BRUNO IS ZOET
B-eite jon<}em en
Voor de laatste maal schrijven wy elkaar
van de week. Voor het laatst voor twee
maanden. Twee maanden vacantienu,
jullie gaat een fijne tijd tegemoet. Een tijd
van zalig luieren en nietsdoen. Behalve die
genen onder jullie die op de boerderij gaan
werken en hun vader helpen. Nu, maar dat
kan ook prettig zijn.
Zoals ik beloofd heb zal er deze week nog,
omdat het een bijzondere week is, een taart
verloot worden. Degene die deze wint moet
zich maar geen buikpijn er aan eten
Hy is gewonnen door:
JACK v. d. CAPELLE
Laanplein E 38 Schagen
En nu de briefjeS:
Bep Tijsen, Anna Faulowna. Ja, dat is
me zeker een lange brief Bep, die ik daar
van jou ontvang. En... een gezellige brief
bovendien met een massa nieuws er in. Jij
kunt het! En wat is hij prachtig geschreven.
Zeker gedaan met het puntje van je tong op
je borst...
Ja, het is de laatste maal dat we vandaag
aan elkaar schrijven. Jij vindt het jammer,
maar ik ook. Gelukkig dat we elkaar over
twee maanden weer ontmoeten. Tot kijks!
Trien Tijsen, Anna Paulowna. Ook al
een brief die me vertelt van dat kostelijk
schoolreisje. Ik. geloof dat ik iets gemist
heb, om daar niet mee mede te gaan. Tjééa...
dat gaat nu eenmaal niet meer. Schoolreis
jes mag ik niet meer meemaken.
Zie ik jouw naam ook de eerste week van
September weer terug Maar natuurlijk, hoe
zou dat anders kunnen. Dag!
Jack v. d. Capelle, Schagen. De duiven
maken het prima Jack. Alle mensen die ze
zien slaan hun handen in elkaar en zeggen:
wat een prachtige dieren zijn dat. En dan
moet je zien hoe parmantig ze met hun
staart lopen te wandelen. Als pauwen!
Na de vacantie zal Ik je weer het een en
ander van hen vertellen want ik begrijp, dat
je belangstelling blijft koesteren voor je oude
vrienden. Dag Jack!
Jan Stöve, Scliagcrbrug. Ik merk dat
je me verjaardag nog niet bent vergeten
Jan, maar ik zal er eens op letten of ik de
kaart precies op de goede datum ontvang.
Ook wij geven elkaai nu in gedachten de
hand en zeggen: tot over 2 maanden.
Klaas Borst, Kcins. Zo'n kermis is toch
maar een fijn ding Klaas. Je kunt er lekker
snoepen, fjjn draaien en., fijn schieten, zo
als je schrijft. Heb je veel geschoten Maar
dat zal natuurlijk wel. Ik kan me best voor
stellen dat je je geweldig geamuseerd hebt.
Zien we mekaar in September terug?
Agatka Swager, JNoord-Scharwoude
Zwemmen is een reuze-sport. Ik kan het ook
vrij goed en doe het dolgraag. Helaas ont
breekt me nogal eens de tijd om een duik in
het frisse water te nemen, maar dat spijt
me genoeg. Tot de eerste week in Septem
ber Agatha.
Pietje de Vet, Schagen. En hier hebben
we Pietje, die me voor de laatste maal nog
eens een lange brief schrijft. Nu kerel, tot
na de vacantie. En de hartelijke groeten aan
moeder en natuurlijk aan je zusje. Gaat zij
al mee schrijven na de vacantie? Dag!
Gerrifc en Coba Blom. Petten. En ten
slotte Gerrit en Coba. Beiden sturen me een
brief waarin ze afscheid nemen. Jongens, een
fyne vacantie en...,tot September.
En hiermede besluiten we dus voor twee
maanden de briefschrijverjj. Ik hoop van
harte dat ji^llie allemaal, zonder uitzonde
ring, een kostelijke vacantie zullen hebben.
Met fijn weer, met een fijn reisje als het
kan, en met veel vrije tijd.
En dat we elkaar in September allemaal
weer gezond en wel terugzien. Jongens en
meisjes tot wederschrijvens.
