NANKING El TOKIO
sluiten een verdrag
loonvorming
beperkt
A.SPIRIN
Vrijheid van
DIRECTEUR PERSWEZEN
BENOEMD
Duifsch weermacht^ericht
Southampton
in vlammen
Radioprogramma j
Hei meisje
in de taxi
LEIDING VAN STAATSWEGE BIJ HET
BEPALEN DER LOONEN EN SALA
RISSEN.
Geen loonsverhooging
zonder goedkeuring
TAAK DER RIJKSBEMIDDELAAR.J
BELANGRIJK UITGEBREID,
VOOR RUST EN ORDE IN HET
ARBEIDSLEVEN.
Volgens een verordening van den
rijkscommissaris is voorlaan in het
algemeen het geven van loonsverhoo-
gingen zonder goedkeuring verboden.
Mede door reeds eerder uitgevaardig
de bepalingen over het verbod van
verlagen der loonen, heeft de Staat
het thans in de hand, de ontwikke
ling der loonen naar beneden en naar-
boven zoo te leiden, als geëischt
wordt door het algemeen belang, met
inachtneming van de belangen der
werknemers, aldus de officieele toe
lichting. De verordening is niet van
toepassing op de arbeidsverhoudin
gen in overheidsdienst noch op hui
selijke diensten.
COLLECTIEVE L00N0VEREENK9MSTEN
AAN BANDEN.
Do leider van de afdeeling Sociale Zaken
van het Rijkscommissariaat heeft op deze
verordening liet volgende commentaar ge
geven:
De totstandkoming van loonen, salarissen
en andere arbeidsvoorwaarden voor groepen
van ondernemingen was tot nu toe uitslui
tend voorbehouden aan de regeling door
collectieve arbeidsovereenkomsten. Volgens
de wet. op de collectieve arbeidsovereenkomst
van '27 konden collectieve arbeidsovereen
komsten slechts door de in de wet speciaal
genoemde partijen, in den regel de werkge
vers- en werknemersorganisaties, worden
gesloten. De staat zelf was slechts bevoegd,
wanneer het algemeen belang het cischte,
gesloten collectieve arbeidsovereenkomsten
of afzonderlijke bepalingen algemeen ver
bindend, d.w.z, ook voor de niet-aangcslotcn
ondernemingen verbindend te verklaren, de
onverhindondheid van collectieve arbeidg-
overeenkomsten of van afzonderlijke bepa
lingen uit te spreken of verbindcndverkla
ringen in te trekken. De staat bad echter
niet de mogelijkheid zelf regelend in te grij
pen in de totstandkoming van de loonen en
arbeidsvoorwaarden.
Oude normen behouden.
De nieuwe verordening houdt in het alge
meen aan het principe vast, dat slechts de
partijen bij de C.A.O.. meestal dus de werk
gevers- en werknemersorganisaties, bevoegd
zijn een C.A.O. te sluitend.
Zooals echter het bedrijfsleven en de eco
nomie van een volk door den staat moeten
worden geleid, willen zij aan de belangen
der gemeenschap geheel dienstbaar worden
gemaakt, kan ook de totstandkoming van de
loonen leiding van staatswege niet ontberen.
De verordening heeft dan ook de algeheele
vrijheid van de loonvorming door collectie
ve overeenkomsten in zekere mate moeten
beperken.
Zij maakt collectieve arbeidsovereenkoms
ten afhankelijk van goedkeuring van hoo-
gerhand, voor zoover zij loon- en salarisver-
hoogingen betreffen. Bovendien verbedt zij,
bepalingen op te nemen, welke loon- en sa
larisverhoogingen automatisch van voor
waarden afhankelijk maken, welke de ar
beidsverhouding niet onmiddellijk raken, bv.
van de ontwikkeling der prijzen.
Dezelfde bepalingen als voor collectieve
arbeidsovereenkomsten gelden natuurlijk
ook voor arbeidsovereenkomsten, 'welke op-
andere wijze tot stand zijn gekomen.
