Brand vertraagt N.O. Inpoldering Heelt de openbateschool een eigen richting? Ncen Akkertje Extra uitkeering aan Zuiderzee- visschers Grieperig „Drijf ons niet in de armen van Stalin of Hitier" Onafhankelijk Nederland onmisbaar voor de Belgische neutraliteit Tweede Kamer WIJZIGING WONINGWET VERWORPEN. DOOR BRAND OP URK VERTRAGING IN DROOGLEGING N.O. POLDER. De Tweede Kamer heeft gister middag het wetsontwerp tot wijzi ging der Woningwet verworpen met 52 tegen 19 stemmen (gemeng de stemming). Deze wijziging behelst een verlen ging van de bevoegdheid aan de re geering in 1931 gegeven ter bevorde ring van den bouw van woningen van lage huurwaarde, met name door te beletten, dat het beleid van de regeering inzake de Woningwet doorkruist wordt door gemeentelijke bemoeiingen. Een uitvoerige discussie gaat aan deze stemming vooraf. De heer Smeenk (a.r.) zegt, ernstige be zwaren tegen het ontwerp te hebben. In verschillende plaatsen van ons land kan eerlang weer woningnood bestaan. De par ticuliere bouw moet niet worden belem merd. Het werk van woningbouwvereenigingen moet bevorderd worden. Heeft nu de regee ring dè wijziging der woningwet noodig. inhoudende verlenging der haar tot 1910 opgegeven machtiging, tot 1945? Voorloopig is er aan de voorgestelde ver lenging geen behoefte. De normale woning wet is voldoende. De minister heeft de buitengewone machtiging niet verder noo dig. De heer Steinmetz (r.k.) zegt, dat men den bouw van goede en betaalbare volks woningen belemmerd heeft om de parti culiere exploitanten niet de particuliere houwers weer in de gelegenheid te stel len, in de behoefte aan 'volkswoningen te voorzien. Huren van *4 van het inkomen zijn geen zeldzaamheid. De wet heeft hier in tegengestelde rich ting gewerkt. Spr. noemt ook enkele gevallen van tegen werking jegens bouwvereenigingen. Er blijkt allom vertraging in de krotop ruiming. Ook de woningtoestanden ten plattelande gaan hard achteruit, vooral daar zouden woningcommissies zeer nuttig zijn. Ook de heer Bommer (soc.-dem.) spreekt in den geest der vorige woordvoerders. Mevr. MackayKatz (ch.) is vóór het ont werp en vindt het volstrekt niet juist dat particulieren niet goedkooper zouden kun nen bouwen. De laaéfte sproktTj'dc'Winmr-aJgevaardigdé de heer De Visser beweert precies het tegen deel, waarna de minister van Binnenland: sche Zaken de lieer Van Boeijen het wets ontwerp verdedigt. Volgens den minister geeft deze wet de meeste rechtszekerheid en bespoediging. En er moet opgetreden wor den in dezen tijd. Na re- en dupliek heeft de stemming plaats met bovenvermelden uitslag. Zolderzeesteon. De rest van den middag wordt in beslag genomen door de behandeling van de be- Ijs in Friesland gedeeltelijk vernield Vaarverbod op enkele kanalen opgeheven, Urk bijna geïsoleerd. groote grooting van het Zuiderzeefonds voor 1910, De heer en Algera (a.r.), Ebels (v.d.), Kie vit (s.d.), Stumpel (r.k.) van der Zaal (a.r.) Bakker (c.h.), Wijnkoop comra.), Zandt (staatk. geref.) en van Waerden (s.d.) voer den hierbij het woord. Verschillende spre kers dringen aan op een bouw van een schutsluis te Kuinre.. Dé heer Kievit acht voortzetting van den Zuiderzeesteun onvermijde lijk, daar de IJsselmeer- en Wadden- zeevisscherij weinig bemoedigend zijn. De Waddenzeevisschers moe ten onder den steun worden begre pen. De beroepsinstantie is niet juist geregeld; de minister geve een andere samenstelling aan de commissies, de visschers moeten zoo dra mogelijk in eigen onderhoud kunnen voorzien. Spr. bepleit een juistere toepas sing van de Zuiderzeesteunwet. De jonge visschers moeten landbouwoplciding krijgen voor latere werkzaamheden in den land bouw in den polder. Ook de heer Stumpel (r.k.) is voor een ver beterde toepassing der Zuiderzeesteunwet. Andere sprekers dringen aan op liquidatie van deze wet. De heer Zandt wil volledige schadeloos stelling voor de gedupeerde visschers. Ook worden verschillende wenschen ge hoord ten aanzien van de inpolderingen van het IJsselmeer en over de toekomstige pro vinciale en gemeentelijke indeeling van de nieuwe polders. Vertraging drooglegging N.O.