Pleidooi voor
misdadiger
Huwelijksleed in
dc keuken
Dieren lijden pijn
Straf voor vechten
in Spanje
Radioprogramma
eet\
vaart uit
DOOR
EDSAR RICE
BURROUGHS
Terwijl de wacht den koning van de jungle
naar het plein voerde, begreep deze, dat hij
er slecht aan toe was. Daar kwam de stoet
van edellieden en krijgers aan, het leeuwen
regiment, de lijfwacht van den' koning en
een enkele grote leeuw door vier zwarte
stalknechts aan den teugel gehouden. Tar-
zan had dit alles al eens eerder gezien in
de tijd, coen hij door de lijfgarde van de ko
ningin omsingeld was geweest. Vandaag was
het de lijfgarde van den koning, maar thans
kon hij niet verwachten, dat een wonder hem
uit de klauwen van den hongerigen leeuw
redden zou, zoals de vorige keer. Twintig
speerdragers bewaakten Tarzan, zo groot
was hun respect voor zijn kracht en handig
heid. Doch nu maakten ze een ketting om
zyn middel vast en het eind ervan aan de
praalwagen - van koning Alextar, en de stoet
bewoog zich naar de Gouden Brug, die toe
gang gal tot het grote leeuwenplein. Midden
op het ruime plein hield de stoet stil. De
krijgers met de speren gereed voor de aan
val, vormden een lange doorgang. Aan het
einde van deze laan loerde de dood op Tarzan,
in de vorm van een hongerigen leeuw, die er
speciaal op afgericht was op het ruime veld
een prooi aan te vallen en te doden.
„Slachtoffer stierf waarschijnlijk
een natuurlijken dood".
De Amstérdamsche rechtbank zette
gisteren de behandeling voort van
de strafzaak tegen de beide jon
gemannen, verdacht van moord op
de bejaarde weduwe Storck in haar
woning aan de Lindengracht oip 21
Januari j.1.
Tegen Frans E, den kleinzoon van de
vermoorde, eischte de officier van Justitie
op 5 Mei j.1. 20 jaar gevangenisstraf en te
gen den medeplichtige Leendert K. twaalf
jaar.
Enkele dagen na dezen zwaren eisch te
gen de verdachten legden zij in het huis
van bewaring een nadere bekentenis af.
Zij hadden niet f 400, doch ruim f 2400.
gestolen. Het geld hadden zij gebracht naar
de woning van de andere grootmoeder van
Frans, de weduwe P. aan de Lijnbaans
gracht, die f 100.van dc buit kreeg.
Stierf de oude vrouw een na
tuurlijken dood?
De zaak werd inmiddels naar de instruc
tie teruggestuurd. Als eerste getuigen wer
den gisteren de deskundigen gehoord, tus
schen wie een uitvoerig medisch debat
ontstond over de doodsoorzaak. „Een onver
wachte natuurlijke dood vóór het inbrengen
van den sok in den mond van 't slachtoffer
mag waarschijnlijk worden genoemd, be-
i'toogde -de deskundige a décharge en ging
voort:
„Een der verschijnselen, door de
lijkschouwers aangenomen als die
van verstikkingsdood, kunnen ook 't
gevolg zijn van ouderdoms-emphy-
sceim, een toestand van verminderde
elasticiteit van het longweefsel, hij
oude menschen niet zeldzaam."
Hij bleef bij zijn mecning, dat de doodsoor
zaak niet niet zekerheid vastgesteld kon
worden.
Ongepaste vroolijkheid.
Een politieman vertelde in bet kort hoe
de f 1900.— bij de oude vrouw in de
Bloemstraat, een vriendin van grootmoeder
P. werd teruggevonden. Hctg eld lag in 'n
penantkastje, gewikkeld in een oude kous.
De vrouw had onmiddellijk gezegd, waar
het lag.
Pres. Ctot rechercheur): Bpnt u ook bij de
arrestatie van Simon geweest?
Getuige: Ja, we troffen de familie aan
in feeststemming. Hoewel er pas twintig
jaar tegen hun 19-jarigen zoon was ge-
eisoht, waren de ouders en Simon naar
een feestje bij de buren gegaan. Er werd
een stevig glaasje gedronken.
Frans E. ontkende thans, dat zijn broer
Simon bij de verdeeling van'het geld aan
wezig was, maar Leendert IC. riep: „Wél
waar, hij was er bij!"