Oplossing raadsel vorige week
I. Eendracht maakt macht.
II. Oever ever.
Goede oplossingen ontvangen van:
Jack v. d. C. Schagen; Annie, Aafje, Cor
en Johan W., N. Niedorp; Agatha S., N.
Scharwoude; Pietje de V., Schagen.
De beste zwemmers
Bijna elke week worden er zwemwed
strijden gehouden en het ene record na het
andere wordt door de zwemmers van alle
landen verbeterd. Wat een lange oefening
moet daar voor deze zwemmers aan voor
afgaan. De ploegen voor de Olympische
spelen worden al jaren van tevoren regel
matig getraind en als je bedenkt, dat een
mens toch eigenlijk niet in het water leeft,
is het werkelijk een heel grote prestatie,
die de zwemmers leveren.
Maar als we de mensen vergelijken, met
de levende wezens, die van nature al zwem
men, de vissen dan zouden wij het
tegen menige vis afleggen. Er zijn verschil
lende proeven genomen om te onderzoeken
hoe snel de vissen zwemmen. Het spreekt
vanzelf, dat dit lang niet gemakkelijk was
en dat er heel veel voor nodig was, voor
men dit kon bepalen. De mensen, die de
snelheid van de vissen bepalen, moeten met
heel veel factoren rekening houden, zoals
bijvoorbeeld de tegenstroom.-Je kunt nu
eenmaal niet alle vissen in een grote bal
stoppen, ze naar een bepaald punt laten
zwemmen en dan opnemen, hoelang ze er
over gedaan hebben. De vissen zijn niet zo
gewillig als mensen; wanneer „hun tijd"
opgenomen moet worden. Het kan heel
goed gebeuren dat de vis zich plotseling
omdraait en besluit, dat hij toch liever een
andere kant wil opzwemmen. Toch heeft
men het van enkele vissen kunnen opne
men.
Zo heeft men bijvoorbeeld gevonden, dat
een zalm, die tegen de stroom opzwemt,
binnen 24 uur een afstand van40 km.
aflegde. Toen heeft men nog berekend, dat
de zalm- werd tegengewerkt, door de te
genstroom van het water en ook die tegen
werking moest overwinnen. Zo kwam men
tot een eindresultaat van 5.6 meter per se
conde. Dit is dan de afstand, die de vis zelf
aflegt per seconde!
In de 100 meter vrije slag is op het ogen
blik een tijd gehaald van 56.4 sec., dat wil
zeggen 1.77 meter per sec. In deze 100 me
ter moet de zwemmer zich van de eerste
tot de laatste seconde heel erg inspannen
en toch is het maar een korte afstand.Nu
kan je je eens voorstellen, wat een gewel
dige prestatie een zalm levert, die voort
durend snel kan zwemmen!
Nog veel sneller is de zwaardvis! Als een
zwaardvis tegen een mens aanzwemt, kan
hij hem met zijn spitse bovenkaak hele-
maal_ doorboren. In een museum in Lon
den is een gedeelte van de bodem van een
schip tentoongesteld, dat door het „wapen"
van een zwaardvis is doorboord .De vis is
eerst door het koperbeslag heen gedrongen,
daarna door een plank van 10 cm. heen en
tenslotte nog door een wand van sterk
eikenhout, die 35 cm. dik was! Je kunt je
een klein beetje voorstellen, hoe snel die
vis gezwommen moet hebben om met een
dergelijke kracht door de sterke muur heen
te dringen.
Dan zal het wel komen
Het nieuwe dienstmeisje was buiten op
het balkon aan het kleden kloppen. Ze
deed het heel zachtjes en voorzichtig en
haar mevrouw riep: „Annie, je moet een
beetje harder slaan!"
„Dat gaat niet, mevrouw!" antwoordde
het meisje.
„Waarom niet?" vroeg mevrouw verwon
derd.
„Dan stuift het zo, mevrouw!" riep het
slimme meisje toen.
Opscheppers aan het
woord
De vogels vielen dood voor ze ge
troffen waren.
Allemaal hebben jullie natuurlijk van Ba
ron von Münchhausen gehoord, die zó kon
opscheppen, -dat hij op het laatst zijn eigen
verhalen geloofde. Hij had de meest won
derlijke. dingen meegemaakt, trok zichzelf
aan zijn haren omhoog, bond zyn paard aan
een kerktoren en zomeer.
