WIERINGERMEER RAED-PRAET. Roosevelt, de democratieën en dn democnten Het nieuwe land aan rijksambtenaren overgeleverd 7 Een gevaar voor de pootaardappelteelt D°ndcrdag 22 Juni 1939 Tweede blad Nieuw aantasten van de demo cratische rechten der bevolking. Scherp protest tegen de samen stelling der „normalisatiecom- missie" het eenige antwoordI Br was Dinsdag een groot internationaal gezelschap van zeer geleerde dames .en hee- ren in de Wieringermeer. Geleerde dames en heeren, die vergelijkingen maken tus- schen de toestanden in hun land en de toe standen in óns landHet is jammer, dat de „berenleider" van dezen middag, meneer van Kretsehniar, om half twee nog niet wist, wat er om drie uur in het Raadhuis stond te gebeuren. Anders had hij het gezelschap vast een vergelijkende studie laten maken van een raadsduel van groot formaat en... het hoofd van Jut op de Schager Kermis. Zoo'n hoofd van Jut is een aardig ding. Je geeft er een klap op, met een grooten ha mer, maar hoe hard je ook slaat, telkens komt de onsterfelijke „kop" van den snooden Haagsohen moordenaar Jut weer boven. Maarals je erg hard mept, knalt het heel bovenaan en krijg je van den baas van dat hoofd van Jut een mooie roos op de borst als belooning. Nu was dezen middag meneer de Bruijn het hoofd van Jut en meneer Peters sloeg er op. Boem... een klap, tjoep 't hoofd naa? be neden, maar meteen weer naar boven, weer een klap, wéér naar boven..;... Helaas er was één verschil, de „baas" van/ dit hoofd van Jut, meneer Smeding, gaf den ijverig beuken/den wethouder Peters géén roos cadeau, maar een brandnetel. Hij kreeg een vinnig standje, omdat nu eenmaal de rijksambtenaar in zijn heilige huisje moet blijven zitten, en nimmer zelfs de^ schijn gewekt mag worden, dat hij een zéér tijde lijk belang (lid van de bestuurscommissie) dus verdediger van de belangen der Wie- ringermeerbe volhing, zou achterstellen bij een blijvend belang (secretaris van de Wie- ringermeerdirectie, straks secretaris van de directie van den. Noord Oostpolder) Voor den enkeling, die misschien ons ïaadsverslag van gisteren niet heeft gelezen zullen we even héél in 't kort tot beter be grip herhalen, waar het 'om gingInder daad een belangrijke kwestie, waarbij al weer de toekomst van de Wieringermeerbe- volking nauw is betrokken. Reeds anderhalf jaar is men bezig de staatseigendommen overgedragen te krijgen aan de gemeente. Dit is natuurlijk noodza kelijk om den ongezonden toestand op te heffen, dat de gemeenteraad (bestuurscom missie dus) besluiten neemt over zaken, die nog onder het rijksbeheer vallen. Er zijn verschillende voorloopige besprekingen ge voerd tusschen gemeentebestuur (vertegen woordigd door wethouder Peters en ge meentesecretaris Blaauboer), en Wieringer- meerdirectie (vertegenwoordigd door Ir. Smeding en den heer de Bruijn) en ambte naren van het departement in den Haag Voor meneer Peters kwam het vast te staan, dat het rijk alles wilde nemen en weinig wilde geven, hij is, zoo vertelt hij althans zelf (en de heer Blaauboer sprak dit niet tegen) duchtig van leer getrokken. Hij neemt, deze stelling in: Als het rijke een gemeente als de Wieringermeer uit den grond stampt, dan moet het deze goed uit rusten en niet halverwege reeds terughalen wat het heeft gegeven. Hij scheert de hou ding van den heer de Bruijn over één kam met die der ambtenaren in Den Haag en verwijt hem de gemeentebelangen, ondanks het feit dat hij, de heer de Bruijn, lid van de bestuurscommissie is, dus voor de be langen van de Meerbevolking moet opko men, verwaarloosd te hebben. „Een rijks ambtenaar, die in zijn vrijen tijd aan ge meentezaken doet", noemde de vinnige kam pioen van Medemblik den tweeden macht hebber uit 't Hooge I-Iuys van Alkmaar. Meneer de Bruijn beschuldigde meneer Peters onwaarheid te spreken en meneer Smeding verdedigde zijn vazal zéér warm. Meneer