Leendert verklaarde nog, dat Simon veel
meer geld heeft gekregen dan f 10.
Pres. (tot Leendert): En wat heb je zelf
meegenomen?
Leendert: Ik denk ongeveer f 60.aan
rijksdaalders cn 6 a f 700 aan bankpapier.
Frans: Je liegt 't, je hebt een kleine
f 1000 meegenomen.
De president vroeg aan Leendert IC.,
waar de nog ontbrekende geldsom n u ver
borgen is.
Verd. antwoordde: „Dat vertel ik niet,
want dat geld heb ik noodig om voor mijn
vrouw en kinderen een schuilkelder en
gasmaskers te koopen."
Pres.: Hoeveel geld is het?
Verd.: Weet ik niet
Pres.: Tel 't dan na.
Verd.: Ja, dan weet u meteen waar het
is.
Een oogenblik dreigde er ruzie tusschen
de twee verdachten. Zij verwijten elkaar
meer te hebben meegenomen, dan zij zeg
gen.
Requisitoir.
De officier van Justitie persisteer
de geheel bij zijn eisch: twintig
jaar tegen Frans E. en twaalf jaar
gevangenisstraf tegen Leendert K.
Het woord was vervolgens aan de ver
dedigers. Frans' raadsman schetste nog
maals het verderfelijke milieu, waaruit zijn
cliënt komt. De opzet om de oude vrouw
van het leven te berooven blijkt nergens
Met klem drong pl. op clementie aan.
Mr. W. van Everdingen besprak uitvoerig
de conclusie van den deskundige a déchar
ge en hij bestreed hef sectierapport van
de deskundige a charge.
Simon was hebberig.
Vervolgens besprak de verdediger de per
soonlijkheid van den verdachte Leendert
IC., waarna hij to vrijspraak subs. clementie
concludeerde. De rechtbank zal op 16 Juni
vonnis wijzen.
Vervolgens stond de broer van Frans,
Simon E., terecht verdacht van heling. Hij
had bij de verdeeling van de buit in de
woning van „opoe P." een klein bedrag
van - het geroofde geld gekregen. In den
nacht van 7 op 8 Mei werd hij gearres
teerd. Op 20 Januari op zijn verjaardag,
vertlede hij, trof hij 's avonds zijn broer
Frans cn Leendert IC. aan in de keuken
van grootmoeder P. Zij waren bezig met
het teilen van bankpapier. Frans had tegen
Leendert gezegd: „Geef m'n broer maar een
tientje".
President: ICreeg je niet meer? Je zou
zoo hebberig geweest zijn.
Verd.: Eerlijk niet. Ik kreeg twee rijks
daalders en vijf gulden. Direct nadat hij
het geld ontvangen had was hij weggegaan.
Later had zijn grootmoeder hem verteld dat
het geld in de schoorsteen verborgen was.
Pres.: En heb je er toen nog wat afge
nomen
Verd.: neen.
Pies.: Nu, je grootmoeder wel.
Verdachte hield vol, dat er geen bank
biljet bij was geweest. „Anders zou ik het
direct hebben gezegd".
Pres.: Toen je gearresteerd werd, was je
bezig feest te vieren, en er werd stevig bij
gedronken ook.
Verd.: Er was bij de buren iemand jarig
en ik heb er geen cent aan betaald.
Hot reclasseeringsrapport, dat over SiK
rnon E. is uitgebracht, luidde zeer gunstig.
Hij staat bekend als een goed arbeider en
mag weer in zijn betrekking terugkomen.
De Officier van Justitie vorderde tegen
verdachte acht maanden gevangenisstraf,
waarvan vijf maanden voorwaardelijk en
met aftrek van de voorloopige hechtenis.
De verdediger, mr. P. A. F. van Vloten
bepleitte de uiterste clementie, mede op
grond van het gunstige reclasseeringsrap
port cn het blanco strafregister van verd.
Verdachte was op den avond van zijn ar
restatie bezig met het vieren van een
feest, hij was bij' de familie gevraagd om
op de harmonica te spelen.
Vonnis 16 Juni.
„Je laatste uur is geslagen
Tegen man twee jaar gevange
nisstraf geëischt.
