- Zorg dat je boeken er netjes uitzien! - Nieuw Raadsel 7 7 7 Mevrouw Zon en Mijnheer Regen zijn het niet eens RtiU fangum en meilj&l! Alvorens ik de briefjes ga behandelen moet ik er eerst weer eens op wijzen, dat lk deze week verschillende briefjes niet be antwoorden kon omdat de schrijvers (of •chrijfsters) verzuimd hadden hun naam en adres te vermelden. De afspraak is: naam en adres volledig onder aan de brief. Ge beurt dat niet. dan krgg je ook geen ant woord. En dat is voor ullie zelf het ver velendst. Daar denken we dus voortaan weer eens extra aan? Afgesproken! Volgende week behande ik de overige briefjes. Wij schrijven dus deze week géén briefjes bij 't raadsel. Ik zal nu eerst even vertellen wie de prjjs gewonnen heeft, dat is: JAN GROOT, Tweewegen, Wieringerwaard. En nu de briefjes: Coba van Ham, Anna Paulowna. Ben j(j zo gerust over de overgang, Coba? Nu, dat is prettig. Ik zelf weet me nog best te herinneren, dat ik verscheidene malen ge- zweten heb bij zo'n overgang. Maar meestal viel het nogal mee gelukkig. Piet van Ham, Anna Paulowna. Zo is Tonie Schouwenaar, die ook met de club meeschrijft een vriend van jou en vindt je hem eerr aardige jongen? Nu, zo denk ik er ook over. Ik denk, dat er in de toekomst nog wel meer vrienden "'an je mee gaan doen. Leuk hè? Ato Vader, Callantsoog. Ik lees, dat jjj bij Niestadt in Schagen op de foto bent geweest. Nu Ato, je zou me een heel groot genoegen doen, als ik ook zo'n foto van je kreeg. Zou dat gaan? En wat lees ik...? Is vader al met de frambozenstruiken in de tuin bezig? Ik kom vast eens een schoteltje proeven van de zomer. Mag het? Geerie Kuiper, Moerbeek. Wat jammer, Geerïe, dat je de vorige maal geen antwoord ontvangen hebt. Ik zal eens nazien hoe dat mogelijk is. Het boek „Kruimeltje" ken ik. Prachtig is dat. Wat geweldig spannend. En je kunt er wel doorloopend om lachen. Het andere boek „Keesje Oranje" ken ik niet. Is dat ook mooi? Dag! Jacob Westerman, Barsingerhorn. Ja, ik kan me voorstellen Jacob, dat, daar jouw vader zelf bakker is, je liever een boek dan een taart wint. Maar nu schrijf je: ik heb al driemaal geschreven en nog niets gewonnen. Weet je wel Jacob, dat er vrienden en vrien dinnen zijn, die al een jaar en langer mee doen en nog nooit iets wonnen. Dat is een kwestie van... geluk. Bep Tysen, Wieringerwerf. Pijn Bep, dat je besloten hebt nog mee te blijven doen. Ik had je werkelijk gemist. En hoe kan het anders, daar we reeds zoo lang goede vrien den geweest zijn. Aardig dat Rie Geluk, je vriendin, ook schrijft, 't Wordt een hele vriendenkring zo langzamerhand. Ik weet nu precies Bep. waar je woont. Schrik niet, als ik op een goeden dag eensklaps voor je sta... Anneke Eerland. Alkmaar. Ja Anneke, als je alleen het raadsel oplost kom je na tuurlijk alleen bij de goede oplossingen te staan en niet bij de briefjes. Wat aardig van mevrouw Nieuwhoff om jouw en Janny ieder een zak knikkers te geven. Wie wint er het meest van jullie? En gaat mevrouw Nieuw hoff met jou naar Schagen? Dan zal Marijke opkijken, zeg en tante Stien in het Herenbos niet minder denk ik. Tot volgende week! Henk Stammes, Anna Paulowna. Heee... daar hebben we Henk ook weer eens. Wat heb ik jou een tijd gemist, zeg! Is Janny Kolen een vriendin van je? Dat is een trouwe briefschrijfster! Wim Boontjes, Stolpen. Wanneer wordt de gymuitvoering gehouden, Wim? Je bent zeker in spanning hoe dat afloopen zal. Aan welke oefeningen doe jg mee? Trien Tysen, Wieringerwerf. Ik denk dat Wim Baarleveld vandaag of morgen ook wel mee gaat doen met onze club. Is hij een goed vriend van jullie in de Wie- ringermeer? Vraag hem maar eens wan neer hij