De man achter de
schermen in Amerika
NIPPER EN PELLE
Het
granaatappelsap
LUTHER S NAKOMELINGEN
DOMINEES,
hebt medelijden
Radioprogramma
WIE IS BELL KNUDSEN. DE ORGA-
NISATOR DER OORLOGSINDU-
STRIEëN? EEN MAN MET EEN
WAARLIJK AMERIKAANSCHE GE
SCHIEDENIS.
.VAN RIJWIELHERSTELLER TOT LEIDER
EN ORGANISATOR VAN DE GEHEELE
AMERIKAANSCHE BEWAPENINGS-
INDUSTRIE.
WASHINGTON. Jan. 1941. (V.P.B.)
Wilson had zijn overste House als
■politiek raadsman. President Roose-
velt heeft zijn Hopkins en zijn over
ste Donovan. Verder steunt hij op
zijn voorrnaligen mededinger naar
het presidentschap, Wendel Willkie.
Maar bovenal heeft hij Bill Knudsen
Deze is leider en organisator van de
geheele Amerikaansche bewape-
ningsindustrie.
BILL KNUDSEN.
(Foto archief)
Behalve zijn geamerikaniseerden
voornaam heeft de man niets Ameri-
kaansch. Hii is een Noordsche reus
van 61 jaar. Zijn haardos is nog bij
na blond, in weerwil van zijn leef.
tijd; hij heeft de blauwe oogen van
den Noorderling. Op de school in
Kopenhagen heeft hij juist voldoen
de kennis opgedaan, om later als
leerling bij een rij wiel fabrikant rij-
wielen in elkaar te kunnen zetten.
Doch de rest van zijn geschiedenis is zoo
'Amerikaanseh mogelijk. Knudsen behoort
niet tot de mannen, die met niet meer dan
een dollar op zak naar Amerika kwamen.
Toen hij aan de overzijde van den Oceaan
zijn eersten maaltijd had gebruikt, bezat
hii namelijk nog 30 dollar. Doch dit stam
kapitaal was voldoende, om hem van staal-
draaier in een. staalfabriek in den loop der
jaren te laten opklimmen tot bedrijfsleider.
Öp 32-jarigen leeftijd was hij mede-directeur
bij Ford. Negen jaar lang vervaardigde hij
auto's aan den loopenden band. Toen kreeg
hij herrie met den „baas". En nu geschied
de er iels, dat typeerend is voor Bill Knud
sen: hii nam een autofabriek over. die niet
meer met het tempo mee kon. Hij voerde
massafabricage in. gecombineerd met kwa
liteit en binnen den tijd van twee jaar
heeft hij de px-oductie opgevoerd tot het
negenvoudige.
FEUILLETON
do-vA. Wiet ïïl.
18.
Goede genade! riep Diana verschrikt uit.
Wat moet die man hier Alleen maar voor
dat beetje pijn in mijn schouder en die paar
schrammetjes Wees niet zoo dwaas, Miggi#!
Miggs gaf geen antwoord, doch was onder
wijl bezig haar kleeren na te zien. Met een
misprijzend gezicht zei ze: Het is toch
zonde! Uw jas is van achteren heelemaal ge
scheurd en wat ziet Uw rijbroek er uit! Uc
geloof dat daar niet veel n.eer aan te doen is.
Oh, doet er niet toe! zei Diana luchtig.
Ik heb nog wel een ander pak. Calif man
keert toch niets, hè?
Oh, spreekt U me niet van dat ellendige
■beest het zal nog eens Uw dood zijn! riep
Miggs uit.
Nu, daar zou niemand zich erg veel van
aantrekken, denk ik, zei Diana en ze geeuwde
opnieuw. Hallo! Wat is dat? Voor mij?
Wie ter wereld... Ze nam een brief op van
het theeblad en bekeek de enveloppe aan
dachtig.
Ja, die is voor U, zei Miggs. Wat een
raar schrift is dat het lijkt wel verdraaid!
Diana legde den brief naast zich neer.
Zal wel een rekening zijn, zei ze onverschillig.
