N\ 61.
Donderdag 3
A0. 1888.
Nieuws- en
Advertentieblad.
OFFICIEEL CEDEELTE.
Binnenland.
Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden
Voor den Burg 30 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere
landen met verhooging der porto's.
Advertentiën vóór 10 uur op den dag' der uitgave.
Prijs der Advertentiën
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Cts.
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGEVELD DE ROOIJ, ParkstraatBurg op Texel.
BEKENDMAKING.
De BURGEMEESTER der gemeente TEXEL,
gelet op art. 41 der Gemeentewet, brengt, naar
aanleiding daarvan, ter kennisse van de ingeze
tenen, dat de vergadering van den Raad door hem
is belegd tegen Vrijdag den 4 Mei 1888, des voor
middags te 10 ure, in de daarvoor bestemde zaal
ten Raadhuize dezer gemeente.
Texel, den 1 Mei 1888.
De Burgemeester voornoemd,
D. C. LOMAN.
TEXEL, 2 Mei 1888.
De lotelingen van hier, welke zijn aan
gewezen om zich in den wapenhandel te be
kwamen, zijn, naar wij vernemen, opgeroepen
tegen Donderdag a.s. om alsdan te worden
ingedeeld.
„Hooi, hè je gien strooi,
Hè je gien ouwe manden,
Dan zelle we de Meierblis branden.
Hekke en stekke, enz."
Na reeds dagen op die onmisbare woorden
op onveranderlijke zangwijze te zijn onthaald,
werd Maandagavond alles wat door onze
medeburgers als overtollig of hinderlijk werd
beschouwd, door de jeugd der vlammen ten
prooi gewijd.
Alles wat hinderlijk is?
Kon dat zoo zijn! Met hoeveel levensmoed
zou dan wellicht menigeen de lieve Mei
als het begin der zomer begroeten, die thans
die maand beschouwt als de voorgangster
van eene andere, welke ofschoon ze Zomer
maand genoemd wordt, wellicht het bloed
doet stollen bij de gedachte „hoe dan?"
Waarlijk, benijdenswaardig is de toestand
van velen niet. Na een schrale zomer een
barre winter en thans een uitzicht, dat nog
weinig bemoedigends biedt.
J. Kooger, schipper van het vaartuig T.X.
105 had in het laatst der vorige week, terwijl
hij 's nachts visschende was, het ongeluk
met zijne netten vast te geraken aan een
of ander scherp voorwerp, dat zich op den
bodem der zee bevond, en verloor daardoor
een belangrijk deel zijner netten.
Toen hij bij daglicht ging beproeven zijn
verloren vischtuig weer terug te krijgen, moest
hij tot zijn spijt ontwaren, de plaats zelfs
niet meer terug te kunnen vinden.
De Minister van Marine brengt ter ken
nisse van zeevarenden, dat in den avond van
den 5den Mei a. s. zal worden ontstoken, om
vervolgens alle nachten te branden, van zons
ondergang tot zonsopkomst, een wit licht,
dienende met het bestaande licht te Kijkduin
in één, voor bevaring van het „Molengaatje"
zijnde een onbetond vaarwater bewesten de
zandplaat „Onrust".
De lantaarn wordt geheschen aan een hou
ten paal, geel geschilderd, met een lichthuis
aan den voet; geplaatst op een kruin der
Heldersclie zeewering, 14 meter boven volzee
en 125 meter NW. tN. van den lichttoren te
Kijkduin.
De Duitsche regeering heeft aan kapitein
J. J. Bakker, van de sleepboot „Hercules," en
aan Th. Rijkers, schipper der reddingsboot
van de N. en Z. Holl. reddingsmaatschappij
te Nieuwediep, een kostbaar gouden remon
toirhorloge geschonken, als een bewijs harer
erkentelijkheid voor de bewezen diensten bij
de redding der schipbreukelingen van de
Duitsche bark „Renown", in Dec. 11. in de
Texelsche gronden verongelukt. (N.R.Ct.)
Door de uitbreiding van het personeel
voor de torpedo-dienst bij de zeemacht, is de
gelegenheid geopend tot het aangaan eener
verbintenis als torpedist, waarvan in de laatste
week door varensgezellen veel gebruik is
gemaakt.
De jongste aflevering der Bijdragen tot
de kennis van het staats-, provinciaal en ge
meentebestuur in Nederland bevat een artikel
van jhr. mr. W. Six, onder den titel: „Aan-
teekening op afd. I 3 der kieswet, van het
stemmen der kiezers." De schrijver wenscht
in de wijze der stemming verandering te
brengen, vooral omdat tegenwoordig, bij de
uitgebreide publiciteit, waarvoor bij verkiezin
gen wordt gezorgd, de tijdroovende, omslach
tige en dure arbeid van toezending der stem
biljetten acht dagen voor de verkiezing geheel
onnoodig is en bovendien tot misbruiken aan
leiding geeft. Men kan evengoed het stem
briefje in het voor de verkiezing bestemde
lokaal uitreiken. Is het niet zonder bezwaar,
dat dan de kiezer altijd zijn naam zal moeten
opgeven, men kan dit bezwaar vooreen goed
deel ontgaan, door eens per jaar na sluiting
der kiezerslijsten alle kiezers een eenvoudige
kaart toe te zenden, die hen als kiezers legi
timeert en die zij bij elke verkiezing moeten
meebrengen.