De 43-jarige graan-controleur C. IC. is
door de Roterdamsche rechtbank tot een
gevangenisstraf van twee jaar veroordeeld
met plaatsing in de bijzondere strafge
vangenis omdat hij op 20 Juli van het
vorig jaar gedreigd heft, zijn echtgenoote
van het leven te berooven. Het huwelijk
zoo bleek op de terechtziting van het Ilaag-
sche gerechtshof, waarvoor deze zaak gis
teren in hooger beroep diende was aller
minst gelukkig. Reeds eenige jaren gele
den heeft een scheiding van tafel en bed
plaats gehad, doch daarna zijn de echtelie
den weer samen gaan wonen, evenwel niet
niet het resultaat, dat alle moeilijkheden hu
uit de wereld waren. Volgens die vrouw
werd zij dikwijls door haar man mishan
deld die dat evenwel ontkende en op
20 Juli kwam de uitbarsting.
In den val gelokt.
De man, zoo vertelde de vrouw verder,
riep me in de keuken om koffie te drinken.
Ik vertrouwde het niet, maar besloot toch
te gaan. Daarna heeft hij er weer over ge
praat of alles tusschen ons weer goed kon
worden, maar voor de kinderen vond ik
een scheiding beter. Hij is toen woedend
geworden, heeft me bij de keel gegrepen, uit
roepende: „Je laatste uur is geslagen!"
Daarna verloor do vrouw het bewustzijn.
De man zoo verklaarde de vrouw
voorts ging dikwijls uit dansen
op den „Dijk" en ging met andere
vrouwen om. Verdachte zelf ontken
de vrijwel alles, wat de vrouw ver
klaarde. Hij had haar niet bij de
keel gegrepen, doch zij was van
emotie flauw gevallen, wat wel 1
meer voorkwam. Volgens hem had
de vrouw de ruzie uitgelokt Met
andere vrouwen ging hij niet om.
Dc advocaat-generaal, achtte het
ten laste gelegde bewezen en de
opgelegde straf, in verhand met den
ernst van het feit, niet te z\tfaar.
Spr vroeg bevestiging van deze
straf.
Pleidooi.
Dc verdediger, was van meening, dat de
vrouw alles in het werk stelde om zich van
haar man te ontdoen. Zij vond hem eigen
lijk „beneden haar stand", temeer, daar hij
nu werkloos was.
Pleiter concludeerde tot vrijspraak cn
drong subsidiair op de meeste clementie
aan.
Uitspraak 19 Juni.
Maar hun handelswaarde
verhoogt.
Het Ilaagsche Gerechtshof heeft gisteren
uitspraak gedaan over de vraag of het cou
pecren van ooren van honden en van staar
ten van paarden strafbaar is.
Het hof achtte beide niet strafbaar.
Het eerste geval betrof den 36-ja-
rigen A. J. te B. uit Utrecht, die de
ooren van Duitsche doggen met
klemmen afkneep, omdat de bees
ten daardoor meer handelswaarde
kregen.
Tevoren verdoofde hij ze met
cloor-aethyl.
De Utrechtsche rechtbank had hem tot
een geldboete van f 40.veroordeeld, waar
na het Amsterdamsche hof een boete van
f 1.oplegde. De hooge Raad heeft de
zaak naar het hof in Den Haag teruggewe
zen, welke te B. vrijsprak van de ten laste
gelegde dierenmishandeling.
De tweede zaak betrof het coupeeren van
paardestaarten. De dierenarts W. J. L. de G.
uit ICruiningen had onder getuigen de
staarten van twee veulens ingekort. Des
wege is hij vrijgesproken van dierenmishan
deling door de Middelburgsche rechtbank,
welk vonnis het Haagsche gerechtshof gis
teren in hooger beroep bevestigde.
De advocaat-generaal was tot dezelfde
conclusie gekomen, daarbij evenwel opmer
kende, dat men zich niet moest voorstellen
in dit proces een principieele beslissing uit
te lokken. Men moet elk geval op zichzelf
beschouwen en zich afvragen, welk doel be
reikt wil worden en welk leed men een dier
aandoet.
In de onderhavige gevallen achtte de ad
vocaat-generaal het redelijk doel nl, het
verhoogen van de handelswaarde hier
aanwezig. De pijn was daarmede in verhou
ding niet overmatig groot.
Soms bleef de pijn zelfs geheel achterwe
ge, zoo betoogde de advocaat-generaal.
Op 31 Mei stonden voor de Haagsche po
litierechter, acht jonge mannen terecht, die
bij de strijdmacht van de vroegere Spaan-
sclie regeering dienst hadden genomen en
onlangs hier te lande waren teruggekeerd.