Ik zal me zelf eerst maar eens een kopje
thee inschenken. Je behoeft niet te wachten,
Miggs. Zeg maar aan mijn moeder dat ik
weer heelemaal in orde- ben, voegde ze er aan
toe, toen Miggs zich omkeerde. Ik zal be
neden komen ontbijten.
Weg was de kamenier en Diana zuchtte
opgelucht. Ze zette de theepot weer op het
blaadje en pikte den brief op.
Ze bekeek het adres nog eens inderdaad,
Op zoek naar Krullckop.
1. „We zijn op weg om onzen
kameraad te zoeken. Hij is
door de rivierrovers ge
vangen genomen; ze hebben
hem aan handen en voeten
gebonden en als een stuk
drijfhout de rivier af laten
zakken."
„Dat klinkt wel wat eigen
aardig, wat jullie ons daar
vertelt. Dachten jullie nu
werkelijk, dat we die rovers
geschiedenis geloofden?"
2. „Ach, helpt ons alsjeblieft
Krullekop zoeken. Het is
onze schuld, dat hij weg is."
Nipper en Pelle nemen d.en
rivier-detective Scm, In dienst.
1. „Dat is nu allemaal goed
en wel. jongens, maar dach
ten jullie dan, dat ik de
rivier links en rechts zou
gaan afzoeken, om naar
jullie verdwenen kameraad
te zoeken, zonder dat ik
daarvoor iets zou krijgen?"
„We zijn bereid te betalen,
wat U vraagt,
2. „Zeg eens, was die Krulle
kop dan een van jullie goede
vrienden?"
„En of, mijnheer, hij is de
beste jongen van ons alle
maal. Ik weet niet, wat ik
wel voor hem zou willen
doen."
3. „Hallo, Nipper en Pelle!
Sinds wanneer houden jullie
zoveel van mij
„Hallo, Krullekop. Geluk
kig. je leeft dus nog! Jij
lange slungel, die staat me
daar en luistert onze vleierij
af. We meenden er geen
woord van!"
WERKEN VAN 'S MORGENS
VROEG TOT 'S AVONDS LAAT.
Knudsen koant dus uit de autofabricage
doch autofabricage in grooten stijl; want
hij bouwde niet alleen automobielen, doch
vervaardigde ook al de reservedeelcn. On
afhankelijkheid is alles voor Knudsen.
Langs dejzen weg kwam hij in de werk-
tuigindustne. Twee jaar geleden, toen hij
nog auto's fabriceerde, verdiende hij een
slordige paar honderdduizend dollar per
jaar. Nu weet hij niet meer, hoeveel hij
verdient. Hij heeft niet eens tijd. om er
over te gaan zitten nadenken. Thans is hij
een van de machtigste mannen in de Ver-
ecnigde Staten. £>e gcheele bewapenings
industrie berust in zijn handen. Hii leeft als
het ware in de schaduw van het Witte
Huis. Hij treedt weinig op den voorgrond.
Hij werkt van 's morgens 8 tot 's avonds 7
uur. rijdt dan naar huis en werkt verder.
Doch de bewapeningsindustrie waarvan
geen enkele officieeie instantie tot op dit
oogonblik kan zeggen, hoeveel zij produ
ceert voor Amerika en hoeveel voor Enge
land bespeurt overal de hand van Knud
sen, die haar tot grooter spoed aanzet.
Eensklaps worden bijvoorbeeld de gouver
neurs van de verschillende staten verrast
door een bevel uit Washington dat zij da
delijk belag moeten leggen op alle werk
tuigmachines in hun staat, die ongebruikt
staan. Knudsen beeft den Amerikanen met
klem van. redenen uiteengezet., dat de be
wapening van Amerika in het gunstigste
geval niet eCreed kan zijn voor "het einde
van 1942. Hij heeft een hekel aan stilstand.
Daarom mag er in geen enkele staat van
Noord-Amerika ook maar één werktuigma
chine zijn, die niet werkt.
