zijn politieken ar
beid steeds zijn steun en medewerkster is.
Hij is een echte natuurvorscher en houdt
bijzonder veel van bloemen en planten.
Tijdens de ernstige financicele crisis van
1932 vond hij nog den tijd een ingezonden
stuk aan de „Tirnes" te zenden over een
klein vogeltje, dat hij voor het eerst in
Hydc Park had gezien. Daar kan men hem
vrijwel icderen morgen zien, op de och
tendwandeling, soms geheel verdiept in het
voeren der eenden.
En nauwelijks een uur later staat hij in
liet Lagerhuis om zijn beleid te verdedi
gen, lastigen opponenten van repliek te
dienen of verklaringen af te leggen, waar
op de gcheele wereld gespannen heeft ge
wacht en die voor de toekomst van beslis-
senden invloed kunnen zijn. Arthur Neville
Chamberlain mag dan een aartscijfcraar
zijn, een nuchter logisch denker als geen
ander... hij is in dezelfde mate idealist
In de afgeloopen maanden hebben wij
hem leeren kennen als een onvermoeid voor
vechter van den vrede... een idealist, die
met beide becnen op den grond staat.
Wat. boringen in t Alexander-
veld, aan 'i licht brengen
Ten behoeve van de voorbereidingen tot
den bouw van het nieuwe Haagsche stad
huis, dat eerlang op het Alexanclerveld zal
verrijzen, zijn in de afgeloopen maanden
diepboringen op het veld verricht. De moge
lijkheid bestond, dat men eenige maanden
zou moeten wachten met den bouw, wan
neer de grond van het Alexanderveld niei
zonder extra-voorzieningen geschikt zou
blijken om het gebouw te drangen.
De boringen hebben thans uitgewezen,
dat inderdaad zware betonnen platen de
fundamenten zullen moeten dragen. Zeer
waarschijnlijk zal men dus niet. zooals men
aanvankelijk van plan was, medio 1939 met
den bouw kunnen beginnen.
Amsterdam, die groote stad
Die is gebouwd op palen
En als die stad eens ommeviel,
Wie moet dat dan betalen?
Het schoon Den Haag, die groote stad
Die wordt gebouwd op „platen"
Van zwaar beton, want anders kon
Je 't lieele werk wel laten...
De fundamenten van 't Stadhuis
Kan 't groote plein niet dragen...
Techniek uit ecu voortvarend' eeuw
Moet onze Hofstad schragen...
Minister Weiter naar
de Vereenigde Staten
Daarna een bezoek aan N.W.-
Indië.
Naar te New York vernomen wordt zal de
Ncderlandsche minister van Koloniën. Ch.
J. I. M. Wel ter, dezen zomer een bezoek
Een protectoraat Bohemen en Mo
ravië. De Fuehrer bepaalt de po
litieke richtlijnen.
Hitler heeft op den burcht te Praag een
decreet over het protectoraat Bohemen en
Moravië onderteekend, waarin hij den na
druk legt op het feit, dat zijns inziens de
landen Bohemen en Moravië duizend jaar
lang tot het gebied van het Duitsche volk
hebben behoord. Geweld en onverstand heb
ben ze uit hun oude historische omgeving
losgescheurd, betoogt Hitler, tenslotte zijn
zij in de kunstmatige structuur van Tsje-
cho Slowakije gevoegd. Dit was een bedrei
ging van den Europeeschen vrede. Het
dan ook in overeenstemming met het gebod
van zelfbehoud, als het Duitsche rijk
sloten is, tot herstel der grondslagen van
een doeltreffende midden-Europeeschc orde
beslissend in te grijpen en dc maatregelen
te treffen, die daaruit voortvloeien, want
het heeft in zijn duizendjarige historisch
verleden reeds bewezen, dat het, dank zij
de grootte en dc eigenschappen van het
Duitsche volk uitsluitend geroepen is, deze
vraagstukken op te lossen.