Hun was ten laste gelegd overtreding van
de wet van 8 April 1937 annex het Konink
lijk Besluit van 11 Juni 1937.
De zaak van één der verdachten, G. H.
van B., werd aangehouden om getuigen te
hooren, daar deze verd verklaarde, dat hem
voorgespiegeld was, dat hij als betonwerker
in Spanje werk zou vinden. De overigen
erkenden zonder aarzeling om principieele
redenen dienst te hebben genomen. De offi
cier van Justitie, eischte tegen alle ver
dachten drie maanden gevangenisstraf. Gis
teren heeft de politierechter uitspraak ge
daan, waarbij de zaak terugverwezen werd
naar den rechter-comimissais om te onder
zoeken, of en in hoeverre door Nederland-
sche consulaire amibtcnaren in Spanje of
andere autoriteiten is medegedeeld, dat geen
strafvervolging zou plaats hebben bij terug
keer naar Nederland of de indruk gewekt
is, dat dit niet zou gebeuren.
WOENSDAG 7 JUNI 1939.
Hilversum I. 1875 en 415.5 m.
NCRV-Uitzending. 6.307.00 Onderwas-
fonds voor de Scheepvaart.
8.00 Schriftlezing, meditatie.
8.15 Gramofoonmuziek. (9.309.45 Geluk
wensen)
10.30 Morgendienst.
11.00 Gramofoonmuziek.
11.15 Ensemble van der Horst.
12.00 Berichten.
12.15 Gramofoonmuziek.
12.30 Vervolg concert en gramofoonmuziek.
I.30 Gramofoonmuziek.
2.00 Orgelspel.
3.00 Christ. lectuur.
3.30 Zang en piano (In de pauze: Gramofoon-
4.45 Gelukwenschen.
muziek).
4.30 Gramofoonmuziek.
5.00 Voor jongens en meisjes.
5.45 Gramofoonmuziek.
6.10 Causerie „Filmt U nog niet?"
6.25 Gramofoonmuziek.
Hierna Berichten.
6.30 Taalles en causerie over het Binnenaan-
varingsreglement.
7.00 Berichren.
7.15 Voor postzegelverzamelaars.
7.457.55 Gramofoonmuziek.
8.00 Berichten ANP, herhaling SOS-Berichten
8.15 Utrechtsch Stedelijk Orkest.
9.00 Causerie „Koffers pakken".
9.30 Vervolg concert.
10.15 Berichten ANP, actueel halfuur.
10.45 Gymnastiekles.
II.00 Gramofoonmuziek Ca. 11.5012.00
Schriftlezing,
Hilversum H, 801.5 m.
VARA-Uitzending. 10.00—10.20 v.m. VPRO
6.30—7.00 RVU. 7.30—8.00 VPRO.
8.00 Gramofoonmuziek. (Ca. 8.16 Berichten).
9.30 Causerie „Onze keuken"
10.00 Morgenwijding.
10.20 Voor arbeiders in de Continubedrijven.
12.00 Gramofoonmuziek.
12.15 Berichten,
12.171.45 VARA-orkest. (1.001.15 Gramo-
fonomuziek)
2.00 Voor de vrouwen.
3.00 Voor de kinderen.
5.30 Orgelspel.
6.00 Esnuralda.
6.28 Berichten.
6.30 „Leven en dood vanuit godsdienstig stand
punt belicht", causerie.
7.00 VARA-Kalender.
7.05 Felicitaties.
7.10 Causerie „Van streven en strijden".
7.30 Muziek.
7.30 Muziek.
7.35 Toesraak voor de jeugd.
7.50 Muziek.
7.55—8.00 Toespraak „Tot de V.C.S.B."
8.05 Herhaling SOS-Berichten.
8.07 Berichten ANP, VARA-Varia.
8.20 VARA-orkest
9.00 Radiotooneel.
9.30 Gramofoonmuziek.
10.00 Berichten ANP.
10.10 Causèrie „Schuldig of onschuldig".
10.15 VARA-orkest.
11.0012.00 Gramofoonmuziek.
FEUILLETON.
Ethel M Dell
32.
Er volgde een zoo dreigende stilte, dat een
blinder door kwaadaardigheid bezeten vrouw
dan Emily de vlucht zou hebben genomen.
