Publieke Verkooping en Verhuring.
GABRIELLE DE MEYRAN.
sal publiek verkoopen en verburen
Feuilleton.
CONINCK WESTENBERG
1. Op Woensdag 4 Juli a. s.
2. Op Donderdag 5 Juli a. s.
3. Op Zaterdag 7 Juli a. s.
4. Op Maandag* 9 Juli a. s.
5. Op Dinsdag 10 Juli a. s.
6. Op Woensdag 11 Juli a. s.
7. Op W oensdag 11 Juli a. s.
8. Op Donderdag 12 Juli a. s.
9. Op Vrijdag 13 Juli a. s.
DE NOTARIS
DE NA TE MELDEN PERCEELEN
's avonds 7 ure, in het lokaal „DE VER
GULDE KROON," aan den Hoorn.
Voor den heer Folhert Boon
1,89,50 de Grietekoog.
's morgens 10 uur, in het WEESHUIS
aan den Burg.
Voor lieeren Regenten van liet Algemeen
Weeshuis te Texel
6,88,10 Racinstuk(in 2 perceelen.)
7,50,90 Kooistuk.
1.90.80 Derde Partje.
6.87.— het Waterschip (in 2 perceelen.)
Het Oostelijke gedeelte in
3.26.20 G7°oenstuka
1.44.80 „Weezenland11 (Oude Schild.)
Den Dijk van het Weezenspijk
8.50.— het Weezenspijk (in 4 perceelen.)
9.58.50 Spijkerboren(in 4 perceelen.)
3.44.90 „De Schaarin de Hemmer.
's avonds 7 uur, in het logement „IIET
LOODSMANS WELVAREN," a/d. Hoorn.
a. Voor heerenKerkv. der Ilerv. Gem. a/ii Iloorn.
1,26,00 Kosterstand.
1,25,00 Heer en Jans Akker
1,52,30 de Groote Haling.
1,52,30 de Outerskoog.
2,06,50 het Boterstuk van Slijboom (2 perc.)
b. Voor lieeren Diac. <ler Herv. Gem. a/d Hoorn.
2,10,20 het Boterstuk (in 2 perceelen.)
0,88,40 het Kuiltje.
1,01,20 Teunis List.
2,67,80 de Buitendijk (in 2 perceelen.)
c. Voor den Makelaar J. II. Moojen q.q.
2,94,20 de Kooistukken.
2,22,30 de Strook.
's avonds 7 ure, in het logement „DE VER
GULDE KROON," aan den Hoorn.
Voor den Makelaar Sd. Iieijser Pz. q.q.
1,00,30 het Naaltje op de Naai.
2,58,50 het Zandige Stuk (in 2 perceelen.)
1,14,40 Zamenstuk polder de Kuil.
Voor Corn. Jbz. Boon.
1.17,90 Laankoog.
's avonds 7 uur, in de herberg „DE RIJZEN
DE MAAN" aan de W a a l.
Voor den Makelaar Sd. Iieijser Pz. q.q,
1,52,10 de Akker.
4,12,— Halve Kilstuk.
1,70,30 Waterbak.
1,61,50 het Hoogerweidje.
3,76,60 het Damstuk.
1,05,60 het Voorste Nieuwland
de helft in
2,77,80 Middelste Nieuwland.
2,77,80 Achterste Nieuwland.
1,29,80 Pieter Oomslang waal.
1,27,70 Lang waal bij de Kaai
0,93,10 Hoornsloot.
- 1,50,— de- Hammer.
1,08,30 de Ommegom.
0,19,— het Buitenboltje.
1,04,70 de Noordstar Zetkoog.
2,40,70 de Hemmer.
's morgens 11 ure, in het logement „DE
ZEVEN PROVINCIËN" te Oudeschild.
a. Voor don heer P. Az. Bremer q.q.
0,99,90 Koekoekslandje.
2,12,60 Kleine Landjes.
1,28,— Uitrij.
-,86,90 Kleine Boetstuk.
1,63,92 Jan Verberne's land of Melkland.
2,04,40 Eekerlahd.
b. Voor Mejuffrouw de Wed. D. Jbz. Eelman.
