Buitenland.
In 't begin dezer week vonden te Amster
dam twee agenten 's nachts op de Nassaiikade
bij't Steenpad, op een terrein waar petroleumvaten
geborgen worden een tent van twee beddelakens
vervaardigd. Bij nader onderzoek vonden zij in
die tent gehuisd een man met vrouw en vier kin
deren, waarvan het oudste 8 jaar en het jongste
8 weken is, die allen bittere armoede en koude
leden. Op hun vraag of het aan het politie-bu-
reau ook nachtverblijf wilde hebben, weigerde de
man dit, daar hij dan zijn gereedschap onbe
heerd moest achterlaten.
In de vorige week werden op order van
den burgemeester van Haskerland (Friesland) drie
kinderen waarvan het jongste slechts 2 jaar oud
is, naar hunnen vader gebracht door een gemeen
teveldwachter en een werkman niettegenstaande
de veldwachter het ten zeerste had afgeraden.
Bij hunne aankomst bleek dat de man geheel
alleen midden op een stuk afgegraven turfgrond
in de gemeente iEngwirden woonde in een van
graszoden opgetrokken hok, dat hij sliep in een
gat daarvoor in den grond gemaakt; dat zijn zit
plaats bestond uit een paar opgestapelde zoden,
gedekt door een plankje; zijn stookplaats uit twee
rijen zoden enz. Een houten deurtje verschafte
toegang tot zijn woning en was die gesloten
dan kon zon- noch maanlicht er binnen dringen,
daar ramen er geheel in ontbraken. En dat hol
zonder voedsel werd dien armen kinderen die
sedert den dood hunner moeder in 't weeshuis te
Joure verpleegd waren geworden tot woonplaats
aangewezen. De vader riep in vertwijfeling uit
geef mij een pistool en ik schiet mij voor den
kopDe veldwachter keerde na reeds vertrokken
te zijn nog eens terug om den man nog een
kleinigheid in de hand te stoppen. (N. Gr. Ct.)
Een allerkoddigst geval kwam onlangs voor
te Vries. Een nette familie hoorde van tijd tot
tijd, dat hun geheimste gesprekken publiek wer
den verteld. Daar hun woonkamer aan de straat
uitkwam, kon het niet anders of zij werden aan
de ramen beluisterd.
Van tijd tot tijd hadden zij 's avonds daaraan
eenig geritsel gehoord, doch waren daarop toch
niet verdacht geweest. De luistervink moest wor
den ontdekt. Op een avond valt den man in, dat
hij kruit te huis heeft. Een gootgat, tot ontlas
ting van het water, komt aan de straat uit tus-
schen de beide vensters. Op een sclioonen avond
willen zij hun plan ten uitvoer brengen, 't Is
donker. De man neemt het kruit en strooit er
een tamelijke hoeveelheid van vóór de beide ra
men, brengt dit in verbinding voor en door het
gootgat, verlengt zijn kruitmijn in huis tot aan
de tafel en neemt met zijn vrouw plaats. Ex-
presselijk spreken zij zeer luid en geven tevens
hun Doren goed den kost. En ja het duurt niet
lang of het geritsel aan hun raam vangt wederom
aan. De man spreekt nog luider, doch ontsteekt
tevens een lucifer, houdt die aan het kruit en
een geweldige gil volgt.
"VVat was het gevolg? Man en vrouw loopen
naar buiten en zien daar hun buurvrouw in rade-
loozen angst wegloopen. Het raadsel was nu op
gelost. De goede buurvrouw heeft circa acht da
gen lang te bed gelegen, daar zij niet kon zitten,
omdat een zeker gedeelte van haar lichaam sterk
geschroeid en verbrand was. De lachlust der fa
milie was groot, maar grooter was hun voldoening
dat zij na dien tijd geen last meer van luisteraars
aan hun ramen hebben gehad.
