Uei duikelaartje Rtile jongen) en meii^tl! Van de week bracht de post mij nog een hele stapel briefkaarten, '-aartjes en ansicht kaarten van vrienden en vriendinnen die mij en mijn vrouw een gelukkig nieuwjaar kwa men wensen. Dat vonden we, natuurlijk, ge weldig leuk. Al die kaarten hebben we op geplakt in een album en daarop geschreven: „Wensen van onze vrienden van de kinder krant 1940'<*1". Dat ewaren we! En... genieten jullie van de echaataenryde- rij? Ik denk van wel. Oveial zag ik tenminste dat er druk gereden werd. Of ikzelf ook al op gladde ijzers geweest ben...? Praat me er niet van! Laat ik nu juist toen er einde lek eens goed ijs lag, het spit in m'n rug krijgen. Iedere keer als ik een onverwachte beweging maak kan ik wel brullen van de pijn. Mijn vrouw heeft gezegd, dat ze me strij ken wil met een hete bout. maar ik heb haar medegedeeld, dat ik daar feestelijk voor be dank! Wat jullie! Maar, laten we nu eerst eens zien wie de gelukkige winnaar van het boek is. Dat is: CORRIE RUS Jd., Stroet B 236, post Dirkshora. En nu: de briefjes! Willem Boontjes, Stolpen. Jij hebt het best naar je genoegen gehad, beste Willem, daar in de Wieringei'meer. Gevaren en geschaatst. Wat wil je nóg meer! Dat ze daar in de Wieringermeer prima banen hebben, weet ik. Een paar jaar geleden heb ik er zelf nog eens een dagje gereden en zelden reed ik op mooier ijs. Dag Wim! Tine de Vries. Nu Tine, de brief was toch nog lang geworden, vond ik. Zo, is de juffrouw ziek geworden en hebben jullie nu uitstel gehad van rapport! Ben je erg nieuws gierig naar de cijfers. Zo gauw als je ze weet moet je me die even schrijven. Ik stel daar altijd veel belang in. Fijn geschaatst? Zoals je hierboven al gelezen hebt kan ik dat nog niet zeggen. Misschien later. Dag! Anni Bijpost, Valkoog. Ja, op de Wiel kun je geweldig goed schaatsen. Ik heb een paar dagen geleden nog eens een tijdje staan te kijken. En het viel me op dat er door zo veel jonge mensen daar uitstekend gereden werd. Ik zal jou daar ook wel gezien hebben, denk ik. Gerda Bronder ken ik niet. Gaat die ook schrijven? Geri Kuyper, Moerbeek. Hartelijk dank voor je goede wensen, beste Geri en... ik zal ze overbrengen aan m'n vrouw. Daar kun je staat op maken. Die beide oom-- van je... of ik die ken. Ik zie ze heel dikwijls. En zij mij ook... Vond je nu het raadsel makkelijker. Ik heb je ook al een paar weken gemist. En dat vind ik^van zo'n goede vriendin als jij van me bent, jammer! Corrie Bakker. Corrie schrijft me een brief, maar vergeet op de brief haar adres te zetten. Dat is dom. Trouwens... er zijn meerdere vrieden en vriendinnen, die dat nog wel eens vergeten. Nogmaals druk ik jullie op het hart: vergeet dat toch niet. Stel voor dat je de prys gewonnen zou hebben! Dan was die je neus voorbijgegaan. Iza de Regt, Kolhorn. Ik lees dat jij een fijn Kerstfeest gevierd hebt, Iza. Nu, daar ben ik blij om. Het Kerstfeest is een van de mooiste zo niet HET mooiste van het hele jaar. Wij hebben het thuis ook gevierd en het was daar ook gezellig. Nog wel bedankt voor je vriendelijke wensen, Iza. Elly Kweldam, Schagen. Allereerst m'n compliment over de tekening van Sjors. Dat heb je werkelijk keurig gedaan Elly en ik houd me aanbevolen voor andere tekeningen. Je gedichtje vond ik bijzender aardig. Ik zal het opnemen. En... bedankt voor je leuke brief. Dag! Fancy Vergaay, Breezand. Och... wat jammer Fancy, dat dat mooie kerstklokje