Buitenland.
en andere noodige zaken met extra-treinen naar
de geteisterde streken woiden vervoerd.
Ook in Canada hebben groote overstroom ingen
plaats gehad. Coburg en omtrek zijn overstroomd
en over 10 Engelsche mijlen is het land verwoest.
Verscheidene bruggen werden weggeslagen en
op vele plaatsen is de oogst vernield. De Grand
ïrunk-spoorweg zal voor omstreeks 50,000 dollars
te herstellen hebben en de geheele schade wordt
op 500.000 dollars begroot.
Uit Geestemünde wordt bericht, dat men
voor eenige dagen aldaar opgelegd heeit de eerste
van de nieuwe vischbooten, en de manschappen
voorloopig heeft ontslagen, omdat bij de oogen-
blikkelijk lage prijzen van den schelvisch en d e
hooge prijzen van de steenkolen het uitzenden
van die stoombooten geen winst zou opleveren.
De Engelsche visschers schijnen het nu do
Denen lastig te maken. Na herhaalde moeiell ijk -
heden is dezer dagen beslag gelegd op een
Engelsche boot. De manschappen zijn naarEsbjerg
gevoerd om daar gestraft te woiden.
Uit Reichenbach wordt gemeld dat door
eene wolkbreuk aldaar vele huizen ingestort en
fabrieken verwoest zijn. Er zijn menschen en
dieren bij om het leven gekomen. Bijzonder groot
zijn de verwoestingen te Mylau. In geheel Duitsch-
land viel trouwens veel regen.
In Ontario heeft eene scherpe vorst groote
schade aangericht. Op sommige plaatsen was
het ijs een kwart Eng. duim dik. Groote
graanvelden zijn aanmerkelijk beschadigd en ook
de vruchtboomen hebben veel geleden. Men hoopt
dat de regens, welke thans vallen, de schade
zullen herstellen.
Uit Brummen wordt, dd. 3 Juni, gemeld:
Bij een hevig onweer, dat heden in den namiddag
zich boven deze gemeente ontlastte, sloeg de
bliksem in do boerderij van den heer J. W. Eijerkamp.
Een landbouwer, afkomstig van Zelhem,
is tijdens het hevige onweder, dat boven Gelder
lands achterhoek woedde, onder Steenderen met
zijn paard door den bliksem gedood.
Ook woedde boven Zevenaar en in de omstre
ken een ontzettend onweder, hetwelk daar vrij-
goed afliep. In het nabijgelegen Beek echter en
ook een gedeelte van Diedam, ging het onweder
vergezeld van hevigen hagelslag. Aldaar zijn
alle veldgewassen totaal verhageld; niets is ge
spaard. Van eene boerderij waren meer dan
500 pannen verbrijzeld, terwijl geene glasruit in
het geheele dorp is heel gebleven. Zelfs kippen
werden op verschillende boerderijen door den
hagel gedood. Bij een daglooner aide hoenders.
Den volgenden morgen lag de hagel op sommige
plaatsen nog meer dan een voet dik.
Door het inslaan van den bliksem ontstond
eveneens een feilen brand in de groote boeren
plaats van den landbouwer H. Varvik, gelegen
in den zoogenaamden Varvikshoek aan den
Kuipersdijk te Enschedee.
Meer dan twee hectaren dennenbosch van
den heer Ivniphorst is onder Zuidlaren door feilen
brand vernield. Een aangrenzend bosch van een
anderen eigenaar is mede zeer beschadigd. Kwaad
willigheid schijnt hier de oorzaak van het onheil
te zijn.
Dat men door het niet aanhechten van plakze-
gels op quitantiën boven de tien gulden nog al boete
kan beloopen, ondervond voor een paar dagen
iemand te Hoogezand, die voor vijf quitantiën de
niet onaanzienlijke som van f 114,21 als boete
moest betalen.