Dat velen luisteraars aan deuren en ramen dit
geval tot voorbeeld moge zijn. (N. Dr. Ct.)
In een stadje werd bij gelegenheid eener
vee-tentoonstelling druk geredekaveld over het
toekennen der prijzen.
Een rijke grondeigenaar, die tevens bierbrouwer
was, en sedert jaren de beste ossen had tentoonge
steld, zei tot een lid der commissie: „Ja, ziet u,
van paarden moet ik eerlijk bekennen, heb ik bit
ter weinig verstand, maar als er van ossen sprake
is, dan ben ik Nommer Eén."
Bij de loting voor de nationale militie is
het in verscheidene districten, onder anderen te
Winterswijk, gebleken, dat de jongelieden gemid
deld langer en sterker gebouwd waren dan eeni-
ge jaren geleden. Men schrijft dit toe aan de
goedkoopte van brood en spek.
Men weet dat thans de toeleg bestaat om het
brood duurder te maken door herstel van de graan
rechten- Als het brood duurder wordt, rijzen ook
de prijzen van andere levensbehoeftenen
schijnen de mensclien in lengte te dalen.
In eene particuliere correspondentie aan de
N. R. Ct. over de Russische toestanden, zegt de
schrijver o.a. het volgende
„Intusschen is het voor iederen onbevangen
waarnemer duidelijk, dat aldaar de meest ver
schillende groepen zich van een grooten oorlog
iets goed voorspellen, onverschillig hoe die afloopt.
Op dat punt heb ik eenige maanden geleden van
zeer vaderlandsgezinde Russen de gulle bekentenis
gehoord„Wij verlangen naar oorlog, omdat
dan bij ons de gansche ellendige rommelboel in
elkaar moet vallen," Aan hervormingen uit ei
gen kracht en langs vredelievenden weg gelooft
men er niet; men stelt eenvoudig alle hoop op
een vernielende ramp van buiten. En het gevaar
lijkste is, dat die geest ook reeds in ontwikkelde
kringen begint door te dringen, zelfs in die, waar
men anders voor vrede is. Zoo doende wordt
de Czaar ten slotte de eenige voorstander van
vrede, omdat hij de eenige is, die in den tegen-
woordigen toestand der politieke macht geene
verandering wenscht.
Karakteristiek zijn in dit opzicht eenige regels
uit een brief van een mijner Russische bekenden.
Hij schrijft mij onder anderen dit„Wij hebben
een oorlog noodig, om met westelijk Europa in
nauwere aanraking te komen; want zegevierend
of overwonnen, altoos zal de invloed van het
Westen in Rusland er door versterkt worden."
En verder „Daar ik met onze en ook met uwe
militaire toestanden bekend ben, geloof ik niet
aan de zegepraal van Rusland; maar wèl geloof
ik, dat ook eene nederlaag mijn vaderland ten
nutte zal strekken. Zóó denken ook velen
mijne landgenooten er over, en dat wel niet de
slechtsten Wij zullen sneven, maar onze
kinderen zullen er de vruchten van inoogsten."
In de Duitsclie bladen is beweerd, dat Ne
derland en Belgie zich „in zekeren zin" hebben
aangesloten bij den vredesbond der staten van
midden-Europa. Ofschoon dit bericht op verschil
lende wijze wordt tegengesproken, handhaaft de
„Keulsche Volkszeitung" haai bericht uit Brussel,
dat Nederland en België zich verbonden hebben
met Duitschland, voor het geval, dat Rusland en
Frankrijk een aanvallenden oorlog zouden begin
nen. De juistheid van deze berichten eischt na
dere bevestiging. De neutraliteit van België, zou
volgens art. 61 der grondwet geen bezwaar zijn,
voor het sluiten van een politiek verdrag. Me
nigeen, vraagt echterwat doet men in het ge
drang.