1,28,40 liet Koeienweidje.
1,72,00 het Smalle Stuk.
's avonds half 8 uur, in het logement „DE
ORANJEBOOM," aan den Burg.
a. Voor den heer Jan. Dalmeijer Sr.
2,42,70 Gerritsland (in 2 perceelen.)
b. Voor den heer P. P. Kikkert q.q.
2,67,00 het Nieuwland.
c. Voor heeren Diakenen der Herv. Gem.
aan de Waal
0,90,00 Robbeneel.
d. Voor den heer P. Jz. Dalmeijer.
0,78,15 de Mars.
0,84,45 alsvoren.
e. Voor den Makelaar Sd. Iieijser Pz. q.q.
1,24,20 het Hemmertje.
--,84,50 Roodzand.
Eigendom van G. D. Kikkert Jr,
's avonds half 8 uur, in het logement „DE
ZWAAN," aan den Burg.
a. Voor heeren Kerkmeesters der R. C. Parochie
aan den Burg
0,74,90 de Tulp.
1,49,30 de Klettebol.
2,48,70 het Kerkeland.
b. Voor heeren Armmeesters der R. C. Parochie
aan den Burg
0,73,50 de Vlierboom.
3,19,20 Burger Nieuwland gemeen metMej.
de Wed. P. Flens.
0,91,00 Dirk Oomskoeienweid.
1,64,60 de Grie.
's avonds 7 uur, in het logement „HET
WAPEN VAN AMSTERDAM," te Oos
teren D.
a. Voor heeren Armmeesters der R. C. parochie
te Oosterend
0,89,90 liet Waardje.
b. Voor den lieer P. Az. Breiner
0,97,90 de Bos.
c. Voor den heer Hk. Dz. Bakker
0,87,00 de Word.
d. Voor Mejuffrouw de Wed. Arie Klein
0,27,80 de kleine Dijkstal.
e. Voor den heer Tijs Mz. Zijm
Het nagras van
1,35,00 Groote Hammer.
ZEGT HET VOORT.
(Slot.)
Een verschrikkelijke ontploffing viel den verteller
in de rede.
Lucien, door een kogel boven het hart getroffen,
stortte in zijn bloed badend ter aarde.
Ik zeide het u wel, mompelde Guillebois vree-
selijk ontsteld uit.
En het was toch niet geladen, voegde hy er
met een onschuld bij, die in een ander oogenblik
ieder had doen lachen.
Men haastte zich Lucien ter hulp te snellen. Vau-
deuil gaf zich aan de hevigste hartstocht over. Het
was in allen geval een verschrikkelijk ongeluk. Nie
mand dacht hier aan een misdaad.
Eensklaps stormden Leonce en de brigadier de
zaal in; zij wachtten Lucien in een rijtuig by de deur
van het hotel en hadden van het ongeluk gehoord,
dat den jongen kolonel overkomen was.
Voor Leonce en Timolion, door Lucien onderricht
wat gebeuren moest, was dit ongeluk een wezenlijke
moordaanslag.
Bij het zien van hen begreep de moordenaar, dat
liy verloren was. Van de wanorde gebruik makende
wilde hy vluchten en liep een trap op. Maar achter
hem kwamen Timolion en Leonce; de eerste zwoer
dat hij den proviandmeester als een hond zou do oden,
de ander was nog verschrikkelijke in zijne ijzige stil
zwijgendheid.
Op de vijfde verdieping van het hotel bevond zich
onder de vliering een kamer, die in gemeenschap
stond met het platte dak van een tweede gebouw.
Als Vaudeuil deze kamer kon bereiken, was hij
gered, anders was hij verloren, want de trap had
geen anderen uitgang. Maar het noodlot scheen
hem te vervolgen; de deur dezer kamer was gesloten,
haar in te trappen, was tijdverliezen. De schreden
van zijne vervolgers klonken reeds op de verdieping
beneden hem.
Van uit het venster op de trap kon men langs de
goot gaande het venster der kamer bereiken. Vau
deuil waagde zich op dit enge pad; hij had byna
zijn doel bereikt, toen de stem van Timolion in zijn
oor weerklonk.
