Nêerlands lot Een scheurpfemie in boerenhand Het teeltplan 1941 't Viel schipper Kees nogal mee.... UIT DEN GROND HALEN WAT ER IN ZIT. De landbouwer moet bedenken, dat de voedselvoorziening; voor Neder land in zijn hand ligt.' dat het van zijn medewerking zal afhangen of Nederland bewaard blijft voor hon gersnood en ondervoeding. En de boeren van Nederland kunnen dit, dank zij liet hooge peil, waarop ,e landbouw staat, en waarom Vele landen ons kunnen benijden. Ondanks ons kleine grondgebied en onze dichte bevolking, kan Neder land zich zelf goeddeels redden, ook al blijft het afgesloten van den in voer van levensmiddelen uit andere landen. Maar het kan dit alleen, wanneer elke landbouwer voor zich de verantwoordelijkheid die in do zen tijd od hem is gelegd, beseft, Wanneer hii er van doordrongen is, dat het zijn plicht is thans moer dan ooit er naar te streven de pro ductie van zijn bedrijf niet alleen op te voeren, maar ook op de eerste plaats er naar te streven zooveel mogelijk voedsel voor den mensch te produceeren, dan zal de voedsel positie van Nederland veilig zijn. Dan zal ons land bewaard blijven voor de rampen, die hongersnood en ondervoeding met zich sleepen. Aldus besluit de toelichting bij het Akker bouwplan 1941. waar wij gisteren met een enkel woord, op wezen, en welke wij thans hieronder in extènso weergeven. Voorop dient te worden gesteld, dat in het teeltplan slechts prake is van hoofdge wassen, de teelt van stoppelgewassen is geheel vrijgelaten. Uit den aard der zaak brengt dit mede. dat door de overheid geen garantie kan worden gegeven, dat stoppel- gewassen welke in 1941 gezaaid worden om eerst in 1942 hun volle opbrengst te geven, zooals b.v. roode klaver, ook in 1942 in hun geheel zullen mogen worden - houden. Dit hangt vanzelfsprekend af van de om standigheden. Volgens het teeltplan 1941 "kan men de gewassen onderscheiden in drie groepen: a. de gewassen, waarvan de teelt verbo den is. b. de gewassen, waarvan de teelt be perkt is. c. de gewassen, waarvan de teelt onbe perkt is toegestaan. L De verboden gewassen zijn: karwij, blauwmaanzaad, gele en bruine mosterd, spelt en evene. Deze gewassen mo gen voor den oogst 1941 niet worden uitge zaaid en wanneer zij reeds uitgezaaid zijn in 1940. zooals karwij, dan moeten ze wor den ondergeploegd, ook al is in het voor jaar van 1940 hiervoor door den Landbouw Crisis Organisatie een vergunning uitge- reitk. Deze vergunningen zijn vervallen. Sleohts speciale selecteurs, aan wie In het najaar van 1940 een vergunning uitgereikt is. mogen hun karwij aanhouden. Dit be treft karwij voor den oogst 1941. Het verbod van den verbouw van boven genoemde gewassen in een tijd, dat alle beschikbare grond moet worden aangewend om zooveel mogelijk voedsel te leveren voor mensch en dier, zal een ieder duidelijk zijn. Het heeft daarom ook geen zin om ont heffingen van dit verod aan te vragen, om dat men deze gewassen ook in de vooraf gaande jaren verbouwde. Deze aanvragen zullen zonder meer worden afgewezen. Slechts wanneer de bedrijfsomstan digheden dit dringend noodig ma ken. of wanneer door mislukking van andere gewassen, een dezer gewassen als noodgewas nog eenige kans van slagen heeft, kan hiervan worden afgeweken. De Landbouw Crisis Organisatie kan dan, na het advies van den productiecommisaris te hebben ingewonnen, vergunning verleenen. Wordt de verbouw van deze gewassen ge vraagd ter vervanging van mislukte winter gewassen. dan moet de aanvrage geschieden voor 1 April 1941. De keuze van gewassen, die als vervangers kunnen worden gebruikt, is dan echter nog zoo groot, dat de teler kan verwachten, dat elke aanvraag wordt afgewezen. Betreft het echter de vervanging van een mislukt zomergewas, dan moet de aanvra ge in elk geval voor 1 Juni 1941 bij_ de L'andhouw Crisis Organisatie worden inge diend. 