WIERINGERMEER
RAED-PRAET.
Roosevelt, de democratieën
en dn democnten
Het nieuwe land aan rijksambtenaren
overgeleverd 7
Een gevaar voor de
pootaardappelteelt
D°ndcrdag 22 Juni 1939
Tweede blad
Nieuw aantasten van de demo
cratische rechten der bevolking.
Scherp protest tegen de samen
stelling der „normalisatiecom-
missie" het eenige antwoordI
Br was Dinsdag een groot internationaal
gezelschap van zeer geleerde dames .en hee-
ren in de Wieringermeer. Geleerde dames
en heeren, die vergelijkingen maken tus-
schen de toestanden in hun land en de toe
standen in óns landHet is jammer, dat
de „berenleider" van dezen middag, meneer
van Kretsehniar, om half twee nog niet wist,
wat er om drie uur in het Raadhuis stond
te gebeuren. Anders had hij het gezelschap
vast een vergelijkende studie laten maken
van een raadsduel van groot formaat en...
het hoofd van Jut op de Schager Kermis.
Zoo'n hoofd van Jut is een aardig ding. Je
geeft er een klap op, met een grooten ha
mer, maar hoe hard je ook slaat, telkens
komt de onsterfelijke „kop" van den snooden
Haagsohen moordenaar Jut weer boven.
Maarals je erg hard mept, knalt het
heel bovenaan en krijg je van den baas van
dat hoofd van Jut een mooie roos op de borst
als belooning.
Nu was dezen middag meneer de Bruijn
het hoofd van Jut en meneer Peters sloeg er
op. Boem... een klap, tjoep 't hoofd naa? be
neden, maar meteen weer naar boven, weer
een klap, wéér naar boven..;...
Helaas er was één verschil, de „baas" van/
dit hoofd van Jut, meneer Smeding, gaf den
ijverig beuken/den wethouder Peters géén
roos cadeau, maar een brandnetel. Hij kreeg
een vinnig standje, omdat nu eenmaal de
rijksambtenaar in zijn heilige huisje moet
blijven zitten, en nimmer zelfs de^ schijn
gewekt mag worden, dat hij een zéér tijde
lijk belang (lid van de bestuurscommissie)
dus verdediger van de belangen der Wie-
ringermeerbe volhing, zou achterstellen bij
een blijvend belang (secretaris van de Wie-
ringermeerdirectie, straks secretaris van de
directie van den. Noord Oostpolder)
Voor den enkeling, die misschien ons
ïaadsverslag van gisteren niet heeft gelezen
zullen we even héél in 't kort tot beter be
grip herhalen, waar het 'om gingInder
daad een belangrijke kwestie, waarbij al
weer de toekomst van de Wieringermeerbe-
volking nauw is betrokken.
Reeds anderhalf jaar is men bezig de
staatseigendommen overgedragen te krijgen
aan de gemeente. Dit is natuurlijk noodza
kelijk om den ongezonden toestand op te
heffen, dat de gemeenteraad (bestuurscom
missie dus) besluiten neemt over zaken, die
nog onder het rijksbeheer vallen. Er zijn
verschillende voorloopige besprekingen ge
voerd tusschen gemeentebestuur (vertegen
woordigd door wethouder Peters en ge
meentesecretaris Blaauboer), en Wieringer-
meerdirectie (vertegenwoordigd door Ir.