KNUDSEN IS EEN TEGENSTANDER
VAN HET WEEKEINDE.
Dat alias bereikt Knudsen op weinig op
vallende wijze, door middel van suggestieve
brieven, waarin hij niets „eischt", doch
„aanbevelingen geeft". Wanneer het hard
tegen hard gaat. weet hij evenwel zijn man
netje te staan; en dank zij zijn taai vol
houden, trekt hij altijd aan het langste
eind.
Hij is geen voorstander van sociale poli
tiek. Hii vindt, dat daardoor de luiheid in
de hqnd wordt gewerkt, zonder dat hij daar
om uit heb oog verliest, dat er in de V.S.
altijd nog 17 millioen werkloozen zijn. Het
„weekend" van Vrijdagavond tot Maandag
avond. is hem een doorn in het oog. Hij
ziet daarin niets anders dan een vertraging
van de productie, waarin de machines
stilstaan. Wat de menschen betreft die
interesseeren hem minder.
Kundscn is niet persoonlijk bevriend met
Roosevelt, zooals Hopkins. Donovan en Will
kie. Hii is door den president bevorderd tot
leider van de bewapeningsorganisatie, om
dat Roosevelt in hem den geschikten man
heeft gezien. Overigens maakt Knudsen
van zijn positie geen misbruik om te streven
naar het dictatorschap. Hij wil slechts or-
ganiseeren, produceeren en daarbij geld ver
dienen. Hij heeft een assistent toegewezen
gekregen, Hillman. een Littauer. Hii neemt
echter ternauwernood notitie van den man,
zoo gaat hij op in zijn verantwoordelijken
post.
S. W. Melcliior schrijft in het Nedcrlandsch
archief voor Genealogie en Heraldiek over
Luthers nakomelingen in Nederland het
volgende:
„De nakomelingen van Maarten Luther,
die over de gansche wereld verspreid wo
nen, hebben se-dert; eenige jaren een eigen
vereeniging, de „Lutheriden Vereinigung".
Deze is in Duitschland gevestigd, telt ruim
duizend leden en bezit ook een eigen or
gaan, dat „Fainiliënblatt der Lutheriden
Vereinigung'' heet; redacteur is de emeri
tus-predikant Otto Sartoras te Harste bij
Gottingen.
Deze vereeniging heeft, onder den naam
„Verzeichniss der lebenden Nachkomme
Luthor's" een lijst het licht doen zien, wel
ke een zeer nauwkeurige opgave bevat van
de nog in leven zijnde nakomelingen van
Luther. Onder de Nederlandsche families,
die op deze afstamming mogen bogen, is
de van origine Groningsche familie Sie
mens wel de talrijkste. In directe relatie
tót deze familie staan de families Gorter,
Goedvricnd, Koning, Langlois van Bergen,
Kranenburg, Lansberg en Van Zadelhof,
die dus ook tot de Lutheriden behooren. Uit
de opgave blijkt, clat, de „Siemens-Luthe-
riden" eenige tientallen leden sterk zijn.
Eigenaardig is ook, dat in dezen tak zich
een overigens uitgastorven vrouwennaam
beeft weten te handhaven, n.1. Thetasina.
Op deze familie volgt in talrijkheid de tak
dor Bcntinck's, die den baronnentitel voert.
Vervolgens de familie Beek. Ook de fami
lie T jaden komt in deze lijst meer dan eens
voor.
In totaal geeft de lijst 56 namen van fa
milies of alleenstaande personen, wier af
stamming van Luther als zeker wordt be
schouwd. In Indië zouden nog ongeveer
veertig nakomelingen van Luther leven.
Ds. Otto Sartorius wil gaarne met deze
mede-nakomelingen van Luther in nader
contact treden.
Spaar ons uw theologisch koe-
tcrwaalsch.