Maar Emily hield stand. De woede van den
schipper was van ondergeschikt belang voor
haar. Ze was vervuld van Julie en van de
straf, die haar wachtte. Haar beperkt ver
stand kon zich maar met één ding tegelijk
bezig houden. De lust in wreedheid scheen uit
haar oogen en ze beloerde den schipper, om
deze ook te zien ontwaken in de zijne.
In dat opzicht werd ze niet teleurgesteld.
De roode kleur in Reuben's oogen werd ster
ker, terwijl hij voor zich uitstaarde en zijn
lippen bewogen zich eenige seconden over zijn
door tabak vergeelde tanden, voor hij een
gruwelijken vloekuitstiet, die zelfs Emily
deed rillen.
Dan wendde hij zich plotseling tot haar.
Waarom voor den duivel kom je met dat ge
leuter bij me aan? Wie zegt dat het waar is?
Waar heb je het gehoord?
Emily week een stap achteruit. Micky
heeft het me verteld, zei ze. Hij heeft
het in „De Zwarte Zwaan" gehoord. En het
is waar, dat het raam open is. Dat heb ik
zelf gezien. En ze kan dat nooit alleen ge
daan hebben. Daar wil ik een eed op doen.
Alleen een flinke, jonge kerel
Hou je mond! viel de schipper in.
Dus Micky heeft het gehoord. En ze klet
sen er allemaal over in „De Zwarte Zwaan".
Ik zal ze leeren zich met zijn zaken te be
moeien!
Dat zal u niet veel helpen, als het waar
is, zei Emily gemelijk. Menschen praten
nou eenmaal altijd. Wie reden tot gepraat
geeft, die verdient de straf.
Hou je bek, wijf! zei hij met nog
meer nadruk. Ik zal mijn eigen zaakjes
wel opknappen. Als het waar is, zal ik die
meid een pak geven, zooals ze nooit heeft
kunnen droomen en als het niet waar is, geef
ik dien idioot van een Micky een aframme
ling, dat hij niet meer kan zitten of staan.
Emily keek een beetje vriendelijker. Ik
denk niet, dat Micky het dezen keer zal zijn,
zei ze.
Kan me niet schelen, wat jij denkt!
Maak dat je weg komt en zeg Peter, dat ik
hem noodig heb.
Ze ging naar de keuken en bracht het be
vel aan Peter over. Hij verdween en Emily
ging de lamp opsteken en de boodschappen
uitzoeken, die Julie in de mand op tafel had
laten staan. Zoo nu en dan sloop ze naar de
deur, die in de gang uitkwam en luisterde
ingespannen. Een tijd lang kon ze niets hoo
ren. Toen sloeg de deur van het observato
rium dicht en het geluid van Peter's voet
stappen klonk in de gang.
Nou, je hebt alle duivels van de hel
wakker gemaakt, zei hij, toen hij weer in
de keuken terug was. Ik moet alleen voor
het veer zorgen en denk erom, als de jonge
dame terug komt, moet je haar onder het een
of ander voorwendsel in de kamer van den
kapitein lokken en haar daar opsluiten. Er
is geen kans, dat ze daar weer uitklimt. Ze
zou door het dak van het observatorium
gaan, als ze dat probeerde.
De kamer van den kapitein! riep
Emily. Je hebt makkelijk praten. Daar
gaat ze voor geen geld van de wereld in.
Orders van den kapitein, zei Peter
lakoniek. En het wordt tijd, dat ik ga.
Hij keerde zich naar de achterdeur, maar
Emily was hem voor.
Niks ervan, verklaarde ze gedeci
deerd. Je blijft hier om me te helpen, veer
of geen veer. Hier! Ze greep een oud stuk
dweil, dat over een stoel lag. Ze komt zoo
dadelijk terug. Jij gooit dat over haar hoofd
en ik houd haar beenen. We zullen haar samen
naar boven dragen.
Ik bemoei me er niet mee, begon
Peter, maar ze bracht hem tot zwijgen door
een feilen stomp met haar elleboog in de
ribben.
Ssst! Daar komt ze aan. Pas nou op
Prawle, of je krijgt met mij te doen. Trek het
stijf over haar hoofd, z'oodat ze niet kan
schreeuwen.
De fluisterende woorden waren nauwelijks
geuit, of de deur waar achter ze stond werd
opengeduwd door den emmer, die Julie droeg
en het meisje verscheen op den drempel.