Bezield door den ernstigen wensch het
nationale leven van Tsjechen en Duitschcrs
te zien beveiligen, geeft de Fuehrer dan
zijn beschikkingen In het eerste artikel
zegt hij dat de gebieden van nu af aan be-
hooren tot het gebied van het Grootduitsche
rijk en komen als „protectoraat Bohemen
en Moravië" onder zijn bescherming. Vol
gens artikel twee worden de volksduitsche
inwoners
Duitsche staatsburgers,
Voor hen gelden daarom ook de bepalin
gen ter bescherming van het Duitsche bloed
en de Duitsche eer. Zij staan onder Duit
sche jurisdictie. De overige bewoners van
Bohemen en Moravië worden staatsburgers
van het protectoraat Bohemen en Moravië.
In artikel 3 wordt gezegd, dat het protec
toraat Bohemen en Moravië autonoom is en
zichzelf bestuurt. Het oefent de souvereine,
rechten, waarover het beschikt in het kader
van het protectoraat, uit in overeenstem
ming met de politieke, militaire 'en econo
mische belangen van het rijk. Deze souve
reine rechten worden uitgeoefend door eigen
organen en eigen autoriteiten met eigen
ambtenaren.
Artikel 4: Het hoofd van het autonome
bestuur van het protectoraat Bohemen en
Moravië geniet de ecrerechten en de be
scherming van een staatshoofd. Het hoofd
van het protectoraat heeft voor de uitoefe
ning van zijn ambt het vertrouwen van den
Fuehrer en Rijkskanselier noodig.
Artikel 5: Als beschermer der rijksbelan
gen benoemt de Fuehrer een rijksprotector
in Bohemen en Moravië. Zijn ambtszetel is
Prang. De rijksprotcctor heeft' als vertegen
woordiger van den Fuehrer en als gevol
machtigde der rijksregeering dc taak zorg
te dragen voor de eerbiediging der politie
ke richtsnoeren door den Fuehrer gegeven.
Chr. J. I. M. Weiter
Minister van Koloniën
brengen aan de Golden Gate tentoonstelling
te San Francisco alsmede aan de wereld
tentoonstelling te New Lork.
Daarna zal de minister een inspectiereis
maken naar Nedcrlandsch West Indië.
Praag, de hoofdstad van het verdwenen Tsjecho-Slowaklje, waar Hitler zegevie
rend binnenrukte.
Hagenaar bedroog den fiscw.
Juridisch adviseurspeelde een
rol.
De 54-jarige J. N. J. R. moest
zich gisterochtand voor de straf
kamer van de Haagsche rechtbank
verantwoorden, omdat hij in dc
jaren 1936, 1937 en 1938 een groot
gedeelte van zijn vermogen voor de
belasting verzwegen had. Bij elkaar
bedroeg dit ongeveer f 100.000
De rente van dit bedrag heeft hij boven
dien voor de inkomstenbelasting verzwegen
Het feit was aan het licht gekomen, toen
zijn vrouw overleed en hij een successie-me
morie moest indienen. De notaris maakte
hem opmerkzaam op de te lage aangifte
en zoo kwam de zaak aan het rollen. Ver
dachte legde een volledige bekentenis af.
De officier van Justitie, eischtc drie
maanden gevangenisstraf.
De verdediger wijst er op, dat een „juri
disch adviseur" zijn cliënt had aangeraden
zijn vermogen voor de belasting te verzwij
gen.
Angst en domheid hebben hem toen tot
deze daad gebracht.
In verband met verdaclites gezondheids
toestand dring pleiter er bij de rechtbank
met klem op aan, verdachte geen gevange
nisstraf op te leggen.
Uitspraak 30 Maart,
DE „LUSTIGE \VIT\VE" IS NU ARISCH.
Gelijk reeds zoovele bladen, weet ook de
„Yorkshire Post" mededeeling te doen van
de voorliefde, welke Hitler voor de ope
rette van Lehar, „Die Lustige Wit we" aan
den dag legt. De Deutsche Weg v. 12 Maar-x.
j.1. ontleent aan genoemd blad de opmer
king, dat ook ex-keizer .Wilhelm dit werk
zeer op prijs zou hebben gesteld. Tusschcn
beide bewonderaars bestaat echter een klein
verschil. Terwijl immers Wilhelm in staat
was, de gcheele operette in de oorspronke
lijke tekst aan te hooren, moest deze voor
den Führer worden omgewerkt, daar de
tekst door een „nictariër" was samengesteld
Thans is dus ook de „Lustige Witwe" zui
ver arisch.
Consternatie in
beddenmagazijn.
