BOUWT Oud bont Onze „leveusmiddeleii" HERFSTSTORMEN nieuwe molens En wat wij er van maken kunnen thans meer dan ooit gewaardeerd Uitvoer van aardappelen Zaterdag 23 November 1940 Vierde blad De triomphtocht van de gestroomlijnde wieken Een medewerker .schrijft aan de N.R.Crt: Regenstormen jagen over onze lage lan den. Tal van polders moeten enorme hoe veelheden water verwerken'. Maar het is oorlogstijd. Oorlogstijd met schaarsclite aan motorische brandstoffen. Wat. in de jaren voor het uitbreken van den oorlog herhaal delijk van de zijde der vereeniging I)e IIol- landsche Molen werd voorzien is waarheid geworden: tal van maalwerktuigen kun nen niet. of niet in voldoende mate over oliebrandstof beschikken. Men is gedwon gen terug te keeren tot den windmolen, die immers gratis de noodige kracht le vert. Terecht zegt dan ook de secretaris generaal. wnd. hoofd van het departement van handel, nijverheid en scheepvaart in een publicatie: „Molenaars en houtzage rijen moeten, waar mogelijk windkracht gebruiken." Zullen ook de centrales altijd over voldoende kolen beschikken, in stren ge winters bijvoorbeeld? liet treft wel zeer gelukkig, dat de bewe ging tot eerherstel aan den windmolen zich reeds eenige jaren lang krachtig heeft doen gelden: tal van molens zijn immers geres taureerd, door stroomlijnwieken en andere technische vindingen in belangrijke mate verbeterd. Van bevoegde zijde deelt, men ons mede, dat men in het Zuid-IIolland- sche waterland reeds tot samenwerking tusschen polders is overgegaan. De „ver- delckerde" molens kunnen meer bedienen dan vroeger. Zoo bedient de molen van den polder Steekt te Alphen aan den Rijn, die het vorige jaar verbeterd werd, thans ook den Binncnpolder te Zwarnmerdnm, die 451 ha groot is (samen met den polder Steekt 1102 ha), omdat deze Binnenpolder geen olie in voorraad heeft en ook niet krijgt. De molen kan nu best hel werk aan. De verdekkerde molens van den droog- gemaakten polder Westzijde Aarlander- veen moeten zich gereed houden om hulp te bieden aan den Zuid- en Noordeindpol- der te Alphen aan den Rijn, omdat het oliegemaal vSn dezen polder slechts een beperkt aantal maaluren mag maken. Deze polder beschikt overigens nog over een verminkten windmolen, welke bedrijfs klaar dient te worden gemaakt. Voorts voorziet de verbeterde molen van den TToo- geveenschen Polder te Noordwijkerhout ook nu in de bemaling van den Zilveren polder, samen 927 ha, ook wegens - olie- gebrek. liet is thans wel bijzonder duidelijk ge worden. dat het niets meer dan een so ciale plicht is om alels te doen om voor polderbemaling en liet. malen van veevoe ders en granen' de windmolens weer aan het werk te zetten, d.w.z. men dient nieuwe molens te bouwen en de verwaarloosde weer op te knappen. Niemand heeft de ze kerheid. dat de moeilijke tijden kort du ren, waar mogelijk moet. windkracht wor den gebruikt. Men kan dan ook reeds hiér en daar van een „hausse" in windmolens spreken. In de provincie Groningen is, door de opening van den verdokkerden Boltjerpoldermolen bij Ten Boer, het aan tal in gebruik genomen stroomlijnmolens tot niet minder dan 25 gestegen. Bovendien zijn er nog minstens een 15-tal voorzien van kwartstroomlijn, die in het Zuiden naar den molenbouwer Van Bussel als het systeem-Van Bussel bekend slaat. Hierbij wordt de stroomlijn' niet geheel om de roede heen gebouwd doch tegeri de roede aan, namelijk aan den kant van de zoo genaamde windborden. De wiekvorm is goedkooper, en aesthetisch misschien waar devoller. Beslissend is echter de prestatie van den molen: niet alle molens hebben aan kwartstroomlijn voldoende. Voorts kunnen wij nog mededeelen, dat verbeterd worden de molen te Schalkhaar van de wed. Te Riele, die te Wilp van H. G. Pijnappel, die