p Koningin en Prinses op „Amstelflora" BEATRIX EN IRENE De les van de Piloten verbergen zich in koestal Aangespoelde mand voor mijn aangezien Groote sterfte onder de zeevisch Vorstelijke aandacht voor de nieuwe aanwinsten van onze nationale bloementeelt. Terwijl vele honderden schoolkinderen gistermorgen de bloemenrijkdom op de ten toonstelling „Amstelfora" bewonderden, hebben H.M. dc Koningin en H.K.H. Prin ses Juliana. een bezoek gebracht aan de „Atmstelflora" in de Apollohal te Amster dam. Om ongeveer kwart o\er tien kwam Prinses Juliana bij de Apollohal aan, ver gezeld van haar hofdame jkvr. A. M. de Brauw en haar kamerheer in buitengewo nen dienst, mr. J. C. baron Baud. Op de tentoonstelling werd de Prinses ontvangen door den burgemeester van Amsterdam, dr. Wi de Vlugt en den voorzitter van „Am stelflora", den heer J. H. Kaufmann. In de serre aan de zijde van het restau rant bood een dochtertje van den algemeen leider der tentoonstelling de Prinses een bouquet anjers aan. Prinses Juliana wachtte hier op H. M. de Koningin, die een kwartier later bij de Apollohal arriveerde. De Koningin begroet te eerst de Prinses, waarna Nettie dc Roos Hare Majesteit een groot bouquet fraaie orchideeën aanbood. Nadat de beide Vorstelijke Personen eeni- gen tijd in de serre hadden vertoefd, be gaven zij zich naar de tentoonstellingshal, teneinde de blocmenpartijen in oogen- echouw te nemen. Met groote aandacht bewonderden de H.M. de Koningin bracht Maandag in gezel schap van H.K.H. Prinses Juliana een be zoek aan de bloemententoonstelling „Am stelflora" in de Apollohal te Amsterdam. De vorstin bezichtigt de expositie. hoog'e Gasten de verschillende inzendin gen, waarbij zij vooral groote'belangstelling toonden voor dc nieuwe aanwinsten, wel ke door de Nedcrlandsche kweekers op deze tentoonstelling werden getoond. 0|> 't citide van het bezoek offerden H.M. dc Ko ningin en Prinses Juliana met haar gevolg voor het Nedcrlandsche Roóde Kruis, dpt toestemming heeft op de expositie, te col- Iecteeren. Het bezoek duurde ruim drie kwartier. Na de bloemen het glas. Voorafgegaan door motorpolitie en door den burgemeester in zijn auto. reden de Koningin en de Prinses vervolgens langs don koristen weg van de Apollohal naar liet Stedelijk Museum om daar de tentoon stelling „Ilot Glas 1940" te bezichtigen. Nadat de glasgraveur, welke op deze tentoonstelling zijn werkmethode laat zien, een korte demonstratie had gegeven, keer den H.M. de Koningin en Prinses Juliana naar de auto's terug. Het publiek juichte Vorstin en Prinses hartelijk toe. O 1. Niet onnoodig radio-seinen geven. 2. Koerswijziging had beter achter- wege kunnen blijven. Torpedeering vastgesteld De Raad voor de Scheepvaart heeft gisteren uitspraak gedaan in zake het verloren gaan van het motor schip „Arendskerk" in de Golf van Biscaje op 15 Januari 1940. De Baad is van oordeel, dat het onderzoek duidelijk heeft' uitgewe zen, dat de „Arendskerk" tussclien Ouessant en Kaap Finistère op on geveer 46 graden 55 minuten N.Br. en 6 graden 34 minuten W.L., door een Dultsche duikboot is getorpe deerd. Een onderzoek naar de al of niet recht matigheid van het torpedeeren ligt geheel buiten 's Baads wettelijke taak. Wel acht de Raad zich geroepen, om. geheel overeenkomstig den geest der Sche penwet, eventueel uit de scheepsramp lee- ring te trekken. Er komen hier twee punten voor bespre king in aanmerking en wel: 1. het brengen van den koers