Buitenland. Een wensch vervuld. Marktberichten. Omtrent het Vrijdag-nacht gestrande schip op de Haaks, waarvan wij in in ons vorig nummer volgens geruchte melding maakten, ontleenen wij aan de „H. en N. Ct." „Het in de Noordergronden gestrande schip was de Duitschebark „Theodor" kapitein Bherend, met steenkolen van Engeland naar Dantzig be stemd. Omstreeks een uur na de stranding werd de bark door de woedende elementen verbrijzeld, zonder dat men iets ter hulp van de bemanning had kunnen aanwenden. Van de 14 man equi page kwamen 7 personen om, benevens de echtgenoote en 2 kinderen van den kapitein. De overige 7 opvarenden wisten zich in eene kleine scheepsboot te redden, waarmede zij behouden de zandplaat „Onrust" bereikten. Gedurende de pogingen tot redding van dezen kwamen nog 3 van hen om het leven, zoodat slechts 4 man gered werden. In het geheel zijn bij dezen ramp 13 menschenlevens te be treuren. De pogingen om eene vereeniging te stichten, ten einde door samenwerking, met woord en daad, het persoonlijk vervullen van den militairen dienstplicht aan te wakkeren, zijn met zulk een gunstigen uitslag bekroond, dat het voorloopig bestuur (H. K. Folmer, voorzitter, en A. F. De Savornin Lohman, secretaris) reeds in staat is de eerste grondslagen te leggen van een Bond, waarvan het de ontwerpstatuten en een ontwerp huishoudelijk reglement, door middel eener circulaire algemeen verspreidt. Deze zullen worden vastgesteld in eene, in het hotel „De Oude Graaf" te Amsterdam op 9 Februari a. s. te houden eerste algemeene veigadering, waarin tevens een hoofdbestuur zal worden gekozen. De „Militiebond" zal tevens eene vergadering houden op 8 dezer, des avonds te halfuegen, in de bovenzaal van „Krasnapolski", waarbij de heer H. "W. Groeneveld, leeraar aan de Hoogere Burgerschool te Amsterdam, zal spreken over „persoonlijken dienstplicht en den Militiebond" De commissaris van politie te 's Hertogen bosch vestigt de aandacht op een persoon, zich noemende Jhr. Valkenburg van Zwet, luitenant ter zee op non activiteit, lengte middelmatig, haar, knevel en kinbaardje blond, kleur gezond en kaal hoofdig. Hij draagt een halfsleten blauwlaken- ache pelsjas en een ridderorde. Onder voorgeven van H. M. de Koningin opdracht te hebben, biedt hij bij Hofleveranciers albums te koop aan, waarin platen met afbeeldingen van meubelen, gebouwen, dieren enz., zeggende dat de opbrengst ten goede komt aan de Prins Hen drik stichting. Men schrijft uit Volendam: Voor de Volendarnmers is het nu een zeer moeielyke tijd. Hoewel er niet verdiend wordt en dus de behoefte groot is, blijven toch de botters zich onthouden van het visschen met den won- derkuil. En nu is het een hard gelag te weten, dat dan visschers van eene andere gemeente wel met den wonderkuil uitgaan. Men vertelt, dat hier zelfs spiering door een vreemden visscher werd aangebracht, en dat die visscher den won derkuil had gebezigd. Indien het waar is, zou het hard zijn. Uit Friesland wordt gemeld: De afschaffing der gedwongen winkelnering heeft nog niet veel verandering teweeggebiacht in de toestanden onder de veenarbeiders. Of schoon zij thans volkomen vrij zijn hunne win kelwaren te koopen waar hun goeddunkt, blijven de meesten nog evenals vroeger bij de veenbazen koopen, om de eenvoudige reden, dat zij alleen daar het krediet vinden, dat zij in de winter maanden