Nog steeds zegt men wel eens, als iemand
erg zit te fantaseren over zijn avonturen en
heldendaden: „Hij. is een echte von Münch
hausen!"
Zo'n echte von Münchhausen leefde jaren
geleden ook in Tirol. Hij was een jager en
hij beweerde, dat hij nog nooit een schot
gemist had. Als je hem wilde geloven, had
hij altijd al getroffen, voor hij nog gescho
ten had. Het spreekt vanzelf, dat bijna nie
mand zijn verhalen geloofde, maar hij ver
maakte de mensen er wel erg mee. Hij
heette Seppl, en omdat hij zo goed kon
schieten werd hij Trefsepp genoemd.
Zo vertelde hij, dat hij een keer een wan
deling door de bossen maakte en dat er
toen opeens een fazant voor hem weg vloog
en in een boom ging zitten. Hij legde zijn
buks aan; maar plotseling hoorde hij de vo
gel zeggen: „Ben jij niet Trefsepp?"
„Ja, dié ben ik, antwoordde de jager.
„Ach, ach, dan heb ik geen kans meer!
Je hoeft niet meer te schieten. Trefsepp, ik
kom. liever meteen beneden en ben dood!"
En daarop liet de vogel zich van de boom
vallen en lag dood op de grond. Dit verhaal
is bijna nog ongelooflijker dan de verhalen
van von Münchhausen.
De hazen en de snuiftabak.
Een andere jager vertelde, dat hazen erg
van snuiftabak hielden. Niemand had daar
ooit eerder van gehoord, maar hij beweer
de, dat het werkelijk waar was! Hij had er
op een listige manier gebruik van gemaakt.
Op een bosweg, waar vrij veel dikke stenen
langs de kant lagen, had hij een heel sterk
soort snuiftabak gestrooid en altijd vlak by
een steen.
Die nacht kwamen de hazen op het pad
en zodra ze de snuiftabak bemerkten, be
gonnen ze heftig te snuiven. Het gevolg
was, dat ze allemaal begonnen te niezen en
onder het niezen hun koppen tegen de ste
nen stuk sloegen.
.De jager had niets anders te doen dan de
dode hazen op te pakken en naar huis te
brengen.
Vastgevroren hazen.
In Noord-Amerika houdt men er een an
dere manier van hazenvangen op na, ten
minste volgens de verhalen van de opschep
pers. Ieder weet, dat het daar in de winter
heel erg koud is en dat het vriest, dat het
kraakt, zoals bij ons alleen in een heel
strenge winter. Hoe moesten de mensen nu
in die wintermaanden hazen vangen? Wel
heel eenvoudig.... zeggen de von Münch-
hausens. Ze zetten een lantaarn ergens mid
den op het land en lieten daar een lichtje
in branden, 's Nachts werden de hazen door
het licht gelokt en gingen er in een kring
omheen zitten. Stomverbaasd keken de die
ren dan naar dat lichtje en door het lange
staren, kregen ze tranen in hun ogen, die op
de grond vielen en daar meteen bevroren.
De vlogende tranen vielen weer op dat ijs
en langzamerhand vroor de haas vast aan
de grond. Na een tijdje kwamen de jagers
en braken de hazen gewoon los!
Met pompoenen op eendenvangst.
Weer ergens anders had men een goed
middel bedacht om eenden te vangen. Op
een plek waar geregeld eenden kwamen,
legden de jagers grote pompoenen in 't wa
ter. Langzamerhand raakten de dieren aan
die vreemde ronde dingen gewend en dan
holden de jagers de pompoenen uit. gingen
in het water staan en staken hun hoofden in
de uitgeholde vrucht. Als de eenden kwa
men, zwommen ze rustig om de pomDoenen
heen en de jager trok dan gemakkelijk de
een na de ander in de diepte en maakte
hem daar dood. zonder dat een van de an
dere dieren het merkte. Op die manier
konden ze wel honderd eenden op een
avond vangen. Maar vergeet bij het lezen
van al deze verhalen vooral niet, dat het
allemaal door grote opscheppers werd ver
teld!
