N\ 103.
Donderdag 27 September.
A\ 1888.
Nieuws- en
Advertentieblad.
Binnenland.
Dit blatl verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden
Voor den Burg 30 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere
landen met verhooging der porto's.
Advertentiën vóór 10 uur op den dag der uitgave.
Prijs der Advertentiën
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Cts.
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGE VELD DE ROOIJ, ParkstraatBurg op Texel.
m
Onzen abonné'sbuiten den
Burg woonachtigverzoeken wij
beleefdhet aan ons verschuldigde bedrag voor
het 1 October afgeloopen kwartaal 45 cent)
vóór 10 October a.s. ons te doen toekomendaar
wij anders daarover per postquitantie met 10
cents verhooging zullen moeten disponeeren.
Zij die zich met 1 October a.s. op
ons blad abonneerenontvangen de tot dien
datum verschijnende nummers gratis.
de Uitgevers.
EENE OPMERKING.
De concessie-aanvraag door den heer De
Quartel doet een onzer bladen het volgende
opmerken
De heer De Quartel wil de Friesche Wadden
en het grootste gedeelte van de Zuiderzee in
polderen en droogleggen, waarvoor, naar zijne
berekening, slechts noodig zal zijn eene som
van 220 millioen. De onderdeelen dezer bere
kening zijn nog niet door hem openbaar gemaakt;
maar al waren zij het, wij zouden ons niet
vermeten in eene beoordeeling van de cijfers
te treden; alleen kunnen wij onze verwonde
ring niet verbloemen, dat de heer De Quartel
met een bepaald cijfer optreedt, waaruit men
moet opmaken, dat hij het geheele werk in
al zijne onderdeelen heeft nagegaan en tot
eene conclusie daaromtrent is gekomen, terwijl
de commissie, die zich gevormd heeft op het
initiatief van de heeren Buma c. s., zich nog
slechts ten doel stelt om te onderzoeken of
het werk kan worden uitgevoerd en voor een
prijs, die de krachten des lands niet te boven
gaat. De bijeengebrachte of toegezegde gelden
strekken nog uitsluitend tot bestrijding der
kosten van onderzoek, en zie, hangende dit
onderzoek, treedt plotseling, de heer P. J. De
Quartel op, om zelf, op eigen houtje, indien
wij het zoo eens populair mogen uitdrukken,
dit zaakje te ondernemen en klaar te spelen.
Hij gaat zelfs nog eene schrede verder en zegt
niet enkel wat het kosten moet, maar ook
wat het zal opbrengen. Voor 220 millioen
gulden wordt het grootste gedeelte der Zuider
zee drooggelegd, en na twintig jaar krijgt men
al 347 millioen terug, dus het kapitaal met
rente op rente. Al wat er later van komt
is limpido winst. De Staat der Nederlanden
moet wel verregaand kortzichtig zijn als hij
geen leening sluit tegen 4°/o om op die wijze
kosteloos het grondgebied van het Rijk met
eene twaalfde provincie te vermeerderen en
daarvan al de voordeelen te trekken, die eene
uitbreiding van grondgebied oplevert. Als de
Staat daartoe ongenegen mocht zijn, waren
de Nederlandsche kapitalisten toch wel dwaas,
zoo zij hun geld niet liever aan dit nationale
werk gaven dan aan spoorwegen, kanalen, enz.
in ver verwijderde oorden.
Waarschijnlijk echter zullen zij zulk een
haast niet maken om hun geld beschikbaar
te stellen voor den heer De Quartel, nu de
commissie, die door de bemoeiingen van den
heer Buma tot stand kwam, nog niet heeft
gedefungeerd. Men zal toch eerst wel eens
willen weten hoe deze over de zaak denkt en
tot welke financieele uitkomsten haar onderzoek
heeft geleid.
De Hollandsche kalmte en bezadigdheid wordt
ook hierin niet verloochend en geduldig wacht
het Nederlandsche volk af tot het uitgewerkte
plan in het licht zal verschijnen voor de uit
voering van het werk, dat voor ons land van
zooveel gewicht zou zijn. Dan eerst zal men
overwegen of men er aan deel zal nemen,
maar het zou niet zoo te verwonderen zijn,
wanneer, evenals voor zoovele andere openbare
werken in Nederland, een groot deel van het
kapitaal gevonden werd in Engeland.
De bevestiging of logenstraffing van deze
onderstelling ligt echter nog in de verre toe
komst: wij verkeeren nog in de periode van
onderzoeken, overwegen en afwachten: die
gelooven haasten zich niet.
