De ruilverkaveling
Noordscharwouder
polder
Hulp aan de kleine boeren
kiespijn?
Zweden en de Duitsch-
Russische betrekkingen
Een zonderlinge cultuur
in Noord-Holland
Het schiet niet
hard op
POLDERBESTUUR
WIJKT NIET
°an 'n Mijnhardtje
De diensten worden
niet altijd
gewaardeerd
Bahia Blanca vloot-
sfeunpuot der
Vereenigde Staten
,An 't vette'
Het winnen van
vetzaad
van de
In de op 2 Juli j.1. gehouden vergadering
van ingelanden van den Noordscharwouder
Polder, waarbij vertegenwoordigd waren de
besturen der Gemeente, Banne en de vier
plaatselijke tuinbouwvereenigingèn, is de
ruilverkaveling van den Noordscharwouder
Polder breedvoerig besproken. Zooals men
zich zal herinneren was het initiatief tot deze
ruilverkaveling niet afkomstig van de be
langhebbenden, maar werd deze vergadering
gehouden naar aanleiding van een onder
houd, dat het bestuur van den Polder had
gehad met de heeren ir. De Priester en ir.
Tenkink, resp. l#oofdingenieur en ingenieur
van den Prov. Waterstaat, die er op hadden
aangedrongen, dat een aanvrage tot ruilver
kaveling werd ingediend, omdat er, in ver
band met de omstandigheden, werkverrui
mingsobjecten noodig waren. Wanneer een
aanvrage, tot ruilverkaveling zou worden in
gediend, zouden de eigenaren er beter voor
staan, dan wanneer van hoogerhand beslag
op de landerijen werd gelegd, om de her
verkaveling en herontginning te doen ge
schieden.
Over het algemeen gevoelden de eigenaren
en belanghebbenden er niet, veel voor, om
tot de aanvrage tot ruilverkaveling over te
gaan, aangezien het belang hiervan in het
onderhavige geval niet werd ingezien. Groote
moeilijkheden werden verondersteld ten aan
zien van den waterstand en de nieuwe in
deeling van het land, waardoor de na-cultuur,
in gedrang zou komen, terwijl £en groot be
zwaar werd, gevonden, dat de vaarweg ver
dwijnen zou en men aangewezen zou zijn op
vervoer der producten per as. hetgeen in de
tegenwoordige omstandigheden, nu in bet
Geestmeramhacht het per vaartuig vervoeren
van de producten nog steeds de manier is.
voor de betrokkenen zeer groote moeilijkhe
den zou opleveren.
Het eind van het lied was. dat een besluit
word genomen, om vóór den gesteldcn datum
van 5 Juli een onderhoud aan te vragen met
den Rijkscommissaris, teneinde de bezwaren
tegen deze ruilverkaveling naar voren te
brengen en te oogen, dit object van de lijst
te doen schrappen. De aanvrage om ruilver
kaveling, welke eveneens zou worden inge
diend, zou als voorwaarde bevatten, dat de
grond niet in waarde zou verminderen en de
sluis en de vaart behouden zouden blijven.
Men wilde dus eerst een onderzoek naar de
mogelijkheden van de ruilverkaveling, voor
dat een aanvrage zou worden ingediend. Dit
is niet volgens de regelen van de Ruilvcr-
kavelingswet, aangezien deze eerst een aan
vrage voorschrijft, waarna tot het onderzoek
wordt overgegaan.
In de gegeven omstandigheden, waar de ei
genaren niet zelf tot het initiatief waren
overgegaan, is dit echter wel te begrijpen.
Het onderhoud, dat met den Rijkscommis
saris was aangevraagd, heeft tot heden nog
niet plaats gehad. Ecnige dagen geleden ech
ter ontving het polderbestuur een brief van
den hoofdingenieur-directeur van den Pro
vincialen Waterstaat van den volgenden in
houd:
Naar aanleiding van de aanvrage
van ruilverkaveling op 5 Juli bericht
ik U, dat Uw aanvrage gericht moest
zijn aan Ged. Staten van clc Provin
cie, waarin het object zich bevindt.
Bovendien voldoet Uw aanvrage niet
aan de voorgeschreven vorm. 'n Aan
vrage, waarin voorwaarden worden
gesteld, is geen aanvrage. Ik acht 't
daarom wenschelijk, dat de hoofd
ingenieur De Priester en de Ingeni
eur Tenkink een bespreking te uwen
huize, op 23 Juli met U hebben."