noodig hebben. Wel echter heeft deze maatregel tengevolge gehad, dat voor sommige artikelen prijsverlaging heeft plaats gehad. Bij de in het kamp van Deverloo genomen proeven met repeteergeweren heeft geen der geweren aan de gestelde eischen voldaan, zoodra de proeven voorloopig gestaakt zijn om de uitvin ders in de gelegenheid to stellen de aangeduide gebreken te verhelpen. Uit Recht voor Allen blijkt, dat de sociaal democratische partij druk bezig is, propaganda te maken onder het spoorweg personeel. Aan eene oproeping tot oprichting eener vereeniging zegt het blad, is door een groot aantal belang hebbenden voldaan. Eene strijdkas zal worden samengesteld, en geschriften en bladen zullen onder liet spoorweg-personeel worden verspreid. De trein, welke Zondagochtend om halftien van Brussel naar Namen vertrok, geraakte buiten het spoor en stiet tegen een pilaster van de brug, welke voorbij het station Groenendaal ligt, waar door de brug instortte. De gevolgen waren verschrikkelijk. De loco motief, een bagage wagon en vier rijtuigen vol reizigers werden verpletterd. Zoover tot nu toe bekend is, bedraagt het aantal dooden 14, en is een vijftigtal passagiers gewond, waarvan velen zeer ernstig. Een hulptrein, met een aantal geneesheeren en de overheid, werd onmiddellijk van Brussel naar de plaats des onheils gezonden. Omtrent die oorzaken, welke tot het ongeluk leidden, loopen vele geruchten. Als de waarschijn lijkste aanleiding komt voor het feit, dat op de plaats, waar de trein ontspoorde, sedert verschei dene dagen aan de spoorbaan gearbeid werd. De leggers lagen nog onbedekt. In plaats van lang zaam te rijden, moet de machinist den trein meer vaait hebben doen aannemen, daar deze reeds eenige minuten te laat was. Onder de gedooden bevinden zich ook de stooker en machinist, wier lijken van onder de locomotief zijn te voorschijn gehaald. Op de spoorbaan zijn steeds dichte drommen van personen, meestal nieuwsgierigen, bijeen. Het aantal dooden en gewonden is nog niet met juistheid op te geveneen derdeklasse-rijtuig lag geheel onder het vele puin bedolven. Een ander derde-klasse-rijtuig is geheel gedrongen in eene coupé eerste klasse. Dr. Hauben, uit Brussel, die bij den schok uit den waggon, waarin hij gezeten was, sprong; kwam er zonder letsel af. Het personeel der tramwegmaatschappijen te New-York en Brooklyn, zes duizend man sterk, heeft sedert Maandagavond het werk gestaakt wegens eene weigering der directiën om het loon te verhoogen. De directie te Brooklyn heeft getracht hare wagens met nieuw personeel te doen rijden, doch dit is door de werkstakers met geweld verhinderd. Er hebben geen andere onge regeldheden van beteekenis plaats gehad, ofschoon er groote ongelegenheid door het niet rijden der wagens bestaat, en er te Brooklyn een regiment troepen gereed wordt gehouden. In het Italiaansche stadje Bambiaso, bij Cosenza, kwam deze week het zeldzame geval voor, dat, tijdens de gemeenteraadszitting, de burgemeester, ondersteund door zijn zoon, zijne revolver voor den dag haalde en een snelvuur opende op de leden van den raad, waarvan er verscheidenen gekwetst weiden. De gendarmen snelden toe, om de overigen voor een dergelijk lot te vrijwaren en namen den burgemeester in hechtenis, (Vervolg van 139). NIET GEDRAALD. Van uitstel komt licht afstel, dacht ik, toen Pol derland zijn bezoek schuldig