2. De gewassen, waarvan de teelt lie-' perkt is, zijn: a. Haver. De oppervlakte hiervan is voor elk bedrijf beperkt tot het gemiddelde op pervlak, dat in de jaren 1938 en 1939 met dit gewas was beteela. Waarbij echter de oppervlakte niet grooter mag zijn dan 15 pet. van het totale bouwland (het ge scheurde grasland inbegrepen). Wanneer iemand in 1938 bijv. heeft veihouwd 3 H.A. haver en in 1939 4 I-LA., dan is het gemid delde 3Vz H.A. Heeft hij in 1940 in totaal 20 H.A. bouwland (gescheurd grasland er bij gerekend) bebouwd, dan zal hij mogen verbouwen 15 pet. van 20 H.A. of 3 H.A. haver. Voor bedrijven, waar normaal handcis- gewassen als karwij, bruine of gele mosterd of blauwmaanzaad werden geteeld, mag de oppervlakte, welke in 1940 met deze gewas- sensen beteeld was. medegerekeïul worden voor het bepalen van de oppervlakte haver in 1941. Echter mag hierdoor de 15 pet. niet worden overschreden. Een bedrijf b.v. met 40 H.A.bouwland, dat in 1938 en 1939 in door snee 4 H.A. haver verbouwde en in 1940 eveneens 4 H.A., handelsgewasscn ver bouwde, mag nu geen 8 H.A. haver verbou wen, doch slechts 15 pet. van 40 H.A. of 6 H.A. Op gescheurd grasland waarvan voor 21 Januari 1941 aan de landbouw Crisis Orga nisatie opgave- is gedaan, mag echter vol gens een vroegere publicatie (27 September 1940) onbeperkt haver of bieten worden ver bouwd. Hiervoor is echter een vergunning noodig van de Landbouw Crisis Organisa tie. Werd echter na 21 Januari 1941 opgave gedaan, dan geldt de bepaling, dat slechts de gemiddelde oppervlakte haver van 1938 en 1939 mag worden verbouwd, wanneer deze ten hoogste 15 pet. van het bouwland bedraagt Het verbouwen van een grootere opper vlakte haver als hierboven genoemd mag slechts geschieden wanneer de verhouwer hiertoe een teeltvergunning van de Land bouw Crisis Organisatie heeft ont\angen. Volgens het persbericht van 18 Januari moesten aanvragen om meer haver te mo gen verbouwen, voor 15 Februari 1941 bij dc Landbouw Crisis Organisatie zijn ingediend, tenzij het betreft de vervanging van mis lukte wintergewassen. In dit geval moet voor 1 April 1941 vergunning worden aan gevraagd. Voor het geval niet meer haver wordt uitgezaaid, .dan toegestaan is. is geen teelL vergunning noodig. De provinciale productiecomimissarisscn, die door de Landbouw Crisis Organisatie, bij de beoordceling van een aanvraee om meer haver te mogen verbouwen, worden gehoord, zullen niet op de eerste plaats uitgaan van de in de vorige jaren ver bouwde oppervlakte, maar slechts dan een grootere oppervlakte haver goedkeuren, wanneer vaststaat, dat haver de eenige teelt is, welke met succes kan worden verbouwd. b. De groenvoedergewasscn, waaronder hier zijn te verstaan mangels- en voederbieten, koolrapen, landbouwworte- len, gele wortelen, klaver, lucerne en even tueel andere" groen te oogsten gewassen, zoo als groene mais, merg- en voederkool kunst weiden e.a. zijn in hun geheel beperkt tot de oppervlakte, welke in 1940 met deze ge wassen beteeld was. De landbouwer is bin nen deze beperking vrij in de keuze van de gewassen. Wanneer hij, om ccn voorbeeld te noemen, in 1940 verbouwd heeft H h.a. mangels, ^4 h.a. koolrapen. 