Peters verklaart tenslotte „nood gedwongen" te hebben toegegeven om thans reeds enkele eigendommen van het Rijk aan de gemeente over te dragen. Meneer de Bruijn zegt daarentegen dat er een- stemmighoid was, maar dat hij persoonlijk .van de Wieringermeer geen lustoord, geen dorado wil maken. V Inmiddels komen B. en W. met een voor stel om enkele objecten dan nu maar over te nemen. Echter... juist vóór de vergade ring is bekend geworden, dat de ambtelijke commissie, welke de voorbereidingen voor de normale gemeente Wieringermeer zal treffen, voor het overgroote gedeelte-uit.. rijksambtenaren bestaat. En óók werd bekend, dat wethou der Peters, die een groot aandeel fn de eerste besprekingen had... gepas seerd is bij deze benoeming. Als zuiver- g emee ntelij ke verte g e nwoor- diger heeft alleen zitting de ge meentesecretaris, de beer Blaauboer, uit den aard der zaak voor het rijk de meest onschadelijke. Verder de heer Mr. Backer, die tevens pro vinciaal ambtenaar is, de heer de Bruijn, rijksambtenaar en de heer Smeding, rijksambtenaar. „We worden aan de rijksambtenaren over- geleverd", roept wethouder Peters uit. De heer Mr. Backer kan dit moeilijk be amen, maar is tegen oogenblikkelijke overdracht op practische gronden. Waarom zal de bestuurscommissie zich nog druk ma ken, immers de „normalisatie-commissie" (deze naam hebben wij voor het gemak de rijkscommissie zelf maar gegeven) moet tóch de zaken regelen, laat deze nieuwe commissie dan ook de overdracht van alle zaken regelen. Of thans de bestuurscom missie alle zaken en dat schijnt niet te kunnen En zoo kwam de ruzie. Hevige ruzie, ru zie bijna als in vroeger jaren het, schoone dorpke Sint.. Pancras bij Alkmaar slechts kende, waar de aschbakken door de raads zaal vlogen... Meneer Peters had na, de ver gadering eerst een glaasje water noodig om -bij te komen. Zóó erg was het... O'f het nu zoo noodzakelijk was meneer de Bruijn zqo den mantel uit te vegen? We meenen van niet, want och, meneer de Bruijn is tenslotte een schakeltje in den keten en zijn positie is uiterst moeilijk. De gevallen dat hij in de oppositie is, zijn zéér zeldzaam, meestal fungeert hij als slippendrager van meneer Smeding en dat is hem ook niet kwalijk te nemen. Men had den lieer de,Bruijn nooit „raadslid" moeten maken, maar nu hij er eenmaal is, zal hij zeker er van maken wat hij er in zijn positie van maken kan. Niet gaarne zouden w ij den heer de Bruijn willen be schuldigen opzettelijk de gemeentebe langen bij de rijksbelangen achter te stel len. 't Is zoo als meneer Smeding zegt: Als men tien jaar in den polder heeft gewerkt, zal men hem in goeden staat willen over dragen. Logisch, dat, is de arbeidsvreugde, bet eergevoel, de bevrediging iets goeds ge daan te hebben. Als wij meneer de Bruijn waren, zouden wij meneer Peters geantwoord hebben: Goed ik ben een rijksambtenaar, die in zijn vrije tijd aan het gemeentebelang van de Wierin germeer werkt, en U is burgemeester van Medemblik, die in zijn vrijen tijd af en toe in de Wieringermeer komt om daar de ge meentebelangen te behartigen. Maar U ver dient er meer aan dan ik. U verwijt mij de rijkszaken voor te trekken, maar was U alleen om de mooie oogen van den directeur van de destructor zoo voor aansluiting van de vleeschkeuringsdienst bij Midwoud Medemblik? Maar ja, de Schager Courant, die aan nie mands leiband wandelt, kan zoo iets wel zeggen Toch had meneer de Bruyn ze 'véél brui ner kunnen bakken... Het standpunt van meneer de Bruyn om geen dorado té maken van de Wieringer meer is zeker juist en zal door iedar wel denkend mensch worden onderschreven. Ze ker zal het nieuwe land zijn tegenslagen krijgen,- wij zien door de ontwikkeling der economische wereldverhoudingen zelfs groo te tegenslagen in een nabij verschiet, en dan is het goed als de bewoners al eens in het vuur zijn geweest, met