Wat is er fout in
de vleeschprijzen?
Na den vieeschoorlog
in Broek en Waterland
De strategische waarde
van Gallahat
Waar blijft
het vleesch?
boven
Lambarene
HOOR EN WEDERHOOR.
Wij namen eenige weken geleden
'n bericht op omtrent 'n „vieesch
oorlog" tusschen den burgemeester
van Broek in "Waterland (oud-Wie-
ringer) en de slagers aldaar.
Deze oorlog is geëindigd in een
■klinkende overwinning voor de sla
gers. De burgemeester voert thans
over de kwestie nog een interessan
te pennestrijd met het Ilsbl.
De burgemeester van Broek in Water
land schrijft aan het Hsl). het volgende:
„Over het Broeker vleeschprijzengeschil
is veel geschreven. Vooral in slagerskrin-
gen heeft deze kwestie veel beroering ge
bracht. Ik acht. het ,niet van algemeen nut
hier in te gaan op de vele beschouwingen
en berekeningen, waartegen zeer zeker
vaak bedenkingen zouden zijn in te bren
gen, in het bijzonder togen de „verlies-be-
rekening" van de „Centrale Vleesch- en
Veehandel" (C.B.V.V.), die tot respectabele
verliesposten komt, echter pas, nadat er
eerst 30°/o als bruto-winst wordt opgelegd.
Is er nu verlies vcor den slager, als die
30% winst er niet ten volle uit komt? In
welk levensmiddelenbedrijf verlangt men
thans zoon winst?
Ook hebben de slagers in hun critick ge
heel over het hoofd gezi"n, dat de burge
meester er niet alleen is om de slagers-
belangen te dienen, maar dat daarnaast ook
de belangen der consumenten zijn aandacht
dienen te hebben Daarvoor zijn de prijs
lijsten juist aan zijn toezicht onderworpen.
Zooals bekend, 'moeten de slagers in hun
winkels prijslijsten ophangen, die door den
burgemeester zijn gQedgekeurd. De burge
meesters hebben daarbij rekening te hou
den met de van overheidszijde aangegeven
minimum- cn maximum-prijzen Tusschen
minimum- cn maximum-prijzen ligt een
belangrijk verschil, zoodat de burgemeester
rekening kan houden met de kwaliteit van
het vleesch, den stand van den winkel, enz.
1 Terstond nadat deze overheidsmaatregel
was getroffen, dienden de slagers te Broek
hunne lijsten in, die goeddeels en dit
vooral voor het volksvleesch (osselappen
en vet) de maximum-prijzen vermeld
den. Alleen de luxe-vleeschsoorten bleven
beneden het maximum.
Aanvankelijk heb ik die prijslijsten goed
gekeurd, in het vertrouwen, dat do slagers
ook inderdaad de beste kwaliteit zouden
kunnen leveren, ofschoon die prijzen reeds
zeer hoog voor de arbeidende klasse ze
ker tè hoog moesten worden geacht.
Toen mij na ecu paar weken bleek, dat
de slagers nog niet gemiddeld de Bl-klasse
konden leveren, scheen liet mij tegenover
het minder welgestelde deel der bevolking
niet verantwoord, die hooge prijzen nog
langer goed te keuren. Ik trok de prijs
lijsten dus in, want ook de slager-betaalt
zijn slachtvee naar kwaliteit. Hunne in
koopsprijzen zijn eveneens van overheids
wege vastgesteld en vaneeren van 61 cents
per kg levend gewicht voor de AA-klasse
tot 30 cents per kg voor de W-klasse. Ook
hier dus een groot verschil: Voor een B-l-
koe, betaalt de slager 49 cents per kg 2
cent 51 cents).