Dit onderhoud heeft plaats gehad. Uit den
brief blijkt wel, dat men van meening was
bij den Prov. Waterstaat, dat hier van een
vergissing sprake was. De beide heeren heb
ben met het bestuur een bespreking hierover
gevoerd, waarbij aan de hand van de notu
len van de vergadering van den tweeden Ju
li de bezwaren, welke door de eigenaren en
belanghebbenden gevoeld worden, nader
werden toegelicht. Hierdoor zal ongetwijfeld
een helderder inzicht in de situatie zijn
ontstaan.
De ingelanden van den polder zouden niet
Twee stuk» 1 0 ct. - Twaalf stuks 50 ct.
tegen ruilverkaveling zijn, wanneer er niet
zulke ernstige economische bezwaren aan
verbonden zouden zijn. Wanneer de polder
daar niet zoo achteraf zou liggen, maar mid
den in het Geestmeramhacht, zouden zij er
wel anders tegenover staan. Maar de twee
teelten, welke op deze gronden steeds een
behoorlijk rendement hebben opgeleverd,
achten zij in gevaar, terwijl het vervoer
langs den weg het grootste struikelblok zou
zijn.
Dat het bestuur van den polder nog niet
van gedachten veranderd is na het onder
houd met de beide ingenieurs, blijkt wel uit
den brief, wclek het aan don hoofdingenieur
directeur van den Prov. Waterstaat heeft
geschreven. Deze luidt als volgt:
Naar aanleiding van de d.d. 23
Juli 1940 met ir. De Priester en ir.
Tenkink gehouden besprekingen dee-
len wij U mee, dat ops bestuur geen
machtiging heeft, een andere aan
vrage tot ruilverkaveling in te die
nen. als die, waarvan het beginsel
is uiteengezet in den brief van 5 Juli
1940 aan den heer Tenkink van
Uwen dienst. Het door de vergade
ring van stemgerechtigde ingelan
den, vertegenwoordigers van de ge
meente de banne en de plaatselijke
tuinbouwvereenigingèn op 2 Juli '40
ingenomen standpunt was aldus:
Een onderhoud aan te vragen bij
den Rijkscommissaris om te trach
ten den Noordscharwouder polder
van de lijst van de ruilverkavelingen
af te voeren en binnen den gestelden
termijn van 5 Juli 1940 een aan
vrage in te dienen mits na onder
zoek zou zijn gebleken dat dc grond
niet in kwaliteit zou achteruit gaan
en de vaart met sluis behouden zou
den blijven".
(Van onzen Alkmaarschen correspondent).
Een der zwakke plaatsen üit onze samen
leving van clc laatste jaren was zonder twij
fel, dat er wat heel veel werd „gesteund".
De vraag, hoe men daartoe is gekomen,
wilen we hier buiten beschouwing laten, er
valt. te beschuldigen en tc verontschuldigen,
een feit echter is. dat het systeem op zich
zelf het bewijs vormde voor de stelling, dat
er in onze gemeenschap iets niet in orde
was. Want in een normale samenleving
dient een goed beheerd bedrijf, dat. voort
brengselen levert, waaraan behoefte bestaat
een behoorlijk bestaan op te leveren.
Dit laatste is intusschcn aan onze bewind
voerders van gisteren niet geheel ontgaan
en zoo werd voor de kleine boeren, die. we
gens de onrentabilileit van hun bedrijfje, in
aanmerking kwamen voor overheidssteun,
oen dienst ingericht, welke beoogde om door
het geven van voorlichting de toestand te
verhel eren.
Dat was juist gezien'. In een tijd, waarin
in de groot ere bedrijven meer cn meer de
hulpmiddelen van de moderne techniek
werden toegepast, waar de leiders niet
zelden een uitgebreide landbouwstudie ach-
ter den rug hadden, moesten de kleineren
in het gcrantr raken, indien ook zij niet op
ecnige wijze van de vooruitgang dezer eeuw
konden profiteeren,
Gelijk echter vaker in de wereld,
bleken ook hier de geboden dien
sten niet steeds welkom en, als
men van overheidswege niet een
50 M. vrije slag heeren: Joh. de Jager 34
sec. (Ie prijs); P. Smit 37,4 sec, 2e prijs; J.