andere woorden, on der dezelfde verhoudingen hebben leeren leven als in het oude land. Maar... daarentegen heeft, de be volking ook het volste recht reeds thans een woordje mee te spreken in de voorbereiding tot den niéu wen toestand. Het, bij U, over U, maar zonder U, heeft in de ge- ZAL ROOSEVELT EEN REIS NAAR EUROPA MAKEN? Over den president der Vereenig- de Staten, wordt veel geschreven in de Amerikaansche pers: „Zal Roosevelt naar Europa reizen, zal hij zich voor de derde maal candi- daat stellen voor de presidentsver kiezingen en zoo, ja, zal hij dan herkozen worden?" Ziedaar de vra gen, welke men stelt. Reeds enkele weken geleden verscheen in de pers het gerucht, dat Roosevelt nog te gen het einde van dit jaar een reis naar Europa zou maken. In het Witte Huis wer den deze berichten eenvoudig ontkend en belachelijk genoemd; het departement van Staten logenstrafte deze geruchten formeel door de verklaring, dat er niets bekend was van dergelijke plannen van den president. Maar op den dag van het bezoek van het Engclsche koningspaar aan het feestelijk versierde Washington, waar duizenden men- schen zoo niet millioenen tezamen wa ren gekomen om de souvereinen van „het grootste democratische land ter wereld" een groot§ch „Welkom" toe te roepen, doken de ze geruchten weer op en thans in veel vas ter vorm. Amerikaansche Journalistenfan tasie. Natuurlijk is het louter fantasie, wanneer men hoort beweren, dat het geheele Engel- sche Hof. tijdens een bezoek van Roosevelt aan Engeland, aanwezig zal zijn bij een picknick in het Hyde Park; en natuurlijk is het eveneens pure typische Amerikaansche journalistcnfantasie, wanneer aan deze ge ruchten een romantisch tintje wordt gege ven en wanneer er beweerd wordt, dat het Koningin Elisabeth zal zijn, die Mrs. Roose velt zal uitnoodigen, welke op baar beurt dan haar echtgenoot, den president der Ver- eenigde Staten, moet bepraten* schiedenis nooit anders dan el lende en verzet gebracht. Het afge slachte Duitschland van 1918 heeft ■op weinig elegante wijze „Lebens- raum" gezocht. En ai zijn wij nu niet bang dat, de polderbewoners zullen, optrekken tegen hun buren in Kolhorn en Wie- ringerwaard, hier is weer een nieu we beknotting van rechten, waarte gen een zéér scherp protest het eeni ge antwoord is! Wij zijn mét wet houder Peters over de zaak als zoo danig zéér verontwaardigd. Hier is de democratie hopeloos zoek. Geen pachter, geen, middenstander, geen arbeider mag er iets mee te maken hebben. Zij zit ten vast aan hun bedrijven. Nog is over het algemeen de toestand in de Meer dragelijk, maar de pachters c.s. mogen géén invloed hebben op hun lot in de toekomst! Sinds onze overoveroveroveropa's en -opoes in holle boomstammen deil Rijn af kwamen tuffen, is zooiets nog niet voorgekomen. Dat is, zoo als de spullebaas van de zwevende dame op de kermis verkondigt: „La plus belle attraction du mon de", de grootste attractie van de wereld. Alleen een beetje luguber. De Wieringermeerbewoners zijn niet ver kocht en geleverd dus, maar geleverd en dreigen verkocht te worden. En in dit ver band is ook de redeneering van den heer mr. Backer logisch: „Wat zal de bestuurs commissie zich nog druk maken"! Inder daad, de Wieringermeer-van-thans is in ii- quidatie en een zaak die in liquidatie is, gaat geen nieuwe verplichtingen aan door gaans. Men moet nu maar ophouden om ernstig bestuurscommissietje te spelen. Aan den eenene kant is er „Den Haag" de groote, de onverbiddelijke, de boeman aan den anderen kant is er de weinige dank baarheid van de innérlijk-verscheurd.e bevol king. We gingen liever visschen en wande len in het nieuwe bosch. De speeches van „dankbaarheid voor het vele werk", die in 1941 hopelijk worden uitgesproten zijn al lang pasklaar, de lintjes zijn al afgeknipt. Laat men de toespraken nu maar afdraaien, de lintjes nu maar verdeelen (wethouder Peters als hij belooft voortaan zoet en een groote jongen te zijn, niet vergeten) en de ellendige komedie beëindigen. Laat de be stuurscommissie de meest noodige formeele zaken afdoen en laat zij samen, mét de be volking, doen wat de Gedeputeerde Kooi man bij het bezoek van Prov. Staten aan het nieuwe land zoo dringend en ernstig aanraadde:-„Steeds maar op spoed aandrin gen in Den Haag" En... laat de bevolking eindelijk eens leeren de politieke en geloofs verschillen te overbruggen! Alles sal regtkom schreven wij laatst, maar... weer blijkt dat de bevolking op haar qui vive moet blijven. Met de ULO-schoolgeschiedenis heeft zij in tusschen naar buiten een zielige figuur geslagen. Wij stellen ons geen partij, wij begrijpen dat de „bijzondere" menschen 'n „bijzondere" school willen, 't zou gezien wat elders ge beurt, bepaald abnormaal zijn als 't anders was. Hier is de schuld ook bij de regeering, die als wij 't zoo mogen noemen, zoo'n wonderlijk mengelmoesje menschen teza men heeft gebracht. Van alles wat, net zoo weinig dat de eene partij zonder de andei/e niets bereiken kan, nét zooveel, dat de eene partij de andere niets behoeft te gun nen. Wij gelooven, dat eerst over twintig, dertig jaar een geslacht Wieringermeerbe woners geboren zal zijn, dat werkelijk Wie- ring e rm e e r-hewoner is en geen kolonist met een bagage-van-principes-van-vroeger in de welgevulde portefeuille. Als 't gezond verstand niet zegeviert, blijft het tot zoo lang modderen en geeft men al diegenen die de zoo vurig begeerde zelfstandigheid niet in de hand werken, telkens nieuwe wapens! ROOSEVELT. Er is toch iets van waar! Toch heeft men thans in politieke kringen te Washington den indruk, dat er wel iets waars is aan deze geheele zaak. Op zich zelf is een dergelijke uitnoodiging tot een tegenbezoek niets wonderbaarlijks en zelfs vrij natuurlijk. Doch men moet ook reke ning houden met politieke overwegingen en het gerucht, dat bij de ernstige gesprekken tusschen den Engelschen koning en Roose velt met zijn medewerkers ook de mogelijk heid van een internationale conferentie te Londen overwogen zou worden, werd nog niet tegengesproken. Deze lievel ingsged ach te van Cham- berlain brengt den Engelschen pre mier bovendien nader tot den Aime- rikaanschen president, die de ge dachte aan zulk een conferentie im mers onlangs in zijn laatste bood schap aan de Europeesche machten weer tot uitdrukking heeft gebracht. Er staat momenteel nog wel niets vast, doch de publieke opinie in Amerika is, dat het lang niet on mogelijk is, dat de uitnoodiging ge daan en aangenomen zal worden De reis van Roosevelt zou dan laat in den herfst, ongeveer in October plaats .vinden, De Kieler Zeilweek is begonnen! Uit onze Omgeving CALLANTSOOG OUDEN VAN DAGENTOCHT. Dinsdag j.1. vond de jaarlijksclie ouden van dagentocht weer plaats, 's Morgens om negen uur werd te Groote Koeten gestart met ruim dertig oudjes, allen in particulie re auto's Eerst ging de reis over Schagen, Hee r-Hu go waard naar Midden-Beemster. De ze tocht door het ruime en thans, na den regen, weer frissche Noordhollandsch land schap viel zeer in den smaak. Te Midden- Beemster werden een paar heerlijke koppen koffie met een broodje genuttigd in „Het Heerenhuis". Enkelen maakten nog handig gebruik van de gelegenheid het plaatselijk museum te bezichtigen, waarin verschillen de inooie dingen uit het verleden zijn te bewonderen. Van de mooie Beemster ging het over Purmerend, vóór welke plaats de aanvoerder de stoet nog even (met of zon der opzet?) leidde over groene en hobbeli ge wegen, vanwaar men een prachtigMiit- zicht had over tuinen en boomgaarden, via de Zaanstreek, de Hembrug naar de Fordfa briek. Hier een vriendelijke ontvangst en rondgeleide in twee ploegen door de fabriek Het was het eerste gezelschap van ouden van dagen, dat de bezichtiging