bleef, en daarom besloot ik er zelf maar eens heen te gaan. In de vaste overtuiging een waarachtig volksbelang voor te staan zonder eigenbelang te bedoelen, wilde ik mij niet laten weerhouden om nog eens op de zaak terug te komen, al moest ik vreezen, dat mijn woorden niets zouden uitrichten. Als altyd was de begroeting hartelijk, en buurman verontschuldigde zich aanstonds over zijn wegblijven. Ik moest 't hem niet kwalijk nemen, want meester was wel vriendelijk, maar om zoo bij hem aan te bellen, zie je en dan toch, hij geloofde wel, dat de vlieger niet zou opgaan, want hy had er zoo eens met Piet en Klaas over gesproken, en die zeiden, dat 't toch niets zou wurden. Wat mij aangaat, ik geloof wel, dat ons arbeiders volk niet toeschietelijk zal bevonden worden om aan dit fonds deel te nemen, maar een ander is het die zaait, en weer een ander die maait, 't Is daarom, dat ik alree de wenschelykheid en de mogelijkheid van het pensioenfonds als overtuiging uitspreek, in afwachting of deze regelen te goeder uur eenige vruchten mogen afwerpen. Buurman gaf mij te ver staan, dat bij gemis aan werk, zooals in den winter, het betalen onmogelijk werd, maar de agent of bode kan immers met persoonlijke of plaatselijke omstan digheden rekening houden en verleenen b.v. drie maanden vrijstelling mits in de andere maanden zooveel meer wordt betaald. Polderland was bang, dat men hem by wanbetaling wegens ziekte zou schrappen, maar ook hiervoor bestaat geen vrees, want wie zelfs vier maanden ten achter is, kan het achterstallige inhalen. Piet had hem gezegd, dat de boeren het gemakkelijk voor hun volk konden beta len, want dat de loonen veel te laag waren. „Maar buurman, je weet toch wel, dat de boer er allerminst staat op kan maken, dat zfjne arbeiders bij hem blyven, en wil de boer in dit opzicht iets doen, zonder zich tot jaarlijksche bijdragen te verbinden, dan kan hij voor ieder of eenigen zijner arbeiders van tijd tot tijd eene som storten. Want ook door zulke ongeregelde stortingen kan een pensioen ver zekerd worden en zoodoende blijft zoowel de boer als de arbeider vrij man." „Ja wel," kreeg ik ten antwoord, „maar Klaas had er zooveel op tegen, „dat hij voor een ander zou betalen, als hij vóór dien tijd kwam „te sterven, en dat vind ik toch ook." „Maar goede vriend! van mijn tractement als onder wijzer wordt ieder jaar ook 14 gulden afgenomen voor een pensioen, dat nay eerst op 65-jarigen leeftijd wordt uitgekeerd, en ik weet toch ook niet of ik dan wel een ander daarvan de voordeelen zal genieten. Uw buurman was nog pas een jaar tegen brand schade verzekerd, toen alles van hem verbrandde en ik heb al vijfentwintig jaar betaald, zonder, nog eene cent uit dat fonds getrokken te hebben. Zsd ik nu zeggen, dat ik die maatschappij hartelijk bedank en niet langer betaal, immers neenl" „Hoor eens meester, ik ben tegen u niet opgewas sen, maar voor my is de contributie te groot!" „Dit mag al waar zyn buurman, maar des te sterker dring ik er by uwe zoons op aan, dat zjj zonder uitstel toetreden; wat u te zwaar valt, kun nen zij bij goeden wil zooveel te gemakkelijker. Wel Kobus, mag ik op u rekenen?" „Ja, meester, als er meer zyn, dan zou ik er ook wel toe willen besluiten, maar één man heteekent toch niet." „Mis beste jongen, ieder moet hier voor zichzelven staan, en zyt gy de eerste, licht volgen er meer. Uwe