Smeding en den heer de Bruijn) en ambte
naren van het departement in den Haag
Voor meneer Peters kwam het vast te staan,
dat het rijk alles wilde nemen en weinig
wilde geven, hij is, zoo vertelt hij althans
zelf (en de heer Blaauboer sprak dit niet
tegen) duchtig van leer getrokken. Hij
neemt, deze stelling in: Als het rijke een
gemeente als de Wieringermeer uit den
grond stampt, dan moet het deze goed uit
rusten en niet halverwege reeds terughalen
wat het heeft gegeven. Hij scheert de hou
ding van den heer de Bruijn over één kam
met die der ambtenaren in Den Haag en
verwijt hem de gemeentebelangen, ondanks
het feit dat hij, de heer de Bruijn, lid van
de bestuurscommissie is, dus voor de be
langen van de Meerbevolking moet opko
men, verwaarloosd te hebben. „Een rijks
ambtenaar, die in zijn vrijen tijd aan ge
meentezaken doet", noemde de vinnige kam
pioen van Medemblik den tweeden macht
hebber uit 't Hooge I-Iuys van Alkmaar.
Meneer de Bruijn beschuldigde meneer
Peters onwaarheid te spreken en meneer
Smeding verdedigde zijn vazal zéér warm.
Meneer Peters verklaart tenslotte „nood
gedwongen" te hebben toegegeven om thans
reeds enkele eigendommen van het Rijk
aan de gemeente over te dragen. Meneer
de Bruijn zegt daarentegen dat er een-
stemmighoid was, maar dat hij persoonlijk
.van de Wieringermeer geen lustoord, geen
dorado wil maken.
V
Inmiddels komen B. en W. met een voor
stel om enkele objecten dan nu maar over
te nemen. Echter... juist vóór de vergade
ring is bekend geworden, dat de ambtelijke
commissie, welke de voorbereidingen voor
de normale gemeente Wieringermeer zal
treffen, voor het overgroote gedeelte-uit..
rijksambtenaren bestaat.
En óók werd bekend, dat wethou
der Peters, die een groot aandeel fn
de eerste besprekingen had... gepas
seerd is bij deze benoeming. Als
zuiver- g emee ntelij ke verte g e nwoor-
diger heeft alleen zitting de ge
meentesecretaris, de beer Blaauboer,
uit den aard der zaak voor het rijk
de meest onschadelijke. Verder de
heer Mr. Backer, die tevens pro
vinciaal ambtenaar is, de heer de
Bruijn, rijksambtenaar en de heer
Smeding, rijksambtenaar.
„We worden aan de rijksambtenaren over-
geleverd", roept wethouder Peters uit.
De heer Mr. Backer kan dit moeilijk be
amen, maar is tegen oogenblikkelijke
overdracht op practische gronden. Waarom
zal de bestuurscommissie zich nog druk ma
ken, immers de „normalisatie-commissie"
(deze naam hebben wij voor het gemak de
rijkscommissie zelf maar gegeven) moet
tóch de zaken regelen, laat deze nieuwe
commissie dan ook de overdracht van alle
zaken regelen. Of thans de bestuurscom
missie alle zaken en dat schijnt niet te
kunnen
En zoo kwam de ruzie. Hevige ruzie, ru
zie bijna als in vroeger jaren het, schoone
dorpke Sint.. Pancras bij Alkmaar slechts
kende, waar de aschbakken door de raads
zaal vlogen... Meneer Peters had na, de ver
gadering eerst een glaasje water noodig om
-bij te komen. Zóó erg was het...
O'f het nu zoo noodzakelijk was meneer
de Bruijn zqo den mantel uit te vegen?
We meenen van niet, want och, meneer de
Bruijn is tenslotte een schakeltje in den
keten en zijn positie is uiterst moeilijk. De
gevallen dat hij in de oppositie is, zijn
zéér zeldzaam, meestal fungeert hij als
slippendrager van meneer Smeding en dat
is hem ook niet kwalijk te nemen. Men
had den lieer de,Bruijn nooit „raadslid"
moeten maken, maar nu hij er eenmaal is,
zal hij zeker er van maken wat hij er in
zijn positie van maken kan. Niet gaarne
zouden w ij den heer de Bruijn willen be
schuldigen opzettelijk de gemeentebe
langen bij de rijksbelangen achter te stel
len. 't Is zoo als meneer Smeding zegt: Als
men tien jaar in den polder heeft gewerkt,
zal men hem in goeden staat willen over
dragen. Logisch, dat, is de arbeidsvreugde,
bet eergevoel, de bevrediging iets goeds ge
daan te hebben.
