Nieuw Raadsel Het eendje van Fokkelientje Rtiie jongetu en meiijel! Zo, er waren weer wat meer brieven ditmaal dan de vorige week, maar veel is het ook nu nog niet. Doch dat zal wel komen door de toestand. Nog een paar maal, jongens en meis jes, en dan is het vacantie voor de club. Juli en Augustus schrijven we elkaar niet. Maar met September gaan we dan weer vol goede moed beginnen. Het boek is deze week gewonnen door: JACK v. d. CAPPELLE, Laanplein E 38, Schagcn. En nu de briefjes: Win» Sch roever». Dat was weer eens een fyne brief van je Wim. Het heeft een hele tijd geduurd voor ik weer bericht van je mocht krijgen, maar enfin, nu is alles weer goed gemaakt. Een leuk verhaal, dat van het bezoek aan de boerderij. Maar..* ik dacht, dat jy beter vissen .kon. Had jij maar 2 witvisjes? Tot volgende week Wim. De groeten aan Piet! (niet vergeten). Bep Tijson, Wieringerwerf. Brrr... wat een kort briefje, Bep. Zo kort heb ik er nog nooit een van je ontvangen. Dat moet er volgende week anders uitzien. Ga je op de foto? Nu. als er een overschiet houd ik me aanbevolen. Ik wil jou wel eens op een plaatje z(en. Dag Bep! Trien Tfyaen, Wieringerwerf. Trien schryft een wat langere brief. Maar ook al weinig nieuws. Gebeurt er zo weinig by jullie Trien? Hoe gaat het op school? Krijg ik daar volgende week ook een en ander van te horen? Dag! Arte Speur, Centraal Kinderziekenhuis, Alkmaar. Ja kerel, daar had jy me de vorige week de prijs. Was het boek naar je zin? Dat moet je me, zodra je weer op je gemak een briefje kunt schrijven, eens ver tellen. Ik hoor dat het goed gaat hè? Fijn! Zo houden, dan ben je weer in een wip thuis en gaan we elkaar, na de vacantie weer iedere week schrijven. Doe je moeder de har- ^telijke groeten Arie? Sterkte hoor! (en de verpleegsters niet plagen...!) 1'ietertje Klei meer, Veenhulzen (Heer- hu go waard). Nee maar Pietertje... dat is me toch ook wat geweest met de taart, die jy twee weken geleden gewonnen hebt. La ten ze die taart nu heel naar Veenhuizen in Drenthe gestuurd hebben, daar, waar ze landlopers voor een poosje opbergen. En toen kwam de doos met de taart weer uit Drente terug, na een dag of 4, en kreeg Pietertje hem in handen. Nu, het zag er allemaal wat verkruimeld uit en alles was door elkaar gelopen, schrijft Pietertje me. hoewel vader zei, dat hij er n o g wel een gelust had. Dat was een taart-avontuur Pietertje! Maar de volgende keer zal ik zor gen, dat ze dat smulding niet zo ver door sturen. Dag! Bedankt voor de mooie kaart. Ik heb 'm aan m'n vrouw doorgestuurd. Tlcts v. d. Cappelle, Schagen. Ik dank je harteiyk voor de erg aardige brief Tiets. Ik ben er blij mee dat je zo aan me denkt. En dat op zulk een vriendeiyke wyze. In Santpoort gaat het goed. Over een paar maanden komt m'n vrouw wel weer thuis. Als het zover is zal ik het schrijven hoor. Van de oorlog merken ze niet veel, hoewel er een dag of 10 geleden op een kilometer afstand van het sanatorium een bom in het bos gevallen is. Toen waren de patiënten allemaal natuuriyk geschrokken. Jack v. d. Cappelle, Schagen. Ja Jack, die twee prachtige witte sierduiven waar je me het vorige jaar zo mee verraste, heb ik nog. Of beter gezegd, iemand anders be waard ze voor me. Want toen myn vrouw een tydje weg was, ben ik het huis uitge gaan en zodoende moest ik de duiven tyde- lijk met het hok aan een ander geven. Maar die mensen zyn er heel erg goed voor. De twee