Het volgend oogenblik was het ongelooflijke
gebeurd. De ruwe doek, nog vochtig van het
dweilen van den keukenvloer, was over haar
hoofd en schouders geworpen, alle geluid
verstikkend, terwijl Peter haar armen in zijn
vasten zeemansgreep hield en Emily's mee-
doogenlooze vingers haar enkels omknelden.
Zoo plotseling was de aanval, dat ze gevan
gen was, voor ze aan verweer kon denken.
De emmer viel kletterend op den vloer en
twee gebroken eieren kwamen op de steenen
terecht, terwijl ze machteloos werd voort
gesleept.
Voor die eieren zal ze dubbel en dwars
betalen, zei Emily kwaadaardig. Nou
Prawle, we kunnen haar beter vastbinden,
voor ze by haar positieven komt. Ze zal
vechten als een wilde kat, als ze dat doet.
Er lag een waschlijn op het aanrecht. Peter
reikte ernaar en die bonden ze om Julie's
hulpelooze gestalte.
Nou kan ze niets meer beginnen,
grinnikte Peter. Kom maar schatje, dan
gaan we naar de gruwelkamer en daar kan
de kapitein met je afrekenen.
Julie hoorde de woorden, maar ze verstond
ze nauwelijks. Het gonsde verschrikkelijk in
haar ooren. Ze stikte bijna en haar hart leek
opgezwollen tot zoo'n enorme grootte, dat het
kloppen ervan in haar ooren klonk als het
slaan van een trom. Gelukkig voor haar
merkte Emily het ook en plukte aan de ver
stikkende plooien, waardoor ze iets vrijer kon
ademen.
Jij stomme kaffer! zei ze tot haar
man. Je wilt haar toch niet meteen dood
maken! Laat dat maar aan den schipper
over. Vooruit, draag haar de trap op en ik
zal wel voor de rest zorgen.
Even later lag Julie, gebonden en hulpeloos
op het bed van den kapitein, haar gezicht nog
omwikkeld met de dweil, terwijl Emily als
eenige bewaakster achterbleef.
En blijven doe ik hier niet, zei ze.
Alleen maar even om het je gemakkelijk
te maken, mijn liefje. Je zult niet gauw weer
zoo gemakkelijk liggen, want dezen keer
krijg je met het touw, of ik heb het al heel
erg mis. Ik zou maar niet schreeuwen als ik
jou was, want het raam is dicht en de zee
maakt zooveel lawaai, dat zelfs Rolf je niet
hooren kan. Ziezoo! Met deze woorden trok
ze een deel van de dweil uit het koord weg
en sloeg het om, zoodat Julie's doodelijk wit
gezicht te voorschijn kwam. Nou kun je
op adem komen, terwijl ik een kaars aansteek
en je kunt het arme oude hoofd zien, waar
je zoo op gesteld bent.
Ze zocht tastend haar weg in het half
donker tot ze kaars en lucifers vond en zoo
dra ze licht gemaakt had, plaatste ze dit
vlak bij de glazen stolp met haar gruwelijken
inhoud op de latafel.
Julie wierp een blik van afschuw op en
sloot dan haar oogen weer. Ze fluisterde
heesch: Waarom is dit allemaal? Ik heb
niets gedaan. Zijn jullie gek geworden?
Zeker, spotte Emily, we zijn alle
maal gekbehalve jij... arm onschuldig
lam! Maar wacht maar tot de schipper met
je heeft afgerekend. Misschien zul je dan zelf
ook een beetje gek zgn. Maar, zooals ik je
al gezegd heb, je kunt zoo hard schreeuwen
als je wilt, want niemand zal het hooren.
Julie's oogen openden zich weer en keken
recht in Emily's kwaadaardig gezicht. Er
sprak afschuw uit, maar er sprak ook iets
uit... een naamloos iets... waarvoor de oude
vrouw instinctief terugweek. Er was een on
bekende kracht in Juli, die maakte dat Emily
zich altijd in de minderheid voelde, als ze
alleen waren. Ze voelde er zich nu door uit
gedaagd en wendde zich af als een gluiperig
dier, uit het veld geslagen.
Wacht maar! Wacht maar! was alles
wat ze te zeggen vond en ze herhaalde de
woorden met al de duivelsche kwaadaardig
heid, waartoe ze in staat was. Maar ze bleef
met langer in de kamer. Op een of andere
manier deed dat doffe staren haar overwin
ning nietig lijken. Ze ging de kamer uit,
in zichzelf mompelend en sloot de deur.
(Wordt vervolgd.)