Dieren kijken ons aan Om zelf te maken Rtile, jonqtni en rrveitjtl! Gelukkig, deze week heeft onze plannen niet in de war gestuurd. We kunnen ons praatje weer met elkaar maken en er zijn al verscheidene vriendjes en vriendinnetjes, die de pen hebben opgenomen om me te «chryven. De taart is gewonnen door: PIETERTJE KLEIMEER Veenhulzen. Bop en Trien Tyson. Wat zal het een gezellige boel geweest zijn zeg, in die lege boerderij van jullie. Zijn die soldaten nu weer vertrokken? Dus Trien is nog ziek! Ge lukkig maar, dat je je nogal vermaken kunt, vooral doordat je zo van lezen houdt. Lena en Iza de Regt. Natuurlijk mogen jullie ook meedoen. Jullie zijn van harte wel kom. Het zal met dat oplossen wel gaan, denk ik, jullie eerste oplossing was ten minste al goed. Marietje Eriks. Hebben jullie op Je tocht naar Petten nog veel regen gehad? Het heeft anders in de buurt Zondag nog veel geregend hé! Gelukkig maar. Daar knapt de grond weer eehs wat van op. Mlekje Mink. Dat leek zeker net een hotelletje bij jullie thuis met al die geëva cueerde mensen. Wat zal dat een drukte ge geven hebben. En dan dat arme paard! Mankeert het niets? Je maakt zo nogal eens wat mee, hé? Ja, ik zou ook nog maar een beetje voorzichtig zijn met zwemmen gaan. Je kunt nooit weten! Dag Miekje. Janske Peetoom. Heerlijk hé, zo weer eens in 't zonnetje te kunnen zitten na de barre winter van 1940. En dan ter afwisse ling eens een glaasje frisse limonade met een koekje. Dan kun je je haast niet voor stellen, dat het hier wel eens 20 graden ge vroren heeft. Pietertje Klelraeer. Dus jij bent over gegaan naar klas vflf. Doe daar maar goed je best, hoor. Hoe meer je je best doet, hoe fijner ga je het leren vinden. Corrie Bakker. Dus jij hebt de rode hond gehad. Heeft het je veel moeite ge kost om hem op de vlucht te jagen? 't Is maar te hopen, dat je weer gauw gewoon naar school kunt gaan. Mijn vrouw is nog niet beter. Maar ze gaat goed vooruit en komt misschien over een paar maanden weer thuis. Cornella Zwaan. Ook al een slachtoffer van de rode hond. En nog wel net met de Pinkster! Ga jij ook graag naar school? Na tuurlijk, een paar vrije dagen achter elkaar wil iedereen wel eens graag hebben. Lena de Boorder. Ja, ja, er waren heel wat soldaten op de been. Er zijn er nu al tamelijk veel „afgezwaaid". Je neef zal nu ook wel gauw uit dienst komen. Geerie Kuijper. Je vindt het zeker wel jammer, dat je niet naar de kolonie gaat. Dat zal je niet meegevallen zijn, zeg, als je weer voor 't eerst naar school gaat, na dat je ziek geweest bent, en de schoolbus rijdt dan niet meer! En dan nog je zusje achterop! Sterkte, hoor! Annie de Roo. Welkom in onze kring, hoor. Je oplossing was goed, zoals je ziet. De volgende keer krijg ik toch wel een grote brief van je, hé? Willem Boontjes. Neen, ik ben niet in dienst geweest. We kunnen zeker dankbaar zijn dat we eindelijk zomer gékregen heb ben. Het is voor het land anders wel goed, wanneer er ook zo tussenbeiden nog eens een fiks regenbuitje valt! Dag Wlm! Oplossing raadsel vorige week Wat een 1 AST!ER zit sneeuw tusschen de deur. Ik ken al LE LIE djes uit „kun je nog zingen, zing dan meê!" Je mist meer d ANJE R aakt. Goede oplossingen ontvangen vans 1. Lena de Boorder; 2. Cornelia Zwaan; 3. Nellie Pauv*; 4. Geerie Kuiper; 5. Trien tje Bontes; 6. Corrie Bakker; 7. Pietertje Kleimeer; 8. Janske Peetoom; 9. Miekje Mink; 10. Marietje Eriks; 11. Lena en Iza de Regt; 12. Trien Tijsen; 13. Bep TiJsen; 14. Bets van Halm; 15. Wülem Boontjes; 16. Anna de Roo. Nieuw Raadsel Wat is het beroep van: V. GARSSEN ARKEL: I TOL GROEDE FIE ENTE OLST 8. IJER WOERDEN Er zullen wel