De brigadier strekte, op de goot staande, den arm
uit om Vaudeuil te grijpen,''hetgeen hem gelukte.
Nog één schrede en de proviandmeester was gered.
Hy deed een poging om los te komen, maar door
deze plotselinge beweging verloor Timolion zijn
evenwicht en viel in de goot, een steunpunt zoekende
om niet te vallen. Dit steunpunt was een kroonlijst
van het dak, maar om deze te grijpen moest hij
Vaudeuil los laten, die een angstkreet uitstiet en
op het plaveisel neerstortte.
Den volgenden morgen bevatten de dagbladen het
volgende nieuws
„Er is gisteren een verschrikkelijk ongeluk gebeurd
ten huize van den proviandmeester Vaudeuil in de
straat Chantereine.
Deze leverancier, die den vorigen dag een vroolyk
feest had gegeven, waarvan zijn vrouw de honneurs
had waargenomen, ontving eenige vrienden aan het
ontbijt, toen hij onvoorzichtig met een paar pistolen
spelende, waarvan één geladen was, de kolonel Lucien
Oivry, een onzer helden uit het leger van Italië,
ernstig verwondde.
In zijn wanhoop besteeg de burger Vaudeuil, die
dit noodlottig ongeluk, waarvan hij de onwillige
oorzaak was, niet wilde overleven, tot de bovenste
verdieping van zijn hotel en wierp zich naar beneden
op de binnenplaats, waar hij zich de hersens heeft
verbrijzeld. De dood volgde onmiddellijk."
Leonce en Timolion wisten alleen wat die held-
haitige zelfopoffering beteekende, maar zij zwegen
uit medelijden met Ivonne.
Hoofdst. XXI.
Tien jaar zyn voorbijgegaan. In een kasteel op
twintig mijlen van Parys gelegen, spelen twee mooie
kinderen, waarvan de oudste nauwelijks negen jaar
telt, met een grijsaard met sneeuwwit haar en
wiens lichaam, vroeger zoo recht, nu door ouderdom
gebogen. Zijn militaire, tot aan de kin dichtge
knoopte jas, is gedecoreerd met het legioen van eer.
Hij leerde aan de twee kinderen de bewegingen
van de peleton-school met een geduld, die de dartel
heid der weerspannige leerlingen op een zware proef
stelde.
Deze onderwijzer is onze oude kennis Timolrn,
thans gepensioneerd luitenant van de gendarmerie.
De kinderen zyn van Gabrielle en Lucien.
Vele politieke en militaire voorvallen zijn m dien
tijd gebeurd. De keizerlijke ster vertoonde zich en
twee jaar later, in 1810, schitterde zij in al haren
glans.
Men "weet dat de geschiedenis van Frankrijk ge
durende tien jaren niet de geschiedenis der Republiek
in 't bijzonder was, maar ook van de geheele Euro-
peesche wereld.
Napoleon had den ouden adel weder verzameld en
een nieuwe geschapen. Lucien Civry, de republikein
van het jaar 11, was divisie-generaal en graaf van
het keizerryk geworden. Ivonne, weduwe van den
proviandmeester Vaudeuil, had haar zoogzuster niet
verlaten en sedert vijf jaar was zij gehuwd met
Timolion.
De pijnlijke herinneringen aan het verledene zyn
langzamerhand uitgewischt en vervangen door tegen
woordig geluk en door droomen over de toekomst.
Maar Lucien heeft de edelmoedige toewyding van
Timolion niet vergeten en hij riep dikwijls uit, ter
wijl hij Gabrielle en zyne kinderen rondom zich had
en de hand naar den ouden soldaat uitstrekkende
Aan u ben ik evenwel mijn geluk verschuldigd.
Waarop Timolion onveranderlijk antwoordde:
Natuurlyk, mijn generaal.
Ondanks de epauletten w",s de ex-brigadier nog
getrouw gebleven aan zyn geliefkoosd gezegde.
Snelpersdruk - LANGEVELD DEROOIJ Texel.