De Times heeft het volgende nieuwtje om
trent een van de geredde passagiers van het stoom
schip „W. A. Scholten." Dit is zekere miss Gold,
die zich bij het vergaan van het schip door groote
kloekheid onderscheiden heeft. Zij was op reis
naar Amerika, om daar in het huwelijk te treden
met een landbouwer T. Mitchell, die bij adverten
tie in de Engelsche bladen eene vrouw gezocht,
daarop onder meer het portret van miss Gold
ontvangen en deze uitgenoodigd had als zijne
bruid over te komen. Zoodra Mitchell vernam
welke ramp zijne aanstaande getroffen had, is hij
naar Engeland scheep gegaan, waarna hij zijne
bruid te Dover voor het eerst ontmoet heeft en
nu eenige dagen geleden met haar in het huwe
lijksbootje is gestapt.
De Belgische rijksambtenaren aan het grens
station Welkenraedt deden Donderdag 11. eene
belangrijke aanhaling. Niet minder dan 16 groote
vaten met spiritus gevuld werden bij aankomst
van eenen goederentrein door hen in beslag ge
nomen. Volgens verklaringen van den chef-con
ducteur van dien trein zouden de vaten olie be
vatten.
Te Brussel heeft zich het ongelooflijke feit
voorgedaan dat een piano werd gestolen,' terwijl
de eigenaar er bij stond. Een heer die aan 't ver
huizen was zag twee werklieden zijn piano en twee
of driejschilderijen op een wagen laden en wegrijden.
In het nieuwe huis komende vond de heer piano
noch schilderijen. Hij meende met twee werk
lieden van den verhuizer te doen te hebben en
het waren integendeel twee behendige dieven.
Uit China wordt eene vreeselijke aardbe
ving gemeld welke in de provincie Yumnan heeft
plaats gehad en waarbij tweeduizend menschen
het leven hebben verloren,
De'Duitsche „Fleischer Ztg." bevat het vol
gende bericht
„Dezer dagen stierf te Berlijn de 28 jarige vrouw
van den kleermaker Busch aan trichineziekte
haar echtgenoot is ernstig door dezelfde kwaal
aangetast. Ondanks de dure en lastige vleesch-
lceuring, welke te Berlijn zoo streng doorgezet
wordt, heeft men dus nog geene zekerheid tegen
deze vreeselijke ziekte. Dit is echter verklaar
baar zoolang de verplichte trichinen-keur nog niet
door het geheele rijk ingevoerd is en dus varkens-
vleesch van alle kanten, ook in postpakketten,
kan ingevoerd worden. Dit is ook thans het ge
val geweest. Wilhelm Zink te Kulmsee slachtte
iwee varkens, waarvan hij het vleesch niet liet
onderzoeken. Zijne zuster stierf nadat zij er van
gegeten had, evenals zijn zoon, die bij het huza-
rcnregiment te Stargard stond en die van het
hem gezonden „proefje" acht kameraads liet me
desmuilen, die allen thans ziek liggen. Zink had
ook zijn broeder te Berlijn, die bij de familie
Busch woonde, er van gezonden en ook dezen
ondervonden daarvan de treurige gevolgen.
„1-Iet eenige wat er op zit, is geen ongekookt
varkensvleesch meer te eten."
In geheel Europa blijft de sneeuw aanhou
den.
Te Weenen is meer sneeuw gevallen dan in
dezen winter ooit het geval was. Uit de gemeen
tekas moest nog 60,000 florijnen worden uitge
geven tot opruiming der sneeuw in de buiten
wijken, want alleen de binnenstad wordt door
eene maatschappij krachtens eene overeenkomst
schoon gehouden. Ook hebben de Oostenr. en
Hongaarsclie spoorwegen zich zeer groote uitga
ven moeten getroosten. Zoo o. a. heeft alleen
de Hongaarsclie staatsspoor 340,000 florijnen uit
gegeven voor het opruimen der sneeuw langs
hare lijnen. Op sommige plaatsen lag de sneeuw
8 meters hoog.