niet veel kinderen zijn, die niet van dieren houden. Gelukkig maar. Dieren kunnen goede vrienden zijn. En om dat ze niet kunnen spreken en daardoor hulpelozer zijn dan mensen, moeten we ex tra goed voor hen zijn. Niet alle dieren zijn even geliefd. We denken maar aan de slang, de tijger, de leeuw, wormen, rupsen, spinnen, kwallen, ja, wat al niet. Maar waarom zijn deze dieren zo gehaat? Om dat wij er niets dan ongemak van onder vinden. Zowel, de slang als de tijger en de leeuw zyn voor de mens gevaarlijk. Ze vallen je aan en verscheuren je. De wor men, spinnen, kwallen enzovoort worden „vies" en „griezelig" gevonden, waarom? Omdat ze er niet zo aanlokkelijk uitzien. Waar blijft mijn baas? Maar dat neemt niet weg dat deze dieren erg nuttig zijn. Denk maar aan de spin, die vliegen vangt, de worm die de aarde vet maakt. We zijn dus eigenlijk erg onre delijk als we op deze beesten schelden. We doen het beste om ze met rust te laten, er zover mogelijk vandaan te blijven en on ze liefde voor de dieren aan de minder ge vaarlijke en aantrekkelijker huisdieren te geven. DE HOND. Een van de meest voorkomende huisdie ren is wel de hond. Er zijn voor- en tegen standers van de hond, maar de eerste groep wint het verreweg. Wat kunnen we niet een plezier van een hond hebben. Niet alle hondensoorten zijn even mooi, maar of het nu een chique rasterrier is, of een armzalig straathondje, ze zijn beide even gul met het geven van hondenliefde aan l un bazen of vrouwtjes. Wel is de ene hond „minder te vertrouwen", dan de andere. De herder bijvoorbeeld is niet altijd even goedaardig. En zeker niet tegen vreemden. Herders stammen af van de wolven. Dat is heel be grijpelijk, als je de bouw van de dieren met elkaar vergelijkt. Maar we spreken ook vaak over „de trouwe herder". Inderdaad zijn herders heel trouw. In de meeste ge vallen kunnen hun bazen en vrouwen op hen rekenen, als ze aangevallen worden. Honden zijn over 't algemeen trouw. Een paar jaar geleden deed zich in ons land nog een merkwaardig geval van hondentrouw voor. Iemand in Bodegraven had elf jaar geleden zijn hond aan een melkboer in Lei den verkocht. Op zekere dag, elf jaar later dus, zag hij, toen hij de deur van zijn huis open deed, zijn hond voor de deur liggen. De melkboer had het dier, toen het te oud werd, zijn vrijheid terug gegeven. Toen is de hond op stap gegaan naar zijn oude baas en legde de 25 km lange weg van Lei den naar Bodegraven af. Het kleinste hondje tor wereld was enige jaren geleden een pekineesje, dat acht cen timeter lang was en gemakkelijk in een theekopje paste. Dit kleine beestje kon heel hard schreeuwen. Je kunt je haast niet voor stellen, dat een hond zo klein kan zijn, hij was niet veel groter dan een kikvors. Honden hebben een buitengewoon scher pe reuk. Daartegenover staat dat ze geen bijster goede oogep. hebben. De mens ziet veel beter. Honden zijn verziend, ze kun nen voorwerpen van dichtbij, minder goed zien, dan voorwerpen die ver liggen. We kunnen wel zeggen dat de hond net zo goed ziet als wij in het schemerlicht kun nen zien. Er is een soort hond, waar zowel mens als ander soort hond het liefst met een boogje omheen lopen. Dat is de buldog. De meesten menschen vinden een buldog 'n af schuwelijk beest. En daarbij kijkt hij zoo kwaadaardig. Maar is 't niet gek: hoe min der vriendelijk ze kijken, hoe goedaardiger ze vaak zijn. HOE OUD KAN EEN HOND WORDEN? Het is wel eens aardig om dit na te gaan. Trouwens als we zelf een hond hebben, vragen we ons dikwijls af, hoe lang onze lieveling nog kan leven. Hier volgt een oud-Keltis rijmpje: Driemaal de leeftijd van een hond is [die