begint. Jg kent natuurlijk al die raadselvrienden uit Anna Paulowna. Kom Je er nqg wel eens? Leo Hofstee, Wieringerwaard. Als je naam niet bij de goede oplossingen ge staan heeft, denk ik, dat het raadsel... niet goed was opgelost, Leo. Speel je fijn met je mecano-doos? Ik heb vroeger ook van die dozen gehad en daar jaren mee gespeeld. Vliegmachines en hijskranen en treinen en allerhande werktuigen. Bepple Kole, Anna Paulowna. Wat jam mer dat je postpapier, dat leuke papier, op raakt. Nu, ik denk dat moeder je wel ter zijner tijd nieuw zal geven. Is het niet zo? Ik zou het jammer vinden, als ik je moest missen in de rubriek. Forra Schouwenaar, Anna Paulowna. Ja, beste Forra, de ene maal is het raadsel moeilijk en de andere maal makkelijk. Daar is niets aan te doen. Maar als het moeilijk is en je vindt het... dan is het dubbel-prettig. Vindt je ook niet? Tonnie Schouwenaar, Anna Paulowna. Wat vertel je me nu...? Heeft Forra de Rode Hond? Daar heeft ze me niets van geschreven. Ik hoop dat ze er niet al te ziek van is en weer gauw helemaal hersteld. Hoor ik dat volgende week? Lucas Siepel, Nieuwesluis. Is Leo Hof stee je vriend? Ja, die en ik. Leuk dat jij ook besloten hebt mee te doen. Wat een ge weldige hoeveelheid nieuwe -vrienden krijg ik toch. Iedere week nieuwe gezichten! Het boek „De Negerhut" ken ik natuurlijk. Mooi hè? Marianna Braaf, Wieringerwaard. Ik ben het met je eens, larianne, dat de sneeuw eh het ijs nu maar voorgoed moeten wegblijven. Kou en nattigheid hebben we voldoende gekregen en daar zitten we niet meer op tè wachten. Nu gaan we met volle zeilen de lente tegemoet. Wat zal dat koste lijk zijn als we weer in 't duin liggen of op het strand. Te stoven in de zon... Luitje Kuiper, Hensbroek. Weet jij mijn naam Luitje? Heeft Nico Dissel je dat ver teld? Ik geloof er niets van. Niemand weet dat ik heet. Wat de weggeraakte of niet verstuurde brief van Jannie de Vries be treft, ik weet niet wat dat is. Vraag haar of ze nog eens schrijven wil. Is Opoe 86 jaar geworden? Ja, dat is geweldig oud, Luitje. Dat noemt men een gezegende leeftijd! Gerrit en Bennie Klaver, Heerhugo- waard. Was vader juist jarig en houdt hij ook zoveel van taart... Ja, dat is dus net als de Kindervriend zelf. Die zit er ook altijd met verliefde ogen naar te kijken. Ik hoop, jongens, dat er spoedig een bij jullie thuisgebracht wordt. Geesje Kuiper, Winkel. Als ik jou was Geesje, deed ik nu dubbel m'n best om over te gaan. Je schrijft me dat vader een gulden uitgeloofd heeft en dat lijkt me best de moeite waard om er dubbel en dwars voor te werken. Wanneer is het overgang? Jacobus Schouten, Breezand. Ook al aan het varen, Jacobus? Pas maar op dat je niet, net als Jaap Borst, te water kiepert en kopje onder gaat. Dat lykt me, nu het water nog zo koud is, lang niet prettig. Diemvi Schouten, Breezand. Zo, was Ger van 't Oever ziek, toen hg de taart kreeg? Ik- vermoed dat hij meteen spring levend geworden is bij het zien van dat smakelijke smül-ding. Is het niet zo? Paula, Jaap en Martina van Legen, Bar singerhorn. Kijk eens hier, drie nieuwe vrienden tegelijk. Dat zet aan! Jaap en Martina zijn tweelingen. Lijken jullie veel op elkaar zoals dat met de meeste twee lingen het geval is? Ik hoop dat jullie trouwe vrienden van de club worden. Jan Groot, Wieringerwaard. Ik vind het flink van je Jan, dat je vader al zo goed helpt met het penenrijden voor de koeien. Dat zal hem best bevallen, denk ik, zo'n vlijtigen knecht. Denk maar zo, Jan: werken is gezond. Er is nog nooit iemand van flink werken doodgegaan. Wat jg! 3Iiekje Mink, Waraienhuizen. En hier hebben we Miekje weer. Die schreef een hele