te Groenekan van A. L. Schuurman. De Zoeker te Koog a. d. Zaan werkt weer. Hersteld zijn de molen te Rijs wijk G. van J. v. d. Beek en Zoon, die ie Driewegen van C. Mol. twee molens van liet zoo in den oorlog geteisterde Mill van .Tac. en Jan Reijnen, de molen van De Kinderen Verbruggen te St. Hubert. In 't Land der Zes Molens bij Hoornaar, waar twee wip molens jarenlang stil hebben gestaan, wordt weder-inbedrijfstelling overwogen. Bekend is, dat de Oranjemolen te Willemstal her steld is. In Brabant is de beweging tot herstel van den windmolen wel lnsel sterk dank zij vooral Jhr. rar. F. van Rijckévor- sel, bestuurslid der vereeniging Dè Holland sche Molen, doch ook elders neemt de me dewerking aan deze vereeniging zeer toe. zij krijgt overal haar vrienden, zooals ons mej. F.. F. Caro. secretaresse, van wie ook bovenstaande gegevens afkomstig zijn, mededeelde. Interessant zijn ook de brieven van molenaars, die nn pas de voordeelen van de stroomlijn leeren waardeeren. „Ik heb ooit kunnen gelooven, dat een molen door stroomlijn zoo gemakkelijk zou draaien en zoo'n kracht knn ontwikkelen. F.erst nu weet ik het", schreef er een. Inderdaad, de meesten moeten een voorordeel overwinnen dat door niets gerechtvaardigd wordt, GEEN SCHAARSCHTE AAN ZOUT 's-G ravenhae, 22 November. Van bevoegde zijde verzoekt men ons mede te deelen, dat de van tijd tot tijd opduikende geruchten over schaarschte aan zout, in strijd zijn met de feiten en ierleren grond missen. De zout rijkdom van eigen bodem en de on gestoorde aanvoer van huitenlandsch ruw zout als grondstof voor de zoutziederijen, zoomede de productiecapaciteit der Xeder- landsche zoutfabrieken, waarborgen «le voor ziening van elke Nederlandsche behoefte aan zout. Van dit artikel kunnen bovendien nog zelfs aanzienlijke hoeveelheden uit ons land naar andere landen worden uitgevoerd zoo als reeds sedert jaren het geval is. De wind zwiept langs de straten, De storm giert om het huis, Hij schudt de hooge boomen Met ver en hol gedruisch, Hij grijpt de dorre blaren, Zoo wild en ongestoord,. En langs den grijzen hemel Jaagt hij de wolken voort! Het loeit in donk're nachten Van ver en van nabij, Dan trekken woeste vlagen In al hun kracht voorbij, Dan fluit het om de huizen, En tolt de tuinen rond, Dan buigen sterke boonven Hun kruinen tot den grond! Zij, die de zee bevaren, Waar hoog de golven slaan, Waar reeds zoovele levens In stormweer zijn vergaan, Ze bidden en ze hopen Op d' allerhoogste Macht, Die, boven storm en noodweer, Vaak uitkomst heeft gebracht! En in zoo menig woning Bidt vrouw of moeder mee Voor allen, die hun lief zijn, Ginds op de donk're zee. En boven al het buld'ren, Langs duin en heuveltop Gaan innig de gebeden Recht naar den hemel op! Ook door het menschenleven Gaat storm van land tot land, En hooger slaan de golven, Langs menig levens-strand! Dan giert het door de luchten, Vol angst voor groot en klein... Beschermc God hen allen, Die in dit noodweer zijn!! Noycmher 1940. KROES (Nadruk verboden.) vaak uit, of we kunnen een muts met bont omzoomen. Kraag, mouwopslagen en ran den voor de handschoenen... Men kan het allemaal op de teekening zien. Héél een voudig, maar ook heel sierlijk! Afbeelding b. Bij nat weer draagt onze kleine meid gummilaarsjes, of ook wel gummischoen tjes. Men kan hier heel geschikt een bont- rand op maken. Geef haar daarbij een mof, Moderevue MAAR DOET HET NAUWKEURIG. De proeftuin, het laboratorium der natuur. Wanneer we' een buitengewoon mooien tros druiven of een zeldzaam groolen en sappigen peer 'koopen, dan flitst er mïs- misschien wel eens even door ons hoofd: „M at een goede kweeker moet dat geweest zijn, die zóó iets heeft afgeleverd!" Dat zoo'n kweeker, wanneer hij een vooruitstre vend man