van een paard. Driemaal de leeftijd van een paard [is die van een mens. Driemaal de leeftijd van de mens [is die van een hert. Driemaal de leeftijd van een hert [is die van een adelaar. De gemiddelde leeftijd van een hond is elf of twaalf jaar. Maar er zijn verschei dene uitzonderingen. Er zijn gevallen van een collie, die zevenentwintig jaar, een terrier die over de vijftig jaar, een herders hond die tweeëntwintig jaar werd. Het is eigenaardig dat kleine honden het langst leven. Het gebeurt bijvoorbeeld vaak dat keeshonden 20 of 21 jaar worden. Ook ter riërs leven vaak lang, 15, 16 of 17 jaar. De grote rassen, zoals Duitse doggen en St. Bernards worden zelden ouder dan 12 jaar. DE POES. De poes is een niet minder voorkomend huisdier. In sommige buurten „val" je over de katten. Geen wonder! Ze zijn om mui zen te verjagen. Oors^f onkel ijk tenminste. Er zijn mensen genoeg die nooit een muis in hun huis hebben gezien, en er toch een poes op na houden. Want ook deze poesebeesten brengen gezelligheid. Wel zijn ze niet zoo onderhoudend als een hond, maar een spinnende poes op je schoot, is toch wel leuk. En wie is er niet dol op die mollige, kleine balletjes van een paar weken oud? Je kunt je uren lang met ionge poesjes vermaken. En de uitdruk king op de jonge poesesnoeten is een studie waard. Als ze groot worden zijn ze Zie ik nog een poes? honden het huis uitzet, of wel, dat ze niet bij elkaar kunnen komen. Het is voor gekomen dat een klein lief ruwharig ter- riertje, een schildpad middendoor heeft ge beten. En daarvoor neem je ze niet. Er zijn verschillende soorten schildpadden, ze zijn heus niet allemaal zo klein en tam als die, die we gewoonlijk in onze tuin hebben. Daar is bijvoorbeeld de Gangesschildpad. Deze dieren vind je in de rivieren van Voor- Indië, vooral de Ganges. Het zijn echte roofdieren. Onder anderen eten ze jonge krokodillen op. Maar ook mensen kunnen een geduchte knauw te pakken krijgen. Je zou daar zeker niet voor je plezier gaan zwemmen! Je weet dat er allerlei voorwerpen van schildpadden in de handel zijn. Zo'n mooie schildpadtas, wie van de meisjes zou dat niet dolgraag willen hebben? Of een schild padopschrijfboekje. Dit „schildpad" komt van de Karetschildpad. In de oudheid wer den er al grote sommen gelds voor dit soort schildpad betaald. Ken je de „reuzenschildpadaen?" Die .zie je hier op onze photo. Deze kiek is geno men in de dierentuin van Amsterdam, waar Onze vriend de ruwharige Fox. Moeder Giraffe met haar jongste minder zoet, maar dat is tenslotte met alle dieren en., mensen het geval. Van babies zul je minder last hebben, dan van kwa jongens van een jaar of tien. Maar alle leeftijden hebben hun voordelen. De kat stamt uit Egypte. Daar werden ze als heilig beschouwd. De Grieken en de Romeinen kenden alleen wilde katten. Die kun je nog in de dierentuin „bewonderen". De Romeinen roeiden deze wilde katten uit, zoveel zij konden. Want die aten al hun fa zanten en hoenders op. De Grieken wilden de kat niet als huisdier hebben. Inplaats daarvan gebruikten ze wezels, tamgemaak- te wezels, om muizen en ratten te verdel- gen. Nu, dan hebben wij toch liever de poes! In tegenstelling met de hond heeft de kat niet veel „zin voor reuk". Inplaats daarvan heeft de kat zijn snorharen. Dat zyn zijn gevoelszintuigen. Zonder die mooie snorrebaard stoot het beest overal tegen aan. DE SCHILDPAD. Van de poes naar de schildpad. Nogal een grote sprong hé? Zo'n hups poesje en zo'n trage schildpad. Deze dieren worden ook wel als huisdier gehouden, het woord „tuindier" zou beter op zijn plaats zijn. Ze I moeten zich immers in de tuin vermaken. I