De kantteekenaar in Kerk en Wereld,
blad voor vrijzinnige protestanten leest
met bijzondere aandacht de artikelen over
de boodschap der kerk, die in het „Week
blad der Nederlandsche Hervormde kerk"
verschijnen. Hij leest ze met stichting, en
„met een groot deel van instemming. Niet
in_ alje opzichten is hij het er mee eens en
hij vindt ook wel eens, dat de schrijvers wat
al te gemakkelijk over verschillende pro
blemen heen hobbelen. Een opmerking
moet hem toch van het hart. Wat kunnen
dominees toch moeilijk voor „gewone men
schen" schrijven!. Deze artikelen* zijn toch
ook bedoeld voor ouderlingen en andere
gemeenteleden die in deze dingen beiang
stellen. Welnu, daar zijn zij meerendeels,
ongeschikt voor. Het uiterlijk deugt al niet.
In welke krant verschijnen nu nog zulke
langp artikelen, zonder onderbreking door
een kopje, zonder eenige indeeling? Hopeloos
oudervvetsch uit journalistiek oogpunt.
Maar ook de inhoud stoot den leek (en me
nig dominee!) af. De kantteekenaar liet de
artikelen lezen aan een gemeentelid, be
langstellend. voldoende intelligent, kerksch,
met meer dan middelbaar onderwijs. De
betrokkene had de grootste moeite het ge-
lezene te begrijpen.
Dominees, hebt tooh medelijden met uw
lezers en spaar hun uw theologisch jargon.
De kantteekenaar is benieuwd, hoe de
vrijzinnige medewerkers aan de reeks arti
kelen het er af brengen. Want \vij krijgen
toch zeker ook enkele artikelen van vrij
zinnige hand?
DINSDAG 4 FEBRUARI 1941.
Hilversum I. 415 m.
Nederlandsch Programma. AVRO
8.00 Gramofoonmuziek.
8.30 Nieuwsberichten ANP.
8.45 Gramofoonmuziek.
10.00 Morgenwijding.
10.15 Gramofoonmuziek.
10.25 Voor de vrouw.
10.30 Omroeporkest.
11.00 Wenken voor de huishouding.
11.20 Omroeporkest en solist.
12.15 Gramofoonmuziek.
12.45 Nieuws- en economische berichten ANP.
1.00 De Jonge Acht en solist.
het was een eigenaardig handschrift, alsof het
met de linker hand was geschreven. Toen
scheurde ze de enveloppe open en haalde er
een velletje blocnote papier uit. Dit verbaas
de haar en een beetje achterdochtig vouwde
ze het open.
Toen las ze:
„Aan mijn lieflijke Persephone met de
„saffier-blauwe oogen,
„Zes weken zijn te lang voor een schei-
„ding. Ik ben erg eenzaam zonder jou en
„ik verlang er naar je weer in myn armen
„te sluiten en samen met jou te drinken
„van het granaat appelsap. Wees op mijn
„komst dus voorbereid!
„Je betoovei'de Heer en Meester,
„Pluto".
Met wijd opengesperde oogen bleef Diana
naar het blad papier in haar handen 3taren
ze las en herlas de woorden en trachtte ze
hardop te zeggen, maar het eenige, wat ze er
uitbracht, was een zwakken, erbarmelijken
kreet. Ze zag doodsbleek, zelfs haar lippen
hadden alle kleur verloren.
Een heelen tijd bleef ze ah gehypnotiseerd
zitten, toen, met een plotselinge heftigheid,
scheurde ze het fatale briefje doormidden en,
met een snik, liet ze zich achterover op haar
kussen vallen en trok de dekens over haar
hoofd als een bang kind.
Zoo bleef ze een pooslang doodstil liggen,
maar eindelijk wist ze zich te .vermannen,
kroop onder de dekens vandaan en resoluut
stapte ze haar bed uit. Ze sloot het raam en
daarna stak ze een lucifer aan, die ze dicht
bij den brief hield. In een oogwenk brandde
het papier en ze gooide het in de haard, tege
lijk met de enveloppe.
Nadat ze geconstateerd had dat er van het
epistel, dat haar zoo'n afkeer inboezemde,
niets anders over was dan een hoopje as, liep
ze op haar bloote voeten terug naar het tafel
tje naast haar bed, waarop nog steeds de kop
thee stond, die ze zich had ingeschonken. Gul
zig dronk ze de koud geworden drank op
hij smaakte bitter; ze had vergeten er suiker
en melk in te doen.