Verder maakt de verordening alle andere
loons- en salarisverhoogingen, afhankelijk
van een vergunning, welke niet reeds als
collectieve regelingen aan vergunning zijn
onderworpen. De verordening vervangt hier
door het tot nu toe geldende verbod van
loensverhoogingen van den Duitschen Hee
resgruppebefehlsh aber van 17 Mei.
Zij verruimt echter dit verbod met in
achtneming van de door do prijsstijging
veranderde economische en sociale toe
standen in zooverre, dat zij loonsverhooging
toelaat, wanneer zij goedgekeurd worden
door den staat, vertegenwoordigd door de
Rijksbemiddelaars.
Niet te laag, niet te hoog.
Evenals de Staat ongegronde loonsver
lagingen moet verhinderen, moet hij er ech
ter ook op letten, dat ongecontroleerde
loonsverhoogingen, welke het algemeen
belang schaden, achterwege blijven. Dit
sluit echter" niet uit, dat bijv. te laag ge
bleven loonen, ongerechtvaardigde ver
schillen tusschen het loonpeil in dc ver
schillende plaatsen of tusschen de ver
schillende leeftijdsgroepen cn dergelijke
worden opgeheven. Steeds echter moet er
acht op geslagen worden, dat ongewensch-
te terugslag op het economisch evenwicht
en storingen in de prijsverhoudingen wor
den vermeden. Natuurlijk mag daarbij ook
niet worden vergeten, dat, evenals dc Ne-
derlandsche economie met die van geheel
Europa nauw vervlochten is cn vervloch
ten zal blijven, ook de loonen cn salaris
sen in dit algemeen kader moeten passen.
Be staat kan ook zelf het loon
bepalen.
Terwijl de verordening aan den cencn kant
het principe aanhoudt, dat de C.A.O. wordt
gesloten door werkgevers- en werknemers
organisaties, legt zij aan den anderen kant
dc grondslagen voor de juridische mogelijk
heid de loonen en salarissen er. andere ar
beidsvoorwaarden ook dan voor hcele be
drijfsgroepen te regelen, wanneer dit ter be
scherming van de bcdrijfsgenooten noodig
blijkt, doch een C.A.O. niet tot stand komt
of bij gebrek aan wettélijken grondslag niet
kan worden gesloten.
De staat kan in dergelijke gevallen
op eigen initiatief en eigen gezag bin
dende regelingen treffen en wel voor
heele bedrijven, voor afzonderlijke
ondernemingen en voor afzonderlijke
arbeidsverhoudingen. Uitdrukkelijk
is echter de bepaling opgenomen, dat
de regeling van staatswege geëischt
moet zijn door het belang van de be
scherming der werkenden. De staat
grijpt dus in, wanneer gerechtvaar
digde belangen van de werknemers
zijn bescherming noodig hebben.
Tot het verleenen van dc in de verordening
voorgeschreven vergunning zijn op grond
van een uitvoeringsbesluit van den sccrèta-
ris-generaal van het departement van Sociale
Zaken de rijksbemiddelaars bevoegd.' Deze
autoriteiten zijn tevens belast met de rege
ling van loons- en arbeidsvoorwaarden bui
ten het kader van de C.A.O. De aangeslotenen
bij een C.A.O., alsmede iedere werkgever en
werknemer, kunnen zoodoende zich in 'de
toekomst voor alle kwesties van loon, salaris
en andere arbeidsvoorwaarden tot deze in
stanties wenden.
De verordening is te zamen met de verorde
ning omtrent het verbod van verlaging van
lo'oncn en salarissen geëigend, de noödige
rust en orde in het arbeidsleven te brengen.
De economische ontwikkeling en de veran
deringen in het prijsniveau hebben ook op
het gebied der loonen in den laatsten tijd een
zekere beweging teweeggebracht. De veror
deningen scheppen de vcrcischtc juridische
basis voor de maatregelen, welke genomen
moeten worden om, met inachtneming van
de sociale belangen van de werknemcrsilhet
evenwicht tusschen loonen en prijzen te doen
ontstaan en alaarmede storingen in hot eco
nomische en openbare leven te voorkomen,
welke ten slotte ook voor de werknemers
slechts schadelijke gevolgen zouden kunnen
hebben.
