N°. 161.
Donderdag 18 April.
A0. 1889.
Nieuws- en
Advertentieblad.
OFFICIEEL GEDEELTE.
Binnenland.
Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden
Toor den Burg 30 Cts. Franco per post door ge
heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere
landen met verhooging der porto's.
Advertentiën vóór 10 uur op den dag der uitgave.
Prijs der Advertentiën
Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Cts.
Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte
berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer.
ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGEVELD DE ROOT-J, ParkstraatBurg op Texel.
KENNISGEVING.
De BURGEMEESTER van TEXEL brengt ter
algemeene kennis, dat het Kohier van den Hoof-
delijken Omslag dezer gemeente van at heden
gedurende vijf maanden ter Secretarie voor een
ieder ter inzage is nedergelegd.
Texel, den 17 April 1889.
De Burgemeester voornoemd,
CONINCK WESTENBERG. L. B.
TEXEL, 17 April 1S89.
Op 27 April vertrekken van Amsterdam
naar New-York per stoomschip ,,Edam", door
tusschenkomst van Koning Co., de volgende
personen van Texel, als: de vroeger gemelde
Harmen Tiessen vrouw en acht kinderen,
voorts: Jan van Houten, Riekes van Houten,
Aaltje de Boer, dochter van Albert de Boer.
Voorts van het Nieuwediep Jan Lanser.
Oudeschili), 16 April. Op nog grooter schaal
dan verleden jaar wordt tegenwoordig de
rogvisscherij uitgeoefend op de Schanserwaard.
De waard staat zoo vol met netten, dat bijna
geen rog vrij kan zwemmen. Ofschoon de
vangst nog gering is, worden toch reeds par
tijtjes naar België ter markt gezonden.
Naar men uit Apeldoorn beiicht, woi dt
's Konings toestand langzamerhand gunstiger.
De voedselopname verbetert eenigszins, en de
krachten nemen langzaam toe. De patiënt
slaapt voldoende en op natuurlijke wijze.
Helder, 16 April. Een Vlaardinger vischsloep,
die heden-morgen de haven zou verlaten, kwam
door misleiding van den sterken stroom in aan
raking met het wachtschip. Yan de sloep werd
de hazaansmast afgeknapt. In plaats van dus
zee te kiezen, was zij verplicht in de haven te
blijven ter herstelling der bekomen schade.
De Raad van State, waarnemende het
koninklijk gezag, heeft op de gemeenschap
pelijke voordracht der ministers van oorlog,
marine en binnenlandsche zaken bepaald, dat
de dienst van de ingelijfden bij de militie te
land der lichting van 1883 en van de inge
lijfden. bij de zeemilitie der lichting van 1884
eindigt op 80 April a. s., voor zoover op dien
dag hun diensttijd reeds zou zijn geëindigd,
ware deze niet verlengd bij de wet van 7 Aug.
1888 (Staatsblad No. 124).
Voorts heeft de Raad van State het vol
gende bepaald:
Art. 1. Krachtens artikel 125 der wet van
19 Aug. 1861- (Staatsblad No. 72), betrekkelijk
de Nationale Militie, in 1889 van de militie
te land, tegen de daartoe door den minister
van oorlog te bepalen tijdstippen, kunnen
alsnog opgeroepen worden om in den wapen
handel te worden geoefend:
a. Van de lichting van 1886 de verlofgan
gers, die behooren tot de regimenten der 8de
divisie infanterie, tot de compagnieën der hos
pitaalsoldaten, tot de regimenten der veld
artillerie, tot het corps rijdende artillerie, tot
het corps pontonniers en tot het corps genie
troepen, echter met dien verstande, dat buiten
oproeping blijven de verlofgangers, die be
hooren tot de treincompagnieën van de regi
menten der veld-artillerie, alsmede de vesting
telegrafisten.
b. Van de lichting van 1887 de verlofgan
gers; die behooren tot de regimenten der
vesting-artillerie en tot het corps genietroepen.
c. Van de lichtingen van 1885 van 1886
van 1887 en van 1888 de verlofgangers, die
behooren tot de regimenten der 1ste en der
2de divisie infanterie, met uitzondering, voor
zooveel laatstgenoemde lichting betreft, van
hen, die tot in de maand September a. s.
voor het blijvend gedeelte onder de wapenen
zullen worden gehouden.
De verlofgangers der militie te land, hier-
voren niet vermeld, worden in den loop van
dit jaar niet krachtens genoemd wetsartikel
opgeroepen.
Art. 2. De verlofgangers, in artikel 1 voor
oproeping aangewezen, kunnen in werkelijken
dienst worden gehouden: d-ie vermeld sub.
a en b gedurende hoogstens 35 dagen; en
die vermeld sub. c gedurende hoogstens 14
dagen.
Ter uitvoering van dit besluit heeft de
minister van oorlog de oproeping in werke
lijken dienst vastgesteld op de tijdstippen,
welke vermeld zijn in een staat, welke in
de Staatscourant van 13 April is opgenomen.