Een der maaiers van den landbouwer J. Et-
te Tzum, pas uit Hanover (Boekholte, Ambst-
Hümling) aangekomen, kreeg van een paar kennis
sen, drie dagen later met hunne zeisen gearriveerd,
de treurige tijding dat in zijne woonplaats tien
huizen waren afgebrand, waaronder ook het zijne,
en wat het smartelijkst was voor hem, waste
vernemen, dat zijne vrouw en een der twee
kinderen in de vlammen waren omgekomen.
Men had hem niet eerder kunnen berichten, daar
men thuis zijn adres nog niet wist. De onge
lukkige maaier vernam de noodlottige tijding
onder vreeselijke aandoening, en is op staanden
voet naar huis getogen.
Het huis was zijn eigendom en laag verzekerd;
van den inboedel echter was niets verzekerd.
Het verloren kind. Op 5 April jl. speelde
Hendrika Blok, ruim 4 jaren oud, te Amsterdam
voor de deur der woning harer ouders, Engelsche
Steeg (Nieuwendijk) 21. Twee meisjes, iets ouder
dan zij, vioegen haar mee te gaan een eindje
verder om te spelen. De kleine ging mee en is
sedert door hare ouders niet teruggezien. Van
deze gebeurtenis is bij herhaling in de dagbladen
gewag gemaakt, en de bedroefde ouders vragen
om opnieuw de zaak in herinnering te brengen.
De kinderen, die met Hendrika zouden gaan
spelen, zijn niet ontdekt; wel is de kleine denzelf
den avond gezien met eene vrouw op den
Haarlemmerdijk, die koekjes voor haar kocht.
Er is nu een belooning van f 100 uitgeloofd
voor dengene, die bericht geeft, leidende tot het
terugvinden van Hendrika Blok, een blond kopje
met blauwe oogjes, kleinen neus, goed en duide
lijk sprekend, voor hare jaren nogal ontwikkeld.
De landbouwer L. Boonstra, te Haulerwijk,
ging Zaterdag met 9 biggen naar de markt te
Bakkeveen. En daar gebeurde iets, waarop men
in de maand Mei niet zou rekenenAlle negen
biggen bezweken door de warmte. Eon groot
verlies voor den man, die even te voren 8 gulden
per stuk kon krygen.
Er wordt in den laatsten tjjd, en soms terecht
nog al eens geklaagd over te groote weelde by
den bouw van scholen en onderwijzerswoning,
doch ook by andere takken van dienst schijnt
die weelde te bestaan. Den 13 Juni a.s. zal te
Haarlem, worden aanbesteed een bij de Zijpersluis
te bouwen pontwachterswoning, waarvan de raming
f 5075 bedraagt. Hoe men er toe komen kan
voor een beambte, die van f 300 tot f 400's jaars
verdient, een woning van ruim f 5000 te bouwen,
is zeker een raadsel voor ieder, die den toestand
kent van zoodanig persoon. Ten eerste is hij
niet bij machte zulk een huis van de noodige
meubelen te voorzien. Ten tweede kan hij daarvan
de personeele belasting niet betalen en ten derde
is hij veel beter tehuis, gevoelt zich beter op
zyn plaats in een hui9 van minder omvang.
Als men voor zulke beambten huizen bouwde
van f 1000, zou dit niet alleen voldoende, doch
de menschen zelf zouden ook beter tevreden zijn.
In de laatste jaren heeft men ook voor brug
knechten woningen van f3000 en meer gebouwd.
Het is zeer te wenschen, dat aan die overdreven
weelde bij don waterstaat een einde wordt gemaakt.
P. Ct.
Uit Tilbuig meldt men:
De goede vooruitzichten omtrent den oogst
en de daaruit voortvloeiende baten voor de kleine
neringdoende, schijnen invloed te oefenen op den
trouwlust hier ter stede. Zoo werden op één
dag alhier 26 huwelijken gesloten. Die 52 personen
werden door een 200-tal ouders en getuigen
begeleid en hadden daardoor nog meer bekijks.