In overleg met den keuringsveearts
maakte ik daarop een berekening van de
redelijk gedachte verkoopsprijzen voor de
B-l-klasse, gebaseerd op de van overheids
zijde ingestelde kwaliteitsklassen en maxi
mum- en minimumprijzen, zooals hieron
der weergegeven:
Verkooppr.: (per kg)
Max. Redelijk geacht
voor B-l-klasse
Biefstuk en haas ƒ130 2.30 ƒ1.90
Rosbief „1.20 „2.— „1.70
Rollade lende cn Ribst. „1.— „1.70 „1.40
Rollade gew en Ripl. „0.90 „1.50 „1.25
Contra fillet t.30 „2.„1.70
Mag. lappen. Doorr. lappen
Klapst. (zg. „Volksvleesch)
„0.80 „1.40 „1.20
ZJehakt en Poulct 0.70 1.20 1.10
Rauw rundvet 1.1.40 1.30
•Men ziet dus, dat de in de laatste kolom
genoemde prijzen betrekkelijk weinig be
neden de maximum-prijzen liggen. Even
wei beweerden de slagers daarvoor niet
te kunnen leveren. Daarna heb ik hierom
trent een persoonlijk onderhoud gehad met
de Veehouderijcentrale, waarbij mij bleek,
dat tegen deze wijze van berekening toch
geen onkel bezwaar bestond en dat het
juist de bedoeling was, dat de burgemees
ters bij de goedkeuring der prijslijsten re
kening zouden houden met de aangegeven
maximum- en minimumprijzen en met de
gemiddeld leverbare kwaliteit vleesch,
stand van de zaak, enz.
Tóen. de slagers er echter bij bleven, dat
zij tegen de door mij voorgestelde prijzen
niét. konden leveren, heb ik de proef op de
som genomen, door een halve koe van de
B-2-klasse door een slager tegen de door
mij gestelde prijzen te laten uitslachtcn.
Het resultaat daarvan was dat er een gel-
dleijk verlies ontstond van f 2.05 f 8.85
omzetbelasting totaal 10.90. Dit ver-
liesje vond zijn oorzaak in de omstandig
heid. dat al het vleesch op slechts 8 kg na,
als osselappen k 1.20. werd verkocht, dus
als de goedkoopste soort; voorts omdat er
geen worst werd gemaakt en omdat bij de
ze halve koe geen slachtvet en geen (halve)
tong werd geleverd, ofschoon dit bij den
inkoop wel werd betaald.
Rundvleesch:
Min.
Zat hier de fout?
Ware deze halve koe op meer
normale wijze onder het publiek
gebracht, dan zou er vermoedelijk
géén geldelijk verlies zijn geweest.
Doch in ieder geval was hiermede
wel uitgemaakt, dat de slagers te
gen de door mij gestelde prijzen
geen loonend bedrijf kunnen voe
ren, zoodat Ik terstond daarna
hunne prijslijsten goedkeurde.
Had nu de burgemeester ongelijk? Neen,
dat gevoel heb ik geenszins. De fout schuilt
ergens anders. Al mogen de slagers in zóó
verre gelijk liebben gehad, dat zij voor die
prijzen niet konden leveren, zeer te be
treuren acht ik het, en dat was voor mij
het punt waar het om ging dat hier
mede is gebleken, dat zelfs de arbeiders
vrouw cn zij, die met haar gelijk staat, zij,
die dagelijks een strijd voeren om met haar
huishoudgeld vaak vele hongerige magen
van het noodige te voorzien, óók voor liet
schamele wekelijksche stukje volksvleesch
(en vet), zelfs al is het van de 4e kwaliteit,
toch den maximumprijs moeten neertellen.
Ik vermoed, dat dit thans overal in het
land het geval zal zijn. En tóch kan dat
niet de bedoeling van deze vleeschspijzen-
rcgeling zijn geweest, want waarvoor die
nen dan die minimum-prijzen?
Er is dus iets met de vleeschprijzen niet
in orde!"
Een wederwoord
Uit het schrijven van den burgemeester
blijkt dus en hierom draaide het ge-
heele „vleeschprijzenconflict" dat de
slagers te Broek in Waterland inderdaad
gelijk hadden met hun weigering, om zich
aan de door -den buigemeester voorge
schreven prijzen te onderwerpen. Zij kon
den met deze prijzen eenvoudig niet uit,
aldus antwoordt het Hsb.
Nu laat de burgemeester eenigszins door
schemeren. dat bij de door hem voorgestel
de' prijzen het verlies toch maar heel ge
ring zou zijn geweekt. Hij spreekt over
„een verliesje" van 2.05, toen hij zelf door
een slager een halve koe liet „uitslachtcn".