Uit het wetsontwerp tot gedeeltelijke
herziening van de wet tot regeling van het
lager onderwijs; vermelden wij het volgende.
De regeering wenscht de ongelijke werking
aan art. 45 te ontnemen, door nl. de rijksver
goeding in de gewone kosten van het openb.
1. o. te beperken tot de kosten van het onder
wijzend personeel door de wet gevorderd en
werkelijk aan de school verbonden, en haar
te verleenen naar den omvang van den werk
kring van en door de wet geëischt wordende
meerdere bekw-nrnheid van het hulppersoneel.
Scholen met een schoolgeld per jaar van f25
of meer per leerling worden van de vergoeding
uitgesloten.
De vergoeding in de kosten van het bouwen
van onderwijzerswoningen vervalt, evenals
die voor aanschaffing van school meubelen bij
eerste inrichting. De vergoeding in de buiten
gewone kosten wordt beperkt tot die wegens
het stichten, waaronder ook verbouw van
schoollokalen, en, om weelde tegen te gaan,
verminderd tot 25 percent. Mede wordt voor
gesteld om aan de bijzondere school gelijke
bijdragen voor personeel te verleenen als aan
de openbare, maar ook met uitsluiting van de
scholen met schoolgelden van f 25 per jaar
of daarboven.
In de bijzondere school met een rijksbijdrage
moet een zeker minimum van kinderen onder
wijs ontvangen in dezelfde vakken als waarin
op de openbare onderwijs wordt gegeven en
hetzelfde minimum van onderwijzers aanwezig
zijn als voor de openbare school gevorderd
wordt.
De volledige uitvoering van het voorstel
der regeering zal hoogstens kosten f3,309,350;
te weten: voor de openbare school f2,447,150,
voor de bijzondere school f 862,200 of hoog
stens meer f 444,130, waartegenover eene
vermindering staat van f 94,130.
Zoodat de totale vermeerdering van uitgaven
f 350,000 bedraagt. Maar die hoogere uitgaaf
zal, volgens de reg., brengen gelijkstelling
van de gemeenten onderling, gedeeltelijke vol
doening aan den eisch van rechtsgelijkheid
tusschen de bijzondere en de openbare school,
tot opheffing van de meest stuitende en jaren
lang nadeelige ongelijkheid.
Art. 28 is zoo gewijzigd dat het aan de
benoeming van hoofd eener openbare school
voorafgaand vergelijkend examen is vervallen,
met dien verstande dat de voordracht door
B. en W. aan den gemeenteraad ingediend,
worde opgemaakt in overleg met den districts
schoolopziener, wiens advies ter kennis van
den Raad moet worden gebracht. De regeering
ziet in dit examen dikwerf een beletsel om
de meest geschikte mannen op de rechte plaats
brengen. Voor benoeming als hoofd eener
openb. school met meer dan 200 leerlingen
wordt echter werkzaamheid van tenminste
5 jaren als hoofd van openb. of bijzondere
scholen vereischt. Voor het hoofd der school
wordt, naar de sterkte der bevolking, eene
bijdrage voorgesteld van f 250 tot 600's jaars.
Voor elke der onderwijzers tot bijstand van
het hoofd zal eene som van f 200 worden
uitgekeerd, behoudens verlaging tot f150 voor
onderwijzers aan scholen van 41 tot 90 leer
lingen en verhooging tot f 300 voor onder
wijzers met den rang van hoofdonderwijzer.
Art. 8. Jongelieden van beiderlei kunnen
en mogen in de school als kweekeling worden
toegelaten en aldaar behulpzaam zijn, mits zij
a. hun vijftiende jaar ingetreden zijn en
hun negentiende niet volbracht hebben;
b. tot geene werkzaamheden in de school
gebezigd worden dan de zoodanige, welke zij
onder het toezicht en de leiding van een be
voegde verrichten, en
c. na drie maanden als kweekeling geplaatst
te zijn geweest, in het bezit zijn van een
door den arrondissements-schoolopziener schrif
telijk goedgekeurd bewijs, niet ouder dan een
jaar en afgegeven en onderteekend door het
hoofd der school, waarin zij tijdens de afgifte
waren toegelaten, dat hun zedelijk gedrag en
hunne vorderingen voldoende zijn.
Van rijkswege worden kweekscholen en
normaallessen tot opleiding van onderwijzers
opgericht en onderhouden.
De inrichting wordt bij algemeenen maat
regel van bestuur geregeld.
Ten behoeve van de opleiding van onder
wijzers kan, hetzij aan gemeentelijke of bijzon
dere kweekscholen en normaallessen, hetzij
aan hoofden van scholen, voor elk der door
hen opgeleide personen die de akte, bedoeld
in art. 56 onder a hebben verkregen, eene
bijdrage uit 's rijks kas worden verleend vol
gens door Ons bij algemeenen maatregel van
bestuur te stellen regelen en voorwaarden.
TEXELSCHE COUEAWT.