Bescherming van zaden tegen muizen en
vogels. Ewne zeer onaangename waarneming is
het, als vluchten musschen, duiven en kraaien
op de bezaaide velden zich neerzetten om het
gezaaide zaad weg te rooven, of als men ontdekt
dat muizen het uitgezaaide opvreten. Alle moge
lijke middelen daartegen zijn er aanbevolen, als
vallen in allerlei vormen, fosforuspillen, strychine;
tarwe, kleine Orsinibommen, glasscherven, vogel
verschrikkers in allerlei gedaanten, en toch
worden de zaden opgevreten. Volgens „Annalen
des Acker- und Gartenbau- Vereins" is er echter
een onschadelijk en afdoend middel daartegen.
Alle zaden waarvoor men vreest dat zij opgevreten
zullen worden, bevochtige men en bestrooie ze
daarna met zooveel menie dat alle korrels met
dit poeder overtrokken zijn. Op deze wijze
gezaaid zal geen vogel nog muis ze aanraken,
terwijl het kiemvermogen er niet het minst
door lijdt. (L. Ct.)
Uit Schoonhoven wordt gemeld, dat aldaar
in een kraaiennest, hetwelk vroeg in het voorjaar
was gestoord, een wilde eend haar eieren heeft
gelegd en uitgebroed, en dat wel niettegenstaande
bedoeld nest ligt in een zeer hoogen iepenboom.
In het begin der vorige week wierp de moeder
haar kuikens, die reeds genoeg ontwikkeld waren
om te zwemmen, één voor één uit het nest.
Twee der jonge eenden moesten den val met
den dood bekoopen, maar acht zwemmen thans
frisch en gezond in het water. De oude eend,
die nog eenige dagen lang in de omgeving harer
jongen toefde, is nu verdwenen.
De overstroomingen in Amerika. Geen
der berichten, welke uit de geteisterde streek
komen, neemt iets terug van het verschrikkelijk
verhaal, dat omtrent den toestand gegeven is.
Volgens de laatste schatting zijn 1500 huizen
vernield en 12- tot 15,000 menschen om het leven
gekomen. Ooggetuigen, die den dam van het
waterreservoir zagen bezwijken en als door een
wonder aan den stortvloed ontkwamen, verzekeren,
dat het geheele meer in één uur was loeggeloopen.
Te Johnstown woedt de brand nog steeds voort
en eene vreeselijke lucht van verbrande lijken
stijgt op. De gevonden doode lichamen worden
zoo spoedig mogelijk begraven. Tot nog toe zijn
alleen te Johnstown 1800 lijken gevonden. Een
der bladen berekent de schade op 40,000,000
dollars en vele spoorwegen zijn gevoelig getroffen
wat op de Beurs te Nieuw-York zichtbaar was.
In de steden, aan den benedenloop der Alle
ghany, heerscht groote ongerustheiddaar het
water vol lyken, vuil en dus zeer schadelijk voor
de gezondheid is, vreest men voor epidemie.
Groote verontwaardiging heerscht over de
dieen, die terstond van de gelegenheid gebruik
maakten om te rooven en te plunderen.
In de overstroomde streken van Pennsylvanië
zijn commissiën van burgers gevormd om de
dieven en lijkplunderaars te straffen, welke
geïmproviseerde politie met onverbiddeiyke ge
strengheid optreedt. Een troep van 7 dieven
sloot zy in en dreef hen voor de revolvers uit
naar de rivier, waar men ze zoo lang onder
bedwang der vuurmonden hield, tot allen waren
verdronken. In 't geheel zyn 16 personen door
ophanging ter dood gelyncht en verscheidene
andere misdadigers gewond.