En dit zou dan nog komen, doordat feite
lijk al het vleesch (op 8 kg na) tegen de
laagste verkoopprijzen werd verkocht.
Toevallig troffen we in „De Vee- cn
Vleeschhandel", het algemeen orgaan voor
het slagersbedrijf, over het Broek in Water-
landsclie conflict een beschouwing aan,
waarin over de halve koe, welke de burge
meester deed verkoopen, wat naders wordt
medegedeeld. Deze halve koe werd den
burgemeester geleverd op last van de N.
Veehouderijcentrale door de plaatselijke
Toewijzingscommissie te Purmercnd (waar
onder Broek ressorteert). De heele koe van
E$2-kwalitcit kostte inclusief alle kosten
accijns, distributiekosten, slachtrecht,
slachtloon, vervoer en wegen) 293.65, ter
wijl het gewicht aan bouten 268 kg be
droeg De burgemeester heeft dus gekregen
een lialve koe van 134 kg, kostende 146.82.
Een dergelijk rund bevat circa 18 procent
beenderen en peezen, zoodat ongeveer 110
kg verkoopbaar vleesch zal hebben geres
teerd, ongeacht nog het verlies door imve-
gen en indrogen.
Volgens mededeeling van den burgemees
ter is al het vleesch, op 8 kg na, verkocht
tegen 1.20 per kg. De opbrengst zal dus
bedragen hebben* 102 kg a 1.20, 8 kg a
1.90 (we nemen maar den hoogsten prijs
aan) en 24 kg beenderen te 0.10. In to
taal dus 140. De burgemeester heeft ech
ter voor zijn halve koe betaald 146.82,
zoodat er dus volgens Bartjens een verlies
geleden moet zijn van 6.82, terwijl dan
nog alle bedrijfskosten, als loon voor den
slager, huur van den winkel, etc., etc. be
taald moesten worden. Hoe rijmt dit nu
met de mededeeling van den burgemeester,
dat hij slechts 2.05 verlies heeft geleden?
Men zal ons toegeven, dat dit een duister
punt is!
Op gezag van „De Vee- en VleeschhandeT'
en die zal wel geweten hebben wat zij
schreef geven we hier de verklaring. De
burgemeester heeft nl., toen hem hij het
betalen van de halve koe aan de P.T.C. al
wel bleek, dat hij met zijn prijzen van 1.20
voor de osselappen enz. niet uitkwam, laten
hekend maken, dat de verkoopprijzen, die
door hem waren castgesteld, hij bezorging
met. 10 ets per kg met een minimum van
10 ct. per bezorging, zouden worden ver
hoogd. „De Vee- cn Vleeschhandel" voegt
hieraan toe:
„Dit beteekent in feite, dat de burgemees
ter langs een omweg cn met een listigheid
zijn vleesch tegen dezelfde prijzen Verkoopt
als de slagers hadden voorgesteld. Immers
de slagers mochten van den burgemeester
géén extra-bczorgloon rekenen.
Wij citeeren deze opmerkingen niet, al
dus liet Hsb., om den goedwillendon en so
ciaal voelenden burgemeester van Broek in
Waterland onaangenaam te zijn, maar om
duidelijk aan te toonen, dat de indruk als
zouden de slagers bij de door den burge
meester vastgestelde prijzen feitelijk maar
een klein verlies lijden, in werkelijkheid
niet juist is Bij een normale exploitatie
dus bij berekening van bedrijfskosten,
loonon, afschrijvingen enz. zou het ver
lies stukken eh stukken grooter zijn ge
weest, clan de door -den burgemeester ge
noemde 2.05. De royale geste van den bur
gemeester, om na zijn „proefverkoop" di
rect de door de slagers ingediende prijs^
lijsten zonder meer goed te keuren, wijst
trouwens ook in de richting.
Wat de verdere opmerkingen van
den burgemeester betreft, zijn wij
het geheel met hem eens, dat het
een vreemd verschijnsel is, dat 'de
mindere kwaliteit vleesch denzclf-
den prijs kost als de betere kwali
teiten. Dit hangt echter samen met
de prijzen, die de Veehouderij cen
trale voor de door liaar van de boe
reu over te nemen runderen hoéft
vastgesteld. De prijzen der C-koeicn
zijn daarbij in verhouding tot de
A-koeien te hoog. Of dit echter zoo
gemakkelijk veranderd kan worden,
is een andere vraag.