1 h.a. klaver, 14 h.a. kunstweide, heeft hij ook dit jaar- recht op 2 h.a. groenvoedergewasscn. Hij behoeft zich echter wat de afzonderlijke ge wassen betreft, niet te houden aan de opper vlakte van 1940 m.a.w. hij is vrij om b.v. zijn toegestane 2 h.a. geheel met voederbie ten te telen of de voederbieten geheel weg te laten en 2 ha-klaver aan te houden of op z'n 2 h.a. grocnvoerdergewassen te verbouwen, die hij het vorige jaar niet verbouwd heeft, b.v. groene mais, lucerne. landbouwworte- len, of merg- en voederkool. Bovendien kan hij deze gewassen naar eigen keuze verbouwen op het oude bouw land, dan wel op het gescheurde weiland. Een uitzondering vormen de ge scheurde graslanden, waarvan voor 21 Januari 1941 opgave werd ge daan aan de landbouw crisis or ganisatie. Deze mogen ingevolge liet persbericht van 27 September 1940 desgewenscht geheel met voederbie ten worden beteeld. Voor gescheurde perceelen, welke na 21 Januari zijn aangegeven, geldt echter deze bepaling niet. Hiervoor geldt de bovenge noemde regeling, dus de oppervlakte, die in 1940 met de genoemde groenvoedergewas- sen was beteeid. Mocht echter de landbouwer in 1940, ten gevolge van uitwintering of andere oorza ken een kleinere oppervlakte van deze ge- wassen hebben geteelddan hij qewoon u.as in andere jaren te telen en kan hij dit aan- toonen en tevens, dat zijn bedrijf meer groen voede.rqewassen noodiq heeftdan kun d,e landbouw crisis organisatie in overleq met den productie-commissaris een grootcre op pervlakte toestaan. In dit geval wordt aan den aanvrager een teeltvcrgunning uitgereikt. Het verbou wen van een grootere oppervlakte dan in 1940 zonder teeltvergunning is verboden en hiertegen zal streng worden opgetreden. Bij de beoordeeling of een grootere opper vlakte kan worden toegestaan, zal vanzelf sprekend nagegaan worden of door den ver bouw van stoppelgewassen of door verbete ring van de graland cultuur (door betere beweiding, betere hooiwinning, inkuilen van gras) hetzelfde resultaat kan worden bereikt. Is dit het geval, dan kan uitbrei ding van de groen voedergewassen niet wor den toegestaan. Volgens de gegeven bepalingen zouden zui vere graslandbedrijvcn, die tot scheuren van grasland overgaan, geen recht hebben op den verbouw van groenvoedergewasscn. daar zij die ook in vorige jaren niet ver bouwden. Dit zou onbillijk zijn en daarom is bepaald, dat voor deze bedrijven kan toege staan worden, dat een oppervlakte van ten hoogste 4 are, voor elke bij de December tel ling 1940 op het bedrijf aanwezige melk- of kalfkoe, mag worden beteeld met mangel- wortels, koolrapen (of andere groenvoerder- gewasscn). Hierbij wordt rekening gehou den met de mogelijkheid om op andere wij ze (door inkuilen of drogen van gras, beie- re hooiwinning enz.) het bcnoodigde vee voeder te winnen. Wanneer hierdoor mede in het tekort wordt voorzien, wordt vanzelf sprekend een kleinere oppervlakte toegewe zen. Voor deze bedrijven is eveneens een leeltvergunning noodig. c. Uien. Deze zijn beperkt tot de oppen-lakte die in 1937-'38 en '39 gemiddeld niet dit eewas beteeld was. Hiervoor wordt na aanvrage door de landbouw-crisis-organisatie een teelt vergunning uitgereikt. 3. De gewassen, waarvan de teelt onbe perkt is toegestaan, zijn: tarwe, rogge, gerst, kanariezaad, veldboo- nen, Waalsche boonen, groene erwten, schok kers, stamboonen en verder landbouwpoul- vruchtcn, aardappelen, suikerbieten, cicho rei, zaadmais, koolzaad, vlas, boekweit en hennep. De tabaksteelt valt onder een bijzondere tuin hou wr egel i n g. Dit zijn de gewassen, die, op een enkele uitzondering na, op de eerste plaats in aan merking komen voor menschelijk gebruik en voeding der dieren. Voor geen van deze gewassen is een teelt vergunning noodig. 