Tsjoengkmg ontzegt
de overeenkomst
elke wettigheid
Als gevolg van dc tusschen de Japansch-
geBinde Chineesche regeering te Nanking,
onder Wang-Tsjing-Wei en de Japanschc
regiering gevoQvde besprekingen inzake ..de
liquidatie van het Chineesche conflict, is
een verdrag tot stand gekomen, dat gisteren
onderteekend is. Dit verdrag bestaat uit een
inleiding en negen korte paragrafen, terwijl
de hij het verdrag behoorende twee aanvul
lende overeenkomsten elk vijf artikelen be
slaan.
In hoofdzaak komt het verdrag hier op
neer, dat Tokio de regecring te Nanking er
kent als de eenige wettige regeering van
China. De verdrag sluitende partijen willen
elkaar wederkeerig bij de bestrijding van
communistische actie van eiken aard steu
nen. Daartoe zullen Japansche troepen ge
legerd worden in Binnen-Mpngolië en op
bepaalde punten van Noord China. Tijdens
den duur der bezetting zal worden samenge
werkt om rust en orde te handhaven. China
zegt Japan het recht toé, deelen van de vloot
te stationneeren iti bepaalde Chineesche ha
vens met het oog op den legenwoordigen
toestand.
Een ander artikel betreft de nauwe eco
nomische samenwerking volgens de begin
selen der gelijkgcrechtigheid en Wederzijdsch
nut alsmede de nauwste Japansche mede
werking bij het ontsluiten van de bodem
schatten vooral in Noord China en Mongolië,
voorts bij de ontwikkeling van den handel
in het benedendal van de Yangtse. Japan
belooft, na de versterking der wederzijdsche
betrekkingen, de afschaffing der exterrito
rialiteit en het teruggeven der nederzettin
gen in overweging te nemen, waartegenover
China vrijheid van vestiging en vrije han
delsmogelijkheden aan de Japanneezen in
China toezegt.
De aanvullende overeenkomsten betreffen
o.a. dc Japansche toezegging, dat de Japan
schc troepen zich binnen twee jaar na her
stel van den vrede in heel China zuUeh te
rugtrekken, alsmede de Chineesche verplich
ting schadevergoeding aan Japanscliè bur
gers uit te keeren. j
Nanking een „onwettige orga
nisatie".
Naar aanleiding van het onderteekonon
van het pact tusschen Japan enWang
Tsjing Wei heeft dc Chineesche minister
Van huitenlandsche zaken van de Tsjoeng-
king-regeering een verklaring gepubliceerd
waarin..deiregeering van Nanking een „il
legale, pjtganisatie" wordt genoemd en waar
in óntlcdnd wordt, dat het zoojuist geslo
ten verdrag eenige wettigheid cn binden
de kracht zou hebben. De verklaring geeft
te verstaan, dat de toekomstige houding
van de Ts.joen k i ng-regceri ng tegenover
huitenlandsche mogendheden van de er
kenning der -.Nwkifig-reggei-irig. zal afhan
gen.
O Onrust te Sjanghai.
De dag der onderteekening van het Chi-
rteesfchi-J'apart^öho' verdrag is te, Sjanghai
niet rustig verloopen. In het westelijke
sladBdcel is ècri Japansche politie agent
dpor,§cn revolverschot ernstig gewond. Een
Chinees is door een Japansehen gendarme
neergeschoten. Dit stadsbeeld is thans af
gesloten. Op een scheepswerf werden eeni
ge'handgranaten geworpen. Van de auto
bussen en tramwagens zijn biljetten; die
de bevolking opriepen, Wang Tsjing Wei
te-steunen, afgescheurd. Een deel dor Chi
neesche politie iu> de nederzetting ging in
staking, doch des middags was dit conflict
weer bijgelegd.
De bekende bankier Percitsjoc is ont
voerd.
iCyvitut /tuis'
Koningin der Aarde vindt haar
Keizer
Bij besluit van den secretaris-generaal van
het departement van Volksvoorlichting en
Kunsten is met ingang van 1 December 1940
benoemd tot directeur van het Perswezen
de heer N. Oosterbaan te 's Gravenhage.