van 210 graden op 260 graden R.W. om het gevaar den rug toe te keeren, en 2. het beproeven van de noodinstallatie der draadlooze telegrafie. Beide handelingen kunnen voor het schip, dat zich in de positie van de „Arends kerk" bevindt, zeer ernstige gevolgen heb ben. Wat de eerste handeling betreft, verklaar de de kapitein, dat hij, dadelijk toen hij bemerkte met een duikboot te doen te hebben, eiken schijn van te willen vluch ten, onmiddellijk heeft opgeheven, door over stuurboord bij te draaien. De vraag doet zich echter voor, of, in de veronder stelling, dat op vier streken achterlijker dan dwars aan bakboord een zeegevecht werd geleverd, het toekeeren van hot achterschip naar de plaats van dat zee gevecht, onder dc huidige omstandigheden* wel aanbeveling had verdiend. Een onderling vijandelijk treffen op ier streken achterlijker dan dwars, bracht geen dadelijk gevaar voor het schip mede, tepwijl onnoodigo koerswijziging zulk een gevaar wel kon oplevercn.Al heeft de ka pitein, bij het zien van het oorlogs schip zijn taktiek gewijzigd, en al heeft hij inderdaad geen poging tot ontvluchten of tot zigzag-varen gedaan, zoo meent de rand toch, dat. ter voorkoming van verkeerde conclusies al ware het slechts om geen voorwendsel voor zulk een t conclusie te verschaffen dc koe I's- wijziging van 210 graden tot 260 graden beter achterwege ware ge bleven. Hetzelfde geldt in ong sterkere mate voor het beproeven der noodinstallatie van dc draadlooze telegrafie, l'it zuiver radiotech- nisch oogpunt moge dit niet alleen ver antwoord zijn, doch zelfs toejuiching ver dienen, in de gegev.en oorlogsomstandighe den moeten de mogelijke voor liet schip ongunstige consequenties, welke uit dit be proeven kunnen worden getrokken, voor gaan. De omstandigheid, dat de radio-telegrafist hij dit beproeven nog niet wist, dat het om oen aanhouding ging, kan, naar 's raads oordeel, zijn handeling niet rechtvaardigen. Hij had ontploffingen gehoord, zag schepe lingen met zwemvesten loopen, dus kon in elk geval moeilijk uitsluiten, dat er iets met een oorlogsschip van een oorlogvoeren de mogendheid gaande was. Onder deze omstandigheden had hij zich van elk onnoodig hantee- ren van don seinsleutel moeten onthouden en zeker niet op eigen initiatief mogen handelen. Overigens komt den kapitein voor zijn beleidvol optreden na de ramp, waarbij ge lokkig geen menschenlevcns zijn te be treuren, een woord van lof toe. De onderzeeër „O 24" is Maandag bij de Rot- terdamsche Droogdok Mij. voor de Nedcr landsche marine te water gelaten. Het vaar tuig In zijn element. De drie briefkaarten met de beeltenissen van de prinsesjes Beatrix en Irene, vervaardigd door Z.K.H. Prins Bernhard, welke brief kaarten vanaf 21 Maart a.s. zullen worden uitgegeven ten bate van het Algemeen Steuncomité 1939 en van dien datum af aan da postkantoren verkrijgbaar zullen zijn. Een Duitsch vliegtuig dut zich tijdens een oefenvlucht boven de Oostzee bevond, heeft in den nacht van 16 op 17 Maart door een verkeerde oriënteering, een noodlanding moeten maken op het Deensche eiland Loeland. Het .toestel werd vernield. l)e uit vier leden bestaande bemanning is ongedeerd en bevindt zich in Nakskov. Dc gcheele bemanning heeft men thans aangehouden. Na middernacht vroeg een der vliegers bij een boerderij, op 12 km. van do landingsplaats om voedsel en gisterochtend vond men de drie anderen, die zich in den koestal der boerderij hadden