4. Men mag geen o n r ij p graan af maaien voor groenvocder en evenmin onder- ploegen voor groenbemesting, behalve in gevallen, dat het gewas is mislukt. Het is eehler wél toegestaan snijroggc (rogge voor strooband en groene mais te verbouwen. Terwijl op verloren hoekjes of erfperccelcn desgewenscht ook andere gra nen als groen voedergewas mogen worden verbouwd. Snijrogge moet echter voor 10 Mei 1941 gemaaid zijn en op dit land moet een van de onder 3 of 4 genoemde (de be perkte en de niet beperkte) gewassen wor den verbouwd. 5. Voor het scheuren van grasland wordt een premie van ten hoogste f 100.per ha. gegeven. J-Iicraan zijn echter enkele voorwaarden vcji' bonden. a. Het te scheuren perceel moet zoodanig zijn, dat het als 'bouwland gebruikt kans geeft op een redelijken oogst. Graslanden die of door den aard van den grond, of door de ongunstige ligging b.v. door te hoogen waterstand, als bouwland weinig kans op een, behoorlijken pogst geven, Ko men dus niet voor scheurpremie in aanmer king. b. Het grasbestand van het te scheuren perceel moet zoo zijn, dat hiervan in 1941 een bohoorlijke opbrengst aan gras ver wacht had kunnen worden. Hieruit volgt dus, dat klaverland, Westerwoldsch radi- gras of versleten kunstweide die toch ge scheurd hadden moeten worden, niet voor scheurpremie in aanmerking komen. c. Aangifte van reeds gescheurd of nog te scheuren weiland moest geschieden voor 15 Maart, rechtstreeks bij de landbouw-cri sis-organisatie, die beoordeelt, mede op ad vies van den productie commissaris, of het perceel voor voorloopige goedkeuring in aanmerking komt. d. Reeds in 1940 gescheurde perceelen. waarop nog geen hoofdgewas is geteeld en geoogst, komen eveneens voor een scheur premie in aanmerking, indien deze waren aangegeven en goedgekeurd. Wordt in 1941 voor 15 Juli nieuwe gras land of kunstweide aangelegd, dan wordt deze oppervlakte afgetrokken van het ge scheurde oppervlak, behalve wanneer de inzaai is geschied onder een hoofdgewas. De bedoeling van de scheurpremie is de op pervlakte bouwland te vergrooten. Wordt nieuw grasland aangelegd, dan wordt hier door de oppervlakte bouwland niet uitge breid en heeft men dus ook geen recht op scheurpremie. Is een stuk grasland door de landbouw-crisis-organisatie voor scheuren goedgekeurd, dan fteeft hiermede de landbouwer nog geen 'recht op de scheurpremie. Het is er om te doen, dat deze gronden een zoo hoog mogelijke opbrengst ge ven. Daarom is bepaald, dat, wil de teler voor deze scheurpremie in aanmerking komen, hij ook moet zorgen voor een goede bewerking en verpleging van het gewas. Worden de perceelen verwaarloosd of op on oordeelkundige wijze bewerkt, dan werkt de boer niet in het belang der voedselvoorziening en komt hij der halve ook niet voor de premie in aanmerking. Mislukt het gewas ,of laat de stand te wenschen over door oorzaken, die liggen buiten de schuld van den teler, dan komt hij toch voor een scheurpremie in aanmer king. In den loop van den zomer wordt voor elk perceel afzonderlijk de scheurpremie betaald. Verder is de teler vrij in de keuze van de gewassen en mag hij dus alle niet verboden gewassen op het gescheurde gras land verbouwen, als hij zich maar houdt aan de beperkingen, die ten aanzien van haver, uien, en groenvoedergewasscn zijn gegeven, behalve in gevallen, dat. de land bouw-crisis-organisatie hem hiervan onthef fing heeft verleend. 