Als wij meneer de Bruijn waren, zouden
wij meneer Peters geantwoord hebben: Goed
ik ben een rijksambtenaar, die in zijn vrije
tijd aan het gemeentebelang van de Wierin
germeer werkt, en U is burgemeester van
Medemblik, die in zijn vrijen tijd af en toe
in de Wieringermeer komt om daar de ge
meentebelangen te behartigen. Maar U ver
dient er meer aan dan ik. U verwijt mij de
rijkszaken voor te trekken, maar was U
alleen om de mooie oogen van den directeur
van de destructor zoo voor aansluiting van
de vleeschkeuringsdienst bij Midwoud
Medemblik?
Maar ja, de Schager Courant, die aan nie
mands leiband wandelt, kan zoo iets wel
zeggen
Toch had meneer de Bruyn ze 'véél brui
ner kunnen bakken...
Het standpunt van meneer de Bruyn om
geen dorado té maken van de Wieringer
meer is zeker juist en zal door iedar wel
denkend mensch worden onderschreven. Ze
ker zal het nieuwe land zijn tegenslagen
krijgen,- wij zien door de ontwikkeling der
economische wereldverhoudingen zelfs groo
te tegenslagen in een nabij verschiet, en dan
is het goed als de bewoners al eens in het
vuur zijn geweest, met andere woorden, on
der dezelfde verhoudingen hebben leeren
leven als in het oude land.
Maar... daarentegen heeft, de be
volking ook het volste recht reeds
thans een woordje mee te spreken
in de voorbereiding tot den niéu
wen toestand. Het, bij U, over U,
maar zonder U, heeft in de ge-
ZAL ROOSEVELT EEN REIS
NAAR EUROPA MAKEN?
Over den president der Vereenig-
de Staten, wordt veel geschreven
in de Amerikaansche pers: „Zal
Roosevelt naar Europa reizen, zal
hij zich voor de derde maal candi-
daat stellen voor de presidentsver
kiezingen en zoo, ja, zal hij dan
herkozen worden?" Ziedaar de vra
gen, welke men stelt.
Reeds enkele weken geleden verscheen in
de pers het gerucht, dat Roosevelt nog te
gen het einde van dit jaar een reis naar
Europa zou maken. In het Witte Huis wer
den deze berichten eenvoudig ontkend en
belachelijk genoemd; het departement van
Staten logenstrafte deze geruchten formeel
door de verklaring, dat er niets bekend was
van dergelijke plannen van den president.
Maar op den dag van het bezoek van het
Engclsche koningspaar aan het feestelijk
versierde Washington, waar duizenden men-
schen zoo niet millioenen tezamen wa
ren gekomen om de souvereinen van „het
grootste democratische land ter wereld" een
groot§ch „Welkom" toe te roepen, doken de
ze geruchten weer op en thans in veel vas
ter vorm.
Amerikaansche Journalistenfan
tasie.
Natuurlijk is het louter fantasie, wanneer
men hoort beweren, dat het geheele Engel-
sche Hof. tijdens een bezoek van Roosevelt
aan Engeland, aanwezig zal zijn bij een
picknick in het Hyde Park; en natuurlijk is
het eveneens pure typische Amerikaansche
journalistcnfantasie, wanneer aan deze ge
ruchten een romantisch tintje wordt gege
ven en wanneer er beweerd wordt, dat het
Koningin Elisabeth zal zijn, die Mrs. Roose
velt zal uitnoodigen, welke op baar beurt
dan haar echtgenoot, den president der Ver-
eenigde Staten, moet bepraten*
schiedenis nooit anders dan el
lende en verzet gebracht. Het afge
slachte Duitschland van 1918 heeft
■op weinig elegante wijze „Lebens-
raum" gezocht.