- Polder. In zijn antwoord zegt minister Albarda o. m., dat het wetsontwerp betreffende de ge meentelijke indeeling van den noord-oost polder de Kamer spoedig zal bereiken. De minister deelt mede, dat de Maandagavond in een sluisput op Urk uitgebroken brand een vertra ging in de werkzaamheden aan dien polder van enkele maanden kan meebrengen. Extra-uitkeering. Wat de Zuiderzeesteunwet betreft, over de uitvoering hiervan zijn den minister evenals den kamerleden vele klachten be kend. Hij wijst er op, dat dc wet niet ge waagt van schadeloosstelling, doch van een tegemoetkoming. In dc dertien jaren van de werking der wet zijn 16 millioen gulden uitgokeerd. Voorts betoogt de minister, dat de gemiddelde besommingen der Zuiderzee- visscherij in 1939 zijn vooruitgegaan. Gaarne is spr. bereid tot uitbreiding van land- en tuinbouwcursussen voor de jonge ren uit de Zuiderzecvisschersbevolking. De minister deplt. voorts mede. dat hij b.eslofen' heeft den belanghebben den van de artikelen 6 en 13 der Zuiderzeesteunwet een extra-uitkee ring te doen toekomen van 25 pet., zulks in verband met de buitenge wone omstandigheden. De begrooting wordt evenals die van de rijksafdeeling van het openbaar lichaam „De Wieringermcer" zonder hoofdelijke stemming aangenomen. De vergadering werd geschorst tot des avonds. (Zie elders in dit blad.) Het vaarverbod op de kanalen Stroobos Harlingen, Fonejacht-Lemmer en Fonejacht Stavoren is gistermiddag opgeheven. Op de overige Friesche kanalen is het verbod nog van kracht. Om zes uur gisteravond is de ijsbreker „Trio" in dienst van de vereeniging tot ijs- bcstrijding HarlingenLeeuwarden, begon nen het kanaal Harlingen-Leeuwarden open tp breken. Drie Stanfriesbooten, welke te Harliiv gen waren opgehouden, maakten zich in den vooravond gereed om naar Leeuwarden te vertrekken. Hedenochtend zullen de an dere te Harlingen liggende schepen naar Leeuwarden vertrekken. De toestand op het IJsselmeer. Verschillende schepen zijn met groote vertraging de havens van Amsterdam en Zwolle binnengeloopen. Het scheepvaartverkeer naar Urk is zoo goed als geheel gestremd Zeilschepen kun nen in het geheel niet varen. Ook den avonddienst van de postbooten van Enkhuizen naar Urk heeft men tot na dere aankondigig stopgezet. Thans kan men alleen 's middags om twaalf uur van Enkhuizen af Urk berei- ken. De veerboot OostmahornSchiermonnik oog, welke gistermorgen van Oostmahorn was vertrokken, is na drie kwartier terug gekeerd. De boot was hiertoe genoodzaakt door den mist en het vele ijs. Ook het verdere ge (leelte van den dag kon de dienst niet on derhouden worden. „IJs kost menschenvleis". Gistermiddag is op de Grootcnbrekken nabij Lemmer de veehouder II. Bosscha uit Fellcga door het ijs gezakt en verdronken. B. was in gezelschap van zijn vrouw en een bevriend echtpnnr gaan schaatsenrijden. Plotseling zakte zijn vrouw door het ijs. Hij slaagde er in haar op het droge te krijgen, doch .onmiddellijk daarna zakte het ijs on der zijn voeten weg en gerankte hij te wa ter. Na korten tijd had men hein opgehaald, doch de levensgeesten waren geweken. Een geneesheer uit Lemmer kon dan ook slechts den dood constateeren. AVONDVERGADERING TWEEDE KAMER. „EEN VRIJZINNIGE MINISTER, DIE BIJ ZONDERE OPVATTINGEN VERDEDIGT". ALGEMEEN PROTEST TEGEN OVERVOLLE KLASSEN. In de avondvergadering der Tweede Ka mer werd gisteren de begrooting van On derwijs, Kunsten en Wetenschappen behan deld. De heer Wendelaar (lib.) dient een motie in, waarin de Kamer, van oor deel dat verlaging van leerlingen- schaal L.O. gewenscht is, den mi nister verzoekt, de daartoe noodige maatregelen te nemen. De heer Thijssen (s.d.) merkt op, dat de consequentie van 's ministers opvatting dat het openbaar onderwij», een richting naast de andere richtingen vertegenwoor digt, zou zijn het afschaffen van de over- heidsschool. Daarvoor ware Grondwets herziening noodig. Spr. wijst de openbare school als zooveelste richtingsschool af. Voor verbetering der .leerlingenschaal houdt spr. een krachtig pleidooi; er kome een nieuwe schaal niet voor 1 Jan. 1941, doch voor den nieuwen cursus. Alle andere sprekers pleiten vurig voor opheffing van den noodtoestand in het onderwijs. Een „vluchtheuvel". Mevr. Bakker—Nort (v.d.) heeft geen be zwaar tegen 's ministers meening. dat de openb. school ehr.