N». 38.
Zondag 12 Februari.
A°. 1888
Nieuws- en
Advertentieblad.
Binnenland.
Dit blad verscliijut Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden
Voor den Burg 30 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere
landen met verhooging der porto's.
Advertcntiën vóór 10 nnr op den dag der uitgave.
Prijs der Advertenlién
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Cts.
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.
ABONNEMENTEN en ADYERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGEYELD DE ROOIJ, ParkstraatBurg op Texel.
De visscherij-quaestie in Schotland.
Particuliere Correspondentie aan de N. Rott. Crt.)
Londen, 31 januari.
Blijkens mij uit Schotland toegekomen berich
ten heeft de tijding, dat de Noorsclie inmakers
en haringhandelaars per delegatie in aantocht
zijn om, naar ik reeds verleden week gemeld heb
(zie de N. R. Ct. van 24 Januari 2de blad) te
trachten eene overeenkomst aan te gaan tot be
perking van den haringuitvoer naar Duitschland,
eene algemeens vreugde teweeggebracht in be
langhebbende kringen. Over het algemeen heb
ik niet veel vertrouwen in dergelijke kunstmid
deltjes om prijzen op te houden of omhoog te
schroeven. Ik geloof ook niet dat het consigna
tiestelsel, hoe slecht ook in beginsel, door zulke
combinatiën kan worden te niet gedaan. Maar
de toestand der Schotsclie visscherijen in het alge
meen en die der haringvisscherijen in het bijzon
der is zóó erbarmelijk, dat ik wel begrijpen kan
dat de belanghebbenden zich aan alles, wat een
schemering van hoop biedt, vastklampen dat zij,
met andere woorden, zelf de schaduw voor de
werkelijkheid grijpen. De reeds door mij kortelijk
besproken circulaire van de directie der North of
Scotland Bank aan de deelhebbers, waarin hun
wordt medegedeeld dat de geheel reserve van
200.000 pd. st. zal moeten gebru. vt worden om
de verliezen in den vischhandel deden te dek
ken, heeft hun eenen staat van zaken blootge
legd, waarvan zij vermoedelijk geen begrip had
den. Dat het contractenstelsel in Schotland door
en door verkeerd en verderfelijk in zijne gevolgen
was, moest hun bekend wezen, en kan ook in
Nederland niet onbekend zijn, daar het jongste
jaarverslag van ons College voor de zeevissche
rijen nog de aandacht er op gevestigd heeft. Doch
niemand was waarschijnlijk bij machte te gissen,
dat de verwoestingen, die het aanrichtte, zóó al
gemeen en zóó diep waren, als de bedoelde cir
culaire blootlegt.
Voor die lezers, die geen duidelijk begrip heb
ben van hetgeen „het contractenstelsel in Schot
land" beteekent, wil ik hier eenige opheldering
inlasschen. Vele maanden vóór den aanvang der
visscherijen hadden de Schotsche inmakers de
gewoonte een zeker getal booten ter vischvangst
te pachten. Aan de belanghebbenden geven zij
eene soort van premie50 a SO pd. st. naar gelang
der grootte van het vaartuig. Het pachtcontract
bepaalde verder, dat de inmakers zich verplicht
ten een zeker getal crans gevangen visch te
koopen tegen eenen vooraf te bepalen prijs. Voor
de visschers zeiven was dit stelsel misschien niet
zoo kwaad, ofschoon zij nooit het voordeel genie
ten konden eener rijzing in de vischprijzen maai
de inmakers konden slechts er bij verdienen in
goede tijden. Nauwelijks evenwel was het blaadje
omgekeerd, nauwelijks gingen de prijzen omlaag,
of zij begonnen schromelijke verliezen te lijden.
En op den duur moesten de prijzen wel dalen
daar de visschers, naar het Schotsche stelsel,
geen belang hadden bij de hoedanigheid der gevan
gen visch. Het was hun slechts te doen om
een zeker aantal crans af te leveren, en om dit
te spoediger te doen, maakten zij netten met
nauwer mazen, ten einde méér visch te kunnen
ophalen. Het gevolg was het op de markt wei-
pen van allerlei onvolwassen visch, hetgeen juist
datgene is geweest, wat de haring-markten in den
grond heeft geboord.
Het kwaadaardige dezer methode lag ook in
het voortwoekeren harer nadeelige gevolgen. De
inmakers konden het met eigen middelen niet
langer volhouden en begonnen toen krediet-ope-
ratiën met hunne banken. Aan dezen werden
verleidelijke voorwaarden geboden voor voorschot
ten in blanco, waartoe maar al te vele direction
zijn overgegaan. Naar mate de inmakers echter
dieper en dieper betrokken raakten, volgden de
bankinstellingen hun voorbeeld. De blanco-kre
dieten werden verlengd en weder verlengd, in de
hoop dat de vischprijzen en met hem de inmakers
zich zouden kunnen herstellendoch dit is niet
geschied, en eindelijk heeft de eene bank na de
andere zich genoopt gezien hare klanten in den
vischhandel los te laten en maatregelen te nemen
tot sluiting der verliesposten.
Ongetwijfeld is het contractenstelsel nu voor
goed uit, en de ware vrienden der visschers zul
len niet rouwig er over wezen. In de eerste
tijden zullen de laatsten zeker veel te lijden heb
ben zij zullen vermoedelijk lang de prijzen niet
kennen bedingen voor hunne visch, die de inma
kers hun vroeger waarborgden. Doch zóó moeten
wij tot eenen gezonden toestand terugkeeren.