6. De teelt van landbouwzaden. Elke teler is vrij 5 are van zijn bouwland te bestemmen voor den verbouw van land bouwzaken naar eigen keuze, zonder dat hij hiervoor een schriftelijke vergunning noodig heeft. Voor een oppervlakte grooter dan 5 are is steeds een teeltvergunning noodig. De regeling voor landbouwzaden komt hierop neer, dat de zaad teelt van gewassen, waarvan de verbouw hier té lande steeds kleiner is dan de bihnenlandsche behoefte, n.1. alle gras- en klaverzaden (behalve Wes terwoldsch raaigras) lucerne, wikken, lu-r pinen, serradella. merg- en voederkool, niet wordt beperkt. Hiervan is voor den landbouwer zoowel teelt voor eigen reke ning als contract teelt toegestaan. Uitdruk kelijk wordt er echter op gewezen, dat b.v. zii, die een teeltvergunning hebben aange vraagd voor de teelt van klaverzaad, wik- kenzaad. zoete lupinenzaad of serradclla- zaad, ook verplicht zijn hiervan zaad te winnen en dat het verboden is deze gewas sen (behalve de eerste snede van klaver) groen te oogsten. Van de andere zaden is de teelt min of meer beperkt. De verbouw van kool raap zaad. stoppelknollenzaad, boterzaad, Wester woldsch raaigras Voor zaadwinning, suü- kerbietenzaad en (in het algemeen) ook mangel- en voederhietenzaad is aan de land bouwers slechts toegestaan, wanneer dit geschiedt op contract met een kweeker of handelaar. Van landbouwwortelên (gele wortelen), spurrie en cichorei, voor zaadwinning kan naast contractteelt, ook een beperkte opper vlakte worden toegestaan voor teelt voor eigen rekening. Bij contractteelt worden de vergunningen aangevraagd door den handelaar of kjvee- ker, met wicn een contract is aangegaan. Bij teelt voor eigen rekening en risico hadden de aanvragen, zooals reeds eerder is bekend gemaakt, voor 1 Maart bij de Nédcrlandsche akkerbouw centrale inge diend moéten zijn. Thans nog binnenkomen de aanvragen worden niet meer in behan deling genomen. Ten slotte willen wij er de landbouwers nogmaals uitdrukkelijk op wijzen, dat tegen afwijkingen van het teeltplan, zonder dat daarvoor vergunning is aangevraagd en verkregen, streng zal worden opgetreden! Arrondissementsrechtbank te Alkmaar VOOR DEN POLITIERECHTER. (Zitting van Maandag 31 Maart). Friesche brug werd fraudu leuze slaohters uit den Blaur wen Reigerspolder noodlottig. Een varken doodgemarteld. Zes weken op dieet. Broek op Langend ij k. WAAR HIJ NIET MOCHT VAREN! De schippersknecht D. SI. wonende te Broek op Langendijk was in dienst van C. v. S. aldaar en had van zijn patroon op 11 November telefonisch opdracht gekregen om heneden Rotterdam te varen met z'n schip, iets wat, volgens de vergunning aan verd. v. S. verstrekt, niet mocht. Get. SI. verklaarde een en ander niet te hebben geweten. De politierechter mr. Krabbe en de Of ficier van Justitie mr de Brueys Taclc be- studeeren dan een kaartje, hetwelk door get. werd overlegd. De tweede get. M. de K., marechaussee 1e Hansweert had verd. aangehouden in de haven van Vlaardingen en verklaarde, dat lijj verd. had aangehouden om zijn pa pieren te controleeren. Hieruit bleek, dat verd. motorboot niet beneden Rotterdam mocht komen. Get. D. SI. vertelde naderhand naar Per nis te zijn gevaren, Verd. voerde ter verdediging aan, dat de boot in de oude haven van Vlaardingen lag. Met olie mag hij daar niet komen, zei de verbalisant. De derde get. B. J. W. eveneens mare chaussee had tesamen met gel. de K. de motorboot van verd. aangetroffen in de oude haven van Vlaardingen. Vercl. zeide, dat zijn knecht van Vlaardin gen naar Pernis was gevaren en dat ligt nog meer stroomafwaarts. Bovendien be hoort Pernis tot de gemeente Rotterdam. De Politierechter