sneeuwwitte jonge duifjes vliegen al zo aardig. Ja, je moest ze eens kunnen zien. Nu, misschien laat ik wel eens een foto van het viertal maken. En dan krijg jy die foto. Afgesproken? Dag Jack! Annie Speet». Wat een wonderiyke foto van je vader, met het paard voor de auto Annie. Leuk dat er een foto van ge smaakt is en dat je er mij een gestuurd hebt. Ik dank je vriendelijk hoor. Zo. vond tante het niet leuk in Den Helder? Nu, daar hebben ze ook best van de oorlog te ïydcn gehad, de mensen. Het is er, naar ik verneem, nogal onrustig geweest. Dag An nie. Tot volgende week. Beste vrienden en vriendinnen, ik ben er door. Tot volgende weck. Xdeel v. e. fiets. X dier. Xdeel v. h. jaar. Xplaats in Overijsel en Drente Xligplaats v. schepen. Xmeubel. Xkegel v. ys. Xwapen. De eerste regel, van boven naar beneden gelezen (kruisjes) is een middel, om ons een uur langer van het zonlicht te laten genieten. Oplossing raadsel vorige week Profeet: lAtafcl; lePclen; schAven; proe ven; strydEn; broedeR. Goede oplossingen ontvangen vant Jack v. d. Cappelle, Schagen; Tiets v. d. Cappelle, Schagen; Pietertje Kleimeer, Veen- huizen, Heer Hugowaard; Trien Tijscn, Wie ringerwerf; Bep Tysen, Wieringerwerf. WELK DIER IS DIT? Al zoek je nog zo lang in de dierentuin, dit rare dier zul je er niet vinden. Het is een beest samengesteld uit zeven dieren. Wie herkent ze? Wat je doet, doe dat goed „Kom, dat is klaar!" zei Piet, zijn schoen borstel weggooiend. „Mijn schoenen glim men wel niet al te mooi, maar dat geeft niet!" „Wat waard is gedaan te worden, is ook v/aard om goed gedaan te worden", zei opeens een vriendelijke stem. Piet schrok en keek op om te zien wie daar gesproken had. Het was zijn vader. „Piet, je schoenen zien er vreeselijk uit. Teem de borstel maar weer en poets ze beter. Als ze er behoorlijk uit zien, kom je even op mijn kamer." „Ja vader", bromde Piet en pakte met een boos gezicht de borstel weer op. Toen ging hij aan 't poetsen tot zijn schoenen mooi glommen. Daarna ging hij naar zijn vader toe. die het volgende te zeggen had: „Jongen, ik moet je eens iets vertellen. Ik heb eens een arme jongen gekend, wiens moeder hem leerde: wat waard is gedaan te worden is ook waard om goed gedaan te worden. Die jongen werd huisknecht bij een familie. Hy probeerde alles zo goed mogelijk te doen, hoe vervelend en saai het werk soms ook was. Zijn meester was tevreden over hem en nam hem in zijn magazijn, waar hij zijn werk ook goed deed Als hy stof af moest nemen deed hij dat goed. Als hy een boodschap moest doen, kwam hij vlug terug en deed het goed. Als hij geld moest ontvangen, hy deed 't goed. Dit was zo naar de zin van zijn meester dat hij zijn bediende bevorderde, die nu eerste klerk werd en daarna compagnon. Nu is hy een rijk man, die vurig hoopt dat zijn zoon Piet dezelfde regel zal toepas sen, die hem zoveel geluk heeft gebracht," „Vader, was u die arme jongen?" „Ja, jongen, ik was zo arm dat ik huis knecht moest worden. Door alles goed te doen, zoals ik je verteld heb, werd ik la ter met gewichtiger dingen belast. Zo werd ik ryk." Piet vergat dit gesprek met z'n vader nooit Als hij een vervelend werkje moest doen dacht hij er aan en probeerde het dan zo goed mogelijk te doen. Het sprekende hoofd Dit wordt een griezelige voorstelling, want we gaan een hoofd laten spreken. Je moet er een moeite voor over hebben, maar je zult dan ook succes hebben bij je vrien