tijd niet, omdat... ze ziek geweest is. Ook al griep. Fijn Miekje, dat je nu weer helemaal beter bent. Maar... pas op je ge zondheid hoor. Dat is de grootste schat en die moet je zuinig en met veel zorg bewaken. Wat schreef je me een lange en gezellige brief, vriendin. Ik heb hem tweemaal ge lezen. M'n complimenten hoor. Jij kunt het! Jongens en meisjes, het restant der briefjes dus volgende week. Tot zolang! Oplossing raadsel vorige week De appel valt niet ver van den stam. Goede oplossingen ontvangen vant Tjeerd v. d. W., Wieringerwerf; Annie S., St. Maarten; Anny de J., Breezand; Tini Vr., Nieuwe Niedorp; Geerie K., Moerbeek; Jan M., Schagen; Grietje S., Sijbekarspel; Marietje E., St. Maartensvlotbrug; Piet B., Schagen; Grietje M., Schagen; Henny K., Anna Paulowna; Geerie Z., Schagen; Sietske B., Nieuwe Niedorp; Nel B. Kinderen H., Barsingerhorn; Wim M., Nieuwe Niedorp; Ina en Nettie van den H., Callantsoog; Ali W., Schagen; Piet S., Schagen; Aagje B., Schagen; Rikus H., Dirkshorn; Maartje G., Anna Paulowna; Annie K., Winkel; G. P. v. H., Anna Paulowna; Ato V., Callantsoog; Jacob W., Barsingerhorn; Bep T., Wie ringerwerf; Anneke E., Alkmaar; Henk S., Anna Paulowna; Wim B., Stolpen; Trien T., Wieringerwerf; Leo H., Vieringerwaard; Beppie K., Anna Paulowna; Kinderen S., Anna Paulowna; Lucas S., Nieuwe Sluis; Marianne B., Wieringerwaard; Luitje K., Hensbroek; Pietertje K., Heer Hugowaard; Gerirt en Bennie K., Heer Hugowaard; Ja cobus S., Breezand; Dieuwie S., Breezand; Ngllie Kinderen Van L., Barsingerhorn; Jan G., Wieringerwaard; Nellie P., Kolhorn; Miekje M., WarmenhuizenCoba v. H„ Anna Paulowna; Geesje K., Winkel; Hilda B., Schagen. 1. X lawaai. 2. X zit vlak boven je voet. 3. X meisjesnaam. 4. X zuster van je ouders. 5. X gebruikt je Moeder, om wa ter te. vervoeren. Op de kruisjeslijn lees je van boven naar beneden iets, dat gelukkig met rasse schreden nadert. Je mag de volgende letters voor de oplos sing gebruiken: a-e-e-e-e-e-e-e-e-e-i-k - 1-1-1-m-m-n-n-n-n-r-t-t - v Een dringende vraag Toe, willen jullie aan ons denken? Ons een beetje voedsel schenken? Als je straks zelf hebt gegeten, Toe, wil ons dan niet vergeten! Bij sneeuw is onze zorg zo groot, Krijgen wy een stukje brood? Namens alle vogels: Huismus, de brutale. WAT ER PER UUR VERDWIJNT. Pv.r uur verdwijnen in mensenmagen over de geheele wereld: 20 r- kg. aardappelen; 25 millioen kr 3.6 millioen kg. vlees; 3.5 vis en100.000 ton sui- .i ton is 1000 kg.) :ioim heeft men dit alles uitgere- d, maar.... vóór de distributie! WAT ER PER UUR VERSCHIJNT. Per uur verschijnen over de geheele wereld: 7500 auto's; 2000 ton papier, waarvan 1700 dienen voor 't drukken van kran ten en tijdschriften. Verder wordt 47 km. film verbruikt en worden er 115.000 telegrammen en 1.200.000.000 brieven verzonden. Maar ook dit. berekende men vóór den oorlog. M Vier kleine benen* Eén grote bal, Dat gaat warempel lang niet mal. Twee kleine kerels, Eén grote bal, Wat er uit jullie eens worden zal? Polly. WIE GOED DOET, GOED ONTMOET. Vanzelfsprekend! Als iemand je een vrien delijkheid bewijst, dan zul je hem toch ze ker niet met ONvriendelijkheid betalen? Ik heb wel eens gehoord dat er zulke din gen gebeuren, maar ik wil niet geloven, dat dat waar is en van jullie verwacht ik dat zéker niet! ZOALS DE WAARD IS, VERTROUWT HIJ ZIJN GASTEN. Nog al glad! Als je eigen hoofd steeds vol zit met nijdige ge dachten. dan denk je vanzelf dat alle an dere ménsenhoofden op dezelfde wijze vol- zitten. Maar zit je eigen bol vol gezellige gedachten, dan denk je onwillekeurig dat alle bollen een gezellige inhoud hebben. ALLE KWAAD STRAFT ZICHZELF. - Reken