zeide,. dat verd. als vak man eerst permissie had moeten vragen van de Bevrachtingscornmissie in Alkmaar. Verd. antwoordde, dat hij anders altijd'per missie vroeg te Rotterdam. Dus het is een op zichzelf staand geval, alcliy: Mr. Krabbe. Dat, was het, aldus verd. De Officier van Justitie, requisitoir ne mend. achtfe het. tenlaste gelegde wettig en overtuigend bewezen; de motorboot van verd- had gevaren beneden Rotterdam, waarvoor deze geen vergunning had Verd. heeft al meer onregelmatigheden begaan en daarom isrhte Mr. dn Brueys Tack f 15 boete subs. 10 dagen hechtenis. Conform dezen eisch werd verd. door den 'olit'.erechter veroordeeld. Het viel verd. blijkbaar nogal mee, want in hoogcr beroep wilde hij niet gaan. Heerhugo waard. FRAUDULEUS SLACHTEN. Op dc lange mal verschenen torn dc twee grondwerkers C V. cn G P- uit Hficrhugo- waard. Zij moesten terecht .slaan omdat zij op 18 Januari van een zekéren V. een var ken hadden gekocht voor den prijs van f 230. Dit dier hadden zij geslacht in een schuur te Heerhugowaard om het daarna op 2p Jan. naar Alkmaar t,c vervoeren. Bij de Friesche brug stonden controleurs en daarom brach ten verd. het vleesch bij de B. De Politierechter wees er verdachten op, dat zij dit varkensvleesch hadden verkocht voor f f 2.50 per Kg., terwijl de prijs f 1.74 bedroeg. Als getuige trad op de caféhouder E. de B. uit Alkmaar, die het vleesch gekocht had. En gaf U dan zoo maar grifweg f 2.50 per Kg., zonder bon? Get.. deed er het zwijgen toe. U moet toch begrijpen, dat het een leelijke streek is geweest, dat U de distributie op dergelijke wijze in de war heeft gebracht, zeide fie Politierechter tot de verdachten. De Officier meende dat de zaak niet met 'n geldboete kon worden afgedaan. Tegen verd. P., die het varken had geslacht, eischte de Officier 3 weken gevangenisstraf en tegen verd. V. een gevangenisstraf van twee weken. De Politierechter uitspraak doende, veroor deelde ver. P. tot f 40.boete subs. 20 da gen en verd. V. tot een geldboete van f30. subs. 10 dagen. Verd. P. kon gaan, doch verd. V. moest blijven staan. Hem werd namelijk verder ten laste ge legd, dat hij op 21 Januari zonder vergun ning een varken had geslacht, zonder dat hij het dier eerst had verdoofd. Beide zaken werden gevoegd. U heeft gewoonweg met het varken gewor steld, zeide Mr. Krabbe. De tuinbouwer D. G. uit Heerhugowaard zeide als get., dat hij gezien had, dat er ge slacht was in zijn boet. Dat was 's nachts ge beurd. En neemt u dat verdachte niet kwalijk, dat hij zonder uw vergunning in uw boet geslacht had? Ja zeker, aldus get. Maar van het slachten heeft u zelf niets gezien, nietwaar? Neen; daar wist ik niets van, zeide get. De volgende getuige C. P. uit Heerhugo waard, was bij het slachten tegenwoordig ge weest. En heeft verd. met het varken een twee strijd gevoerd? vroeg Mr. Krabbe. Nee, dat niet; was het antwoord van get. Dat Leeft U toch 1 voor de politie ver- ki -T d, wees de P.olitierechter er get. op. Get. ontkende zulks, hij nam dat terug. De Officier requisitoir nemend vond dit ccn zeer ernstig geval en eischte een gevan t' voor den tijd van zes weken. Mr. Krabbe uitspraak doende, veroordeel de verd. tot een gevangenisstraf voor den tijd van 14 dagen. St. Panera s. MET EEN KLOMP BEWERKT. Op Woensdagmiddag 18 December reed get. D. Z. uit St. Pancras met een wagen, waarvoor een paard was gespannen op den Kennemerstraatweg te Alkmaar, toen verd. L. M. L. die niet was verschenen, get. ach terop reed. Er ontstond een kleine verkeers tpstopping waarom verd. van z'n wagen kwam en get. Z. met z'n klomp begon te bewerken. Get. kreeg een klap op z'n hoofd m P-gen z'n lip, waardoor hij vier dagen m"et kon werken. I-Iij kon niet eens spreken. De twaalfjarige. D. K. uit Alkmaar had een cn ander gezien en vertelde, dat Z. zich kalm hield. Dc Officier van Justitie eischte f 40.