De heer Oosterbaan was destijds ambte
naar bij de Bataafsche Petroleum Maat
schappij cn toen tevens medewerker van
verschillende bladen. Ilij is van anti-revo-
lutionmriron hiuze en lid van de NSB Den
iaatsten tifrl behandelde hij voor deze be
weging verschillende perszaken.
Verdrag van Nanking
vredesverdrag.
geen
Het verdrag van Nanking is geen vredes
verdrag, zoo heeft de woordvoerder van 't
Japansche departement van buiteniandsche
zaken op de persconferentie verklaard na
het bekendmaken van de officieele mede-
deeling. Het verdrag bepaalt veeleer de
fundamentecle Chineesch—Japanschc be
trekkingen. De vrede met China zal eerst
dan gesloten worden, wanneer Tsjoenking
zijn tegenstand opgeeft, of wanneerzijn te
genstand zal zijn gebroken. Een. onmiddel
lijke evacuatie der Japansche troepen uit
China is in het verdrag niet bepaald.
Het opperbevel van de Duitsche weer
macht maakt hekend:
Een Duitsche hulpkruiser, die in de over-
zecsche wateren opereert, meldt als to
taalresultaat van zijn actie tegen de koop
vaardij liet tot zinken brengen van 79.000
b.r.t. vijandelijke scheepsruimte. Dit cijfer
omvat nog niet do resultaten van de mij
nen, waarmco de liulpkruiser .geopereerd
heeft.
In den nacht van Vrijdag op Zaterdag
beeft het Duitsche luchtwapen opnieuw een
grootscheepschen aanval op Londen on
dernomen. Golf na golf vloog over de stad
cn wierp hommen van zwaar en het
zwaarst kaliber, o.a. op Packlington, Ken-
sington en Battersea. Geweldige branden
verlichtten de stad en wezen den aanval
lenden vliegtuigen den weg. Ook andere
voor den oorlog belangrijke doelen als Li-
verpool, Birmingham en Plymouth werden
met succes aangevallen.
Overdag beperkte de activiteit der Duit
sche vliegtuigen zich tot gewapende ver
kenning. Hierbij werd geconstateerd, dat
te Plymouth nog steeds zware branden
woeden, voorpl in de tankinstallaties. Lon
den is in den loop van deze vluchten op
nieuw ruet bommen bestookt.
Aan de Kanaal kust is het tot verscheidene
luchtgevechten gekomen. Bij een der her
haalde pogingen van den vijand om de
Duitsche ravitailleeringsvebindingen met
zee in het ongereede te brengen, hebben
Engelsche snelbooten voor de Schelde een
Duitsch stoomschip aangevallen. De escor-
teerende patrouillevaartuigen bestreden de
vijandelijke vaartuigen en troffen twee
snelbooten zóó zwaar, dat met liet verlies
ervan rekening moet worden gehouden.
Een derde boot werd zwaar beschadigd. Het
Duitsche stoomschip, dat in staat was ge
bleven zich drijvende te houden, kon bin
nengesleept worden.
In den afgeloopcn nacht heeft het Duit
sche luchtwapen een grootscheepschen aan
val ondernomen op een vitale haven aan
de Kanaalkust. Het Britsche luchtwapen
liet zich in dezen nacht niet zien.
DINSDAG 3 DECEMBER 1940.
Hilversum I, 415 m.
Nederlandse!» Programma KRO.
8 00 Nieuwsberichten ANP.
S 15 Wij beginnen de dag.
3.45 Gramofoonmuziek.
13.30 Godsdienstig halfuur.
12 l'O Gramofoonmuziek.
12.IE Russisch orkest „Slavva" en solisten.
(12.451.00 Nieuws- en economische be
richten ANP, 1.001.15 Gramofoonmuziek).
I.45 Gramofoonmuziek.
2.00 Voor de vrouw.
3.CG Cello en piano.
3.15 Zang met pianobegele» ling.
3.25 Gramofoonmuziek.
3.50 Vervolg van 3.15.
1 00 KRO-symphonie-orkes*-
5.00 Cyclus „De oetrekkingen met het Neder-
Lu.dsche muziekleven van groote figuren uit
dc muziekgeschiedenis"
5.15 Nieuws-, economische- en beursberichten
ANP.