Een plotselinge duizeling overviel haar en
ze moest zich vastgrijpen om niet te vallen.
Vreemd dat overkwam haar vaker den
laatsten tijd. Wat had ze toch? Zooiets was
niets voor haar zij, die altijd zoo gezond
was!
Ze was op den rand van haar bed neerge
vallen, in diep nadenken verzonken. En lang
zamerhand begon ze te begrijpen... Als ver
suft bleef ze zitten, niet bij machte dit nieuwe
leed in al zijn consequenties te overzien. Ze
deed haar oogen stijf dicht en legde er haar
handen voor, maar het spookbeeld liet niet
verdrijven! Ze had gespeeld en verloren en
tot de laatste penning zou ze haar schuld
hebben te betalen...
Automatisch ging zé naar haar waschtafel
en poetste haar tanden, automatisch borstel
de ze haar prachtige haar en kamde het.
Net wilde ze zich gaan aankleéden, toen ze
een geluid van naderende voetstappen vernam,
haar deur openging en haar moeder binnen
kwam. Ze had een rijk geborduurde peignoir
omgeslagen en droeg met bont omzoomde
muiltjes.
Diana, lieve, ik kwam maar eens naar
je kijken. Miggs zei dat je er nog heelemaal
niet goed uitzag!
Diana had moeite zich gewoon voor te doen
en het was maar goed dat haar moeder's op
merkingsgave niet zoo heel sterk ontwikkeld
was.
Oh, wat is Miggs toch een ezel! zuchtte
ze. Hoe komt ze erby zooiets te beweren!
Zie ik er niet goed uit, moedertje? Ze praat
te druk en opgewekt en ze was er zelf ver
baasd over hoe haar dat lukte.
Kind! Kind!" zuchtte Lady Carvis. Jij
denkt over alles maar zoo licht en je had
gisteren wel dood kunnen zijn! Wanneer leer
je nu eindelijk eens een beetje verstandiger
te worden
Oh, ik leer iederen dag! Je zult nog eens
zien hoe 'n verstandige dochter je krijgt
en in die greppel val ik niet nog eens!
En ben je werkelijk bij dien Mr. Weston
thuis geweest, kind? vroeg haar moeder.
Ik wou dat je dat maar niet had gedaan. En
hij heeft je thuis gebracht ook! Nu zullen we
vriendelijk tegen hem moeten zijn en ik weet
niet wat hij voor een soort man is...
Oh, lieveling, stop! weerde Diana af.
Je hoeft hem heusch geen bezoek te brengen.
Ik zal alles doen wat gedaan behoort te wor
den. Mr. Weston toonde zich heelemaal niet
verlangend haar een kennismaking met den
eigenaar van Carvis Hall.
Maar ik wil ook niet dat jij met hem om
gaat, weeklaagde haar moeder. Het schijnt
daf hij om de een of andere duistert reden uit
den dienst ontslagen is. En. oh, lieve kind, je
begrijpt niet half van hoeveel belang het is,
dat er op den naam van y vrienden en ken
nissen niets aan te merken is.
Oh. schei toch uit! riep Diana ongeduldig
uit. Op het jachtterrein kent iedereen el
kaar; niemand denkt er daar over eerst je
stamboom en je verleden na te snuffelen.
Ktm, overdrijf nu niet zoo! Ga maar gauw
1.30 Gramofoonmuziek.
I.45 Muzikale causerie.
2.00 Gramofoonmuziek.
2.15 Zang met pianobegeleiding.
2.35 Viool en piano.
3.00 Voor de vrouw.
3.15 Cabaretprogramma.
4.15 Gramofoonmuziek.
4.30 Philharmonisch kwartet.
5.15 Nieuws-, economische- en beursbericht
ANP.