De herinnering aan een
grooten componist
De muziekvrienden onder jullie zullen
allemaal wel eens' van Joseph Haydn ge
hoord hebben. Haydn was een grote Oos
tenrijkse componist, die veel beroemde
muziekstukken geschreven heeft. Hij leef
de van 17321809. Net zoals wij trots zijn
op onzen Rembrandt en de molen, waar
deze grote schilder gewoond heeft nog
steeds aan de vreemdelingen tonen, zijn
ook de Duitsers trots op Joseph Haydn en
daarom is zijn huis in Eisenstadt in Honga
rije, waar hij van 1766 tot 1778 woonde,
weer helemaal opgeknapt en het museum,
dat zich al in het huis bevond, weer aange
vuld. Het was dit jaar op de 31ste Mei 130
jaar geleden, dat de grote componist stierf
en deze herdenking was de aanleiding om
alles in het kleine museum weer in orde te
maken. Verschillende heel goede schilde
rijen van den kunstenaar hangen er en van
een paar van zijn muziekstukken kan nien
hier de eerste druk bewonderen. Postzegels
en munten met de beeltenis van den com
ponist erop zijn tentoongesteld en ook zijn
dodenmasker bevindt zich in het museum.
Voor muziekvrienden is er veel interes
sants in dit kleine museum te vinden.
MIDDAGRUST
We kennen allemaal die tijd, na de kof
fie, als'het in de zomer zo heel vy^m is en
iedereen het liefst even wil uitrusten. Dan
ligt het werk stil en zoekt iedereen de
schaduw op. Dan worden hark en emmers
vergeten en rusten we even uit om straks,
als het weer een beetje koeler is, weer des
te beter te kunnen werken. Het lykt wel
of de hele natuur mee rust, de vogels zin
gen niet en nergens wordt een geluid ge
hoord, behalve het tokken van een kip, die
eten zoekt.
Dit uurtje van de dag wordt op dit plaat-,
je voorgesteld en het is, als we er naar kij
ken, net of we de warmte en de rust voe
len!
Men heeft uitgerekend, dat in het jaar
1937 7549 kilo gedroogde watervlooien zijn
uitgevoerd, die samen ongeveer drie mil-
lioen dinaren gekost hebben. Ze zijn alle
maal naar vishandelaren in Engeland,
Frankrijk en België gestuurd.
Zeg eens even, waarom huil jij?
Je bent toch niet bang?
Bruno zal je heus niets doen, hoor,
Hij kent ons allang!
Hij wil juist wat met je spelen,
Buiten op het gras.
Weet je nog van kort geleden,
Hoe erg leuk dat was?
Kom nu, Broertje, hier een zoentje!
Is het nu weer goed?
En nu moet je niet meer bang zijn,
Want heus: Bruun is zoet!
DOOR
EDGAR RICE
BURROUGHS
60.
Toen Tarzan daar plotseling tussen de op
standige menigte en haar. achtervolgers ver
scheen, steeg er een luide kreet op, van moed
en vertrouwen. Tarzan greep de toorts uit de
handen van een der burgers. „Haal je toort
sen riep hij. „Toortsen en speren moeten
naar voren komen Daarna keerde hij zich
naar de wilde dieren en ue mannen met toort
sen en speren kwamen aanrennen. Alles wat zij
nodig hadden, was een leider. De hongerige
leeuwen liepen achteruit, toen de brandende
flambouwen voor hun ogen flikkerden, want
zy waren evenals alle wilde dieren, bang yoor
vuur. De bewakers schreeuwden opgewonden
en aanmoedigend en uitten allerlei verwensin
gen, doch alles was nutteloos. Toen een van de
leeuwen, wiens manen in vlam geraakt waren,
zich plotseling omkeerde, deelde hy het vuur
aan zijn buurman mede. Beide dieren waren
dol van angst, zij rukten zich los en renden
naar de koninklijke stallen. Onderweg raakten
ze verward in de teugels van de andere leeu
wen en rukten deze ook los uit de handen der
bewakers. In een oogwenk werd het plein het
toneel van een ontzettende erwarrïng en nie
mand kon voorspellen wat het einde van dit
tumult zou zijn.