kapot uit de doos kwam. Tjaaa... dat gebeurt wel eens meer, daar kan niemand iets aan doen. Maar ik aenk dat het Kerstfeest toe niet minder prettig om geweest is, he? Corrie Rus, Dlrkshorn. Welkom nieuwe vriendin. De eerste nieuwe in het jaar 1941. Nu, dat er nog maar vele, heel vele, mogen volgen. Ik lees dat je 29 Januari jarig bent. Dat wordt dus alweer feest Co 'rie! Krijg ik volgende week weer een epistel van je? Dieuwertje Glim, Wieringerwaard. Mooi postpapie: heb jij voor je Sinterklaas gehad, Dieuwertje. Wees er zuinig op, want het zal wel duur geweest zijn. De bonnen ontvangen en... mijn hartelijke dank. We konden ze best heel best zelfs, gebruiken. Nogmaals: recht hartelijk dank daarvoor. Dag! Nellie Glim, Wieringerwaard. Ook Nel- lie schrijft me. Nu, dat vind ik aardig. Nu zijn er dus twee Glimmetjes. Dat het erg koud geweest is... nu, das kan ik over mee praten. M'n oren en handen zyn o_ de fiets 's-morgens al zowat afgevroren. Niets leuk was dat hoor! Annie Keesman, Kolhom. Alsjeblieft, die laatste weken zijn voor jou zo'n beetje doorloopend feest geweest. Een prijs met het schaatsen, je was jarig,; kortom, het kon niet op. Waren de oliebollen van moeder lekker op Oudejaarsavond? Wil je wel geloven, dat ik er trek in krijg, als ik zo zit te schrijven? Wim Schroevers, Schagen. Kolossaal, wat hebben vader en moeder dc Oudejaars avond thuis gezellig voor jullie gemaakt. Kaarten en noten en dansen en... al maar lekker eten en drinken. Ik had m'n neus wel 's even om de hoek willen steken, die avond! Maar hadden jullie geen verschrikkelijke slaap om 12 uur? Ik denk van wel!! Piet Schroevers, Schagen. Dat was een verbazend aardig spel, wat jullie met Oude jaar gedaan hebben, Piet. Ik zal het ont houden en wie weet breng ik het ook niet eens in toepassing. Groet vader en moeder maar van my. Niet vergeten, hoor! te O... o... c..., wat een domoor Die vertelt me dat hy het altijd zo leuk vindt als z'n naam in de krant staat en hij vertelt me nota bene ook dat hij door het ijs gezakt is en daar een verschrikkelijk koud bad mee opliep. Maar... die vriend (of is het een vriendin vergeet naam en adres. Wat dom... wat oliedom! Wie ben je...?? Ato Vader, Callantsoog. Een grote brief van Ato, die zo langzamerhand een trouw vriend wordt. Hebben jullie zo weinig kolen Tjaaa, zo is het op het ogenblik bij heel veel mensen. Er wordt heel weinig aangevoerd. Wij thuis gaan ook naar bed met de warme kruik. Omdat we dikwijls met koude voeten naar bed gaan. Dag! Piet de Vet, Schagen. Hartelijk bedankt voor je goede wensen beste Piet en... we- derkeerig hoor. Wat vind ik dat ellendig dat zusje weer naar de '-acantie-kolonie moet. En nu al voor de vierde maal. Maar in ieder geval is dat toch wel het beste voor haar en ...ik weet dat het in Nunspeet heel prettig is. Dag Piet! Corrie Bakker, Julianadorp. Dat vind ik aardig van je Corrie, dat je m'n vrouw een kaart wil sturen. Het adres is: Aan de vrouw van de Kindervriend, Schager Courant, Scha gen. Dan komt het altijd terecht. Ik heb een hele vracht kaarten gehad met de Kerstdagen en met oud en nieuw. Dat vonden we gewel dig leuk. Nu komt louw kaart ook in het album. Dag Corrie! Annie de Roo, Koihorn. Zo, is je broer naar Duitschland geweest en is het hem daar goed bevallen. Nu, dat is prettig voor hem. Heeft je zuster je een beetje geholpen met het raadsel? Dat vind ik niets erg hoor. Dat mag best! Trijntje