En ai zijn wij nu niet bang dat,
de polderbewoners zullen, optrekken
tegen hun buren in Kolhorn en Wie-
ringerwaard, hier is weer een nieu
we beknotting van rechten, waarte
gen een zéér scherp protest het eeni
ge antwoord is! Wij zijn mét wet
houder Peters over de zaak als zoo
danig zéér verontwaardigd.
Hier is de democratie hopeloos zoek. Geen
pachter, geen, middenstander, geen arbeider
mag er iets mee te maken hebben. Zij zit
ten vast aan hun bedrijven. Nog is over het
algemeen de toestand in de Meer dragelijk,
maar de pachters c.s. mogen géén invloed
hebben op hun lot in de toekomst!
Sinds onze overoveroveroveropa's
en -opoes in holle boomstammen deil
Rijn af kwamen tuffen, is zooiets
nog niet voorgekomen. Dat is, zoo
als de spullebaas van de zwevende
dame op de kermis verkondigt:
„La plus belle attraction du mon
de", de grootste attractie van de
wereld. Alleen een beetje luguber.
De Wieringermeerbewoners zijn niet ver
kocht en geleverd dus, maar geleverd en
dreigen verkocht te worden. En in dit ver
band is ook de redeneering van den heer
mr. Backer logisch: „Wat zal de bestuurs
commissie zich nog druk maken"! Inder
daad, de Wieringermeer-van-thans is in ii-
quidatie en een zaak die in liquidatie is,
gaat geen nieuwe verplichtingen aan door
gaans. Men moet nu maar ophouden om
ernstig bestuurscommissietje te spelen.
Aan den eenene kant is er „Den Haag"
de groote, de onverbiddelijke, de boeman aan
den anderen kant is er de weinige dank
baarheid van de innérlijk-verscheurd.e bevol
king. We gingen liever visschen en wande
len in het nieuwe bosch. De speeches van
„dankbaarheid voor het vele werk", die in
1941 hopelijk worden uitgesproten zijn al
lang pasklaar, de lintjes zijn al afgeknipt.
Laat men de toespraken nu maar afdraaien,
de lintjes nu maar verdeelen (wethouder
Peters als hij belooft voortaan zoet en een
groote jongen te zijn, niet vergeten) en de
ellendige komedie beëindigen. Laat de be
stuurscommissie de meest noodige formeele
zaken afdoen en laat zij samen, mét de be
volking, doen wat de Gedeputeerde Kooi
man bij het bezoek van Prov. Staten aan
het nieuwe land zoo dringend en ernstig
aanraadde:-„Steeds maar op spoed aandrin
gen in Den Haag" En... laat de bevolking
eindelijk eens leeren de politieke en geloofs
verschillen te overbruggen!
Alles sal regtkom schreven wij laatst,
maar... weer blijkt dat de bevolking op
haar qui vive moet blijven.
Met de ULO-schoolgeschiedenis heeft zij
in tusschen naar buiten een zielige figuur
geslagen.
Wij stellen ons geen partij, wij begrijpen dat
de „bijzondere" menschen 'n „bijzondere"
school willen, 't zou gezien wat elders ge
beurt, bepaald abnormaal zijn als 't anders
was. Hier is de schuld ook bij de regeering,
die als wij 't zoo mogen noemen, zoo'n
wonderlijk mengelmoesje menschen teza
men heeft gebracht. Van alles wat, net zoo
weinig dat de eene partij zonder de andei/e
niets bereiken kan, nét zooveel, dat de
eene partij de andere niets behoeft te gun
nen.
Wij gelooven, dat eerst over twintig,
dertig jaar een geslacht Wieringermeerbe
woners geboren zal zijn, dat werkelijk Wie-
ring e rm e e r-hewoner is en geen kolonist
met een bagage-van-principes-van-vroeger
in de welgevulde portefeuille. Als 't gezond
verstand niet zegeviert, blijft het tot zoo
lang modderen en geeft men al diegenen
die de zoo vurig begeerde zelfstandigheid
niet in de hand werken, telkens nieuwe
wapens!