Biersteker 41.6 sec.; C. van Zoonen, 45 sec.;
P. Aker, 45,2 sec.; C. Kooij. 45,6 sec.; P. War-
naar, 46 sec.; P. Wolfswinkel, 46.6 sec.; P.
Schoen 50.2 sec.; C. Smit 51.2 sec.; II. Aker
52 sec.; D. Biersteker 55 sec.; J. Kuiper 56
sec.: M. Dekker 56.2 sec.
50 M. vrije slag dames: A. Leek 44,8 sec.;
R. Stammes 46,2 sec.; Nel Stammis 47.4 sec.;
B. Kooij 48,2 sec.; R. Heinis 19 sec.; R. Mee
reboer Pd. 49,4 sec.; Tr. Stammis 50.4 sec.;
R. Meereboer Jd. 56.2 sec.; F. Fijma 53,6 sec.;
Jannie Kuiper 54,4 sec.; A. Hartman 56.4 sec.;
Annie Kuiuer 60.8 sec.
50 M. rugslag heeren: Joh. de Jager 49.4 s.,
Ie prijs; C. Smit, 54.8 sec. 2e prijs; P. Smit
55.2 sec.; H. Aker, 1 min. 1 sec.; C. van Zoo
nen 1 min. 4.2 sec.; P. Aker 1 min. 8.1 sec.;
P. Schoen 1 min. 8.2 sec.; J. Biersteker 1
min. 10.2 sec.; J. Kuiper 1 min. 15 sec.
50 M. rugslag dames: Bets Kooij, 53 sec. Ie
prijs; A. Leek, 54 sec. 2e prijs; Nel Staminis
59.(5 sec.; A. Hartman 1 min.; A. Kuiper 1
min 2 sec.; G. de Geus 1 min. 3.4 sec.; Ric
Stammis 1 min. 6 sec.; T. Stammis 1 min.
6.8 sec.; Riek Heinis 1 min. 9 sec.
Estafcttcwedsfrijd: Winnaar le ploeg Oude
Niedorp met 2 min. 49 sec. bestaande uit de
heeren R. Heinis, P. Smit, A. Leek, J. de Ja
ger; 2e werd ploeg I van N. Niedorp met 3
min. 4.2 sec. bestaande uit Ric Stammis, Nel
Stammis Cor Kooij en P. Schoen; Derde werd
ploeg II van Oude Niedorp met 3 min. 18.6
sec. bestaande uit R. Mccrcbner Pdtr., J. Bier
steker, G. Fijma cn C. van Zoonen. De laat
ste ploeg was ploeg II van Nieuwe Niedorp
met 3 min. 19.6 sec. bestaande uil Bets Kooij
Tr. Stammes, C. Smit en P. Aker.
DANKBAARHEID VAN GEËVACUEERDEN
Naar wij vernemen zal aan de gemeente
Oude Niedorp namens de geëvacueerden uit
Amersfoort een staande klok worden aange
boden voor het raadhuis, uit dank voor de
ondervonden gastvrijheid in deze gemeente.
De offieieele overdracht zal vermoedelijk
plaats vinden op Zondag 4 Augustus a.s.
zekere pressie had kunnen uitoefe
nen, zou het twijfelachtig zijn ge
weest of er van den Dienst .voor
Kleine Boeren (D.K.B.) ooit iets
wras terecht gcokmen.
Evenwel, de boer werd gesteund en hier
mede had men het wapen in de hand om
de kleine landbouwers en tuinders te nood
zaken gebruik te maken van den nieuw ge
schapen dienst. Wie steun ontving, was ge
noodzaakt zich tc voegen, en diende aan
gaande bemesting, voedering, enz. overleg te
plegen met den aangewezen deskundige. Dit
overleg werd overigens aanvaardbaar ge
maakt. doordat de steun niet slechts werd
verleemt in geld. doch tevens in kunstmest,
veevoeder, enz. En het is nu eenmaal een
trek in don mon«ch, dat hij bereid is te
spreken over dc behoefte aan iets, als degene
met wie hij spreekt, bereid is hem dit gratis
ter beschikking te stellen.