— boete subs. 30 dagen, omdat verd. als een bruut bekend stnrul. Het vonnis luidde: f 40 boete subs. 20 dagen. D i r k s h or n. WAAR LIEFDE WOONT Vecdaclite B. Z. uit. Dirkshorn moest te recht staan omdat hij zijn schoonzuster, mej. M. v. d. M.. uit Harcnkars-pel, met een tafelpoot had mishandeld, omdat deze zich, volgens verd., had bemoeid met een ruzie tusschen hem en zijn vrouw. Mej. M. v. d. M. vertelde, dat verd. haar had geslagen. Ik was erg driftig, zei verd., maar ben alles heel gauw weer vergeten. Ik heb haar niet geslagen, maar de tafel poot naar haar toegegooid." Hoe kwam. ze dan aan een striem op den rug? vroeg mr. Krabbe. In ieder geval noemde de Politierechter het een simpele zaak. De eisch luidde f 25 boete subs. 20 dagen; terwijl de Politierechter hem veroordeelde tot f 5 boete, subs. 3 dagen. Mr. Krabbe gaf verd. den raad mede, voortaan minder driftig te zijn. Heerhugowaard. OM EEN NOODWONING TE BOUWEN. In den loop van de maand December had verd. C. v. H„ uit Heerhugowaard, op ver schillende tijdstippen, planken weggenomen, welke op den Boterweg aldaar lagen. In totaal nam verd. 30 planken weg. Verd. zeide dit gedaan te hebben, omdat hij nergens hout kon krijgen. 0<p last van de politie was het hout overgebracht naar het gemeentehuis te Heerhugowaard. Get. H. A. P. uitvoerder in dienst bij de firma Moei te Alkmaar zeide, dat deze fir ma te Heerhugowaard planken had opge slagen en dat van deze stapel ongeveer dertig waren verdwenen. Verd. zeide geëvacueerd te zijn en een noodwoning wilde bouwen. Het was een noodtoestand. De officier van Justitie re quisitoir nemend achtte het tenlaste gelegde wettig en overtuigend bewezen en vond, dat het niet aanging, dat verd. zoo maar hout weg nam. Mr. de Brueys Tack wilde de om standigheden in aanmerking nemen en eischte f 20.boete subs. 10 dagen. De Politierechter uitspraak doende ver oordeelde verd. tot f 5.— boete, subs. 3 da gen. Agrarisch nieuwa LOONEN LANDBOUWBEDRIJF PROVINCIE GRONINGEN. Tusschen de werkgeversbonden in !He1 landbouwbedrijf in de districten Hoogeland, Fivelingo, De Manie, Sauwerd-Adorp Noordelijk-Westerkwartier, Woldstreken er Oostelijk-Groningen en de drie landarbeï dershonden is onder nadere goedkeuring van het college van rijksbemiddelaars over eensteimming verkregen over de loonen er tarieven voor het tijdvak 1 April 1941 tof en met 30 April 1&42. De uurloonen zullei worden verhoogd met 4 ct. per uur en de ta» rievcn met l2Vz Voor de districten Wes terwolde en Groningsche en Drentschi Veenkoloniën zal nog een nieuwe besprekin* plaats vinden. De werkgeversbonden in di district waren tot dusvere niet bereid in d» bestaande loonen en tarieven verbetering t* brengen. VERKAVELINGSWERKZAAMHEDEN NOORDOOST-POLDER. Naar wij vernemen, ligt het in de be'doe 'ing in de komende egalisatie- en verkave lingswerkzaamhedon van den Noordoost polder hoofdzakelijk te doen uitvoeren doo: landarbeiders. Dit is 10 jaar geleden ooi geschied in den Wieringermeerpolder. De ze egalisatie- en verkavelingswerkzaamhe den zullen plaats, vinden onder leiding var de Nederlandsche Heidemaatschappij te Arr hem en de N.V. Grondverbeterings- en Ont ginningsmaatschapij te Zwolle.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1941 | | pagina 8