ROOSEVELT.
Er is toch iets van waar!
Toch heeft men thans in politieke kringen
te Washington den indruk, dat er wel iets
waars is aan deze geheele zaak. Op zich
zelf is een dergelijke uitnoodiging tot een
tegenbezoek niets wonderbaarlijks en zelfs
vrij natuurlijk. Doch men moet ook reke
ning houden met politieke overwegingen en
het gerucht, dat bij de ernstige gesprekken
tusschen den Engelschen koning en Roose
velt met zijn medewerkers ook de mogelijk
heid van een internationale conferentie te
Londen overwogen zou worden, werd nog
niet tegengesproken.
Deze lievel ingsged ach te van Cham-
berlain brengt den Engelschen pre
mier bovendien nader tot den Aime-
rikaanschen president, die de ge
dachte aan zulk een conferentie im
mers onlangs in zijn laatste bood
schap aan de Europeesche machten
weer tot uitdrukking heeft gebracht.
Er staat momenteel nog wel niets
vast, doch de publieke opinie in
Amerika is, dat het lang niet on
mogelijk is, dat de uitnoodiging ge
daan en aangenomen zal worden
De reis van Roosevelt zou dan laat in den
herfst, ongeveer in October plaats .vinden,
De Kieler Zeilweek is begonnen!
Uit onze Omgeving
CALLANTSOOG
OUDEN VAN DAGENTOCHT.
Dinsdag j.1. vond de jaarlijksclie ouden
van dagentocht weer plaats, 's Morgens om
negen uur werd te Groote Koeten gestart
met ruim dertig oudjes, allen in particulie
re auto's Eerst ging de reis over Schagen,
Hee r-Hu go waard naar Midden-Beemster. De
ze tocht door het ruime en thans, na den
regen, weer frissche Noordhollandsch land
schap viel zeer in den smaak. Te Midden-
Beemster werden een paar heerlijke koppen
koffie met een broodje genuttigd in „Het
Heerenhuis". Enkelen maakten nog handig
gebruik van de gelegenheid het plaatselijk
museum te bezichtigen, waarin verschillen
de inooie dingen uit het verleden zijn te
bewonderen. Van de mooie Beemster ging
het over Purmerend, vóór welke plaats de
aanvoerder de stoet nog even (met of zon
der opzet?) leidde over groene en hobbeli
ge wegen, vanwaar men een prachtigMiit-
zicht had over tuinen en boomgaarden, via
de Zaanstreek, de Hembrug naar de Fordfa
briek. Hier een vriendelijke ontvangst en
rondgeleide in twee ploegen door de fabriek
Het was het eerste gezelschap van ouden
van dagen, dat de bezichtiging heeft aan-
gedrufd. Maar ofschoon enkelen tegen de
wandeling langs de machines enz. opzagen
en deftig bleven zitten in de hal met de
prachtige tentoongestelde wagens, is de be
zichtiging voor de meeste oudjes zeer inte
ressant geweest. Na de Fordfabriek langs
den betonweg, die niet vrij van oneffenhe
den is, naar Velsen, waar het gezelschap
werd opgewacht door een motor met zijspan
van de gëmeënte-politié om te worden rond
geleid door IJmuiden, langs de vischhallen,
de havens enz. Daarna over de pont naar
de Noordersluis. Er werd thee gedronken in
het Kennemerhotel, waar de heer Koning
van Sint Maarten, die den tocht als pianist
meemaakte, menigen deun ten beste gaf,
wat weer tot gevolg had, dat diverse beenen
van de vloer kwamen! Ja zelfs staken de
ouderen hier de jongeren de loef af. Nu
werd de terugtocht aanvaard, die te Alk
maar in den Stedelijken Muziektuin werd
onderbroken voor het diner, dat tot in de
puntjes was verzorgd en waarbij de heer Ko
ning weer zorgde voor muziek. Tenslotte
langs het kanaal weer terug om op den af
gesproken tijd ruim acht uur weer te Cal-
lantsoog te arriveer en. Hier zorgde onze
verdienstelijke muziekvereniging voor een
waardige ontvangst. De zaal bij de Haan,
waar afgestapt werd, was keurig verzorgd.