Amsterdamsch
In de .Todenbrecstraat, één der drukke,
nauwe straten in de oude en zoo dicht be
bouwde Amsterdamscho binnenstad, ont
stond. gistermiddag kort na twaalven groote
consternatie, toen voorbijgangers ontdekten,
dat uit de ramen van dc tweede verdieping
van een in het perceel 5 tegenover het
Rcmbrandthuis gevestigd beddemmagazijn
zware en grauwe rookwolken een uitweg
zochten. Vrijwel op hetzelfde moment arri
veerde ter plaatse een motorspuit van de
Amstcrdamsche brandweer, want in het ge-
houw zelf was het personeel reeds eenigen
tijd druk bezig het hardnekkig smeulende
vuur in de hier opgeslagen dekens te blus-
schcn.
Ongeveer.een half uur voordat de eigenaar,
de heer j. II. Maarsscn, de hulp van dc
brandweer inriep, bad zijn personeel een
smeulend vuur ontdekt op de tweede ver
dieping. Do dekens, die hierdoor waren
aangetast, werden aan de achterzijde van
het huis op een binnerrolaats geworpen,
waar het vuur met enkele emmers water
word gebluscht.
Gerustgesteld.
Men was toen weer aan liet werk gegaan,
denkende dat liet gevaar voorbij was. Nau
welijks een kwartier later echter bemerkte
een loopjongen, dat wederom een aantal
dekens op de tweede verdieping in brand
stond. Het vuur had zich reeds over dc gc
heele oppervlakte van deze verdieping ver
spreid. Nu eerst waarschuwde de eigenaar
de brandweer, die om op alle eventuali
teiten voorbereid te zijn niet groot mate
riaal naar de Jodenbreestraat uitrukte. Met
twee stralen, waarvan één over den lad
derwagen werd het vuur bestreden.
Brandwachts, beschermd 'door rookmas-
kers, verschaften zich toegang tot dc twee
de verdieping, vanwaar zij de smeulende
en rookende dekens op straat wierpen. Op
deze doortastende wijze was men den brand
na een kwartier geheel meester.
De schade, welke niet onaanzienlijk is
or lagen op straat een kleine honderd door
brand of water vernielde dekens wordt
door verzekering gedekt.
Uit de pers van heden
„HET EENE NOODIGE."
Het Volk (S.D.A.P.) schrijft:
Het lijkt wel alsof de stootkracht der de
mocratie sterker is, wanneer het om bui-
tenlandsche dan om binnenlandsche proble-
men gaat.
Wij zitten hier nog altijd met vierhonderd- j
duizend werkloozen. Ziedaar het kernpro-.
bleem van ons volk. Wat doet men er aan?
Zeker, de regeering heeft bepaalde bedacht
zame plannen, angstvallig gecontroleerd
door den minister van Financiën.
Daarover wordt al sinds jaar en dag ge
praat, maar er komt geen schot in. Het is
zoo erg, dat de parlementaire woordvoerder jl
v an de Roomsch-Katholieke Staatspartij, de
bedachtzame en voorzichtige dr. Deckers, een
paar weken terug, tot de zeer bevriende re-
geering een drievoudige aansporing moest I
richten: „Regeering, begin, begin, begin!" I
Intusschen gaan wij gezapig verder, alsol
er geen vuiltje aan de lucht is. En verande-1
ren doet er niets.
Om het geld los te maken, dat voor de op-
lossing van het werkloosheidsvraagstuk noo
dig is, is echter, aldus het blad, een regee- k
ring noodig, die particuliere kapitalen
durft aantasten, die de moed heeft de kort- j,
zichtige baatzucht van een kleine groep te
beteugelen, ter wille van de levenskracht I
van de natie.
Instede daarvan teren wij voort op een ver-
ouderd economisch liberalisme, dat zich
ter wille van de vrome schijn gestoken heelt f
in het godvruchtig gewaad der coalitie.
Dynamiek en overtuigingskracht zie
daar, zoo besluit het arbeidersorgaan, het j
eene noodige voor het vellen van deze
draak, die met ons volkswelzijn ook onze
geestelijke vrijheid dreigt te verslinden.
„DE WAARHEID IN HET MIDDEN".