-humanistisch zou zijn; ze is een vluchtheuvel ook voor godsdienstige richtingen maar worde géén richtingsschoo' De liberale afgevaardigde, de heer Vos. onderstreept de woorden van mevr. Bakker De opvatting van den minister zon, aldus spr. leiden, tot een splitsing der Openbare School, tot twee- draoht In ons volkskarakter. Wil de overheid een eigen school, aldus de volgende spreker, de'heer Zijlstra (a.r.) Japan tot Amerika: In een radiotoespraak tot de Ver- eenigde Staten, heeft Kasai, lid van het Japansche lagerhuis en parle mentair adviseur van het ministerie van overzeesche zaken, een ernstig beroep gedaan op het Amerikaansche volk, Japan niet te drijven in de ar men van Hitier en Stalin, en gemeen schappelijke pogingen aan te wen-, den, om in den Stillen Oceaan vrede en rust te handhaven. ,Er is geen vraagstuk tusschen onze beide landen", aldus Kasai, dat niet langs vreed- zamen weg kan worden opgelost. Laat ons, afgezien van wat er in Europa kan gebeuren, inzien, dat de volkeren van Amerika en Japan liet in hun macht hebben, een gebied van vrede te slichten, den han del te ontwikkelen en de beschaving te be vorderen. Nu Europa in een oorlog verwik keld is, is een nauwe samenwerking tusschen de Vereenigde Staten en Japan noodiger dan ooit. De Chineesche kwestie nadert haar einde. Engeland en Frankrijk trekken hun Azia tische vloot en strijdkrachten terug naar de Europeosche slagvelden en onze betrekkin gen met déze beide landen verbeteren. De houding van Amerika tegenover Japan zal de beslissende factor zijn voor de vor ming van de Japansche politiek in den Eu- ropecschen oorlog. Sommigen mijner landslieden gelooven, dat Amerika nooit de vriend van Japan zal worden. Doch tot hen zeg ik met overtui ging, dat Amerika de vriend van Japan zal zijn, indien het werkelijk onze doelstellingen en ons streven begrijpt voor den opbouw van een- blij venden vrede in het Verre Oosten". Motoren van twee pompstations vernield DE DIJK VAN URK NAAR KAMPER-EILAND MOET EVEN WACHTEN. Omtrent de vertraging in de werkzaam heden voor de inpoldering van het Noord oostelijk deel van het IJsselmeer, als ge volg van den brand in de werkkect op bet eiland Urk, waarvan .minister Albarda, zoo als wij elders in dit blad mededeclen, gis termiddag in de Tweede Kamervergadering gewaagde, vernemen wij nog de volgende bijzonderheden. De brand heeft o.a. eenige houten palen vernield, welke de betonblok ken droegen .waarop motoren wa ren gemonteerd, die de pompinstal- latie voor het drooghouden van den grooten put voor de sluis- en ge maal-fundamenten deden werken. Dientengevolge zijn deze beton blokken met de daarop geplaatste motoren ingestort en twee van de drie pompstations voorloopig buiten werking geraakt De werkput, welke een lengte en breedte van eenige honderden meters en een diepte van ongeveer tien meter heeft en waarin men bezig was de fundamenten te bouwen zoowel voor de eenige sluis, waarmede te zijner tijd de doorgang te water tot den Z- Oostpolder van het IJsselmeer uit zal wor den geregeld, als voor het gemaal op Urk ten behoeve van de polderuitwatcring, is inmiddels geheel door kwelwater ondergc- loopen, daar het eenige overgebleven pomp station niet bij machte was om zonder as sistentie van de beide andere den put droog te houden. Derhalve liggen de fundamenten voor sduis en gemaal thans geheel onder water. IJSGANG EEN FACTOR. ONGUNSTIGE Bovendien belemmert de