heeft aan- gedrufd. Maar ofschoon enkelen tegen de wandeling langs de machines enz. opzagen en deftig bleven zitten in de hal met de prachtige tentoongestelde wagens, is de be zichtiging voor de meeste oudjes zeer inte ressant geweest. Na de Fordfabriek langs den betonweg, die niet vrij van oneffenhe den is, naar Velsen, waar het gezelschap werd opgewacht door een motor met zijspan van de gëmeënte-politié om te worden rond geleid door IJmuiden, langs de vischhallen, de havens enz. Daarna over de pont naar de Noordersluis. Er werd thee gedronken in het Kennemerhotel, waar de heer Koning van Sint Maarten, die den tocht als pianist meemaakte, menigen deun ten beste gaf, wat weer tot gevolg had, dat diverse beenen van de vloer kwamen! Ja zelfs staken de ouderen hier de jongeren de loef af. Nu werd de terugtocht aanvaard, die te Alk maar in den Stedelijken Muziektuin werd onderbroken voor het diner, dat tot in de puntjes was verzorgd en waarbij de heer Ko ning weer zorgde voor muziek. Tenslotte langs het kanaal weer terug om op den af gesproken tijd ruim acht uur weer te Cal- lantsoog te arriveer en. Hier zorgde onze verdienstelijke muziekvereniging voor een waardige ontvangst. De zaal bij de Haan, waar afgestapt werd, was keurig verzorgd. Hier werd het laatste kopje koffie gebruikt met wat lekkers. Burgemeester Rehorst sprak het traditioneele dankwoord aan het adres van allen, die tot het welslagen van den mooien tocht hebben meegewerkt. De tocht is uitstekend geslaagd; het weer was prachtig, de stemming liet niets te wen- schen over, men kon het waarlijk niet be ter verlangen. Mevr, Timmerman uit Scha gen, die den tocht weer meemaakte, heeft gefilmd en het is de bedoeling, dat de oud jes in verband daarmede nog een gezelligen avond toekrijgen. De Burgemeester heeft nog gememoreerd het overlijden van het commissielid den heer Vries, wiens plaat3 nu is ingenomen door den heer Jimmink. WIERINGERMEER Besmetting door ongeselecteerde velden. Nu de pootaardappelteelt in de Wieringer* meer zich in officieele belangstelling mag verheugen, getuige de uitlating van den lieer Ir. Smeding, tijdens het 'bezoek van Prov. Staten, hebben wij ons opnieuw de vraag gesteld: Hoe staat het thans met deze teelt? En zoo optimistisch de «verwach tingen verleden jaar waren, zoo pessimis tisch zijn ze thans. De pootaardappelteelt wordt door een groot gevaar bedreigd: de besmetting. Bdfemetting niet in den zan van een direc te ziekte, doch besmetting door ongeselec teerde velden, door „gevaarlijke belendin gen" dus. We zagen in de z.g. sectie B, wel'ke zich uitstrekt van Waard en Groetpolder tot de Slootvaart hiervan enkele sprekende voor heelden. Het is in dit speciale Eerstelingen-gebied reeds zeer goed te merken: geselecteerde velden, welke ongeselecteerde als buren heb ben, zijn merkbaar achteruitgegaan. Het blijkt wel, dat buiten de kleine groep vak mensehen de pachters het belang van het seléct'eeren nog onvoldoende inzien. Dat is jammer! Het is wel eenvoudig en gemakkelijk steeds pootgoed uit eigen teelt tenemen, maar deze methode wreekt zich ras in de opbrengst. Men herinnert zich nog wel, dat wij des tijds reeds wezen op de sterke degeneratie in de Streek, waar zelfs eerste nabouw hier cii daar onmogelijk is geworden. Finan- tieel beter wordt men er zeker niet van. Uit de meerdere opbrengst van frisch geselec teerd pootgoed bestrijdt men gemakkelijk de grootere aanschaffingskósten daarvan. Ervaren selecteurs verzekerden ons dat in het Zuiden van den polder het gevaar nog grooter is, daar de aldaar gevestigde tuinders geheel voor eigen gebruik en markt telen en daar feitelijk een soort roofbouw plegen. Het lijkt ons van zeer groot algemeen, belang, dat de officieele instanties naar de ze gesignaleerde feiten eens een onderzoek' instellen. Wanneer men werkelijk de aard- appelseleclie, welke in