Schoehuijs, Schagen. Tryntje's mangelen zijn geknipt en nu heeft ze hele maal geen pyn mee. Dat is een goed begin van het nieuwe jaar, beste vriendin en laten we hopen dat je nooit meer in het ziekenhuis komt te liggen. Wat jijOf ik bang ben voor de kou? x'Jee. dat ben ik niet. Integendeel, maar met pijn in de rug valt het op de schaats niet mee. Trien Tjjsen, Wieringerwerf. Een korte brief Trien, maar het valt ook niet mee om er twee achter elkaar te schrijven, zoals jy. Het gedichtje vond ik aardig. Jammer, dat het te laat was voor de krant, anders had ik het nog misschien op kunnen nemen. Maak maar eens een ander versje. Doe je best er eens op! Hoe heb je gereden op het Oude Veer in Anna Paulowna? Ging het goed...? Bep Tjjsen, Wieringerwerf. Ondanks je gebrek aan nieuws was het toch een gezel lige brief Bep. En... m'n .beste dank voor je welgemeende wensen. Wat leuk dat jullie zo'n stapel ansichtkaarten kregen. 20 stuks is heel wat! Zit de vacantie er weer op? Nu het is net zoals je schrijft: we hadden niet te klagen. En zo is het! Tot volgende week Bep. Dag! Pietertje Kleimeer, Heerhugowaard. Leuk dat je in Schagen gelogeerd hebt. Je hebt zeker naar my gekeken in het kantoor en... my' niet gezien. Tjaaa, dat kan zo wel eens gebeuren. Wat een fyn Kerstfeest heb ben jullie thvis gevierd, zeg! Bofte jij even met het boek en het' kapje? Koos Bregman, Schagen. Dinsdag ben je dus weer begonnen Koos. Nu, ik denk, dat je het weer fijn vond om naar school te gaan. Vacantie is leuk, maar de school is ook niet vervelend. Integendeel! Lekker heb je gereden hè? Nu, misschien komen er nog vrye dagen voldoende om je schaatsen- liefde uit te vieren. Marietje Eriks, St. Maartcnsvlotbrug. Ja Marietje, ik heb de kaart van je ont vangen hoor en myn hartelijke dank. Zo als je weet waren dat er zoveel, dat ik niet in staat ben om jullie allemaal persoonlijk dank te zeggen. Maar dat nemen jullie me natuurlijk niet kwalyk! Je postpapier vind ik heel geslaagd. Voor Sinterklaas gehad? Miekje Mink, Warmenhuizen. Jy bent met één been door het ijs gezakt, Miekje Pas op, dat je er niet helemaal in valt, want dan wordt je ziek, zo vast als een huis. Hartelijk uank voor de bonnen. Wat was ik daar blij mee. Bedank ook Moeder. Wil je Dat was een gezellige brief, Miek je. Krijg ik er de volgende week weer een? Tini Koorn, Nieuwe Niedorp. Welkom Tini, nieuwe vriendin, welkom. Je "schrijft dat je denkt dat je wel eens fouten zal ma ken; nu, dat is niet erg, want die maken we allemaal. Dat doen op zijn tyd alle vriendep en vriendinnen. Dus: tot volgende week! Wim Mantel, Nieuwe Niedorp. Tjaaa... Wim, het kan nu eenmaal niet altijd vacan tie zijn, ook al ligt er sneeuw. Dat gaat niet Maar, in het middaguur en na schooltijd kun je toch je hart nog wel een uurtje ophalen. Is het niet? Veel plezier op de gladde ijzers hoor! Bep Kole, Anna Pau'jwna. Kijk... daar is nog al een nieuw gezicht. Dat houdt maar niet op. Wat een prettige belangstel ling is dat in onze club. Nu, ik verwacht volgende week je eerste grote brief, Bep. Probeer het maar eens. Dag! Sietske Boomrma, Nieuwe Niedorp. Ook jy hebt je zeker best geamuseerd op het ijs, niet? Tenminste, dat meen ik uit je brief te merken. En... uit je KORTE brief Ts hij volgende week weer net zo lang als /oorheen Beste vrienden en vriendinnen, ik ben 'oor de stapel heen. Tot volgende week. Oplossing raadsel vorige week Beest, Toos, boot, thee, buis, woest, hout, Soest. Het