NIPPER EN PELLE Het moelijke Zevenburgschc vraagstuk Carboliiun tegen mieren het lokkende Ondanks 's werelds loon Niet vliegeren Radioprogramma Zal de „as" de oplossing moeten brengen? De N.R.Crt., ontleent de volgende gegevens over de gfebiedsafstandkwestie van Roeme nië aan een brief van haar correspondent te Boekarest. Na de besprekingen, aldus de berichtgever welke de Roemeensche ministers in Duitsch- land hebben gevoerd, en waarbij van Duit- sclie zijde werd opgemerkt, dat voor de be volking, welke zou moeten verhuizen, een passend gebied ter beschikking moest wor den gesteld, heeft de Roemeensche minister van buitenlandsohe zaken een verklaring af gelegd, waarin de idee van bevolkingsruil wordt begroet, doch waarin geen concrete voorstellen werden geformuleerd. De Roe meensche pers nam een houding aan welke liet doorschemeren, dat men niet gaarne be reid was tot territoriale concessies. Blijkens de officieele Roemeensche sta tistiek van 29 December 1930 bedraagt het aantal Hongaren 1.425,507, daarvan wonen 934.642 in Zevenburgen, 320.795 in Crisane en Maramures (Arad, Bihor, Maramures en Sa- tuMare), 97a.839 in het Banat. Blijkens de ze statistiek wonen nog 57,327 Hongaren in het. oude koninkrijk, waarvan alleen reeds 24.690 in het gebied Ilfov (Boekarest). 1,554.5255 menschen hebben verklaard, dat het Hongaarsch hun moedertaal is, dat is dus 129.018 menschen meer. Dit getal komt ongeveer overeen met het cijfer der Hon- gaarsche joden die, overeenkomstig de voor schriften als joden werden genoteerd, noch tans het Hongaarsch als moedertaal konden opgeven. Tegeover deze ongeveer anderhalf millioen Hongaren staan slechts ongeveer 40.000 Roemenen in het huidige Hongarije. Het cijfer der Bulgaren in Roemenië wordt opgegeven met 366.384 Daarvan wonen er 185.279 in de Dobroedszja en 163.736 in Bes- sarabië. In het Banat wonen nog 10.012 Bul garen en 7000 in de overige provincies. De 163.726 Bulgaren in Bessarabië vallen uit. Volgens Bulgaarsche cijfers wonen op Bul- gaarsch gebied slechts 40.000 Roemenen, de z.g. Kuzowalachen. Er zijn echter Roemeen sche cijfers, welke veel hooger zijn. Naar uit Roemeensche statistieken blijkt, bedraagt het aantal bewoners, van Zevenbur gen 3.217.988, waarvan er 58.2 pet. Roemenen en 31 pet. Hongaren zijn. In het Banat, dat 939.958 inwoners telt, is van de bevolking 55.3 Roemecnsch en 11.2 Hongaarsch In Crisane en Maramures, dat een totale be volking heeft van 1.890.417, zijn de percenta ges 60.4 (Roemeensch) en 27.1 (Hongaarsch) Er is nog een moeilijkheid, welke ruil van bevolkingen in den weg staat. Aan beide zij den van de grens is men ervan overtuigd, dat de Szeklcr, die in de gewesten Odorhei, Ciuc en Trei-Scaune de overwegende meer derheid van de bevolking uitmaken (resp. 91,6, 82,7 en 80,4) den grond hunner voorva deren niet willen verlaten. Deze drie gewes ten echter liggen midden in Zevenburgen en daarna kan de Hongaarsche kwestie niet uit den weg geruimd worden, zonder dat men de kwestie van de Szekler oplost. Dit is bei de partijen duidelijk en dit punt is zonder twijfel niet slechts 't kernpunt van de Roe- mcensch-Hongaarsche discussie, doch ook de grootste belemmering op den weg naar over eenstemming. De Roemenen zijn van mee- FEUILLETON Naar hel Engelsch van: OTTWELL