De Maasbode (r.k.) maakt een vergelij-l
king tusschen de motieven, die in de dicta-I
tuurstaten tot propaganda van het groote ge-l
zin leiden en de motieven welke bij de r,-1
katholieken voorzitten. I
In de dictatuurstaten grijnst achter de
roerende bezorgdheid voor het zoo hoog mo- J
gelijk opvoeren van het geboorte-cijfer het I
grimmig masker van den oorlogs-Moloch. I
Natuurlijk houdt ook de leer der staatsal-
macht evenmin als die van het liberalisme 1
het juiste midden. Daar zij al even weinig fj
objectieve zedelijkheidsstormcn wil aan-
vaarden, kan het niet anders of zij moet tot 8
de ergerlijkste excessen ten deze komen, nu {j
eenmaal het belang of het vermeende belang I
van den staat hoogste wet is. I
Een wel zeer droevig staal hiervan werd J
ons zoo pas gesignaleerd uit de Duitsche ge
meente Wattenscheid, waar men energiek
den strijd tegen den geboorte-achteruitgang
heeft aangebonden. Bij de verschillende op
zich zelf lofwaardige maatregelen, die men
daar getroffen heeft ten einde gezinsvermeer
dering aan te moedigen, treffen wij er een f
aan, die zoo wij de bepaling juist ver
staan een premie stelt op de geboorte van
onwettige kinderen.
Met een gezonde bescherming van de bron
nen en kernen der menschelijke maatschap
pij, zooals die door de katholieken wordt
voorgestaan, hebben excessen als deze niets
te maken.
De waarheid ligt ook hier weer in het
midden".
Een tip voor ae regeering
Ofschoon omtrent de regeling van de ha-
ringvisscherij voor 1939 officieel nog niets
bekend is, kan men aldus de N.R.Ct., wel
aannemen, dat deze in beginsel weinig van
de voorgaande zal afwijken.
Gezien dezen onzekeren toestand verdient
het geen aanbeveling reeds in Mei een uit-
vaartrcgcling voor alle schepen vast te stel
len, evenmin als het vooruit bepalen van
het aantal netten, dat mag worden mede
genomen. Desnoods zou een voorloopige
uitvaarlregeling kunnen worden vastgesteld,
zonder bepaling van het aantal netten. De
ze regeling zou dan indien de markttoestand
hiertoe aanleiding gaf, gewijzigd kunnen
worden; het aantal netten, dat medegeno
men mag worden, zou .enkele dagen voor
het vertrek van de schepen kunnen worden
bekend gemaakt.
De grootste aandacht zal besteed
moeten worden aan vergrooting van
den binnenlandschcn afzet van ij
maatjesharing. Er zijn hier te lan
de nog tal van plaatsen waar de
„Hollandsche nieuwe" zoo goed als
onbekend is.
Een flink opgezette reclame-campagne zouf'
hierin veel verbetering kunnen brengen. j
Dat hiermede onverwachte resultaten zijn te i
behalen, blijkt wel uit de omzotvermeerde-
ring van tal van landbouwproducten; wijf*
denken hierbij in de eerste plaats aan de
tomaten. Misschien is de reclame voor
nieuwe haring met dit laatste product wel
te combineeren, want maatjesharing met to
maten is een ware lekkernij.
Kwaliteitsverbetering noodig.
Aan een vergrooting van den binnenland-
schen afzet moet echter zoo mogelijk voor
afgaan een verdere verbetering van de kwa
liteit. Dank zij de koelhuizen is hierin de
laatste jaren reeds veel verbetering geko
men, doch er valt nog meer te bereiken. Het
visschen met 'n niet te groot aantal netten ge
durende het maatjesseizoen zal een goede
bewerking aan boord van de schepen waar
borgen. Het z.g. jagen van de haring zorgt
er voor, dat. de gevangen maatjes vlug
aan de markt gebracht worden en zoo ze
niet voor directe consumptie noodig zijn,
in de koelhuizen kunnen worden opgesla
gen. Ten slotte zal een vernietiging van de
afwijkende kwaliteiten de afzet niet anders
dan ten goede komen. Zoolang de Holland-
sche^ vloot meer kan vangen dan af te zet
ten is, kan de afzet van haring niet beter
bevorderd worden dan bef beste to leverpri
wat aangevoerd wordt. Dit geldt niet alleen
vnor het binnenland, doch misschien nog
sterker voor het buitenland.