ijsgang op het IJsselmeer thans de mogelijkheid om nieuw materiaal op Urk aan te voeren er zul len waarschijnlijk nieuwe motoren noodig zijn afgezien nog van de moeilijkheid om de ter vervanging benoodigde installatie met spoed bijeen te krijgen. Een en ander brengt een teleurstel lende vertraging in de inpolderings werkzaamheden van zekere enkele maanden met zich mede, waarbij men moet bedenken, dat het in de bedoeling ligt, den in aanleg zijn-den dijk van Urk tot het Kamper-eiland (die van Urk tot Lemmer is, zooals men weet, vrijwel gereed) ongeveer tegelijk met sluis en gemaal te vol tooien, daar de drooglegging van den N.O. polder niet eerder kan worden volbracht voordat zoowel sluis en gemaal als de dijken ge reed zijn. Al het mogelijke zal worden verricht om de vertraging in deze werkzaamheden tot korten termijn te beperken. dan moet ze een richting voorstaan; daar om is spr. het met dit gedeelte van de re de des ministers wel eens. Niet- niet dat, waar de op. school chr. humanistisch ge noemd wordt, want dat is eigenlijk een bij zondere school. De weg naar vernieuwing. De heer van Sleen (soc. dem.) noemt als eersten stap op den weg naar vernieuwing in het onderwijs: kleinere klassen. „Geen secteschool!*' aldus spr. „Deze vrijzinnige minister verdedigt eigenlijk bijzondere opvattingen." Spr. wil verplicht onderricht in lichame lijke oefening op de lagere school. De heer Brugman ,s.d.) bepleit een an dere somenstelling van den onderwijsraad dan dc tegenwoordige, representatief, per manent, technisch geoutilleerd mot een rcsearch-burcau en onderwijs musea. „Futloos onderwijs". De lieer Kersten (st. gcr.) zegt, dat het futlooze onderwijs van „elk wat wils" den volksgeest ondermijnt; Nederland moet on derwijs hebben naar het Woord Gods. De nat.-soc. afgevaardigde, de heer Wou denberg, wijt het verval der school aan dc verwaarloozing der volksche beginselen. Het liberale kapitalisme en de democratie zijn kinderen van het humanisme; de schooi moet meer overeenkomstig het Gcrmaansche dan het Fransche karakter zijn. De heer Moller (r.k.) stemt voor het mee rondeel in met wat de minister in zijn rede voor den Vrijz.-Dem. Bond te Utrecht (de hierboven omstreden rede. Red.) gezegd heeft. Alleen verstaat de minister ondpr chr.- humanisme niet den christus en spr. wèl. De openbare school is een aanvulling. Spr. /.iet de financiëele bezwaren van een verhooging der leerlingenschaal. Een wijziging in den toestand van Nederland kan België niet onverschillig laten, aldus minis ter Spaak. De Belgische Kamer heeft de de batten over de begrooting van bui- tenlandsche Zaken hervat. De mi nister van Buitenlandsche Zaken, Spaak, sprak een rede uit, waarin hij o.m. zeide, dat België neutraal is en dit wil blijven, zoolang zijn onaf hankelijkheid, de integriteit van zijn grondgebied en zijn vitale belan gen niet zullen worden bedreigd. Voortgaande wees de minister op de vrij wel algemeene eensgezindheid des lands ten aanzien van de door de regeering gevoerde politiek. Sommige verwijten de regeering een kleinzielige en benepen opvatting te hebben van de neutraliteit. Dit verwijt is ongerechtvaardigd. De regeering kent beier dan wie ook de elementen van den toestand. Niemand wil de Belgen verplichten, onver schillig te blijven tegenover de slachtingen van den oorlog, maar de regeering heeft de plicht, aan allen den raad te geven, gema tigdheid te betrachten bij het tot uitdruk king brengen van hun gevoelens. In dit op zicht is de «toestand aanmerkelijk verbeterd. NEDERLAND EN BELGIë SOLIDAIR. Voortgaande, verklaarde Spaak, dat de geheele wereld goedkeuring heeft gehecht aan den oproep, die tot de oorlogvoerenden is gericht door Koningin Wilhelmina en Ko ning Leopold na hun onderhoud in den Haag. Spr. bracht vervolgens een vurige hulde aan het optreden van koning Leopold in den loop van de afgeloopen jaren. Het streven van de beide vorsten heeft in staat gesteld om de solidariteit te