spreekwoord luidt: Oost, West, Thuis .5est, Goede oplossingen ontvangen van: Fancy Vergaay, Corrie Rus, Dieuwertje en Nelly Glim, Annie Keesman, Annie Bij- post, Koos Bregman, Pietertje Kleimeer, Bep Tijsen, Trien Tijeen, Tryntje Schoehuys, Anni de Roo, Ato Vader, Jan v. d. Splinter, Rietje van Halm, Piet Schroevers, Wim Schroevers, Elly Kweldam, Iza de Regt, Corrie Bakker. Geri Kuyper, Tini de Vries, Willem Boontjes, 'Gerrit en Bennie K., Heer- hugowaard, Sietske B., N. Niedorp; Bep K., Anna Paulowna, Wim M., N. Niedorp; Miek je M., Warmenhuizen; Marietje E., St. M.- vlotbrug. Nieuw Raadsel x waarop wij allemaal hopen. xstaat dikwyls aan het slot van een boek. x gissen xdit ben je maar eens per jaar. xboek met landkaarten. x..., waarop wij allemaal wonen, x zit b.v. aan een oud, afgedragen kleedingstuk. x.... in een gebeuren soms de meest wonderlijke dingen x vrucht, x precies hetzelfde. Op de kruisjeslijn lees je van boven naar beneden iets, dat je altijd heel prettig vindt. 't Wintert 't Is Winter Kom schaatsen onder de voet Nu gaan we lekker ryden Vol frisse moed 't Is winter Het ijs houdt al goed Laat de koudkleumer zitten Nu stroomt het bloed. 't Is winter Sneeuwvlokken dwarrelen in het rond Nu gaan we heerlijk glyden Dat is heel gezond. Elly Kweldam, Schagen. Een leuk schilderijtje maken Is dit geen leuk plaatje? Weet je dat je hiervan een leuk schilderijtje voor je ka mertje kunt maken? Net goed om in een klein hoekje te hangen We kunnen dit op verschillende manieren doen. Voor alle ma nieren moet je netjes en precies te werk gaan engeduld hebben. Wie niet ge duldig is, moet er liever niet aan beginnen, want dan breng je er niets van terecht en dat brengt je maar in een akelig humeur. Ten eerste kun je doorschijnend papier nemen en de omtrekken van .de figuurtjes overtrekken, met een scherp, zwart pot lood! Daarna leg je dit vel papier met de figuurtjes erop. met de buitenkant, dat is dus de kant, waarop je getekend hebt, op een glad, wit stuk karton. Dit karton kun je het best in een winkel kopert. Het moe' ongeveer de dikte van een briefkaart heb ben en net zo glad zijn. Als het papier op 't karton ligt. ga je nog eens met je potlood over de omtrekken van de figuurtjes. Druk je vel doorschijnend papier stevig op het karton. Als je klaar bent. zul je zien dat alle figuurtjes op het karton zichtbaar zijn. Nu neem je Oost-Indische inkt en vult daarmee de figuurtjes op. Netjes hoor' Niet knoeien. Zorg dat je een fijne pensee] gebruikt. Je zult verrast zijn over het re sultaat. als je het netjes doet! Dan knippen we het stuk karton in een passende vorm, b.v. vierkant of rechthoe kig en stoppen het in een lijstje zo'n ge woon zwart lijstje dat je voor vijftien cent in de winkel kunt kopen Als ze geen lijst jes hebben in de maat die jij het leukst vindt, kun je zelf een lijstje maken met be hulp van zwart gomoaDier. dat ook bij een boekhandelaar te krijgen is. De tweed» mani°r om dit schilderijtje te maken is: dit plaatje voorzichtig uitknip pen. Dat is heel moeilijk, vooral de boom zal je last bezorgen. Daarna alles op wit karton plakken en klaar is het. Als je geen lijstje wilt maken of kopen, kun je ook een rand met Oost-Indische inkt op het karton tekenen, dat is heel makkelyk en staat ook erg leuk. Een op- hangertje er achter plaken is zo gebeurd. Er was eens een jongetje dat van een aardigen meneer een duikelaartje had ge