liet Nieuwe Land een goede toekomst tegemoet gaat, wil steunen, zullen bindende maatregelen noo" dig zijn! omdat de president zijn.land natuurlijk niet kan verlaten, zoolang het Congres nog zit ting beeft. En dit des te minder, wanneer zich bin nen de grenzen van de democratische partij een zeer ernstige crisis dreigt te vertooncn, welke samenhangt mot de presidentsverkie zing in 1940. Om nu het reisthema af te sluiten: het is niet onmogelijk, dat deze toe komstige verkiezing en andere binnenland- sehe aangelegenheden voor Roosevelt juist een aanleiding zouden vormen om bij een internationale conferentie van democrati sche landen, als voorzitter op te treden. Garner streeft Roosevelt opzij. De breuk in de democratische partij werd bekend, toen John Garner, de vice-presidcnt mededeelde, dat hij eindelijk definitief be sloten was zich candidaat te stellen voor de presidentsverkiezingen in 1940 voor de de mocratische partij; en dit zelfs booze ton gen beweren: juist wanneer Roosevelt zich voor de derde keer beschikbaar stelt. Ook de reden van deze candidaatstelling werd niet verzwegen: Garner zal de uitge sproken tegenstanders der New Deal-politiek en van deze zijn er velen in de eigen par tij van den president vertegenwoordigen, En deze candidatuur moet, wanneer men de innerlijke aangelegenheden der partij kent, beteekenen, dat het meerendeel dei- leden in Garner den man ziet, die de inner lijke tegenstellingen met betrekking op de New Deal-politiek nivelleeren en daardoor de eenheid van de democratische partij in de Vereenigde Staten herstellen zal. Garner zelf, die 70 jaar oud is, is zeer populair, voor al in het Zuiden; hij heeft zich tot nu toe altijd afzijdig gehouden van politieke ge vechten. Men weet, dat hij geenszins de New Deal billijkt, doch ook niet geheel bestrijdt. Ook is liet bekend, dat Roosevelt en Garner in hun particuliere leven zeer groote vrien den zijn, wanneer zij maar niet over de politiek beginnen te spreken* Roosevelts strijdlust vlamt op. Roosevelt's strijdlustige natuur kwam tot uiting in een rede, welke hij eind Mei voor de „RetailerS National Forum" te Washing ton hield. In deze rede zei de Roosevelt, dat hij zijn economische politiek op precies de zelfde wijze zou voortzetten als voorheen. Hij verweet de kapitaalkrachtige klasse, po sitieve maatregelen-tor bestrijding der werk loosheid onmogelijk te maken. Ook de trusts spaarde hij niet; in ieder geval was hij zoo agressief als het maar kon. Deze houding van den president is be kend en is op zichzelf niets nieuws. De groote overwinning bij zijn herkiezing wijst er op, dat het meerendeel der Amerikanen zijn strijdlustige houding billijkt. Anders staat liet thans echter met de democrati sche partij, die zekere bedenkingen heeft voor de presidentsverkiezingen in 1940, hoe wel momenteel nog niet gezegd kan worden, of Roosevelt reeds besloten heeft om te bre ken met de ongeschreven traditie, welke aan een president verbiedt, zich meer dan twee maal verkiesbaar te stellen. Een andere de mocratische candidaat dan Roosevelt echter in de eerste plaats denkt men aan Cor- dell I-Iull en aan den „General Postmaster" Farley zou in den verkiezingsstrijd op zeer groote moeilijkheden kunnen stooten, wanneer de democratische partij haar een heid niet snel herstelt. De campagne der Republikeinen Want de Republikeinen zwijgen niet en hebben een campagne tegen de overgroote staatsschuld welke men op ongeveer 45 milliard dollar schat op touw gezet. Zij hadden weliswaar buiten Dewey geen bekenden candidaat, nadat Landon en Hoo- ver een candidatuur hadden afgewezen, maar kunnen thans Senator Vanderberg uit Mióhdgan en zelfs den zoon van den gewe zen president Taft, Robert A. Taft, presen teeren, twee mannen, die reeds populair be ginnen te worden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1939 | | pagina 4