is, dikwijls advies inwint bij een proeftuin, het laboratorium der natuur, en we dus ook daaraan ons smakelijk dessert of bordje malsche groente te danken heb ben. is evenwel minder bekend en daarom wil ik in dit artikeltje de aandacht eens vestigen op den proeftuin. Ja. dat is een wonderlijk oord van ge leerde experimenten in lange kassen met stekjes en vreemde gewassen, waaronder zelfs koffie, mals, tabak en paprika. Vooral deze laatste schijnt hier goed te gedijen en zoo is het dus niet onmogelijk, dat wij Ne derlanders nog eens evenzeer zullen smul len van allerlei paprikagerechien als de Hongaren! En heeft ook U altijd gedacht, dat. het eigenlijk alleen aan de grondsoort ligt, of een bepaald gewas goed of slecht wil groeien? Dan. leert deze proeftuin het U wel anders! Want behalve dit element zijn er nog zoovele in het spel, die hun invloed op het gewas doen gelden, dat de grond soort hiervan eigenlijk maar een onderdeel is. De deskundige op dit gebied bestudeert nauwkeurig de nooden en behoeften van iedere plantensoort en dan voegt hij aan de aarde toe, wat er niet of in te geringe mate in voorkomt; hij bestudeert de reactie er van op de plant, maakt, er een intensieve studie van, hoe het gewas veredeld kan worden, hoe hij de kwaliteit kan opvoeren, welke de aard is van verscheidene ziekten, die zich kunnen voordoen en hoe hij deze kan bestrijden. Zoo is oen proeftuin dus van onschatbare waarde voor allen, die advies willen inwin nen. En waar er dus door vele menschen zooveel moeite wordt gedaan, om een ruime keuze uit allerlei heerlijke groenten mogelijk te ma ken en waar er zooveel studie en zorg en vaardigheid bewerken, dat er op onze fruit schaal zulke gave, mooie vruchten kunnen liggen daar dienen wij toch, niet alleen als waardeering voor deze „cosf-winners". doch vooral ook ter wille van onze gezond heid, als het. kan ruime hoeveelhe den van deze onschatbare bronnen van vi tamines, mineralen en vele andere onmisbare voedingsstoffen tot ons te nemen. In vele ge zinnen is het groentengebruik nóg te gering, daar men er niet voldoende van doordrongen is, wat groenten en ook vruchten voor onze gezondheid heteekenen. En indien men daarvan wèl doordrongen is, laat men zoo vaak nog een groot deel der voedingswaarde verloren gaan door een ver keerde bereidingswze! Zet dus groente met. zéér weinig water pp een flink vuur tot ze kookt en daarna op een zachter vuur, niet langer dan een half uur (in goed gesloten pan): mocht er kooknat over zijn, maak daarvan dan een sausje, zoo dat de voedingsstoffen niet verdwijnen door den gootsteen, doch ons zelf ten goede ko men! Sudder of sloof Uw groenten niet, doch doe er op liet laatst een klontje boter door. zooals b.v. doperwten. U weet natuurlijk al. dat de soep, de stamppot en de saus beter worden met melk en dat kaasonze goed- koope eiwitbron de voedingswaarde van menige groenteschotel uitnemend kan aan vullen. En wat de vruchten betreft. eet ze als het kan mèt de schil en zet er, in plaats van ze in keurige partjes te snijden, stevig Uw tanden in, dat is uitstekend voor het gebit. Een goed gebruik dus van groenten en vruchten, een juiste bereidingswijze, nu en dan ook eens rauwe groenten als een slaatje klaargemaakt.en de proeftuin en de kwee ker werken niet voor niets van vroeg tot laat, om ons te voorzien van het goede der aarde. MANYA BEUKMAN. Naar aanleiding van een in de pers ver schenen mededeeling, betreffende het besluit van den secretaris-generaal, waarnemend hoofd van liet departement van landbouw en visscherij, d.d. 18 November j.1., waarbij een wijziging wordt gebracht in de uitvoeringsbe palingen van de pootaardappelenwet 1932, maakt de directeur-generaal van den land bouw het volgende bekend: De bedoeling dezer