kregen. Weten jullie wat een duikelaartje is? Wel, een duikelaartje is een mannetje, meestal van hout gemaakt. Inplaats van voeten heeft hij een ijzeren bol, die er voor zorgt dat het mannetje altijd op zyn ..pootjes" terecht komt. Jullie zult het met me eens zijn dat zo iets erg grappig is. Dat vond het jongetje ook en hij hield vanaf de eerste dag dol veel van het ventje. Het jongetje was een arm jongetje en behalve het duikelaartje had hij niet veel ander speelgoed. Veel tijd om te spelen had hij ook niet. want het grootste gedeelte van de dag zat hij op school en na schooltijd moest hij er op uit, kranten verkopen, om er wat bij te verdie nen. Maar sinds hij het duikelaartje had, droeg hij hem altijd in zijn zak en er was altijd wel een gladde steen of een ander plekje in de buurt, waar de duikelaar zijn kunsten kon vertonen. Zijn vriendelijk grijnzend gezichtje lachte het jongetje elke keer toe, als hij, na in de lucht gegooid te zijn, weer op zijn ijzeren kogel terecht kwam. ..Doe net als ik", scheen het duikelaartje toren den jongen te zeggen, „laat je niet neerdrukken, sta altijd weer op!" En misschien kwam het wel hierdoor, dat de jongen tegen zijn moeder, die hij op zekere dag zag huilen, zei: „Huil maar niet moeder. Wacht rriaar tot ik groot ben. dan zal ik zorgen dat het ons veel beter gaat. Ik doe net als het duikelaartje, ik laat me er niet onder krijgen, ik sta altijd weer op!" Het was. maar gelukkig dat de jongen zijn moeder zo troostte, want zijn moeder bad veel verdriet. Ze had zo weinig geld dat ze haast niet wist. hoe ze haar kind te eten moest geven Haar man was een paar jaar geleden gestorven en Koos. haar zoon tje was het enige wat ze nog had. Koos leerde vlijtig en toen hij van school ging. kreeg hij een mooi rapport mee naar huis. Door dit mooie rapport kwam hy als leerling m een kruidenierszaak, waar het hem goed bevallen had, alsja. als hij maar de enige leerling geweest was. Maar er was er nog een, een akelige jongen, met wien Koos niet kon opschieten. Die andere jongen was oneerlijk en achterbaks. Op een keer zag Koos dat hij krenten, rozijnen en een paar busjes stroop in zijn zakken stopte. Een paar seconden stonden de twee longens zonder iets te zeggen tegenover el kaar. Eindelijk zei Koos: „Het is maar goed Koen, dat i k 't ben die je ziet. want ik zal je niet verklikken, als je belooft dat je dat nooit meer zult doen." Toen Koen zich met z'n buit ui* de voe ten wilde maken, hield Koos hem tegen en zei: „Halt! Zet alles weer op zijn plaats. Gestolen wordt hier niets!" Sinds die dag kon Koen. Koos helemaal niet meer zien. Hij keek hem steeds met ogen vol haat aan. Maar Koos deed net of hij niets zag en trok zich er verder niets van aan. Op een warme zomerdag moesten de twee jongens in 'het pakhuis werken. Koos werk te hard en kreeg het al gauw zo warm, dat hij zijn jas uittrok en hem aan een spijker ophing. Zonder dat Koos 't zag. sloop Koen in 't kantoortje van den baas, die er op dat ogenblik niet was. stak z'n hand in het geldlaatje en kwam even later met een hand vol geldstukken terüg. Toen stopte hy, zonder dat iemand 't merkte, het geld in de jas van Koos. Toen de baas ontdekte dat hy geld miste, moesten de twee jongens bij hem komen en op zijn vragen antwoorden. Niemand had het gedaan. Toen onderzocht de baas de zakken van de jongens en wat er nu gebeurde, kunnen jullie wel raden; het geld werd bij Koos gevonden, die