Uit de Transvaal.
In het N. v. d. D. komt het volgende schrij
ven voor van iemand, die zich gevestigd heeft
in de Transvaal:
„Het is een heerlijk gezegend land, waar men
ten allen tijde zijn kost kan verdienen, zoo
vreerpd kan het haast niet loopen.
Er heerscht dan ook eene groote mate van
welvaart, en alles is hier Europeesch, behalve de
zwarte bediende, de ossenwagen en de hooge
prijzen van vele artikelen; maar hiertegenover
staat de zeer hooge stand der werkloonen.
Och kwamen nog maar honderden, ja duizen
den, ja een millioen Nederlanders hierheen, wat
zouden velen, die tobben om hun brood en af
gunstig zijn op hunne buren, een gelukkiger
leven hebben! Wat zou een groot nationaal be
lang daarmede bevorderd wordenBoerenzoons,
landbouwers met gezinnen, handwerkslieden wor
den hier rijk en in Nederland arm.
Arm Nederland! wanneer zult gij wakker wor
den Wellicht te laat, als uwe u van rechtswege
toekomende plaats door anderen is ingenomen,
als wellicht de kans voor u geheel is voorbij
gegaan.
Voor 480 gulden maakt men de reis 2e klasse,
voor f 350 de reis 3de klasse naar Pretoria.
Maar eer men daar is, zullen vele handwerks
lieden eene geschikte plaatsing vinden. In de
goudvelden bij Potchefstroom, Klerksdorp en
Johannesburg bestaat eene buitengewone groote
behoefte aan woningen. Om onder dak te komen,
moeten velen hunne toevlucht nemen tot de
hotels, waar tal van personen slechts op en onder
biljarts en tafels eene slaapplaats kunnen vinden.
Een aantal handwerkslieden zouden daar over
vloedig werk kunnen bekomen tegen hoog loon.
Flinke tuinlieden en landbouwers, rondom die
plaatsen, zouden binnen eenige jaren welgestelde
lieden zijn, want de aanplant van voedingsmid
delen houdt geen gelijken tred met de toename
der bevolking.
Wat doet het hier velen onaangenaam aan,
als wij lezen dat weder zooveel en zooveel ge
zinnen naar Amerika zijn gegaan, terwijl hunne
kansen hier zooveel gunstiger zijn. Waarom dit
wantrouwen in dit onmetelijk rijke land. waar
men u wel niet roept, maar waar men u, zoo
gij werkt en oppast, zal respecteeren en zich
over uwe komst zal verheugen, en waar gij in
alle opzichten de meest mogelijke persoonlijke
en godsdienstige vrijheid zult genieten. Het volk
is hier godsdienstig, maar het zijn geen drijvers.
En hoe zou het anders kunnen Is niet veelal
de bijbel hun grooten steun geweest bij hun
voorttrekken, te midden van onbekende streken?
Was niet de zucht, om den bijbel te kunnen
lezen en zoodoende lidmaat der Ned. Herv. kerk
te worden, de oorzaak van hunne tegenwoordige
ontwikkeling? Verdient het geene bewondering,
dat de ouders, zelfs in hunne oorlogskampen, niet
verzuimden hunnen kinderen om bovengemelde
redenen het lezen te leeien? Ja veel valt erin
dat volk te bewonderen. Jammer, dat het goud
velen, die vroeger onder de hoofdmannen behoor
den, velen, die in landsbetrekkingen zijn, de be
langen van het land hebben doen verzaken ten
behoeve van hun eigen zak.
Maar onze President Kruger staat pal; hij gaat
eerlijk zijn weg, gesteund door de goedgezinden;
gesteund door de van tijd tot tijd, helaas! veel
te kleine hoeveelheid, inkomende Nederlanders;
hij, met zijn gezond verstand en helder inzicht,
laat zich niet verleiden door leuzen als: „de