5.30 Gramofoonmuziek.
5.45 KRO-Symphonie-orkest.
C.-15 Lezing over de Nederlandsche Cultuur
kring.
7.007.15 Vragen van den dag en nieuwsbe
richten ANP en sluiting.
Hilversum H, 301,5 m.
AVRO.
8.00 Nieuwsberichten ANP, gramofoonmuziek
8.30 Orgelspel.
8.50 Gramofoonmuziek.
10.00 Morgenwijding.
10.15 Gramofoonmuziek.
10.30 Voor de vrouw.
1 .35 Pianovoordracht.
II.00 Huishoudelijke wenken.
11.20 Philharmonisch kwartét.
12.00 Gramofoonmuziek.
12.15 Puszta-orkest.
12.45 Nieuws- en economische berichten ANP.
1.00 Cyclus „Uw I ond en de mijne".
I.05 Amabile-sextet en soliste.
2.00 „Johannes Brahms in Nederland", caus.
2.15 Omroeporkest en solist (2.453.00 Cyclus
„In de schijnwerper". In de pauze: Gramo
foonmuziek).
4.00 Cabaretprogramma (opn.).
4.30 Lily Matthé en naar orkest.
5.00 VPRO: Jeugduitzending.
5.15 Nieuws- economische- en beursberichten
ANP.
5.30 AVRO-Amusementsorkest en solist.
6.15 Zang met pianobegeleiding en toelichting.
6.45 Lezing over de Nederlandsche Cultuur
kring.
7.007.15 Vragen van den dag en nieuwsbe
richten ANP en sluiting.
Kootwijk, 1785 m.
VARA.
7.00 Berichten (Duitsch).
7.15 Gramofoonmuziek (7.307.45 Berichten
Engelsch. Om 8.00 Nieuwsberichten ANP.
9.009.15 Berichten Duitsch).
II.3011.45 Berichten (Engelsch).
12.00 Berichten.
12.15 Gramofoonmuziek.
12.30 Berichten (Engelsch).
12.45 Nieuws- en economische berichten ANP,
1.00 Orgelspel.
1.30 Berichten (Engelsch).
1.45 Gramofoonmuziek (2.002.15 Berichten
(Duitsch).
2.30 Berichten (Engelsch).
2.45 Verkorte opera „Faust" (gr.pl.).
3.30 Berichten (Engelsch).
3.45 Gramofoonmuziek.
5.00 Berichten (Duitsch).
5.15 Nieuws-, economische en beursberichten
ANP.
5.30 RVU: Cyclus „Een studie in zwart op
wit".
6.00 Orgelspel.
6.30 Berichten (Engelsch).
6.45 Gramofoonmuziek.
7.007.15 Vragen van den dag en nieuws
berichten ANP en sluiting.
Bii de luchtgevechten van gisteren wer
den zes vijandelijke vliegtuigen neergescho
ten. Vier eigen toestellen worden vermist.
SOUTHAMPEON BRANDT
NOG STEEDS.
Duitsche vliegtuigen hebben in het kader
de gewapende vekenning gisterenavond bo
ven Zuid-Engeland vastgesteld, dat te Sout
hampton' nog steeds talrijke branden woe
den. Boven de stad hangen machtige rook
wolken. die tot ver boven het Kanaal drij
ven. Naar tot nu toe kon worden geconsta
teerd. is de in den afgeloopen nacht aan
gerichte schade buitengewoon groot, wat
verband houdt met het 'feil. dat als gevolg
van den steeds meer achterwege blijvender»
afweer de Duitsche vliegtuigen zeer laag
kunnen vliegen.
FEUILLETON
door
P. G. WODEHOUSfc
18.
„Op de heele wereld is nergens iets zoo
mooi als dit. Ik zou hier wel altijd willen
blijven staan, niets doen dan kijken."
„Ilc verzoek uw aandacht", dreunde Keggs,
achter hen, „voor dit raam, in de familieover
levering bekend als „de sprong van Leonard".