maar, dat dat geen praatje is! Soms lijkt 't wel eens anders en zou je zo denken, dat mensen die lelijke streken uithalen 't meeste plezier in hun leven hebben. Maar op een keer krijgen ze al hun wandaden met rente terug. Dat heb ik honderden ma len gezien en daarom waarschuw ik jullie maar even. door JdANNIE FRANKEN „Pfff", zei mevrouw zon, „wat ben ik toch mooi en wat ben ik toch nuttig! Zon der mij zou geen bloem bloeien en geen vrucht rijp worden! Wat ben ik toch mooi en nuttig!" Toen greep ze een klein wit wolkje en veegde zich daarmee 't gezicht af, want ze had 't zo warm/zo warm! Hoe meer warmte ze aan de aarde gaf, hoe war mer ze 't zelf had! Toen ze haar bolle ge zicht afgedroogd had, begon ze weer op nieuw zichzelf te prijzen. ,Wat ben ik toch mooi en nuttig!" Mijnheer regen, die juist voorbij drup pelde, hoorde deze WQorden en wist niet wat hij er van zeggen moest. Zou hij haar uitschelden? Of zou hij lachen om haar ver waande woorden? Hij besloot maar te lachen en had geen vermoeden dat juist dat lachen mevrouw zon buiten zichzelf kon brengen van woede. „U durft mij uit te lachen, mijnheer re gen? Maar ach, dat kan men van iemand als U ook verwachten." Nu werd mijnheer regen toch een beetje kwaad. „Mevrouw, de donkere wolken zijn mijn ouders en de wind is een oom van mij. En als u uw woorden niet dadelijk terug neemt, dan zal mijn oom een liedje voor u zingen, dat horen en zien u vergaat." Mevrouw zon trok haar schouders eens op. ..Zoudt u ook niet uw zuster, de sneeuw, opnoemen, die gelukkig alleen 's winters maar kans krijgt haar dwarrel-dansen uit te voeren, mijnheer opschepper?" „Mevrouw zon, mijn zuster is de meest volmaakte danseres, die er bestaat." „Maar voor mijn stralen gaat zij op de vlucht! En zou ze 't wagen mij onder de ogen te komen, dan verscheur ik eenvou dig haar witte jurk." „Behoort dat ook tot uw nuttigheid?" smaalde mijnheer regen. „Ik ben overtuigd van mijn nuttigheid", zei mevrouw zon waardig. „Ik wil u graag geloven, maar zoudt u niet zo vriendelijk willen zijn mij eens te vertellen, waarin uw nuttigheid eigenlijk bestaat?" De zon nam een grote slok van de melk, die de koeien van de Melkweg haar elke morgen brachten, ging daarna in een gou den stoel zitten en begon te vertellen. „Als ik er niet was, zouden de mensen altijd treurig zijn." Deze verwaandheid maakte mijnheer re gen woedend. Hij nam zijn regenspuit en begon een beetje te sproeien. „Zooooo! En j ik? En ik dan?" begon mijnheer regen. „U?" de zon schaterde. „Kijk maar eens naar de gezichten van de mensen als u aan- komtl" „Hm-hm-hm". pruttelde mijnheer regen, „u denkt dus dat ik overbodig ben?" „Natuurlijk! U bent volkomen overbo dig." Dat werd mijnheer regen een beetje te kras. Hij draaide zich om en zei oveT zijn schouder: „Ik ga en als u me nodig mocht hebben, dan roept u me maar, uit mezelf kom ik niet meer bij u." „Ha-ha-ha", lachte mevrouw zon, „stel u voor, ik u nodig hebben!" Mevrouw zon schudde van 't lachen. .Stuurt u mij nog een briefkaartje van uw reis?" roep zij. hem spottend achterna. Op deze hatelijkheid gaf mijnheer regen niet eens antwoord. Hij trok z'n neus op en ging verder, zonder me vrouw zon te groeten. Hij ging naar zijn huis, een grote, grijze wolkenberg en pak te zijn koffer. Hij nam een paar schaap wolkjes mee om onderweg op te peuzelen, trok zijn gummilaarzen aan en begon zijn reis. „Ha", juichte de zon, „nu kan ik schijnen van 's morgens vroeg, tot 's avonds laat en. niemand kan mij storen!" Ze snoot haar neus en riep daarna al haar stralen om zich heen. Toen was 't zomer op aarde. De bloemen keken naar haar op en de vogels zóngen hun hoogste lied en