Worden de prijzen der C-koeicn nl. ver
laagd, dan zal het o.i. met de vrijwillige
veelevering (die thans- al zoovele moeilijk
heden geeft!) lieelemaal spaak loopen!
Aan het ongeveer 7000 kg. lange front in
Oost-Afrika zijn maar enkele sectoren, waar
oorlogshandelingen te verwachten zijn. Een
van die punten is misschien, aldus de mee
ning van de Rheinisch Westfiilische Zei-
tung, Gallabat aan de grens tusschen Ethio
pië en den Soedan, uit het Italiaansche
weermachtsbericht welbekend. Het stadje
zelf is zonder eenig belang, maar door de
Engelschen versterkt. Het Abessijnsche
hoogland daalt er steil en daarvoor strekt
zich de Soedansteppe uit. Van Gendar in
Ethiopië leidt een nauw dal naar Gallabat
Gendar nu heeft een goede verbinding met
Italië's gewichtige haven Massaoea.
De strijd woedt nu om de voorloopige En
gelsche artilleriestellingen in de steppe ten
W. van Gallabat, nadat deze plaats door dc
Italianen genonlen, verloren en heroverd
werd. Gallabat ligt aan de Atbara, de groote
rechter zijrivier van den Nijl. Zoodra de
steppe begaanbaar wordt, en deze tijd na
dert. behoeven van Gallabat nog maar 300
km afgelegd te worden tot aan de dichtst
bevolkte gebieden van den Soedan aan den
Blauwen Nijl. Nog 300 k.rn. leiden naar
Khartoem, de hoofdplaats van den Soedan.
Nog 8 millioen kippen
Van bevoegde zijde wordt medegedeeld:
Bij de vleeschvoorzicnmg in Nederland
zijn voorbijgaande moeilijkheden gerezen,
welke voor niet ter zake kundigen aanlei
ding zijn geweest, de meest verschillende
onjuiste beweringen te uiten voor wat de
oorzaak betreft.
Voorop moet worden vastgesteld, dat de
vleeschproductie in Nederland voor langen
tijd toereikend zal zijn om dc voorziening
der bevolking van dc toegezegde rantsoe-
nert te kunnen verzekeren. liet zal zelfs;
mogelijk zijn, een hoeveelheid vee aan te
houden, welke niet in overeenstemming is
met den voederbasis. Economisch bezien
zou liet juister zijn als nuttelooze vreters
(zeer oude en andere voqr de melkproductie
weinig geschikte dieren) in ruimere mate
voor de vleeschvoorzicning ter beschikking
gesteld zouden worden.
De vrees van de Nedcrlandsche veehou
ders, dat een ingrijpen met betrekking tot
den veestapel in het voornemen, ligt, dat
den productiegrondslag hunner bedrijven
ernstig zou aantasten, is ongegrond. Het re
sultaat van het vrijgeven van het fokken
van vrouwelijke kalveren zal, wat het aan
tal betreft, rijkelijk opwegen tegen het af
geven van andere dieren.
De bewering, dat van de afgeleverde
hoeveelheden vee het grootste deel voor
export naar Duitschland bestemd wordt, is
in geen enkel opzicht juist. Gedurende vijf
maanden werden door de bevoegde instan
ties voor paarden- en vee-aankoop te za-
men rond 15.000 stuks rundvee, dus 6 pet
van den Nederlandschen veestapel op de.
vrije markt gekocht, in hoofdzaak (13.000
stuks) dragende dieren.
Varkens werden tot nu toe, uitgezonderd,
een enkel fokzwijn, in het geheel niet ge
ëxporteerd. Integendeel, er werd. door
Duitsjchland varkensvoer vrijgemaakt om
het. aanhouden cn mesten van de aanwezige
hoeveelheid varkens mogelijk te maken.
Dc aankoopcommissies hebben
opdracht (het uitvoeren daarvan
wordt voortdurend gecontroleerd)
te blijven binnen de prijsgrenzen,
welke noodzakelijk geacht wordt
voor de instandohuding van de teelt.