5.30 RVU: Cyclus „Wat leert ons de ontwi
kelingsgang der dieren omtrent het lev
op onze aarde en het levensvraagstuk'
6.00 AVRO-Salonorkest.
6.45 Lezing „Eenwording der Nederland»
jeugd".
7.00 Vragen van den dag ANP.
7.15 Pianovoordracht.
7.30 Berichten (Engelsch).
7.45 Pianovoordracht.
8.00 Nieuwsberichten ANP.
8.15 Gramofoonmuziek.
8.30 Berichten (Engelsch).
8.45 AVRO-Amusementsorkest.
9.25 „Goed stoken", prijsvraag.
9.45 Engelsche berichten ANP.
10.00 Nieusberichten ANP, sluiting.
Hilversum H. 301 m.
KRO.
8.00 Wij beginnen den dag.
8.30 Nieusberichten ANP.
8.45 Gramofoonmuziek.
II.30 Godsdienstig halfuur.
12.00 Berichten.
12.15 Gerard Lebon en zijn orkest.
12.45 Nieuws- en economische berichten Ah'
1.00 Gramofoonmuziek.
2.00 Vrouwenuurtje.
3.00 Gramofoonmuziek.
4.00 Cello-voordracht.
4.15 Gramofoonmuziek.
4.30 Cellovoordracht.
4.45 Cyclus „Wij en onzen tijd".
5.00 VPRO: Jeugduitzending.
5.15 Nieuws-, economische- en beursbericht
ANP.
5.30 Gramofoonmuziek.
5.45 KRO-Symphonie-orkest en soliste.
6.45 Lezing „Eenwording der Nederlandse
jeugd."
7.007.15 Vragen van den dag ANP, sluitii
naar je kamer terug; je huivert en hier is
koud. Bovendien ben ik net bezig me aan
kleeden.
Kom bij mij cp de kamer ontbijten! stel
E^ady Carvis voor. Als je naar beneden ga
krijg je toch maar weer woorden met je stil
vader. Oh ja, dat is waar ook, ik heb e
alleraardigste :rief gehad van Blanche; as
staande Donderdag komt ze hier met Ji
logeeren. Majorte en Clement zouden Zate
dag komen. En Fortescue heeft aan je stif
vader geschreven dat hij juist in Engeland
aangekomen en dat hij, voor hij thuis kon
eerst nog voer een zakelijke aangelegen!»
in Londen moet zijn. Hem kunnen we dus cr
binnenkort hier verwachten. Wat heerlj
lieve, dan zullen we allemaal bij elkaar zij
En hoelang blijven ze vroeg Diana.
Dat weet ik nog .liet; ik hoop dat 1
me lukt ze ov^r te halt tot na Nieuwjaar
blijven. Ik ben erg verlangend mijn stiefza
te ontmoeten. Hij moet zoj charmant zijn;
weet zeker dat we allemaal veel van hem zt
lea houden' Kom je dus or myn l<amer o:
bijten, lieveling? Ik zal je daarna niet opho
den, als je soms plannen hebt.
Ik wil zoo gauw mogelijk naar Calif gal
kijken om me ervan te overtuigen dat he
niets mankeert, zei het meisje. Goed.
kom zoo gauw nogelijk. Maar ga jij vast voo
uit, anders vat je nog maar kou!
Goed, lieve, maar laa4- niet te lang op
waditen! Hè, ik'hen blij dat je in orde ben
Zoo dwaas van M'ggs om te zeggen dat je
slecht uitzag nat om iemand noodeloos 0
gerust te maken! Lady ^arvis dribbelde nai
de deur. Ik zal haar gauw zeggen dat
voor ons tweeën ontbijt boven brengt
over een paar minuutjes ben je bij me!
Weg was ze en Diana brac'.t haar hande
naar haar hoofd en steunde.
Als ik maar eerst dezen dag door ben.
mompelde ze. En toen vroeg ze zich af ho
vaak ze dit in de eerstkomende maanden
nog zou zeggen.
Het scheen ha- i toe dat nooit meer ee
.bde. lichte dag in dit leven haar deel zo
zyn.
(Wordt vervolgd.)