constateeren, die bestaat tusschen Nederland en België. Dit is aldus spr., een der meest in het oog springende feiten van het huidige oogenblik en ik begrijp niet, dat sommigen die solida riteit van de hand wijzen. Een onafhanke lijk en neutraal Nederland is onmisbaar voor de neutraliteit van België. Spr. is van meening dat het een onvoorzichtigheid zijn zou, om reeds thans de houding vast te stel len, die België zou aannemen, wanneer er een wijziging zon komen in den toestand van Nederland. Het zou echter even on voorzichtig zijn te zeggen, dat die nieuwe toestand België onverschillig zon laten (le vendig applaus). Nog voeren de heeren Van Houten (chr.- dein.), Tilanus (c.h.), Wijnkoop (cornm.), Joekes (v.d.) het woord. Sommigen vragen zich af of de rede van den minister voor de V.D. of de memorie van antwoord nu ter sprake is. Er is zelfs beweerd, aldus de heer Joekes, dat de heer Bolkestein de openbare school den nek zou willen omdraaien! Spr. wil hier niet op ingaan. Van verschillende zijden wordt een spoe dige oplossing van de spellingkwestie toege juicht en een lans gebroken voor minder huiswerk. De minister verdedigt zich. De minister van Onderwijs, de heer Bolke stein, verwijst voor wat de leerlingenschaal betreft, naar de mem. van antwoord. De rede voor de VJ). was geen pro gram; ze vermeldde alleen verschil lende wenschen. Spr. kon daar al leen spreken als politieke volgeling van Dr. Bos, bevorderend dat open baar en bijzonder onderwijs niet te genover elkaar staan. Verbetering en vernieuwing moeten uit 't onderwijs zelf voortkomen. Spr. heeft ge zegd, haar te zien als een gelijkgerechtigde richting naast de andere. Spr, ziet die rich ting als een christelijk-humanistische. Spr. erkende ook het goed recht van het confes sioneel onderwijs. Spr. protesteert ertegen alsof hij de openbare school den nek wil omdraaien. Spr. wènscht zijn krachten te besteden voor hét onderwijs in Nederland. De onderwijsraad moet groeien in het on derwijs zelf. voordat tot reorganisatie moet worden overgegaan. Spr. meent, de voor naamste punten hiermede behandeld te heb ben. Dc vergadering wordt te 1.15 uur verdaagd tot hedenmiddag 1 uur. Postvluchten op Indië Op de heenreis landde de Pelikaan gisteren te Alexandrië en de Wiele waal te Singapore; op de terugreis kwam de Oehoe te Rangoon.en de Nandoe te Napels aan. Bisschop van Lublin niet doodgeschotet Wel ter dood veroordeeld, maai gratie ontvangen. Tegenover de buitenlandsche berichten dat de bisschop van Lublin in het vroegere Polen tezamen met verscheidene Katholie ke geestelijken zonder eenigen grond door de Duitsche politie zou zijn neergeschoten, wordt van bevoegde Duitsche zijde vastge steld, dat de bisschop en de wij-bisschop van Lublin inderdaad einde November door een Duitsche rechtbank ter dood zijn ver oordeeld, omdat zij in hun woningen wa pens verborgen hadden. De veroordeelden hebben echter van den gouverneur-gene raal met het oog op hun geestelijk amb» gratie gekregen en zijn veroordeeld tot vangenisstraf. PUBLICATIE TEELTREGELING PLUIMVEEHOUDERIJ 1940. In aansluiting op het. persbericht omtrent de pluimveeteeltregeling voor 1940 wordt van officieele zijde het volgende bekend ge maakt. Het tijdvak, waarin het machinaal broe den van eieren wordt toegestaan, is vastge steld op de periode van 1 Januari t,m. 5 Mei. Alleen diegenen aan wie een broedvergun ning is uitgereikt, mogen eieren van kippen en/'of eenden in hun broedmachines uitbroe den tot een aantal, in de broedvergunning vermeld, waarbij onderscheid wordt ge maakt tusschen degenen, die uitsluitend broeden voor eigen bedrijf en hen die kui kens aan anderen afleveren. Voor de eerste groep wordt de broedver gunning voor 1940 vastgesteld op 80 van die voor 1939. De broedvergunning kan ver hoogd worden, wanneer de basis voor de be rekening door bijzondere omstandighdeen te laag is geweest. Dit zal echter wel zeer hooge uitzondering zijn, daar de broedver gunning