Zoo is deze nieuwe dienst gegroeid. Even
als overal komt het echter ook hier in hoo-
src mate aan on de persoonlijke tart van
dengene. aan wien de taak der voorlichting
is oneedragen. Hij moet kunnen overtuigen
en dit laatste geschiedt het beste door het
geven van het goede voorbeeld. Men moet
kunnen annfoonen. wat hij doeltreffende be
mesting en inistp. behandeling is te verkrij
gen cn zoo deze resultaten heter zijn dan
die van den gemiddelden kleinen boer. dan.
zal deze eerder bereid zijn te luisteren naar
ziin adviezen.
Daarom heeft de heer A. P. Comvenhoven
assistent hij dezen dienst te Heiloo. direct
gevoeld, dat in de woonplaats van den as
sistent een klein centrum van landbouw
voorlichting moecf worden gevormd.
Nadat hij verschillende moeilijkheden had
moeten overwinnen, was hem dit jaar van
gemeentewege een halve H A grond ter be
schikking gesteld, zoodat hij kon overgaan
tot dc inrichting van een proctfuin met
voorbeeldtuin.
De werknemers bij de Duitschf
weermachtsinstanties en de
sociale verzekeringen
Door de afdeeling sociaal bestuur van het
Rijkscommissariaat voor het bezette Neder-
Jandsche gebied is in een onlangs gehouden
bespreking tusschen vertegenwoordigers
van de Duitsche weermacht, het ministerie
van sociale zaken, de rijksverzekeringsbank
en de verecniging van Raden van Arbeid,
de positie geregeld, die dc werknemers van
Ncderlandsche nationaliteit bij de verschil
lende Duitsche weermachtsinstanties tegen
over de sociale verzekeringen innemen.
Hierbij is principieel vastgesteld, dat deze
wernemers ten opzichte van het sociale ver
zekeringsrecht een geheel gelijke behande
ling moeten ondervinden als degenen, die
bij particuliere werkgevers in dienst zijn.
Zij zijn daarom evengoed als deze onderwor
pen, overeenkomstig de geldende Xedcr-
landsche voorschriften der sociale verzeke
ringen, aan de wettelijke ziekte-, ongeval
len en invaliditeits- en opderdomsverzeke-
ring. Ofschoon uit bcstuurstechnische over
wegingen in afwijking van dc uitvoerings-
voorschriftcn anderewegen voor de uitvoe
ring van de verschillende verzekeringen
moesten worden ingeslagen, blijven de vér-
zekerden toch hun aanspraken en daarmee
hun belang op dit sociaal gebied vólkomen
behouden. Daarmee is het bewijs geleverd,
dat de Duitsche weermacht in Nederland
haar sociale plichten als werkgeefster in
ieder opzicht nakomt en kan terecht wor
den verwacht, dat de werknemers voor deze
voorbeeldige sociale houding van de Duit
Md ie weermacht van hun zijde het noodige
begrip zullen toonen.
EISCHEN AAN ARGENTINI8?
Het Argentijnsche avondblad „Pampero"
meldt uit Havanna, dat uit naar gezegd
wordt betrouwbare kringen verluidt, dat de
Yereenigdc Staten het voornemen heb
ben, om te eischen, dat de
Argentijnsche haven Bahia Blanca te hun
ner beschikking wordt gesteld. Bahia Blan
ca ligt rond 1400 K.M. van de Malvinen ei
landen. Het zou debedoeling zijn er een
vloot- en luchtsteunpunt aan te leggen.
De „Pampero" wil verder weten, dat En
geland bereid zou zijn de Malvinen voor het
zelfde doel ter beschikking te stellen, of
schoon, zooas bekend, Argentinië nooit af
stand heeft gedaan van de souverciniteit
over deze wederrechtelijk bezette gebieden
en zijn aanspraken herhaaldelijk opnieuw
heeft doen hooren.
In een commentaar op dit bericht geeft
het blad uitdrukking aan de hoop, dat deze
„ongehoorde" eisch ten scherpste door den
leider der Argentijnsche delegatie van de
hand zal worden gewezen. Klaarblijkelijk,
zoo schrijft het blad, verwarren de Vereenig
de Staten het vrije, groote Argentinië, met
m i d d cn - A m er i k aan s cb e kleine republieken,
die zich veilig voelen in de schaduw, van
het dollar-imperialisme. Noch Bahia Blan
ca. noch welke andere haven, eiland, of an
der Argentijnsch gebied ook, zal worden af
gestaan.