Evenzoo gaat het met het denkbeeld om
onze heiden te ontginnen. Toen dit ter sprake
kwam, was het of morgen reeds met de ont
ginning zou worden aangevangen. Er versche
nen in dagbladen en tijdschriften artikelen tot
aanprijzing van deze zaak, die over een kwart
of een halve eeuw reeds hare vruchten zou
afwerpen en men prees de ontginning tevens
aan, misschien met minder recht, tot op
lossing der sociale quaestie. Talloos velen
zouden er brood door vinden: aan de nijver
heid zouden nieuwe débouché's worden geopend
millioenen, die thans in het dorre zand ver
borgen liggen, zouden er uit worden opgedolven
en welvaart verspreiden tot nog toe is
geene enkele schrede gedaan om met die op
delving een begin te maken. Slechts weinige
gemeenten en particulieren beproeven op kleine
schaal hier en daar eenige stukken heide in
rentegevenden grond te herscheppen, maar van
een algemeen, een nationaal werk is geen
quaestie.
Ook de beplanting der bermen van de open
bare wegen met vruchtboomen, dat belangrijke
voordeelen voor de ooftkweekerij beloofde, vindt
nog weinig ingang en zal wel opgehouden
hebben voor de eerste pruim of appel aan de
markt wordt gebracht. Men verdiept zich liever
in vertoogen en berekeningen dan de hand
aan het werk te slaan. Beschouwen, overwegen
becijferen, dat is onze kracht, maar om tot
handelen over te gaan, daartoe kunnen wij
niet besluiten en nog veel minder om er eenige
duizenden, honderd duizenden of millioenen
voor bij een te brengen. Veel liever schrijft
men een artikel, of brochure en woont men
een vergadering bij of neemt men zitting in
commissie of bestuur dan een grooter of kleiner
deel van zijn vermogen voor zoodanige onder
nemingen beschikbaar te stellen. En dan worden
er nog zoovele waarborgen en zekerheidsstel
lingen gevorderd en zulke doeltreffende maat
regelen geëischt, om er toch zonder kleerscheuren
af te komen, dat menig plan verongelukt voor
met de uitvoering een begin is gemaakt.
Zal men hetzelfde zien gebeuren met de
drooglegging van de Zuiderzee? Zullen, wanneer
het zóóver is, dat aan het verwezenlijken van
het denkbeeld kan worden gedacht, weder niet
de „tijdsomstandigheden" die verwezenlijking
doen uitstellen? Wij weten het niet, maar
zonder vrees zijn we geenszins. Hoe langer
het duurt hoe meer grond er voor die vrees
bestaat. Niet onmogelijk echter is het dat
het voorstel van den heer De Quartel zal bij
dragen om, de aandacht verlevendigende, ook
het onderzoek te bespoedigen en deze zaak
spoedig weder aan de orde te brengen. In dat
geval zou dat voorstel een gewenscht resultaat
hebben, zij het ook niet dat, hetwelk de voor
steller zelf beoogde.
TEXEL, 26 September 1888.
Z. D. H. de Bisschop van Haarlem heeft
benoemd tot Kapelaan te Fijenoord den Wei-
Eer w. Heer J. L. Wouters en tot kapelaan
te Den Burg op Texel den WelEerw. Heer
L. M. van Pinxteren.
Maandagmorgen werd het stoffelijk over
schot van S. P. Hin, welke in de vorige week
op zoo treurige wijze om 't leven kwam, op de
Katholieke b egraafplaats alhier ter aarde besteld.
Dat de deelneming in deze droevige omstan
digheid groot was, bewees de groote schare,
die de overledene ter laatste rustplaats bege
leidde. Zelden zagen wij zoo'n lange stoet
bij zulk eene plechtigheid. Buiten de gewone
kerkelijke ceremoniën werd aan het graf niet
gesproken, doch de diepe stilte en plechtige
ernst getuigden van de deelneming van allen,
die zich op den doodenakker hadden verzameld.
Eene zaak tot navolging. Te Enkhuizen,
- zoo lezen wij, is opgericht eene ABC
vereeniging, zich voor dit jaar ten doel stellende,
om een Sint Nicolaasfeest te bereiden aan de
kinderen der armen. De contributie bedraagt
voor ieder 10 cent, maar ieder die lid wordt,
neemt de verplichting op zich, andere twee
leden aan te werven. Gelukt dit niet, dan
betaalt men 't drievoud der gewone contributie.
Behalve de kleine geldelijke bedrage wordt
verzocht, voor het voorgestelde doel te verza
melen afleggers speelgoed, kinderkleeding-
stukken en al wat maar kan dienen om een
arm kind blij te maken.
Na kennisname van dit bericht vonden wij
het niet ongepast ook onze lezers daarmede
in kennis te stellen, wellicht dat zulks hier
navolging zoude kunnen vinden.
Zullen er hier zeker ook wel gevonden wor
den, die gaarne een klein offertje brengen omder
jeugd een lachje op het gelaat te tooveren,
aan woningen, waarin zulk een zonnestraaltje
met welgevallen zou worden ontvangen, ont
breekt het zeker niet.
Mocht er spoedig iemand het initiatief er
toe nemen, aan medewerking zal het hem
zeker niet ontbreken. Het offer is niet groot
en zal gewis ruim voldoening schenken.
TEXELSCHE COURANT.