in 1939 gebaseerd was op de ver gunning in de voorafgaande jaren, waarbij eventueel noodige verbetering reeds was aangebracht. Aan hen. die in 1939 geen broed vergunning hadden, kan slechts dan een vergunning worden uitgereikt, wanneer zij bij het inwerkingtreden der teeltregeling in 1933 in het bezit van een of meer broedma chines waren en deze bij de verplichte in ventarisatie van broedmachines hebben aan gegeven. Verzoeken om verhooging, eventueel voor het verkrijgen van een broedvergunning, moeten door pluimveehouders behoorende tot deze eerste groep, ingediend worden bij de Nederlandsche Centrale voor Eieren en Pluimvee te Beekbergen, vóór 1 Januari 1940, onder storting van f2.50 op postgiro rekening No. 99651 dezer Centrale. Bij in williging van het verzoek wordt het gestorte bedrag aan den aanvrager terugbetaald. Van de beslissing der Centrale bestaat be roep op den Minister van Economische Za ken. Voor de tweede groep, dus voor diegenen, die kuikens aan andoren afleveren, wordt de breed vergunning berekend naar het aantal schriftelijke bestellingen van kuikens door afnemers, die in 1939 onder goedkeuring der Centrale kuikens bij een kuikenbroeder hebben besteld. Op grond van de huidige verhoudingen en vooruitzichten is bepaald dat elke afnemer niet meer kuikens zal mogen bestellen dan 80 van het aantal dat hij in 1939 mocht betrekkeu. Uiteraard kan met het oog op de onzekerheid ten aanzien van de toekom stige veevoederpositie geenerlei waarborg worden gegeven, dat voor alle kuikens die de pluimveehouders zouden wenschen aan te houden, ook inderdaad voeder beschik baar zal zijn; indien de vooruitzichten dien aangaande in de naaste toekomst daartoe aanleiding geven zal bovendien nog een ver laging van het genoemde percentage van 80 in overweging moeten worden geno men. Het ligt in het voornemen om bij de voc- derioewijzing, behalve met het aantal aan wezige kuikens, rekening te houden met het aantal kuikens dat de betreffende pluimvee houder ten hoogste mocht betrekken. De Centrale zal eiken afnemer een stuk doen toekomen, waarop het aantal kuikens dat hoogstens mag worden bosteld, is ver meld. De afnemer is vrij in de keuze van zijn leverancier; bij het plaatsen van bestel lingen moet hij genoemd stuk van de Cen trale overleggen aan zijn leverancier. Het aantal kuikens, dat een kuikenbroeder voor levering mag aannemen, bedraagt hoogstens 140 van het aantal eieren van zijn broed vergunning voor 1938. De kuikenbroeder moet lijsten van de bij he-m binnengekomen bestellingen uiterlijk 7 Jan. 1940 bij de Centrale ter goedkeuring inzenden, waarna de Centrale de grootte van de broedvergunning vaststelt. Pluimveehouders die van meening zijn, dat het aantal kuikens dat zij in 1939 moch ten betrokken, door bijzondere omstandig heden beneden het normale aantal bleef, hetwelk zij voorheen kochten, evenals zij die in 1939 een landbouwbedrijf begonnen, dat door zijn aard mede op pluimveehouderij is aangewezen, kunnen een verzoek om een aantal kuikens bij een bepaalden kuiken- broeder te betrekken, bij de Centrale indie nen. Dit moet vóór 1 Januari 1940 plaats vinden onder storting van f2.50 op.postgiro rekening der Centrale, No. 99651, welk be drag bij Inwisseling van het verzoek wordt teruggestort. Ten behoeve van de piepkuikenfokkerij is voor het uitbroeden van eieren van Noord- hollandsche Blauwen een speciale regeling getroffen. Het genoemde percentage van 80 geldt echter ook voor deze groep. Evenals in voorafgaande jaren moeten de eieren, die worden uitgebroed om de daar uit verkregen kuikens te voriroopen, worden betrokken van fok- en/of vermeerderings- bedrijven dus van bedrijven die onder toe zicht staan van de Centrale. Deze verplich ting geldt niet voor kuikenbrocders. die in 1939 op rechtmatige wijze eieren van niet gecontroleerde bedrijven hebben ingelegd. 's-Gravenhage, 19 Dcc. 1939. (Adv.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1939 | | pagina 2