Wanneer dc vraag naar rundvee in Xe,
derland zeer groot is, dan vindt, dat zijn
oorzaak in liet streven van vele veehouders,
hun aantal stuks vee te vergrooten uit vrees
voor de reeds hierboven bedoelde maatre
gelen.
De tot nu toe gevolgde practijken in den
veehandel en de vaststelling van den prijs
hebben er niet toe bijgedragen de bereidheid
van de boeren om te leveren te bevorderen,
Hel is in het algemeen niet juist, de oor
zaak voor het onvoldoende aanbod daarin
to zoeken, dat naast de Vechouderijcentralo
een reeks handelaren als bijzondere ver
trouwensmannen kleine hoeveelheden vee
rechtstreeks hebben opgekocht tegen van
overheidswege goedgekeurde prijzen.
Nu de directeur-generaal voor de voed'
selvoorziening bekend heeft gemaakt, hoe
hooa- de aflevering door de verschillende
bedrijven in de toekomst rhoet zijn, kam
worden verwacht, dat door den handel het
voor de voedselvoorziening vereischte slacht
vee op de markt zal worden gebracht en
nog in den loop van December na gevolgde
reorganisatie de volledige wêekrantsoenen
weer zullen kunnen worden uitgegeven.
Metr^bet oog op het aanstaande Kerst
feest zal de bevolking éénmaal een bijzon
dere toewijzing van kaas ter grootte vag
een half pond ontvangen.
In verband met bovenslaande wordt van
deskundige zijde nog het volgende opge-
merkt.
De Engclsche radiopropaganda, die
reeds vele malen blijk van heeft gegeven
met de waarheid te spelen beweerde onlangs
dat van de 28.000.000 kippen, die er in Juni
j.1. in Nederland waren, er sindsdien
22.000.000 zijn geslacht cn er thans dus nog
maar 6.000.000 over zouden zijn. Deze cijfers
zijn met de waarheid in strijd. Volgens of-
ficioele gegevens waren er in Juni j.1.
20.S7i.000 kippen in Nederland. Op het
oogenblik bedraagt dit aantal rond S.000.000
De slachting is dus veel geringer geweest
dan de Engclsche propaganda beweert. Zoo
als bekend is deze vermindering van den
kippenstapel noodzakelijk geworden, omdat
Engeland den aanvoer van het kippenvoer
naar Nederland heeft geblokkeerd.
Verder wordt aan de overzijde van het
Kanaal beweerd, dat in Nederland alle
varkens geslacht zouden zijn, alsmede ook
het vierde deel van den melkveestapel. Ook
deze cijfers zijn niet juist. Er bevinden zich
in ons land thans rond 1.500.000 varkens.
Het zal Engeland niet gelukken deze var
kens door een blokkade te laten verhonge
ren, aangezien uit Duitschland het ontbre
kende vóer wordt aangevoerd. Melkkoeien
zijn in het geheel nog niet geslacht.
Men weet dat dit historisch gevechtster
rein is, want daar heeft Kitchener met de
Mahdisten gevochten.
Aldus liet Duitsche blad is Gallabat tot
het gevoeligste punt van het Engelsche Soe
dan front geworden, want Gallabat kan
Khartoem en de samenvloeiing van Witten
cn Blauwen Nijl bedreigen.
SPOREN VAN EEN OÜD-PERUAANSCHE
STAD GEVONDEN.
In Peru zijn op den linkeroever van de
rivier de Vilcanota in een' boschrijke streek
sporen gevonden van een stad, die nog
uit den tijd van de Inka's moet dateeren.
Deze stad heeft ongeveer 100 km van het
tegenwoordige Cuzco gelegen. De blootge
legde overblijfselen behooren klaarblijke
lijk tot een.,groot gebouwencomplex, dat
drie torens bezat en door uitgestrekte ves
tingwerken was omringd. Aan dc ruïnes is
nog te zien, dat de gebouwen uit onbe
werkte steenblokken opgetrokken waren.