DAVIS 21. Zoo, is dit de vlinder in zijn geheel, zei hg. Het is werkelijk heel mooi. Ik zou de geschiedenis van dit vreemde juweel wel eens willen hooren. Maar vindt je het niet eigen aardig dat een volkomen vreemde je het ont brekende gedeelte zoomaar ten geschenke gaf? Ik weet het niet, zei Beatrice peinzend. Niets komt mij vannacht vreemd voor. Het was daar zoo'n vreemdsoortig gemengd pu bliek en de heele omgeving was zoo wonder lijk afwijkend van wat ik gewoon ben, dat alles me verbijsterde en ik me ten slotte over niets meer verwonderde. Je zou zeggen, opperde Flower met de bedoeling het gesprek naar een bepaald punt te leiden, dat de man die je dit vorstelijke cadeau gaf, wel een bijzondere persoonlijk heid moet zijn. En toch vond ik, voor zoover ik het op een afstand kon zien, dat hij er nogal nietig en onbeduidend uitzag. Er was een geforceerde opgewektheid in zijn toon, die Beatrice niet ontging. U hebt gelijk, zei ze, Mr. Uzali is een kleine man, met gelaatstrekken die een beetje aan een knappen aap doen denken, een geel gezicht en handen die op vogelklauwen lijken. O, riep Flower uit, en hoe spreekt hg? Aan zijn spraak is niets bijzonders. Zijn Engelsch is vlekkeloos. Mr. Uzali is een man van de wereld, die zich heelemaal aan het En- gelsche leven heeft aangepast. Maar ik vond, dat zijn hand buitengewoon veel leek op de hand die dien middag in de bibliotheek bezig was om naar de klink van de deur te tasten. Maar tusschen haakjes, ik heb den indruk, Thuis en In de wildernis. 1. „Wat eigenaardig toch, dat we van onze beide jongens nog geen letter gezien heb ben; ze moeten nu toch al lang in Kaapstad aan wal gezet zijn!" „U zult zien, juffrouw, de kinderen genieten vast en zeker van de genoegens van het buitenleven daar ver van de kust van het mooie Afrika." 2. „Hoor eens, Nipper, ik ben ervan overtuigd, dat we deze gorilla kunnen tem men en hem tot oppasser of zoiets kunnen dresseren!" Nipper en PedJe als dieren temmer. „Dat geloof ik ook; met hem tot vriend behoeven we nergens bang voor te zijn!" „Geef de rode peper maar eens hier, maar gauw! Gauw!" ning, dat zoolang de Szekler in het land blij ven, Hongarije altijd verlangens zal blijven koesteren. De Zevenburgsche Roemenen, met dr. Julius Maniu aan het hoofd, staan op het standpunt, dat men met Hongarije geen onderhandelingen moet aanknoopen. Elke onderhandeling, elke concessie, zoo redenee ren zij, beteekent een vrijwillig afstand doen. Wat men vrijwillig heeft afgestaan, kan men later niet terugeischen.. Deze kringen zouden den loop der dingen graag vrij baan laten en zij zouden zelfs niet wil len onderhandelen, al zou een Roemcensch- Hongaarsche oorlog het gevolg zijn. In ie der geval protesteeren ze tegen elke vrijwil lige territoriale cessie en ze zouden er de voorkeur aan geven indien de spil met een machtig woord de zaak zou oplossen. Over de Roemeensch-Bulgaarsche onder handelingen schreef onze correspondent, dat het er naar uitzag of zij spoedig zouden kunnen worden beëindigd. Het Roemeen sche standpunt tegenover Bulgarije is veel konsilianter. Daar Bulgarije slechts de Zuidelijke Dobroedszja verlangt, de gebie den, welke Roemenië in 1913 heeft veroverd, dus slechts de gewesten Duroster en Cali- acra, welke in totaal 398.344 inwoners tel len,w