Als je ooit besluit tot het .houden van schildpadden, zorg dan dat je eventueele de kinderen een ritje per reuzenschildpad kunnen maken. Dat is weer eens iets an ders. Als je altijd op de fiets of in de tram zit, is dit een welkome afwisseling. Schildpadden' kunnen heel oud worden. Er zijn verschillende gevallen bekend, waar een schildpad meer dan 150 jaar was. TE LAAT GEKOMEN Mijn vriendinnetje Corrie wou, vandaag haar brood niet eten en heeft bijna een uur aan tafel toen gezeten. Zy kwam te laat op school natuurlijk moest zij blijven! En tien maal achtereen: ,,'k Mag niet te laat zijn", schrijven. 't Was doodstil in de klas, je kon een muisje horen, toen klonk 't opeens heel zacht: „Juf, mag 'k U even storen?" „Ik zal voortaan nooit meer zo vrees'lijk langzaam eten, geloof 't maar, hoor Juf, ik zal het niet vergeten". S. Salomons-SougeL EEN INKTPOT MET BERGING VOOR PENHOUDERS, POTLODEN ENZ. Con zat nu in de vierde klas. Moest dus al huiswerk maken. Bovendien vond moe der het nu hoog tijd dat hij zijn eigen cor respondentie afwerkte. Vroeger deed zy dat nog wel eens, of Con schreef een paar regeltjes in haar brieven. Maar als hij nu, brieven en kaarten kreeg, b.v. op zijn ver jaardag, moest hij ze helemaal zelf beant woorden. Zodoende had Con de wens te kennen gegeven dat hij een eigen bureau wilde hebben. Maar daar was vader niet over te spreken. „Daar komt niets van in", zei hij. „En Leendert en Jan en Karei heb ben er ook al een", zei Con op klagende toon. „Trouwens, ik zou veel beter werken, als ik een eigen schrijfbureau had. „Toch krijg je er geen", zei vader beslist. „Maar ik heb er niets op tegen dat je een eigen tafel krijgt en die voor jezelf inricht". Con was niet erg enthousiast, maar hij ging het toch eens proberen. In de kelder stond een tafel die over was. Net een goede maat, niet te groot en niet te klein. Hij kon juist voor Con's raam staan. Al te mooi zag de tafel er niet meer uit, maar Con was han dig. Hij kocht groen vilt, bracht dat naar moeder en vroeg of zij dat voor hem wilde knippen. Want je weet, wat naaien betreft, staan de vrouwen en meisjes boven aan. Moeder knipte het stuk vilt zo, dat het de hele tafel op een smal randje na bedekte. Con plakte het stuk erop en kijk, de tafel was niet meer te herkennen. Hij had zelfs een beetje het aanzien van een bureau ge kregen. Toen zette Con netjes zijn boeken erop, een presse-papier, die hij eens van zijn oom gekregen had en een lijst met een foto van zijn klas erin. Con glunderde. Hij kreeg er plezier in. Hij zou niet eens meer een echt schrijfbureau willen hebben. Maar er ontbrak iets aan. En wel het belangrijkste: een inktpot. Zo'n gewone fles vond hij niet leuk. Ook daar wist Con, na enig naden ken, raad op. Hij ging er zelf een maken. Hij zaagde twee plankjes, van ongeveer 1 cm. dikte in de vorm zoals op fig. .2b te zien is. De doorsnede was 20 cm. Toen zaagde hij een van die ronde plankjes in stukken, zoals te zien is op fig. 2a. Deze losse stukken plakte hij op het eerste plank je. Op fig. 2c kun je zien, hoe de verde ling van de holte voor het inktpotje en de riggels voor de penhouders, werd. Con was vry gauw klaar. Het viel hem niet moeilijk. Een glazen inktpotje had hy nog. Toen al les klaar was, schuurde hij het hout mooi glad en beitste het. Hij dacht er nog even aan om drie kogeltjes onder het geheel te plakken, by wijze van voetjes. Maar och, dat was niet nodig vond hij. Even later prijkte de inktpot in al zyn glorie op het „schrijfbureau". Con moest die dag heel wat pluimpjes in ontvangst nemen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1940 | | pagina 10