Deze voorbeeldtuin is voorloopig een moes-
tuin geworden, dit jaar wegens het reeds
vergevorderd seizoen waarop hij kon be
ginnen. nog niet tot volle ontwikkeling is
gekomen en heeft de bedoeling de boeren te
toonen, dat de middagpot, die op tallooze
boerenbedrijven eigenlijk maar slecht. er-
zo rgd is, met geringe kosten veel verbetera
kan worden. In plaats van de booncn, ao
bieten en de kool. die meesial het middag
maal der boeren vormden, had hij in de
voorbeeldtuin een 70-tal verschillende groen
ten geplant, in de hoop zijn omgeving er van
te kunnen overtuigen, dat men door wei
nig of geen extra moeite den levensstand
aard aanmerkelijk kan verhoogen.
In de proeftuin waren bovendien verbouwd
taloozc soorten aardappelen, erwten, boonen,
bieten, haver en kool, die na te zijn geoogst,
zullen worden gevolgd door de noodige va
riëteiten van stoppelgewassen.
Aan een en ander had hij verbonden een
permanente tentoonstelling van zaden,
kunstmeststoffen, landbouwgereedschappen
enz., waartoe verschillende Alkmaarsche fir
ma's de ingrediënten hadden geleverd.
Alles bijeen genomen kreeg men werkelijk
den indruk t-e zijn in-een klein centrum van
landbouwvoorlichting, dat niet zal nalaten
een zekeren indruk te maken op zijn om
geving. Een en ander le moer. waar er frap
pante verschillen te zien waren met het ge
was in de tuinen, die onmiddellijk aan den
proeftuin grensden.
Maar deze tuinen behooren niet aan klei
ne boeren, die onder den dienst ressorteer
den en de eisrenaren. die dus niet gedwongen
konden worden, aan wie herhaaldelijk
goede raad was gegeven, bleken daaraan
geen behoefte te gevoelen.
„Zal dal schrale en zieke gewas hen niet
tot andere gedachten brengen?" zoo vroegen
we.
De heer Couwenhoven was daarvan niet
overtuigd. Ze waren vrij en zagen lievM»
een anderen kant uit. Zóó. dat ze zijn goede
gewassen niet zagen.
De menschen zijn vaak onverstandig.
Maar blind zijn ze niet, en we zijn er van
overtuigd, dat. ze af en toe wel eens een ver
gelijking zullen trekken.
En we zouden ons al heel sterk vergissen,
wanneer ook hier op den duur liet goede
voorbeeld niet den doorslag geeft.
VROEGER!, TOEN WAS ER AARDIG
HEID AAN!
„Gert, bin jai al au 't vette weest?"
Er zullen maar weinig landgenooten zijn,
die, wanneer ze deze vraag hooren stellen,
niet vreemd opkijken en die begrijpen, wat
wordt bedoeld.
Toch is het „vetten" een typisch Neder-
landsche cn nog wel ecii typisch Noord-Hol-
landsche bezigheid, ja, het is zeer wel moge
lijk, dat nergens op de wereld buiten onze
provincie wordt „gevet".
Het vetten is het oogsten van het veldsla-
zaad, hier in de omgeving vetzaad genoemd
(Y'alerianel)a olitoria) en het kan alleen wor
den geteelt op heel losse, fijne grond. Boven
dien moet deze grond bij voorkeur nog mooi
•blank zijn, omdat slechts daarop blank
zaad kan worden gekregen. En blank moet
het zijn, wil het door de koopers, die voor
namelijk in Frankrijk wonen en die het be
stempelen met den naam van „Mache" of
„Doucette hollandaise", op de hoogste waar
de worden gesteld.
Oorspronkelijk schijnt de teelt alleen in-
heemseli te zijn geweest in de Egmonden.
later is ze door Egmonders overgebracht
naar het noorden van Anna Paulowna, waar
de bodem er zich ook toe leende. En. voor
zoover bekend, is hiermede het productie
gebied geheel aangegeven.