aarvan 143.209 Bulgaren en 77.728 Roemenen zijn, is het probleem hier ge makkelijk op te lossen. Uit deze gewesten zouden 77.728 Roemenen moeten verhui zen, waartegenover staat, dat in de twee andere gewesten van de Dobroedszja in het Noordelijke deel, in totaal 42.070 Bulgaren wonen. Bevolkingsruil is hier dus gemak kelijk uit te voeren. Betwist is slechts, wat met de steden Silistra en Turtucaja moet gebeuren. Het kabinet Gigurtu zal de onderhande lingen moeten voeren, zoo schreef onze cor respondent. Het is nauwelijks aan te ne men, dat andere politici tot de regeering zullen willen toetreden. Vooral de vroegere leden van de nationale boerenpartij nemen een afwijzende houding aan. Dr. Julius Ma niu en Dinu Bratianu hebben een manifest doen uitgaan, waarin zij zich energiek te gen elke territoriale concessie verzetten. De teruggaaf van Bessarabië en de Noordelijke Boekowina zonder eenigen tegenstand wordt thans in vele Roemeensche kringen als een fout beschouwd, doch men beroept er zich op dat Roemenië toen van drie kanten werd bedreigd. Thans wil men min der afstaan dan aan Rusland, Uitgangspunt is bevolkingsruil en de Roemenen spreken van 225.000 Roemenen in Bulgarije, welker aantal dus grooter zou zijn dan dat der Bulgaren in Roemenië. Tegenover Hongarije kan-men echter geen compact samenleven de Roemeensche bevolking tegenover ten minste anderhalf millioen in Roemenië wo nende Hongaren stellen. Goede zorgen van slecht beloond. burgervader In de raadsvergadering van de gemeente Wij'he, aldus het Vad. memoreerde de voorzit ter, dat hij gedurende de eerste oorlogsdagen niet wetende wat de toekomst zou brengen, in het belang der bevolking is overgegaan tot het uitreiken van een doos met 24 blik ken vleesch aan de ingezetenen. Dit vleesch was eigendom van het Rijk en moest dus dienen om in tijd van nood op te gebruiken en op die manier wilde hij de be volking helpen, vertelt de Vooruit. Gelukkig is het anders geloopén. De toestand ontwik kelde zich normaal, zoodat het uitgereikte vleesch terug kon worden gevorderd. In het algemeen is aan dit verzoek voldaan. Enkele inwoners hadden eenige blikken gebruikt, doch dit was niet erg en de betrokkenen wa ren gaarne genegen de kosten te betalen. Overdreven was het echter, dat sommigen in een paar weken tijd alle blikken hadden opgebruikt en nu bovendien ook nog weiger den te betalen. De laatstgenoemde hande lingen waren zeer grievend voor het gemeen tebestuur. Besloten werd de betrokken inwo ners nogmaals te waarschuwen en bij weige ring te betalen, moest een gerechtelijke ver volging worden ingesteld. Een probaat strijdmiddel Het Vad. publiceert een brief van een zij ner lezeressen, die schrijft: De afgeloopen tien dagen hebben we ver geefs een strijd gevoerd tegen een mieren- plaag, als we nooit te voren hebben gekend. Alle middeltjes baalden. Langs vier verschil lende wegen naderden ze net huis en we konden hun spoor volgen tot op tientallen meters afstand. De herkomst konden we ech ter niet vaststellen. Teneinde raad grepen we een laatst middel aan. Een buitenman beweerde, dat ze de lucht van carbolineüm niet verdragen. En waarlijk. Terwijl de emmer nog stond te wachten om gebruikt te worden, constateer den we al, dat de helft van het terras plotse ling mierenvrij