verborgen. Ook verdwaald. Eon Britsch vliegtuig is bij vergissing bin nen de Duitsche linies geland'in het gebied van de Saar. Dc inzittenden, die meenden op Fransch gebied te zijn, werden op hun vergissing opmerkzaam gemaakt door pas- seerende Duitsche arbeiders of boeren, aar- na zij weder opstegen en op Fransch gebied landden. Het opperbevel van de Duitsche weermacht maakt bekend: Ten oosten van de Moezel en in bet grens gebied ton zuiden van Zweibruecken, wer den vijandelijke patrouilles met verliezen voor den vijand afgeslagen, waarbij ver scheidene gevangenen gemaakt werden. Van weerszijden was de activiteit der ar tillerie iets levendiger dan op dc vorige da gen. Het lucKtwapen zotte dc verkennings vluchten naar Frankrijk en Engeland voort Aan de Sehotsche oostkust werden vijande lijke bewapende koopvaardijschepen en voorposfbooten aangevallen. Een voorpost vaartuig werd tot zinken gebracht. Noorsche en Zwitsersche neu traliteit geschonden. De Noorsche admiraliteit deelt mede, dat Zondagochtend boven Bergen twee vliegtui gen van vreemde nationaliteit zijn waarge nomen, die'op groote hoogte vlogen. Zij ver dwenen in westelijke richting, nadat liet fort te Bergen liet vuur bad geopend. Gisterochtend heeft men tweemaal vreem de vliegtuigen boven Zwitsersch grondgebied waargenomen. Het luchtdoelgeschut kwam in actie en Zwitsersche vliegtuigen stegen op. De kustwacht paraat! In den nacht van Zaterdag op Zondag spoelde op de grens van Scheveningen en Wassenaar uit zee een groot voorwerp aan, dat door een voorbijganger voor een mijn werd gehouden. De politie werd gewaar schuwd en het geheele apparaat van de kustwacht in werking gesteld. Aan de bei de zijden werd liet strand door Hsragsche en - Wassenaarsche politie afgezet en men wacht te den dageraad af om dc situatie op te ne men. Toen de ochtendschemering kwam, kon men liet gevaarlijke voorwerp beter waarne men: liet bleek geen mijn, doch een mand te zijn. De hengsels gaven den indruk van voelhorens: Over de mand, die bij onderzoek ledig bleek te zijn, was een juten zak ge spannen. waarop gedrukt stonden de woor den „S.S. Oestes, M. K., Rotterdam". Wij vernemen, van de zijde van de K.N. S.M., dat er geen enkele reden voor onge rustheid over dit schip behoeft te bestaan, aangezien- hij de reederij bericht is ontvan gen. dat het zich in veilige haven bevindt. Sporen van gedwongen „winter slaap". De treilers en loggers die van de visBche- rij terugkeeren, blijken op sommige vang- plaatsen veel doode visch in hun netten op te haicn. De groote sterfte onder deze visch, in het bijzonder tong, schrijft man toe aan de felle koude, waaraan deze die ren de laatste maanden hebben bloot ge staan. De platvissclien zooals schol en ton gen hebben zich op bepaalde vischgronden onder den bodem gewerkt en komen nu weer te voorschijn. Ontelbare platvisschen blijken dc kou niet meer te hebben over leefd .terwijl een ander groot deel duidelijk de sporen draagt, dat hun gedwongen „win tersiaap" hen geen goed heeft gedaan. Op tal van visscliersschepen beeft men in de afgcloopcn dagen dc visch die naar men verwachtte niet aan de keuring*- eischen aan de Rijksvischafslag ten volle zou voldoen, weer over boord geworpen ofwel als puf aan de vischineelfabrieken afgeleverd. Deze afeeloopen winter blijkt dus groote schade te hebben aangericht aan den vischstand in de Noordzee.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1940 | | pagina 8