Nu is het niet alleen de naam, die eigen
aardig is. De oogst zelf geschiedt op zoo
werkwaardige wijze, dat ze afwijkt van al
les, wat we tot nu toe in dat opzicht hebben
gezien. In den regel toch is er sprake van
maaien, dorschcn, plukken of iets van dien
aard. Hier niets van dat al. Wanneer de
zaden, die zoo groot zijn als peperkorrels
rijp zijn, strooit de plant ze uit, ze vallen
op den grond en de teler laat ze rustig lig
gen. Eerst wanneer alle zaden zijn afgeval
len. is het oogenblik daar om te gaan oog
sten.
Het stroo wordt verwijderd en ter zijde
van den akker gedeponeerd, waarna de ei
genlijke arbeid kan beginnen. Met een
goote houten schop wordt het bovenste
zandlaagje afgeschept en gedeponeerd or
een hort, een zeefapparaat met fijne gaat
jes, waardoor wel het zand kan gaan, doch
niet de korrels en de verdere onrijnheden
die zich. nog in het zaad bevinden, als kie
zelsteentjes', stukjes ijzerroest en natuurlijk
de op hei land achtergebleven stukjes stroo
Nu wordt bij de eerste maal afscheppen
niet alle zaad op de hort gebracht en daar
om volgen op de man met de schop onmid
dellijk een tweclal personen, gewapend met
een bezem, die het afgeschepte gedeelte bij-
vegen en de resteerendc zaden, natuurlijk-
met de noodige hoeveelheid zand, bijeen
brengen tot. een lange hoop, die als 'n dijkje
zich uitstrekt over de heele lengte van den
akker. Deze hoop wordt vervolgens onder
handen genomen en zoo gaat het verder
strook voor strook.
De inhoud van de hort wordt telkens ge
legd op een groote hoop, waar het zaad
•een tweede bewerking ondergaat. Het gaat
door een gazen bak, een zeef, doch ditmaal
een met groote gaten, waar het zaad door
heen gaat, evenals de kleinere onreinheden
terwijl het resteerendc stroo en de groote
steenèn er op blijft liggen.
Hierna wordt het zaad binnengebracht om
den volgenden dag in een wanmolen van
het kaf te worden bevrijd cn vervolgens te
worden „gesteenbakt". Bij deze laatste be
werking, die eveneens plaats heeft in een
wanmolen, worden de zware onreinheden
van het lichte zaad gescheiden. Ten slotte
gaat het dan nog door de „doekmachine",
waarna het gereed is voor verkoop.
Uit een en ander is duidelijk, waarom
voor den bouw fijne, losse grond noodig is.
Deze laatste toch moet goed kunnen wor
den gezeefd en de zandkorrels moeten klei
ner zijn clan de zaadkorrel. Anders biedt het
van elkander scheiden te groote moeilijk
heden.
Ook is het duidelijk, dat men voor het
oogsten mooi zonnig, droog weer noodig
heeft. Regent het. clan klontert de grond en
cr is van zeven geen sprake.
Wellicht meer clan hij ecnig ander zaad is
de verbouwer hier afhankelijk van 't weer.
Als de lucht betrekt, betrekt ook zijn ge
zicht. Een klein regenbuitje en liet werk
moet onherroepelijk worden gestaakt. Bo
vendien bederft het vocht het- zaad, doordat
de mooie blanke kleur verdwijnt én wan
neer een akker wat al te tang moet blijven
liggen, dan zorgen ook de vogels er wel
voor, dat er straks weinig meer. te zeven
overblijft.
Dat het een zwaar en veelomvattend werk
is, behoeft geen beloog. Zij, die langs de
Egmonden rijden, kunnen soms op een en
kele akker een dozijn menschen aan het
werk zien. Ze zijn gewapend met allerlei
gereedschappen en dan aan het „vetten".
„Vroeger, meneer," zoo vertelde ons een
„vetter", „toen was er aardigheid aan, maar
het beste is er nu af!"
Vroeger namelijk, zoo legde hij ons uit
werden tal van onreinheden in het zaad
achtergelaten, zoodat een zak niet, zooals
nu, circa 15 K.G, woog, maar soms niet
.minder dan 30 K.G. Vooral het ijzerroest
zette danig aan en wanneer het maar goed
fijn verdeeld was, bemerkte men er weinig
van.