was! Nu hebben we ons ge heel vrijstaande huis rondom een 2 c.m. bree- de streep carbolineüm gegeven. Met verras send effect. Het laat zich aanzien, dat we het weldra gewonnen zullen hebben als we, die eenmaal binnen zijn, gedood zullen hebben. Vermoe delijk zullen we de streep nog wel eens moe ten aanstrijken want het lijkt een millioe- nenleger. Binnen 10 K.M. van Schiphol. De hoofdcommissaris van politie te Am sterdam, maakt, volgens de Tel. bekend, dat, in verband met het gevaar voor vlieg tuigen, de militaire commandant van Schiphol heeft bepaald,, dat voortaan het oplaten van vliegers binnen een straal van 10 K.M. van dit vliegveld, verboden is. Het publiek wordt er mede in kennis ge steld, dat practrsch het oplaten van vlie gers in het gedeelte der gemeenten Amster dam, gelegen ten Zuiden van het IJ, ver boden is. Dit geldt zoowel voor het bebouw de, als voor het onbebouwde gedeelte der gemeente. SCHIP MET ENGELSCHE KINDEREN IN RIO AANGEKOMEN. Het s.s. „Havilland Star" is met Engelsche kinderen in Rio de Janeiro aangekomen, zoo meldt de Paris Soir. De kinderen zoeken in Brazilië een toevlucht. DINSDAG 27 AUGUSTUS 1940. Jaarsveld, 414,4 m. AVRO-Uitzending. 8.00 Berichten ANP. Hierna: Gramofoonmuz. 10 00 Morgenwijding. 10.15 Gramofoonmuziek. 10 30 Voor de vrouw. 10.35 Pianovoordracht. 11.00 Huishoudelijke wenken. 11.20 AVRO-Aeolian-orkest en soliste. 12.00 Gramofoonmuziek. 12.45 Berichten ANP en gramofoonmuziek. 1.00 AVROAmusementsorkest en soliste. 2.00 Voor de vrouw. 2.10 Omroeporkest en soliste. (2.503.05 Cyclus: „In den Schynwerper". 3.404.00 Causerie over'Charivarius) 4.30 Gevarieerd concert (opn.). 5.15 Berichten ANP. 5.30 De Vagebonden en solisten. 6.30 VPRO: Jeugduitzending. 6.45 Gramofoonmuziek. dat Mr. Uzali er prijs op zou stellen, kennis met u te maken. Deze mededeeling scheen Flower alles behalve aangenaam. Zijn slechte stemming kwam weer terug. Hij liep rusteloos de eet kamer op en neer, voortdurend in zichzelf pratend. Toen wendde hg zich barsch lot Bea trice, terwijl hij naar de klok op den schoor steenmantel keek: Ik geloof, dat het 't beste was als je maar naar bed ging. Ik moet nog wat werk afmaken voordat we morgen naar Maldon Grange teruggaan. Gaan we morgen terug? vroeg Beatrice. Ik denk er tenminste sterk over, ant woordde Flower verstrooid. Het is vei liger... ik bedoel, ik ben liever buiten dan in Londen. Beatrice verliet de kamer, "opnieuw gekweld door de gedachte aan naderend onheil. Maar ze wa3 te vermoeid om veel na te denken en ze voelde niet meer dan een vage beklemming. Zij zei haar oom goedennaebt, maar hg scheen het niet te merken. Nauwelijks was zij weggegaan of Cotter kwam binnen. Zijn tanden klapperden, zgn heele uiterlijk verried verschrikkelijken angst. Zoo ezelskop, riep Flower. Waarom deed je je mond open? Wat sta je daar nu te kgken als een kind dat bang is voor den boe man? Vroeger ontbrak het je toch niet aan moed. Zeker, antwoordde Cotter. Maar ik heb gezien wat ik gezien heb en ik weet wat ik weet. Ik ben nooit een wezel geweest. Maar o, waarom zijn we daar ooit mee begonnen? Waarom konden we niet tevreden zijn met wat we hadden? Jarenlang heb ik al geweten dat dit komen moest. Vroeger of later moes ten we ontdekt worden. En het ergste van alles is, dat wij het niet