Wanneer de visschers een onmiddellijk belang
krijgen bij den loop der vischprijzen, zullen zij
zich ook meer gaan toeleggen op het vangen van
die visch, weike het meeste geld opbrengt. On
volwassen vischjes zullen zij vanzelf laten zwem
men, zoodra zij tot de overtuiging worden ge
bracht, dat zij geen of weinig marktwaarde heb
ben. Aldus kunnen de prijzen gaandeweg weel
beter worden. Dit zal langzaam gaan, dewijl de
concurrentie zoo groot is, doch van lieverlede
moet die minder worden. Zeer vele visschers
immers, niet langer bij machte op den fictieven
steun der inmakers te rekenen, zullen genood
zaakt worden den strijd op te geven. Darwin's
survival of the fittest zal ook in de Schotsche
visscherij kringen moeten gelden. Reeds lezen
wij dan ook, dat talrijke kustbewoners in Banff
shire en elders naar Amerika vertrokken zijn,
omdat zij het niet langer konden uithouden in
de ould country. Hebben de Schotsche inmakers
verleden jaar, volgens eene berekening in de He
rald van Glasgow, nog 97,000 pd. st. bij de ha-
ringvisscherij verloren, thans moet men aannemen
dat zulke verliezen niet meer zullen voorkomen.
De inmakers toch voortaan aan hunne eigen mid
delen overgelaten, zullen in de volgende jaren
alleen de prijzen betalen, die de marktwaarde der
visch hun aangeeft en de woeste speculation der
jongstverloopen tijden die den haringhandel heb
ben geknakt behooren voorgoed tot het verleden.
Wat het herstel van dien handel nog verder
zou kunnen bevorderen is zeker een schoontijd
voor haring. Dit is evenwel een vraagstuk dat
naar ik reeds getracht heb aan te toonen enkel
op eenen internationalen grondslag kan
worden geregeld.
TEXEL, 11 Februari 1888.
Ofschoon er velen werden geslagen, had
toch de strijd in het logement „de Zwaan"
Donderdagavond gehouden een vredig karakter.
11 Personen waren opgekomen om deel
te nemen aan den damwedstrijd, door den
heer Broekkamp voor dien avond uitgeschreven.
De tegenwoordigheid
tuigde van belangstellii
kamp. v
van vele anderen ge-
ïg in dien vreedzame
Als overwinnaars bleven over de heeren
J. Witte, C. W. Koning, A. Bakelaar en J.
Daalder door wien Dinsdag a.s. aan het tweede
gedeelte van den wedstrijd zal worden deel
genomen.
Zeker zullen velen dan het einde van den
kamp komen zien.
De aangekondigde openbare bijeenkomst
vanwege de Anti-Rev. Kiesvereeniging „Ne
derland en Oranje" te Helder, had gisteravond
plaats in het logement „de Zwaan."
Als spreker trad op de heer Oosterbaan,
die na eerst te hebben medegedeeld wat an
ti-revolutionairen zijn, in eene uitvoerige rede
uiteenzette, wat zij willen bestrijden, en ten
slotte besprak en bepleitte het politiek pro
gram van actie dat de Anti-Revolutionairen
zich ten doel stellen, wanneer zij tot de re
geering -worden geroepen.
Aan de aitnoodiging tot oprichting eener
kiesvereeniging scheen geen gehoor te worden
gegeven. Het getal hoorders had grooter kun
nen zijn.
Helder, 10 Febr. Een winkelier te dezer
plaatse, was tot de ontdekking gekomen, dat
nu en dan geld verdween uit zijne toonbank
lade. Hij verdacht het zoontje eener buurvrouw
omdat het kind bijzonder veel centen versnoepte.
Terwijl dezer dagen het zoontje des winkeliers
een losse steen in de stoep wegnam, vond
het kind daaronder eene holte, die nagenoeg
vol was met allerlei muntstukken. Men ver
moedt dat het ontvreemde geld in die zonder
linge spaarbank was belegd.
De winkelier vond er ruim f 8,— bijeen.
Ofschoon hij niet zeker weet, wie zijne toon
banklade lichtte, heeft hij geen geid meer
vermist sedert hij 't knaapje, hetwelk hij
verdacht, eens ernstig heeft onderhanden ge
nomen.
De milicien Ramler, werkzaam op het
fort „de Iiarsens," bij het Nieuwediep is bij
het verleggen van een plank voorover in de
droge gracht van dat fort geslagen. Ernstig
gekwetst lag de jonge man te zieltogen.
In allerijl werd een brancard uit het Marine
hospitaal gehaald, om daarin den gekwetste
te vervoeren.
Eer hij evenwel de infirmerie had bereikt,
was hij reeds aan de bekomen schedelbreuk
gestorven.
De St. Ct. bevat een uitvoerig verslag van
den consul der Nederlanden te Buenos-Ayi es
over landverhuizing naar Argentinië. Aan het
slot van dat stuk leest men:
„Wellicht richt ook menig Nederlander het
oog op Argentinië als op 'tland zijner toekomst
en zij derhalve hier ten slotte nog het volgende
aangestipt:
Uit mijne vroegere rapporten en ook uit het
tegenwoordig bericht blijkt dat Argentinië een
land van vooruitgang is en dat het naar men-
schelijke berekening binnen een niet ver verwij
derden tijd een staat van beteekenis zal worden
dat de verdiensten er ruimer zijn dan in de oude
wereld en zich ook in andere opzichten hier
meer gelegenheid dan daar biedt tot het scheppen
eener zelfstandige positie; dat het klimaat gezond
TEXELSCHE COURANT