den. Velen van jullie zullen misschien een masker hebben, dat als hoofd te gebrui ken is. Behalve dit masker hebben we nog een lange slang nodig. Als je die niet hebt, kun je hem zelf maken. Je neemt sterk pakpapier en legt dat om een bezemsteel (zie figuur la) Het papier moet zo afgeknipt worden dat de ene kant van het papier de andere onge veer een centimeter bedekt. Dan plak je de slang, met behulp van een gummireep, dicht en trekt hem van de bezemsteel af. (zie fig. lb en 1 c.) Nu wordt het eene deel van de -slang, met behulp van een restje stof dat je met lijm bestreken hebt, achter de mondope ning van het masker geplakt. Aan de voor kant van het masker mag je er niets van zien. Nu zet je het masker op een kist, of een stapel boeken, die je op tafel legt, zet het masker een muts op. of bindt het een hoofd doek om, maar zorgt dat de slang er aan de achterkant door gesloken kan worden. Vlak achter het hoofd zet je een scherm of hang je een gordijn, want de jongen die de slang in de hand houdt, moet onzichtbaar blijven. Als het masker van zelf niet blijft staan, kun je er een paar stokken achter zetten (fig. 3). Dan staat het masker stevig. Nu kan de voorstelling beginnen. Iemand van de toeschouwers, of een jon gen die er alles vanaf weet, stelt het mas ker vragen, die beantwoord worden door de jongen achter het gordyn. Deze houdt de slang voor z'n mond en -preekt er door. De woorden klinken hol en dof door de slang en omdat niemand de jongen achter het gordyn ziet, lijkt het alsof het hoofd spreekt. Het geheel wordt nog griezeliger als je achter het hoofd een zaklantaarn zet, die het hoofd verlicht. Probeer het eens, je kunt er veel plezier mee beleven. door GERRIE KOENRAADS. Fokkelientje is nu al een groot meisje. Ze is op de H.B.S. en doet dit jaar eindexamen en als ze slaagt wil ze gaan studeren voor dierenarts. Want Fokkelientje is ,een grote liefhebster van dieren. Zo zul je begrijpen dat ze heel veel verdriet had over de ge schiedenis van het eendje, haar eendje. Die geschiedenis speelde zich af toen Fokkelientje nog maar een peuter van zes jaar was. Toen had ze een vriendinnetje, Anke en een prachtig poppenhuis. Anke benijdde haar vriendinnetje hevig om dat poppenhuis Zo erg zelfs dat ze Fokkelientje a! de hele huiskamer had afgebedeld. Want Anke was een bijdehandje, Fokkelientje had niet veel tegen haar in te brengen. Maar op zekere dag werd het Fokke lientje toch te bar. Anke wilde nu de divan uit haar poppenhuis hebben. Je divan, dat prachtmeubel, dat met blauwe zij overtrok ken was en zijden franje had en waar ze zo trots op was! Na lang nadenken zei Fokkelientje te gen haar vriendinnetje: „Wat krijg ik er voor?" „Wat., ik heb niets", antwoordde Anke. „Ik kan je die divan niet voor niets ge ven", zei Fokkelientje flink, ik ben toch al bang dat moeder eerstdaags naar m'n poppenkamer zal vragen en als ze ziet dat die divan weg is.." Anke zette een gewichtig gezicht. „Ik zal je een eendenei geven", zei ze eincje- lijk. „Een eendenei? Wat moet ik daarmee doen?" vroeg Fokkelientje verbluft. „Nou, dat kun je onder de kloek leggen en die broedt het uit. Dan heb je een eend. Maar", ging Anke verder, toen ze zag dat haar vriendinnetje nog niet erg tevreden keek, „ik moet er nog even over naden ken. Eigenlijk is dat veel te veel voor zo'n divannetje!" Anke was een slimmerik. Nu had ze Fok kelientje gevangen. Even later stapte Anke met de divan