zuster Tryntje heeft een goeden dienst, en houdt vast elk jaar een aardig duitje over; welnu, ook voor haar staat de gelegenheid open om zich een pensioen te verschaffen. Zeg, dat zy tien jaar achtereen een sommetje stort, dan is zy in haar ouden dag, ook al komt zy tot geen huwelyk, voor gebrek gevrijwaard. En uw vriend Gerrit kan als schildersknecht ook al deelnemen. Zou hy van 7 a 8 gulden per week niet zooveel kunnen afzonderen, dat hy op leeftijd gekomen vijf a zes gulden per week te trekkeuhad? En komt het in den ambachts stand niet vaak voor, dat men uitmuntend met een sommetje van 5 a 600 gld. zou geholpen zyn. Welnu ook daarvoor bestaat hier gelegenheid, 't Is een fonds voor den werkman, zeide ik u, en hoe meer gij er mede op de hoogte komt, hoe beter ge zult beseffen, dat hier in waarheid het belang van den werkman beoogd wordt. Gelooft my, vrienden, uwe bezwaren zullen wegvallen, zoodra het u ernst ge worden is, als gy zegt, dat gy met bezorgdheid den ouderdom verbeidt. Gy zult zonder dralen u in dit fonds laten opnemen, zoo ge u spiegelt aan uwe oude en arme lotgenooten voor wie het onherroepelijk te laat is Zij eten armebrood, ja moeten vaak bede len; gij kunt, als de Heer u in 't leven spaart, uw eigen brood eten en hebt niemand te bedanken." Kobus Polderland, myn lezer, ging u voor. Laten velen hem volgen, opdat na weinig jaren het Nederlandsch Werkliedenfonds in waarheid ge worden zy, wat het zyn wil en kaneen weldaad voor den werkmansstand door geheel ons land. Alkmaar, 4 Febr. Aangevoerd 6 koeien f 190 a 240 75 vette kalveren f 40 110 10 nucht. kalveren f 8.— a 16 8; Schapen f 16 a 20.— 150 vette Varkens 38 b 50 ct. per K.G. 27 magere dito f 10 14. Lammeren f Amsterdam, 4 Febr. Aangevoerd 620 Run deren, le kwal. 66 ets., 2de kwal. 57 ets., 3de; kwal. 48 ct. per KG.; Melk- en kalfkoeien f 120 f 200; 3 Graskalveren f 47 nucht. kal- f5 11; 3 Schapen en Lammeren f 253 vette Varkens 44 48 ets. per KG. Purmerend, 5 Feb. Aangevoerd 39 vette kalveren 75 a 100 ct. per kg.; 86 nucht. Kalver, f8. k 20178 vette Varkens 40 52ct. per kilo. 45 magere Varkens f 10 15; 132 Biggen 6 h f 9; 963 Schapen, 131 Runderen en Stieren Lammeren f a kip-Eieren f3 50 -- f 4,25 per honderd stuks. Vette schapen, prijshoudend, handel stug f 20 a f 30 per stuk. Overhouders lager in prijs, handel stug. f 12 a f 23. Vette koeien lager in prijs, handel stug, f 0,55 a 0,66 per K,G. Gelde koeien, prijshoudend, handel vlug f 80 a f 150 per stuk. Nuchteren kalververen prijshoudend, handel vlug. Vette kalveren hooger in prijs handel vlug. Vete Varkens, Magere Varkens en Biggen, hoo ger in prijs handel vlug. bonden, 4 Febr. Aangevoerd 2400 Runderen, 10000 Schapen en Lammeren, 40 Kalveren, en 10 Varkens. Men noteertbeste Runderen 35 a 71V4 ct. Schapen en Lammeren 50 a 95 Kalveren 55 a 85 ct., Varkens 37s a 60 ct. Harling'cn, 4 Feb. De aanvoer van zeevisch bedroeg van 28 Jan. tot 4 dezer stuks Schel- visch, stuks Kabeljauw, 80 stuks Rog, 70,000 stuks Haring, 900 pond groote Schol, 24 manden Garnalen, 1147 balen Mosselen. 444 balen Cockels, en 532 balen Alikruiken. De Rog werd verzonden naar Brussel, de Mos solen, Cockels, Alikruiken en Garnalen naar Londen en Huil. De Schelvisch en Kabeljauw door opkoopers naar elders, de Haring aan de rookerijen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1889 | | pagina 2