Dc eerste topografische opnamen van het
ruïnenveld vertoonen een klein cirkelvor
mig plein cn een net van kanalen, die het
water van buiten naar de stad leidden; Te
Lima wordt thans een archeologische ex
peditie uitgerust, die ter plaatse een* nauw
keurige studie zal maken van deze oude
ïnkastad Waarschijnlijk zal het niet moei
lijk vallen, het bewijs te leveren, dat men
hier inderdaad mot overblijfselen van de
oude Inkacultuur te doen heeft.
Schweitzers
levenswerk bedreigd
Moeilijkheden zonder tal.
Lambarene en Schweitzer. Die twee namen
zijn in de zendingsgeschiedenis van de twin
tigste eeuw onafscheidelijk verbonden. Er
za! een huivering door velen gegaan zijn,
aldus het Vad. toen zij hoorden, dat ook
boven dit grootsche werk van barmhartig
heid vliegtuigen gecirkeld hebben, Albert
Schweitzers levenswerk, waaraan hij in 1913
begon, toen hij voor het eerst aan de ri
vier Ogowe kwam, is onder het hereik van
de bommenwerpers gekomen.
Nadat Schweitzer in 1911 doctor in de ge
neeskunde geworden was ging hij op 38-
jarigen leeftijd naar Lambarene. Keerde bij
sedert dien enkele malen naar Europa te
rug, dan was het om eenigen tijd het moor
dende klimaat te ontvluchten (zijn echtge-
noote heeft hot in Lambarene niet vol kun
nen houden), om zich nog meer te bekwa
men in dc behandeling van tropische ziek
ten en om door het geven van kerkconcer-
tcn zich nieuwe geldmiddelen te verschaf
fen voor zijn ziekenhuizen in Lambarene.
Wij kennen immers Schweitzers sublieme
Bachverto'kingen op het kerkorgel en zijn
orgelspel in het algemeen, waarvan een
hoogst persoonlijke opvatting uitgaat.
In het oerwoud.
Lambarene ligt driehonderd kilometers
van de kust, en vrijwel temidden van oer
woud. Toen Schweitzer in 1932 in Neder
land vertoefde vertelde hij van Lambarene
het volgende: Lamberene bestaat slechts
uit oerwoud en water. De menschen hakken
hout. Alle voedsel moet uit Europa komen,
want men kan zoo goed als niets verbouwen
Er is geen melk, want koeien kan men er
niet houden Er waren alleen enkele gedege
nereerde geiten. Wees geworden zuigelingen
zijn ten doode opgeschreven. Men begraaft
het. kind met de moeder levend. Dit hangt
samen met de voorstelling, dat de gestor
vene door een boózcn geest is gedood. Vele
verweesde zuigelingen zijn in het hospitaal
verpleegd.
Hot voornaamste voedsel bestaat uit ba
nanen. Het leven in Lambarene is misschien
het duurste van de beele wereld, omdat
zoo goed als alles uit Europa moet komen.
De menschen slapen het liefst op den grond
en zoolang er nog plaats is op den grond
gaat niemand op den britsen liggen. Elke
zieke krijgt een nummer wegens de moei
lijkheden der namen. De taal brengt trou
wens ook groote moeilijkheden mee. In het
hospitaal worden niet minder da zes ver
schillende talen gesproken. Bij alle moei
lijkheden komt nog, dat in Lambarene al-
'een eenig voedsel gevonden wordt, dat niet
bewaard kan worden.
De zieken worden door hun verwanten
soms honderden mijlen ver over water aan
gpbracht en zii blijven op de genezing wach
ten. terwijl zij bij de verpleging mee hel
pen. De voedingskwéslie wordt daardoor ze
ker niet eenvoudiger. Voor goeden omgang
zijn overredingskracht en geschenken on
misbaar.
Tal van moeilijkheden.
Men kan zich bijkans geen begrip vormen
van de moeilijkheden, die de verpleging
van de zieken biedt, daar bij den evenaar
en midden in de oerwouden. Één derde
van Schweitzers patiënten lijdt aan tropi
sche ziekten, maar veel meer tijd vragen de
veelvuldige chirurgische gevallen, gevolgen
van ontmoetingen met wilde heesten, on-
gpli'k'*on hij boomhakken, vergiftigingen,
enz. De tropische ziekten bestaan dikwijls
uit tropische zweren die veel pijn doen aan
de voeten. De zweren zijn moeilijk te gene
zen; het duurt soms maanden. Schweitzer
heeft wel patiënten van .een jaar lang ge
had. Dan komt er veel malaria voor, voor
al bij de kinderen; lepra (helaas willen
de patiënten weg. zoodra zich zich wat be
ier voelen. het heimwee heeft hen gauw
te pakken); slaapziekte door de steek van
een vlieg verwekt en meest ongeneeslijk of
blindheid overlatend, dysenterie en geestes
ziekten (de Wilden verdrinken den geestes
zieke eenvoudig). Daarom is het heel
moeilijk onder de Wilden geschifte ver
plegers te vinden.