kunnen bestrgden. Het is mijlen ver weg den eene dag en den volgenden dag staat het grijnzend naast je. Het kan op het moment even goed hier zijn als dat het op Maldon Grange was. Houd op, zei Flower bevelend. Houd op, lafaard, of ik zou een ongeluk aan je be gaan. Is er dan niets in de heele wereld om over te spreken dan deze twee gele duivels? Is het niet erg genoeg dat Jansen juist op dit oogenblik komt opdagen? Flower zweeg plotseling. De electrische bel in de benedenverdieping ging schril over. Een gesmoorde kreet ontsnapte Cotter, alsof hij zijn doodsklok gehoord had. Hij stond naar Flower te kijken met een gezicht dat met angstzweet bedekt was. Word wakker idioot, zei Flower woest. Doe open en laat hem binnen Je hoeft niet zoo te schrikken. Het is Jansen maar! HOOFDSTUK XXVI. Dr. Jansen. Cotter ging als in een verdooving naar de voordeur. Hg durfde nauwelijks adem te halen, totdat hij de huisdeur geopend had en een korten buitengewoon gezetten man zag, die hem niet onvriendelijk aankeek door een paar groote, met zilver omrande brilleglazen. Er was niets angstwekkends in het uiterlijk van den nachtelijken bezoeker. U ziet, ik ben teruggekomen, zooals ik gezegd had, dat ik doen zou, begon de vreem deling. En u hoeft mij niet te vertellen, dat Mr. Flower niet thuis is, want ik heb hem met zijn mooie nichtje thuis zien komen. Om de waarheid te zeggen, ik stond aan den an deren kant van den weg en wachtte tot de auto kwam. En al zou het den heelen nacht geduurd hebben, ik zou hebben gewacht. Heeft u Mr. Flower al verteld, dat ik zou komen Ik heb het gedaan, kermde Cotter. Hij zal U' direct .ontvangen. Wilt u hier maar ingaan. De Hollander stapte met veel drukte de eetzaal binnen, wierp zijn hoed en jas non chalant op een stoel, haalde een grooten zak doek uit een achterzak van zijn jacquet en wreef zijn brilleglazen schoon. Zonder veel omslag duwde hij Cotter van de deur weg en sloot deze. Flower stond verstrooid in den haard te kij ken zonder de minste notitie te nemen van zijn bezoeker. Niet in het minst verlegen schoof de Hollander een fauteuil naar den haard en maakte het zich gemakkeijk. Uit een anderen zak tooverde hij een reusachtige sigaar te voorschijn waarvan de rook weldra de kamer vervulde. Hij bediende zich van whisky en soda alsof hij thuis was en wachtte geduldig tot Flower zou spreken. In tegen stelling met zijn oogenschijnlijke gemoedelijk heid was er iets in de oogen van den man dat op een onverzettelijke wreede natuur wees. Bovendien voelde hij zich meester van de situatie. De spanning steeg en ten slotte kon Flower haar niet langer verdragen. Wel, wat voor den duivel verlang je? viel hij hartstochtelijk uit. Heb ik al niet genoeg ellende, zonder dat jij me geld komt afpersen In dat opzicht mijn vriend, zei de dok ter koel, heb je het mis. Ik ben absoluut niet hier gekomen om je geld af te persen. Je hebt me eenige jaren geleden heel slecht behandeld en ik heb mijn tijd afgewacht om jou met gelijke munt te betalen. En dat oogenblik is nu gekomen. Ik zou graag van je weten wat je plannen zijn. Ik heb geen plannen, zei Flower geme- 7.00 Vragen van de dag (ANP). 7.15 Berichten. 7.20 Gramofoonmuziek. 7.35 Causerie: De nieuwe diergaarde in Rot terdam en Ouwehand's Dierenpark in Rhenen. 