Hier werd het laatste kopje koffie gebruikt
met wat lekkers. Burgemeester Rehorst
sprak het traditioneele dankwoord aan het
adres van allen, die tot het welslagen van
den mooien tocht hebben meegewerkt. De
tocht is uitstekend geslaagd; het weer was
prachtig, de stemming liet niets te wen-
schen over, men kon het waarlijk niet be
ter verlangen. Mevr, Timmerman uit Scha
gen, die den tocht weer meemaakte, heeft
gefilmd en het is de bedoeling, dat de oud
jes in verband daarmede nog een gezelligen
avond toekrijgen. De Burgemeester heeft
nog gememoreerd het overlijden van het
commissielid den heer Vries, wiens plaat3
nu is ingenomen door den heer Jimmink.
WIERINGERMEER
Besmetting door ongeselecteerde
velden.
Nu de pootaardappelteelt in de Wieringer*
meer zich in officieele belangstelling mag
verheugen, getuige de uitlating van den
lieer Ir. Smeding, tijdens het 'bezoek van
Prov. Staten, hebben wij ons opnieuw de
vraag gesteld: Hoe staat het thans met deze
teelt? En zoo optimistisch de «verwach
tingen verleden jaar waren, zoo pessimis
tisch zijn ze thans. De pootaardappelteelt
wordt door een groot gevaar bedreigd: de
besmetting.
Bdfemetting niet in den zan van een direc
te ziekte, doch besmetting door ongeselec
teerde velden, door „gevaarlijke belendin
gen" dus.
We zagen in de z.g. sectie B, wel'ke zich
uitstrekt van Waard en Groetpolder tot de
Slootvaart hiervan enkele sprekende voor
heelden.
Het is in dit speciale Eerstelingen-gebied
reeds zeer goed te merken: geselecteerde
velden, welke ongeselecteerde als buren heb
ben, zijn merkbaar achteruitgegaan. Het
blijkt wel, dat buiten de kleine groep vak
mensehen de pachters het belang van het
seléct'eeren nog onvoldoende inzien.
Dat is jammer!
Het is wel eenvoudig en gemakkelijk
steeds pootgoed uit eigen teelt tenemen,
maar deze methode wreekt zich ras in de
opbrengst.
Men herinnert zich nog wel, dat wij des
tijds reeds wezen op de sterke degeneratie
in de Streek, waar zelfs eerste nabouw hier
cii daar onmogelijk is geworden. Finan-
tieel beter wordt men er zeker niet van. Uit
de meerdere opbrengst van frisch geselec
teerd pootgoed bestrijdt men gemakkelijk
de grootere aanschaffingskósten daarvan.
Ervaren selecteurs verzekerden ons dat
in het Zuiden van den polder het gevaar
nog grooter is, daar de aldaar gevestigde
tuinders geheel voor eigen gebruik en
markt telen en daar feitelijk een soort
roofbouw plegen.
Het lijkt ons van zeer groot algemeen,
belang, dat de officieele instanties naar de
ze gesignaleerde feiten eens een onderzoek'
instellen. Wanneer men werkelijk de aard-
appelseleclie, welke in liet Nieuwe Land
een goede toekomst tegemoet gaat, wil
steunen, zullen bindende maatregelen noo"
dig zijn!
omdat de president zijn.land natuurlijk niet
kan verlaten, zoolang het Congres nog zit
ting beeft.