alles was even vrolijk. Maar toen gebeurde er iets. Na drie dagen van volop zonneschijn liéten de bloe men hun kopjes hangen, de bladeren van de bomen waren grijs van 't stof en de vogels zaten lusteloos in de dakgoten. En overal klonk dezelfde klacht: ,,'t Is niet meer om uit te houden." Twee dagen nog deed ieder zijn best om de hitte te verdragen. Maar toen schreef een klein, vrolijk berkje een briefje aan mijnheer regen om hem te vragen of hij alsjeblieft terug wilde komen. „Als u niet komt", schreef 't berkje, „moeten wij allemaal dood gaan." Een leeuwerik bracht de brief naar mijnheer regen. Die was eerst erg verwonderd en toen blij. En hij kwam dadelijk te hulp met millioenen druppels. Hij stofte de bomen af en gaf de bloemen te drinken en voor de vogels maakte hij waterplasjes om in te ba den. Hij was goed voor iedereen, alleen mevrouw zon gaf hij een paar lelijke snau wen. Hij had dat beter kunnen laten, dat was voor alles beter geweest, maar hij kon dat niet, mevrouw zon had hem ook zo be ledigd. Nu beledigde hij haar, en daarom ging de zon op reis. Dat vonden de men sen en de vogels en de bomen en de bloe men eerst heel best. Maar na drie dagen moest er weer een briefje geschreven wor den. Nu aan mevrouw zon. Die wilde eerst niet terugkomen, maar toen ze zag hoe de regen de aarde had toegetakeld, kreeg ze medelijden en samen met haar stralen be gon ze de aarde te drogen. En toen ge beurde er een wonder. De zon werd opeens verstandig. Ze ging naar mijnheer regen en zei: „Mijnheer regen, de aarde kan ons beiden niet missen, wij moeten samenwer ken en haar om beurten verzorgen. Willen we goede vrienden worden?" „Graag", zei mijnheer regen en sinds deze ruzie wisse len zon en regen elkaar altijd af en kib belen doen ze nooit meer. En dat is voor de mensen en dieren en voor de bomen en bloemen het allerbeste. Juist de boeken waar je 't meest van houdt, die je telkens en telkens weer in je handen neemt, gaan er dikwijls erg slordig uitzien. Vooral als ze niet gebonden, maar inge naaid zijn. Toch kun je, met een beetje moeite, die gehavende boeken nog weer netjes opknappen. Je neemt een reep boek binders- of ander linnen. Die reep moet aan de boven en onderzijde 1 cm. langer zijn. dan de rug van 't boel dat je gaat opknap pen. Wat de breedte betreft, moet je er voor zorgen, dat aan elke zijde -'an de rug 2 cm. overschiet. Heb je nu een reep van de juiste grootte, dan geef je in de breedte zijden twee knippen aan weerszijden van de rug van 't boek. 't Stukje linnen tussen de twee knippen, vouw je naar binnen, op dezelfde wijze als je doet, wanneer je een boek kaft. Ben je daarmee klaar, dan vouw je de reep weer even uit om hem te besme ren met gom of een ander plakmiddel. Maar denk er om, 't plakmiddel moet goed zijn, anders gaat 't mis! Nu buig je 't los geknipte stukje weer naar binnen, 't plakt dan vanzelf vast. 't Boek met opengesla gen omslag leg je daarna op de gegomde reep, vouwt de uitstekende stukjes om de omslag en de nieuwe rug is aangebracht! Vooral stevig aandrukken met de vingers! De bewerking is heel eenvoudig, dat merk je wel, maar je moet 't wel nauwkeurig doen, anders ziet je boek er uiteindelijk nog slordiger uit als 't was! Doe 't netjes, dan geeft dit werkje echte voldoening. De hoeken van 't boek zullen we ook nog even onder handen nemen. Je knipt van 't lin nen vier flinke driehoeken, dan kijk je naar 't voorbeeld en 't werk is gedaan! Ook bij de hoekjes 't linnen stevig aandrukken en zorgen dat er geen rimpeltjes komen. Ziezo, nu kun je voor een keurige boeken plank zorgenl

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1941 | | pagina 6