8.00 Berichten ANP. 8.15 AVRO-Amusementsorkest. 8.30 Cabaret-programma. 9.J.5 Causerie: „September nadert". 9.35 Gramofoonmuziek. xO. 15--10.30 Berichten ANP, sluiting. Kootwijk, 1875 m. KRO-U itzending. 7.00 Berichten (Duits). 7.15 Berichten (Engels). 7.30 Wij beginnen de dag. 8.00 Berichten ANP. 8.15 Gramofoonmuziek. 11.15 Berichten (Engels). 11.30 Gramofoonmuziek. 12.00 Frans Wouters en zgn Caliente-orkest. 12.30 Berichten (Duits). 12.45 Berichten ANP. 1.00 Gramofoonmuziek. I.15 KRO-Melodisten en solist. 2.00 Berichten (Duits). 2.15 Gramofoonmuziek. 3.15 Berichten (Engels). 3.30 Gramofoonmuziek. 5.00 Berichten (Duits). 5.15 Berichten ANP. 5.30 KRO-Melodisten en solist. 6.15 Berichten (Engels). 6.30 RVU: Cyclus: „De Natuurkunde van het vrije veld. 7.C) Vragen van de dag (ANP). 7.15 Reportage. 7.30 Gramofoonmuziek. 8.00 Berichten (Duits). 8.15 Berichten ANP. 8.30 Berichten (Engels), 8.45 KRO-Kamerorkest. 9.15 Berichten (Engels). 9.30 KRO-Kamerorkest. 9.55 Wij sluiten de dag. 10.00 Berichten (Duits). 10.15 Berichten ANP. 10.3010.45 Berichten (Engels). Sluiting. II.15—11.30; 0.15—0.30 en 1.15—1.30 Berich ten (Engels). lijk. Ik zal de zaken op hun beloop laten. Ik ben niet bang voor je en hoe eerder dat je dat weet hoe beter en als je geld noodig hebt, kun je het van mij niet krijgen. De laatste twee jaar is alles verkeerd gegaan. De men schen schijnen wantrouwend geworden te zijn, alleen kleine firma's in de City willen nog zaken met me te doen. Men veronderstelt dat ik schatrijk ben, maar ik zeg je dat ik geruï neerd ben, een wanhopig man. Twee jaar ge leden Ik weet wat je wilt zeggen, zei de Hollander grinnikend. Je wilt me vertellen dat alles verkeerd gaat, sinds die geschiedenis met de „Guelder Rose". Dan was er ook nog de „Japonica" en de tijd is voorbij dat je geld kon maken voor je drijvende doodkisten. Maar je bent er toch mooi tusschen uit ge sprongen en als we de menschen, die er het fijne van weten, zooals die Dr. Mercer en ik ons tegen jou vereenigen, zouden we een aar dig verhaal kunnen vertellen over de „Guelder Rose", en de achtenswaardige Samuel Flower* zou tusschen de vier muren van een gevang genis belanden. Och, je hoeft me niet zoo angstig aan te kijken, ik ben niet van plan je kwaad te doen, zoolang ik geld uit je kan slaan. Ik heb geduldig het oogenblik afge wacht, dat je in de benauwdheid zoudt zitten en nu ben ik vanavond hier gekomen om je een voorstel te doen. Hoe kun je zeggen dat je geruïneerd bent als je alleen maar je hand hoeft uit te steken en je zakken kunt vullen met schatten? Flower stond op en begon zenuwachtig de kamers op en neer te loopen. Ik zal niet zoo dwaas zijn om te doen alsof ik je niet begrijp, zei hij'heesch. Je bedoelt de schatten die in Noord-Borneo nog op ons liggen te wachten. Maar ik zeg je, ik durf niet, ik ben eerlijk gezegd, niet dapper genoeg om daar weer 'heen te gaan. Voor jou staat de zaal heel anders. Jij hebt geen in het oog vallende positie bij die expeditie gehad, jij was wel zoo verstandig je op den achter grond te houden. Niemand kan jou aanzien voor een van de mannen die de mijn gelegd en de stad verwoest hebben. Ik heb me altijd verwonderd over je handigheid Jansen grijnsde. (Wordt vervolad.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1940 | | pagina 6