Het gebeurde in het jaar zeventienhonderd
zevenentachtig, dat Lord Leonard Forth, oud
ste zoon van zijn genade den hertog van
Lochlane zichzelf uit dit raam wierp, ten
einde de schoone gravin Marsmoreton niet te
compromitteeren, met wie men beweerde, dat
hij een onschuldige amourette had. 's Avonds
laat in het boudoir van haar ladyship, wat
deze kamer toen was, verrast door his lord-
ship den graaf, sprong hij door het open raam
in de takken van den cederboom, die beneden
staat en was zoo gelukkig er op een paar on
beduidende schrammen na, goed af te komen".
Een bewonderend gemompel begroette het
verhaal van dezen vaardigen achttiende-
eeuwschen ridder,
„Juist", merkte Bellie vol vuur op, „dat
is nu precies mijn opinie over dit land. Het is
vol van „sprongen van Leonard". Ergens in
zoo'n plaats zou ik willen wonen en mijn
heele leven blijven en niets doen dan koeien
melken en eten brengen aan armen men-
schen."
„We zullen nu", zeide Keggs, den drom met
een armbeweging den weg wijzend, „doorgaan
naar den amberkleurigen salon, waarin een
paar gobelins hangen, welke door kenners
zeer geroemd worden."
De gehoorzame drom koerste hem achterna.
„Zeg George", vroeg fluisterend Belüe, „als
we dien amberkleurigen salon eens in den
steek lieten? Ik verlang verschrikkelijk naar
dien tuin. Een man is bezig met de rozen.
Misschien laat hij ons den boel wel zien."
George volgde haar wij zenden vinger. Juist
beneden hen stond een dikke man met ver
brand gezicht in een corduroy pantalon zijn
pjjp aar» te steken.
„Zooals je wilt".
Ze gingen de hoofdtrap af. De stem van
Keggs, de gobelins lovend kwam hun voor als
veraf tromgeroffel. De deur uitgaande, wan
delde ze naar den rozentuin. De man met de
corduroy pantalon had zijn p\jp aangestoken
en stond weer gebogen over zijn werk.
„Zoo, Dedda!" zeide Bellie vriendelijk, „hoe
staat het met den oogst".
De man ging rechtop staan. Het was
iemand van middelbaren leeftijd met een aar
dig gezicht, hij had de goedige oogen van een
vriendelijken hond. Hij glimlachte gemoedelijk
en maakte aanstalten om zijn pijp op te
bergen.
Bellie hield hem tegen.
„Zeg, rook gerust door", zeide ze, „ik houd
er wel van. U hebt een goed baantje gekozen!
Als ik een man was zou ik niets liever doen
dan mijn acht uur in een rozentuin te wer
ken." Zij keek om zich heen. „En", verzekerde
ze met bijval, „deze tuin is net wat hij be
hoort te zijn".
„Houdt u veel van rozen, missy?"
- „Dat zal waar zijn! Ik geloof, dat u hier
alle soorten hebt, die er bestaan. Wel vijfen
zeventig verscheidenheden".
Er zijn ongeveer drieduizend verscheiden
heden", zeide de man: toegeeflijk.
„Ik zei het maar bij wijze van spreken, u
kunt mij niets leeren over rozen. Ik ken ze
allemaal. Hebt u Ayrshires?"
De man in corduroy scheen tot de slotsom
gekomen te zijn. dat er niets op de wereld
bestond dan Bellie. De openbaring van een
verwante ziel hield hem gekluisterd. Gebrge
telde in het geheel niet.
„Die daar zij Ayrshires, missy".
„Wij, bij ons in Amerika, hebben ze geen-
Ayrshires. Ik heb er tenminste nooit een ge
zien. Ik geloof, dat ze er niet zijn."
„U hebt niet den goeden grond."
„Klei en veel regen."
„Juist".
Óp Bellie Dore's gezichtje lag een ernstige
uitdrukking, welke George er vroeger nooit
had gezien.