En dit des te minder, wanneer zich bin
nen de grenzen van de democratische partij
een zeer ernstige crisis dreigt te vertooncn,
welke samenhangt mot de presidentsverkie
zing in 1940. Om nu het reisthema af te
sluiten: het is niet onmogelijk, dat deze toe
komstige verkiezing en andere binnenland-
sehe aangelegenheden voor Roosevelt juist
een aanleiding zouden vormen om bij een
internationale conferentie van democrati
sche landen, als voorzitter op te treden.
Garner streeft Roosevelt opzij.
De breuk in de democratische partij werd
bekend, toen John Garner, de vice-presidcnt
mededeelde, dat hij eindelijk definitief be
sloten was zich candidaat te stellen voor de
presidentsverkiezingen in 1940 voor de de
mocratische partij; en dit zelfs booze ton
gen beweren: juist wanneer Roosevelt
zich voor de derde keer beschikbaar stelt.
Ook de reden van deze candidaatstelling
werd niet verzwegen: Garner zal de uitge
sproken tegenstanders der New Deal-politiek
en van deze zijn er velen in de eigen par
tij van den president vertegenwoordigen,
En deze candidatuur moet, wanneer men
de innerlijke aangelegenheden der partij
kent, beteekenen, dat het meerendeel dei-
leden in Garner den man ziet, die de inner
lijke tegenstellingen met betrekking op de
New Deal-politiek nivelleeren en daardoor
de eenheid van de democratische partij in de
Vereenigde Staten herstellen zal. Garner
zelf, die 70 jaar oud is, is zeer populair, voor
al in het Zuiden; hij heeft zich tot nu toe
altijd afzijdig gehouden van politieke ge
vechten. Men weet, dat hij geenszins de New
Deal billijkt, doch ook niet geheel bestrijdt.
Ook is liet bekend, dat Roosevelt en Garner
in hun particuliere leven zeer groote vrien
den zijn, wanneer zij maar niet over de
politiek beginnen te spreken*
Roosevelts strijdlust vlamt op.
Roosevelt's strijdlustige natuur kwam tot
uiting in een rede, welke hij eind Mei voor
de „RetailerS National Forum" te Washing
ton hield. In deze rede zei de Roosevelt, dat
hij zijn economische politiek op precies de
zelfde wijze zou voortzetten als voorheen.
Hij verweet de kapitaalkrachtige klasse, po
sitieve maatregelen-tor bestrijding der werk
loosheid onmogelijk te maken. Ook de trusts
spaarde hij niet; in ieder geval was hij zoo
agressief als het maar kon.
Deze houding van den president is be
kend en is op zichzelf niets nieuws. De
groote overwinning bij zijn herkiezing wijst
er op, dat het meerendeel der Amerikanen
zijn strijdlustige houding billijkt. Anders
staat liet thans echter met de democrati
sche partij, die zekere bedenkingen heeft
voor de presidentsverkiezingen in 1940, hoe
wel momenteel nog niet gezegd kan worden,
of Roosevelt reeds besloten heeft om te bre
ken met de ongeschreven traditie, welke aan
een president verbiedt, zich meer dan twee
maal verkiesbaar te stellen. Een andere de
mocratische candidaat dan Roosevelt echter
in de eerste plaats denkt men aan Cor-
dell I-Iull en aan den „General Postmaster"
Farley zou in den verkiezingsstrijd op
zeer groote moeilijkheden kunnen stooten,
wanneer de democratische partij haar een
heid niet snel herstelt.
De campagne der Republikeinen
Want de Republikeinen zwijgen niet en
hebben een campagne tegen de overgroote
staatsschuld welke men op ongeveer 45
milliard dollar schat op touw gezet.
Zij hadden weliswaar buiten Dewey geen
bekenden candidaat, nadat Landon en Hoo-
ver een candidatuur hadden afgewezen,
maar kunnen thans Senator Vanderberg uit
Mióhdgan en zelfs den zoon van den gewe
zen president Taft, Robert A. Taft, presen
teeren, twee mannen, die reeds populair be
ginnen te worden.