naar huis en Fokkelientje droeg trots haar eendenei naar binnen. „Mina", zei ze tegen het dienstmeisje, „dit is een eendenei. Zorg dat de kip het voor me uitbroedt." Mina begon hard te lachen. Denk je dat de kippen dat op bevel doen? Maar toen ze het teleurgestelde gezichtje van Fokke lientje zag, beloofde ze haar best te doen en 's middags nam ze twee kippeneieren onder de kip weg en legde het eendenei er voor in de plaats. En warempel, toen de schalen barstten, kroop er een eendje uit het ei. Het was pik zwart met een klein wit vlekje op de borst. Fokkelientje was in de wolken en noemde het beestje. „Zwartje". De oude kip was niet erg op Zwartje ge steld. Het kleine eendje bezorgde haar meer last dan alle kuikens samen. Zwartje gehoorzaamde niet en als de oude kip haar in de steek liet, begon hy zo erbarmelyk te krijsen dat je horen en zien verging. Ook had hy een bijzondere voorliefde voor al les was nat was. Als de kippen om de scho tel met water stonden om te drinken, drong het eendje zich naar voren, nam een spron getje en., plofte in 't water om daar ver genoegd te duiken en te nloeteren, tot gro te schrik en ergernis van de oude kip. Of Zwartje liep de plassen in, die er na een regenbui ontstonden en zwom daar vrolijk rond, zonder aandacht aan z'n pleegmoeder te schenken, die woedend aan de kant stond en zich dood schaamde voor haar kuikens. Maar Fokkelientje was dol op Zwartje. Ze nam hem op haar arm, streelde het plui zige velletje en vond het leuk als Zwartje met z'n snavel aan haar jurk trok. Ge hoorzamen deed Zwartje haar ook. Op ze kere dag zei Mina tegen Fokkelientje: „Je moet hem regenwormen geven, dan wordt hy mooi dik en rond." „Bah!" zei Fokkelientje. Als er iets was dat ze haatte, waren het regenwormen. Als ze er eentje zag, rende ze hard weg. Maar Mina hield vol dat ze voor Zwartje „het" voedsel waren en omdat Fokkelientje zelf ook wilde dat haar eendje gezond en flink werd, trok ze er op een goede dag op uit, op ?acht naar regenwormen. Ze vond er hopen. Toen riep ze Zwartje en hield z'n snavel boven de wormen. Zwartje had de zaak al gauw begrepen. Het duurde niet lang of de hele hoop wormen was verdwe nen. En of het hem smaakte! Hij scheen maar niet genoeg te kunnen krijgen. Toen alles op was, waggelde Zwartje dik en rond weg. De vriendschap tussen Fokkelientje en hei eendje werd steeds hechter. Fokkelien tje hoefde zich maar in de tuin te vertonen, of Zwartje liefde andere kameraadjes, de kuikens in de steek en liep zo vlug hij kon, op het meisje af. Iedere dag werd hij dik ker en langzamerhand veranderde zén don zige velletje in een mooi, blauwzwart ve- rendek, waarin de vlek op de borst glansde als zilver. Toen de vacantie kwam, ging Fokkelien tje veertien dagen bij haar tante logeren. Voordat ze weg ging moest Mina haar be loven dat ze goed voor Zwartje zou zorgen en niet vergeten moest, regenwormen te geven. Toen nam ze Zwartje op haar arm en liefkoosde hem, terwijl het eendje sna terde van plezier. Toen Fokkelientje weer thuis kwam, had ze eerst zo veel te vertellen, dat ze geen tijd had in de tuin te gaan. Het was etens tijd en de familie ging aan tafel. Na de soep bracht Mina een gebraden vogel op tafel. Tante die op bezoek was, keek er naar en zei: „Wat ziet dat er heerlijk uit!" „Ja", zie moeder, „het was ook een bij zonder mooie eend." ..Eend..? Meteen keek moeder Fokkelientje al verschrikt en schuldbewust