De sneltrein van Chicago werd door den hevigen
stroom weggespoeld. Vele reizigers konden zich
nog redden, o. a. de heer Halfort de particuliere
secretaris van president Harrison, en zochten eene
schuilplaats op den top van een heuvel, waar zij
later werden afgehaald. Evenwel kwam toch een
vijttigtal reizigers in de golven om.
Van alle kanten worden werklieden naar
Pittsburg gezonden om behulpzaam te zijn bij het
opruimen van de afbraak en het weer vrijmaken
van de wegen. Aan geld is geen gebrek, want
van alle zijden worden ruime bijdragen van
allerlei aard gezonden. De regeering heeft
uit arsenalen het noodige aantal tenten ter
beschikking gesteld, welke met kleeren, voedsel
Volgen den Rein Courier zal de opzegging
van de overeenkomst met de badmaatschappij
te Wiesbaden aan dr. Mezger een proce3 berok
kenen. Zaterdag heeft het bestuur der maat
schappij beslag gelegd op de goederen van den
doctor, van wien zii een schadevergoeding vor
dert van slechts l1/» millioen mark wegens de
verbreking der overeenkomst, volgens welke hij
de leiding op zich zou nemen van de in aanbouw
zijnde geneeskundige inrichting. Dr. Mezger heeft
den „Justizrath" dr. Seibert te Wiesbaden als
advocaat gekozen.
Engeland krygt binnenkort een ministerie
van landbouw, bij ons heeft men dat tot heden
niet noodig gevonden.
Een van de vermakelijkheden der Parijsche
tentoonstelling zal ook zijn het oplaten van
100,000 duiven in het begin van Augustus.
Eenige maanden geleden besloot het hoofdbe
stuur der dui venafrichters vereer iging te Parijs
een groote uitstalling van duiven te houden,
en niet alleen de verschillende vereenigingen
in Frankrijk, maar ook een aantal in Nederland,
België en andere landen zeiden dadelijk hare
deelneming toe. Deze gevederde boodschappers
die in omstreeks 3000 groote kooien worden
vervoerd, zullen alle op hetzelfde oogenblik
worden losgelaten.
Het gemiddeld aantal bezoekers van de
Parijsche tentoonstelling is verleden week van
94,000 tot 104,000 per dag gestegen.
Levensloop van een gouddelver. In het jaar
1884 had een Franschman te Sonora in Californië
met veel moeite 400 dollars bijeengegaard. Hier
mede trok hij de bergen in en vond vier mijlen
van Sonora drie mijnwerkers, die een goudader
ontdekt en daaruit in 5 maanden een voordeel
van 30.000 dallars getrokken hadden. Wyl de
ader thans niet meer zoo winstgevend was,
bodem zij den Franschman hunne mijn voor
400 dollars aan. Deze werkte hierin verder en
ontdekte dra eene nieuwe ryke goudader. Bij
emmers vol werden de goudkorrels opgehaald.
Met iederen slag van het houweel raakte er een
kwartsklomp los, welke bijna geregeld goud
houdend bleek te zyn. Ten slotte had Duvall,
zoo heette de Franschman, het, eerste millioen.
Hy begaf zich met zijn neef naar San Erancisco
en beiden begonnen te speculeeren.
Het duurde intusschen geen twee maanden, ot
neef was bankroet en de goudklomp van den
oom was tot op 300.000 dallars ingekrompen.
Het eerste wat hy thans deed, was voor 150,000
dollars bouwterrein te San Francisco te koopen;
hierop keerde hij naar Sonora terug. Na ver
scheidene ongelukkige bergwerkspeculatien liet
hy zich overhalen deel te nemen aan een groot
kanalisatiewerk. Dit gaf hem den laatsten stoot.
Hij zag zich genoodzaakt zijn grondeigendom
te San Francisco te verpanden. Ten slotte kwam
dit onder den hamer. De oorspronkelijk be
waarde 400 dollars schoten er ook bij in. Trots
dit alles heeft Duvall den moed nog niet opge
geven. Hij werkt thans als daglooner in de
buurt van Sonora.