Overigens wenscht mr. Six grootendeels de
wijze van verkiezing, die in België is inge
voerd, gevolgd te zien, met enkele door de
verschillende volkszeden gevorderde wijzigingen.
Bepaaldelijk wenscht hij 't stelsel in te voeren,
dat hij de namen der candidaten vooruit aan
den burgemeester der hoofdplaats van het
district moeten worden opgegeven, en aange
nomen, als zij door een bepaald aantal kiezers
zijn onderteekend. Die namen worden dan
alphabetisch op de stembriefjes gedrukt en de
verkiezing geschiedt door middel van een
stempel in het verkiezingslokaal zelf. Voor
de vrijheid der verkiezing ziet de schrijver in
zulk een beperking der keuze tot de opgegeven
candidaten geen bezwaar.
In eene vereenigde zitting der beide
Kamers werd gister (Dinsdag) de zitting van
de nieuwe Kamers der Stat en-Generaal geopend
met eene rede van den heer Mackay, minis
ter van Binnenlandsche Zaken, waaruit wij
het volgende overnemen:
„De Koning heeft ons opgedragen deze zitting
van de Staten-Generaal te openen.
Na het tot stand komen van de Grondwets
herziening heeft het vorig Kabinet gemeend
zijne taak als geëindigd te moeten beschouwen
en heeft het den Koning behaagd een nieuw
Ministerie te benoemen, dat thans voor de
eerste maal het voorrecht heeft de Vertegen
woordigers des volks te ontmoeten.
De uitslag der verkiezingen heeft opnieuw ge
toond de in den lande levendige begeerte, dat
bij de regeling van het volksonderwijs rekening
worde gehouden met het Christelijk bewustzijn
van het Nederlandsche volk.
Ook in ons Vaderland eischen de maatschappe
lijke vraagstukken de volle aandacht. De door
de vorige Tweede Kamer begonnen enquête geeft
reeds nu gelegenheid, maatregelen te beramen
om de verbetering van verschillende toestanden
te beproeven.
De nog steeds gedrukte toestand van den land
bouw noopt tot een voortgezet onderzoek naar
de middelen om die groote bron van onze volks
welvaart te ontwikkelen en te bevorderen. Ook
de belangen van handel en nationale nijverheid
zullen niet uit het oog worden verloren.
Ofschoon de finantiëele toestand van het Rijk
niet ongunstig kan genoemd worden, rekent 's Ro
llings Regeering het zich ten plicht, te trachten
vermeerdering van uitgaven tegen te gaan en
door te streven naar bezuiniging, zoo mogelijk
verhooging van lasten te voorkomen.
Eenige bepalingen van de wet op de personeele
belasting vorderen herziening, mede in verband
met het te regelen kiesrecht, terwijl met ernst
zal worden overwogen in hoeverre van de in
voerrechten als bron van inkomst voor de schat
kist, meer partij getrokken en de druk van en
kele accijnzen verminderd kan worden.
Met betrekking tot Nederlandsch Oost- en West-
Indië, verlangt 's Konings Regeering ernstig dat
de heerschappij van Nederland aan die bezittingen
tot zegen zij en dat verlevendiging van landbouw
handel en nijverheid tot verhoogde algemeene
welvaart zoowel onder de volken van Indië als
onder de ingezetenen van het Rijk zelf bijdrage.
Moge, onder Gods onmisbaren zegen, onze ge
meenschappelijke arbeid strekken tot heil van
ons Vaderland
Onder het publiek, dat vooral op de publieke
tribune geen plaats onbezet liet, heersclite groote
nieuwsgierigheid om de leden der Kamers van
50 en 100 te kennen.
Zoowel op den heen- als terugweg stond het
Binnenhof vol van nieuwsgierigen.
Naar men meldt heeft de directie van de
Nederlandsch Zuid Afrikaansche Spoorwegmaat
schappij besloten tot het voor hare rekening
uitzenden van een Nederlandsch geneesheer naar
Zuid-Afrika. De keuze is gevallen op den heer
J. D. Matthieu, genees- heel- en verloskundige
te Amsterdam. Hij zal zich den 15n e. k. per
s.s. „Moor", van de Union-lijn, naar Kaapstad
begeven.
De bestemming van den heer Matthieu; die
een aantal brancards, geneesmiddelen, enz., enz.
met zich zal voeren, is de Komatie Poort, zooals
men weet, de ongezonde streek, waai twee
Hollandsche ingenieurs den dood vonden.
Er zal daar echter voortaan slechts in de
wintermaanden gewerkt worden, de overige 6
maanden van het jaar zal 's heeren Matthieu's
standplaats te Pretoria zijn.
Met dezelfde boot vertrekt het nieuwbenoemde
personeel der Zuid-Afrikaansche Spobrwegmaat-
schappij: 4 a 5 ingenieurs en 7 opzichters.
TEXELSCHE COURANT