„Zeg, Dedda, hoor eens, het betreft roze
George ging weg. Het gesprek werd hem te
technisch en hij vermoedde, dat hij niet ge
mist zou worden. Bovendien had hij plotseling
een ingeving gekregen, zooals groote gene
raals soms ook hebben. Hg had dien middag
het kasteel bezocht zonder een vast plan
alleen met de vage hoop van iets van Maud te
zullen zien. Hij had nu gemerkt, dat daar al
heel weinig kans op was. De familie verdween
klaarblijkelijk Donderdags onder den grond,
waar ze bleef tot de sightseers weg waren.
Maar een andere weg tot haar was hem ge
opend. Die tuinman scheen hem bijzonder
schrander. Hij durfde hem wel een briefje toe-
vertrouwen om aan Maud te geven.
Bij zijn wandeling door Belpher Castle in
gezelschap van Keggs en gevolg, had George.
het voorrecht gehad de bibliotheek te bezich
tigen. Het vertrek was gemakkelijk van uit
de groote „hall" te ht reiken. Hij verliet Bellie
en haar nieuwen vrie.id geheel verdiept in
slakken en luis en liep vlug terug naai het
huis. Er was niemand in de bib:.- ineek.
George hield niet van halve maatregelen.
Hij liet niets aan het noodlot over. De tuin-,
man leek hem heel betrouwbaar, maar je kon
nooit weten. Het was mogelijk, dat hij dronk.
Hij kon dat kostbare briefje eens vergeten of
verliezen. Dus, met een half angstigen blik
naar de deur, krabbelde George haastig een
duplicaat. Het was in een wip gedaan. Maar
in den tuin komende, zag hij Bellie Dore, die
juist in een blauwe auto zou stappen.
„O George, hen je daar, ik wist niet waar
je gebleven was. Zeg. Ik ben dikke vrienden
met Dedda. Ik heb hem mijn adres gegeven
en hij heeft beloofd meeen massa rozen te
zullen sturen. Och toe, zeg mr. Forsyth eens
goeden dag, Freddie, dit is George Bevan, die
de muziek van ons stuk componeerd.
De deftige jongeling aan het stuur stak een
hand uit:
„Prachtig stuk. Prachtige muziek. Prach
tige heeleboel."
„Nu. dag George. We zien je toch zeker
gauw?"
„Ja zeker. De groeten aan alle menschen."
„Zal doen. Laat hem nu maar eens er van
door gaan, Freddie, Goeiendag."
„Tot weerziens."
De blauwe wagen ging in volle vaart en
verdween uit het gezicht. George ging terug
naar den tuinman, die diep gebogen stond
over een stok.
„Och een oogenblik, alsjeblieft," zeide
George haastig. Hij haalde het eerste der
briefjes te voorschijn. „Geef dit aan Lady
Maud, zoo gauw ais je er gelegenheid voor
hebt. Het is van belang. Hier is een pond
voor je moeite".
Meteen ging hij weg. Hij merkte, dat het
fooitje den ander het bloed naar het hoofd
had gejaagd en waar hij bescheiden van aard
was, maakte hij zoo gauw mogelijk, dat hij
weg kwam. Overmoedige bedankjes maakten
hem verlegen.
Maar nu moest het tweede briefje nog be
zorgd worden. Het was feitelijk wel overbodig
om zoo'n voorzorg te nemen, maar George
wist, dat voorzichtigheid de moeder der wijs
heid is. Ongeveer een honderd yards van den
rozentuin af, kwam hij een kleinen jongen
tegen, wiens veelknoopige livrei den chaus-
seur verried. De jongen kwam van achter een
dikken ceder vandaan, waar hij natuurlyk een
gekaapte sigaret had zitten rooken,
„Wil je een halve kroon verdienen?" vroeg
George.
Boodschappers wai'en plotseling in waarde
gedaald.
Het jongetje hield zijn hand op.
„Dan moet je dit briefje aan Lady Maud
geven."
„Ik zal er voor zorgen!"
„Zorg je er voor, dat ze het direct krggt?"
George ging heen, voldaan over zijn vrucht
baren dag. Albei-t de chausseur, na even op
zijn halve kroon gekeken te hebben, stak haar
in zijn zak. Toen vloog hij weg, zijn groote
blauwe oogen straalden van opgewondenheid
en vreugde.
(Wordt "«rvolgd).