Dank.
Voor de operatie bestaat een zekere voor
liefde onder de Wilden. Er zijn er. die een
reis van maanden voor een kunstbewerking
over hebben. Schweitzer zag drie mannen
elkaar afranselen. Het bleek, dat zij voch
ten om het eerste-operatierecht. De patiën
ten ziin overige.ns meestal wel dankbaar
voor de gehoden hulp. Echter ook niet
steeds, en soms nemen zii des nachts de
heen en. als aandenken het muskietennet
van hun bed meenemend. Van betalen is
nooit sprake. Wel worden geschenken <re-
eegven. Voor de zekerheid worden die
meestal eerst, d.w.z. vooraf .reeds van de
familie ingenomen. Als de patiënt niets te
geven heeft, biedt hij vaak een onderpand
aan. en zoo kon het gebeuren, dat Schweit
zer voor zijn hulp een tweede vrouw van
een zijner patiënten tor beschikking kon
krijgen.
Hieruit blijkt eigenlijk reeds, dat Schweit-
ter met het houwen van zijn ziekenhuizen
een pionierswerk van groot formaat heeft
verricht De houw bracht tal van moeilijk
heden met zich mee. Men moet het zich
maar eens indenken, een ziekenhuis te
houwen met behulp van één Inlandschen
timmerman, nadat men eerst een weg open
liecft moeten kappen om opmetingen te
verrichten. Met kano's moest men iederon
dag naar het bouwterrein varen en was
men er eenmaal, dan had men ook nog te
kampen met de. roode mieren. Wij zullen
hier niet verder op dc moeilijkheden in- j
gaan. Te vermelden is echter nog, dat
Schweitzer zich daarbij wist te ontplooien
Generaal-veld maarschalk
Von Mackensen 91 jaar
De nestor van de Duitsche gcneraal-vcid*
maarschalken, August von Mackensen, vier
de gisteren zijn Olsten verjaardag. De zeer
VON MACKENSEN
(Foto eigen archief),
populaire Duitsche legerleider uit den we
reldoorlog heeft uit alle kringen der bevol
king talrijke gclukwenschen ontvangen.
als bouwmeester wij kénden hem reeds
als profcssor-dokter-zcndeling-musicus
Het is thans niet voor het eerst, dat
Schweitzer met de gevolgen van den oor
log kennis maakt. Want vier jaar na zijn
aankomst in Lambarene is hij al geïnter
neerd geweest door de Franschcn, in 1917
in Lambarene zelf, later in de Pyreneeën
en weer later bij Avignon In 1918 werd
Schweitzer met zijn vrouw als geïnterneer
de uitgewisseld, zoodat hij weer terecht
kwam in het plaatsje, waar zijn vader pre
dikant was: Günsbach.
Zes jaar na 1918 bleef het ziekenhuis van
Schweitzer gesloten. In 1924 werd het her
opend. Schweitzer, die inmiddels professor
had kunnen worden in Leiden en Zürich,
had door het geven van kerkconcerten geld
verzameld, om zijn taak te kunnen hervat
ten. Zijn eerste bouwwerk bleek geheel ver
woest'te zijn en*dus moest een nieuw zie
kenhuis opgetrokken worden met, naar
Schweitzer wenschte, 150 bedden. In ver
band met een hongersnood en een dyscn-
terie-epidemie in Lambarene moest het
ziekenhuis meteen verplaats worden. Op
nieuw kwamen Schweitzers bouwkundige
talenten te pVis en na anderhalf jaar was
drie kilometer stroomopwaarts een nieuw
ziekenhuis verrezen. Dit is dan het zieken
huis dat nu nog bestaat.