met schande en smaad werd weggejaagd. Versuft sloop Koos weg. Hij begreep nog niet wat er gebeurd was Wat zou moeder zeggen als ze het hoorde. Ze zou natuurlijk aan zijn onschuld geloven, maar wat schoot hij daar mee op? Bij de rivier gekomen ging hij op een steen zitten. Ineens kon hij zich niet meer inhouden, de tranen stroomden over zijn gezicht en hij moest zijn zakdoek te voor schijn halen om zijn gezicht af te vegen. Daar rolde iets voor zijn voeten.het dui- keiaartje. „Ja. je hebt gelijk", zei Koos. .ik zal me niet laten neerdrukken, ik zal weer op staan!" Toen moeder alles hoorde, was ze erg ongelukkig. Maar Koos pakte direct aan. Eerst werkte hij thuis veel. Hij hielp moe der waar hij maar kon. Van zyn opgespaar de centen maakte hy alles wat er in het huisje kapot was. heel. Ondertussen zocht hy een andere betrekking, maar tot nu toe was er niets op komen dagen. Toen Koos op een goede dag weer vlijtig aan 't werk was. kwam er bezoek. Bezoek dat ze nooit verwacht hadden. Het was de kruideniersbaas. die kwam vertellen, dat ze nu wisten wie het geld gestolen had. Koen had zichzelf verraden en nu kwam de baas Koos weer terughalen, „Hier heb jij het geld jongen en morgen bggin je weer, begrepen?" Tegelijkertiid stopte hij een bankbiljet in de hand van Koos. Moeder huilde van geluk en Koos dankte in stilte zijn duikelaartje, die hem de moed. niet had doen verliezen. Het is niet de enige keer geweest dat de duikelaar hem geholpen heeft. Ook toen hij ouder werd haalde hij het ventje wel eens uit zijn zak. En Koos werd later zelf een kruidenier, wiens zaak uitstekend gmg. Hij had gelijk gehad, moeder woonde nu bij hem in een aardig huis en zorgen had ze niet meer. Als ieder ander mens had Koos ook van tijd tot tijd pech en ongeluk. Eén keer ging een hele lading kruidenierswaren in de storm verloren en een andere keer brand de zijn hele pakhuis af. Maar weer deed Koos wat het duikelaartje hem geleerd had „Laat je niet neerdrukken, sta altijd weer op!" Om na te tekenen Wie kan deze vlindertjes natekenen in h-*>l? je potlood mag dus niet van het komen. Een goede les Er was eens een jongen die wilde stelen en omdat hij wist dat de molenaar rijk was en veel geld in de la had liggen, wilde hij by hem inbreken. Op een nacht kwam hij in een donkere jas bij de molen en wil de de deur binnen gaan. Maar de deur was op slot. „Ah", dacht de jongen, „jij denkt dat je slim bent. molenaar, maar ik ben nog slimmer!" En bij zichzelf dacht hij: „Ik klim door het dakraam!" Hij begon dus te klimmen en eerst ging dat heel goed, want hij hoefde zich maar aan het windmolenrad vast te houden. Hij was er al bijna en kon door het dakraam kijken, waar hij de guldens al op tafel meende te zien. maar o wee. toen kon het rad hem niet langer dragen, het begon te draaien en toen 't eenmaal begonnen was, hield het niet meer op. De molenaar sliep als een roos. Maar de dief niet. Die draaide en draaide maar door. Als hij boven was, voelde hij een flinke klap op zijn hoofd en als hij bene den was, schramde hij z'n gezicht. Het was niet om uit te houden. Eindelijk had het rad er blijkbaar genoeg van. het stond stil en de jongen viel uitgeput op de grond, waarbij hij zich ook nog pijn deed. Maar het was een goede les voor hem ge weest. Kermend van pijn sleepte hij zich naar huis en hij heeft nooit meer gepro beerd te stelen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1941 | | pagina 6