aan, terwijl Mi na troostend zei: „Weet je Fokkelientje, een eend moet geslacht worden als hij jong is anders wordt hy hard." Fokkelientje keek sprakeloos van moeder naar Mina en van Mina naar moeder. Had den ze haar Zwartje geslacht? Haar lief, grappig eendje? Het scheen haar toe alsof ze kannibalen waren. Zonder iets te zeggen stond Fok kelientje op, ging naar haar kamertje en huilde daar tot ze niet meer kon. Het was haar eerste grote verdriet in haar leven en ze heeft het nooit helemaal vergeten. UIT WELK SPROOKJE IS DIT PLAATJE? •afjiMAvnaaus :Suissojdo Om zelf te maken Een cadeautje voor moeder's ver jaardag. Nog steeds worden zelfgemaakte cadeau tjes het meest op prijs gesteld. Geen won der, het is altijd prettig te weten, dat iemand zoveel tijd voor je over heeft. Maar het is niet zo makkelijk steeds weer iets nieuws te vinden. Bovendien kan het meestal niet duur zijn en ook niet te moei lijk. Hét is beter dat je een eenvoudig werk je kiest en dat heel goed maakt, dan dat je je aan moeilijker en ingewikkelder din gen waagt, die niet goed uitvallen. Want dan kun je heus beter een cadeautje kopen. Het is niet prettig om een zelfgemaakt ge schenkje te krijgen, dat er slordig uitziet, en dat later blijkt niet deugdelijk te zijn. Er zullen wel veel kinderen zijn, die een cadeau voor moeder, een probleem vinden. Het is soms moeilijk de volgende voorwaar den te combineeren: aardig, practisch, niet duur en niet te moeilijk uit te voeren. Wat denken jullie van deze „schrobber en bezemhanger"? Aardig is het zeker en practisch ook. Moeder kan die plank in een hoek van de kelder, keuken, gang of waar dan ook hangen. En moeilyk is het ook niet, hoewel het natuurlijk een werkje is voor de ouderen van jullie. Figuur 1 laat de plank zien, als hij klaar is. De plank kan het beste door een jongen gemaakt worden en de gordijnen door zyn zusje. Is er geen zusje, dan is er wel een nichtje of tante, die je graag zal helpen. De plank moet uit tamelijk dik hout ge maakt worden ên zo gezaagd worden, dat hy in een hoek van de keuken of kelder past. Aan de onderkant van de plank wor den haken geschroefd, waar de bezems, schrobbers enzovoort aan kunnen hangen. Het beste is, eerst met een scherp voor werp een paar gaatjes in het hout te ma ken, zodat de haken er makkelijker in ge schroefd kunnen worden. Figuur 2 en 3 la ten /ien, waar de haken moeten komen. Figuur 4 laat de plank van boven zien. a is een muursteuner, die in de muur ge hamerd wordt, om te voorkomen, dat de plank naar voren kiept, b-b zijn twee ha ken. zoals je ze in de winkels kunt krijgen. Jullie moeten het ophangen van de plank maar aan vader overlaten. Want de spij kers en haken moeten heel precies in de muur geslagen worden, en er mogen geen lelijke gaten komen. Het zusje moet voor een aardige ge bloemde stof zorgen, omzomen, met de ma chine, als zij dat kan, en anders met de hand, wat wel iets langer duurt, maar dat is toch niet erg. Ze moet natuuriyk goed uitmeten hoe lang en hoe breed de stof moet zijn. Moeder zal zo'n uiterst practisch cadeau vast en zeker op prijs stellen. LACHEN IS GEZOND. Een beleefde heer zei eens tegen een klein meisje: „Hoe maak je 't, zusje?" „Heel goed, dank u wel", antwoordde ze netjes. „Nu zusje, nu hoor je vragen hoe IK 't maak", zei de heer toen. „Dat hoef ik niet te weten", luidde het antwoord.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1940 | | pagina 12