„Eens moest ik ergens een zak afleveren
voor mijn buurman en een van mezelf"
zoo vertelde de bouwer on s triomfantelijk.
„De mijne woog het was een dubbele zak
127 pond en die van hem 87."
Ook moet het zijn voorgekomen, dat par
tijen werden ingekocht voor een daalder cn
met winst weer van de hand werden ge
daan voor een gulden!!!
Dai was me eerst een tijd!
Zulke dingen gebeuren tegenwoordig niet
meer. Wat nief wegneemt, dat het „vetten"
op zichzelf nog eigenaardig genoeg is.
Hieruit zou men kunnen concludceren, dat
de polderbestuurders na dit onderhoud van
gedachten zijn, dat er nog wel iets te be
reiken is. Zij houden star vast aan het eens
ingenomen standpunt van de vergadering
van 2 Juli jl. en zullen het niet maar zoo
overgeven, is onze indruk.
Het verdere verloop van deze zaak wordt
met belangstelling tegemoet gezien.
BROEK OP LANGENDIJK.
DE EERSTE BIETEN.
Woensdagmorgen werden aan de veiling
van de Langendijker Groenten Centrale de
eerste bieten aangevoerd, door den heer S.
de Boer Kz. uit Zuidscrawöude.
OUDE NIEDORP
ZWEMWEDSTRIJDEN IN HET SKARPET.
In het Skarpet werden zwemwedstrijden
gehouden tusschen Oude- cn Nieuwe Niedorp
Ofschoon liet weer te wenschen overliet, was
er veel publick. Het was een interessante
wedstrijd.
Dc volgende uitslagen werden na afloop
bckcnil gemaakt:
100 M. schoolslag dames: Ric Stammes, 1
min. 51.2 sec. (le prijs); R. Meereboer Pd.,
1 min. 51.S sec. (2e prijs); N. Stammes, 1
min. 56.2 sec; A. Leek, 1 min. 56.6 sec.; R.
Meereboer Jd., 1 min. 59.6 sec.; B. Kooij, 2
min.; G. de Geus, 2 min. 3.2 sec.; Tr. Stam
mes 2 ruin. 7 sec.; A. Hartman. 2 min. 9.4
sec.; J. Kuiper, 2 min. 10 sec.; G. Fijma, 2
min. 10 scc.; A. Kuiper, 2 min. 12.S sec.
Tot degenen, die alles wat in verband staat
met de betrekkingen van Duitschland melde
Sowjet Unie iets langzamer begrijpen, al
dus cle „Berlincr Bocrsenzeitung" schijnen
ook zekere Zwccdsche kranten als „Social
Dcmokiatcn" en „Nya dagligt allahanda"
le behooren. Met een grondigheid, die stel
lig niet in het nationale belang van Zwe
den zelf gelegen is, onderzoeken zij de vraag,
ondanks het feit, dat de rede van den Fuch-
rcr daaromtrent zeer duidelijk informaties
geeft, of de Duitsch-Sowjetrussische betrek
kingen vrij zijn van wantrouwen en kuipen
de complicaties, welke vraag zij ontkennend
beantwoorden. Het ziet er bijna zoo uit. als
of zij de uitschakeling van dc riyaaliteit en
het wantrouwen tusschen dc heide groote
machten betreuren met de bijgedachte, dat
daardoor voor Zweden de mogelijkheid weg
valt om nog verder die schommelpolitick
le voeren, waarop liet dusverre ook in de be
trokkingen met andere groote mogendhe
den zijn buitcnlandschc politieke bestaan
heeft gegrondvest.
Thans, nu de wapens zoo duidelijk en defi
nitief gesproken hebben, moest het ook den
Zwecdschcn eigongcreiden lieden niet al te
moeilijk vallen de feiten te aanvaarden en
zich in positieven zin bezig tc houden met
de vraag welke plaats Zweden denkt in te
nemen in het nieuwe Europa. Juist in de
kwestie van de Duitsch-Russiséhc betrek
kingen, zoo merkt Boerscnzcitung op, valt
niet te zien welk nut Zweden zou kunnen
trekken van een spanning tusschen dc beide
groote mogendheden. Hoe duidelijker en
definitiever hun betrekkingen geregeld ziin,
des te veiliger is ook de positie van Zweden
in de nieuwe Europccsche orde.