wijziging is, tijdelijk, te weten tot en met 30 April 1941, aan een even- tueelen export van ongekeurde poolaardap- pelen naar België én Frankrijk uit hoofde van de pootaardappelenwet geen belemme ring in den weg te leggen. Ter voorkoming van misverstand zij er de aandacht op gevestigd, dat deze maatregel dus uitsluitend betrekking heeft op een tij delijke wijziging van de pootaardappelenwet. Overigens blijft de toestand met betrekking tot den uitvoer van aardappelen, dus ook van pootaardappelen, ongewijzigd, zoodat, deze zonder toestemming van de Nederlandsche Akkerbouwcentrale niet mogelijk is. Hoe bewerken wij het oude bont? Men knipt er eerst alles af, wat zeker niet meer is te gebruiken en maakt de goe de deelen dan voorzichtig schoon. Men kan dat het eenvoudigst doen met warm zand, warm zout of met heete witte klei. Men wrijft het reinigingsmiddel goed in de ha ren en laat het gereinigde deel dan een uur liggen. Daarna wordt het goed uitge klopt, ook aan de zijde van den huid, omdat Ook het beste bont duurt niet eeuwig! Er komt een tijd, dat we onze bontjas met een kwalijk oog aanzien. Moeten wij onzen trouwen makker dan maar meteen aan den voddenman meegeven? Ik hoor onze lezeres sen lachen! Neen natuurlijk, dat doen we niet en vooral nu niet. Er zitten bovendien nog zooveel goede stukken aan. Ja, en die goede stukken nu kunnen nog véél goede diensten bewijzen! Afbeelding a. Vóór ons dochtertje, die den bakvischleef- tijd heeft bereikt, zit er zoowaar nog een heel garnituur aan. Een bontmutsje kan er Drogen hij den-kachel is niet aan te be velen, omdat, deze warmte de huid'te droog en te rimpelig maakt. Is het vef zoover klaar, dan teekenen wij met potlood een goed patroon. Zonder pa troon, dat men van papier kan nemen, zal het bijna nooit gelukken dames! Eén ver keerde snede en de zaak is grondig bedor ven. Het uitsnijden moet men met een zeer scherp mesje doen, het scheermes van uw man bijvoorbeeld. Men drukt niet te sterk, omdat onder geen omstandigheden in de. haren gesneden mag worden. Alleen het vel zelf moet men doorsnijden. ▲AAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAO er anders licht restjes blijven zitten. Men borstelt dan dc haren weer recht en kamt ze zorgvuldig uit. Om het vel mooi glad le krijgen, houdt men de rugzijde boven een ketel kokend water, strekt het daarna goed en spant het met spelden of stevige kleine spijkertjes met de haarzijde naar beneden, op een houten bord. Men iaat het dan in. de buitenlucht drogen. Daarna zoomt men het vel af, opdat deze. tusschenvoering mooi strak komt te liggen. Tenslotte naait men dan een zijden voering op. Wanneer men denkt, dat' uit een bontjas nog een cape of zooiets gemaakt kan wor den, moet mennaar een bontwerker gaan. Daar komt zooveel aan te pas dat we onzen dames moeten ontraden er zelf aan te beginnen. een kaboutermuts en een-bontkraag. Ze kan door weer en wind en zal de koning te rijk zijn. De stukken, die te klein geworden zijn, om er nog iets uit te maken, naait men eenvoudig aan elkaar, vooreen voeten zak. Als dc brandstofeenheden opraken zul len de leden van uw gezin er om vechten! Kleine stukjes kan men zóó samenhechten, dat de heohtsteek onzichtbaar wordt. Men moet alleen daarvoor zorgen, dat de haren in gelijke richting liggen en ook de kleuren gelijk zijn, dus geen lichte .naast een don kere plek. Bij het aaneenhechten van lang harige pelswerken is het aanbevelenswaar dig een zig-zag-sieek te gebruiken. Van groot belang is het inleggen van de voering; als dit niet goed gebeurt, voegt het bontwerk niet. Eerst moet men een zachte wolachtige stof tusschen voering met lange rijksteken direct aan den huid naaien.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1940 | | pagina 13