meubelen, Spiegels en Schilderijen. OprniiiBE van Stroomatstoelen Tan af f 10.00 publiek verkoopen en verburen: Te koop Te Koop twee ptailte tab in peilen Keizerstraat Nieuwediep. A. BARNEVELD. Donderdag 20 Juni 1839, Maandag 24 Juni 1889, "HOOIGEWAS en NAGRAS. verkoopen en verhuren: Adres P. BOON, Binnenburg, No/ten m Hangeten» staat zijnde Jachtwagentjes, H. Arys-depaepe, Aalst-Alost (België. Feuilleton. Hooigewas en Nagras van Dinsdag 25 Juni 1889, zal op Dinsdag 2 Juli 1889 Hooigewas en Nagras van De Verzoening. GOEDKOOPST ADRES VOOR €4 De ondergeteekende bericht aan het publiek van TEXEL, dat de Heer Jb. KIKKERT eeuig agent is. Waar alle teekeningen op aan wage worden toege zonden. Reparation worden spoedig en net afgeleverd. franco Oudeschild. zal op 's avonds 7 uur in de herberg „het Wapen van Amsterdamte OOSTEREND. Ten overstaan van den Deurwaarder KONING, Voor den Heer A. DIJKSEN. 3.75.50 genaamd Oldenkoogen, polder Ooster end bij de Kooi. 's avonds 8 uur in het logement „de Vergulde Kikker tu aan DEN BURG. Voor den Heer S. G. EVERTS. 2.08.70 de 4 Zuidel. akkers van 't Groote stuk in Waal en Burg. 1.57.40 de 3 aanvolgende akkers. 3.59.70 genaamd de Kaarsenmaker in 2 perc. 6.77.70 het Waardstuk in 2 perc. Voor Mevrouw de Wed. P. DIJKSEN. 3.50.90 genaamd het Waardstuk in Waal en Burg. 1.57.44 de 3 Noordelijkste akkers van 't Groote stuk. 1.57.44 de 3 aanvolgende akkers. Voor den Heer A. DIJKSEN. 6.86.60 genaamd Jan Reisland in Waal en Burg, in 2 perceelen. Voor den Heer R. RAN. 1.31.80 in Holle wal bij Jn. H. Zijm. 's avonds 8 ure, in de/herberg „de Vergulde Kroon'1 aan DEN HOORN. Voor den Heer S. KEIJSER qq. 1.00.30 genaamd het Naaltje op de Naai. Voor den Heer S. C. VISSER. 2.88.50 genaamd het Zandige stuk in het Hoornder Nieuwland in 2 perc. Voor den Heer A. DIJKSEN. 1.14.40 genaamd Zamenstuk in de Kuil. 's avonds 8 ure, in het logement „de Zwaan" aan DEN BURG, ten overstaan van den Deurwaarder KONING, 7.56.10 HuiskoogHooge Huiskoog en Rapeland. 4.04.50 Vier en achthonderd en Achterstehoekjes. 3.93.80 Hoogehoekjes en de Barbier. Eerst afzonderlijk en daarna gecombineerd. 0.81.90 Bovenste Mietkoog. 1.81.50 Koeijenweidjesin 2 perceelen. 1.69.90 Benedenste Mietkoog. 1.53.20 Kleine Koeijenweidje en 't Hok. 1.29.90 Tweemad. 2.56.80 Dirk de Smit. 1.46.90 Voorste en Achterste Hanebakker. 1.92.90 Lage Veldmuis. Alles golegen in E verstekoog en vanK. Brouwer. Gepresenteerd een BIERWAGENTJE, zeer geschikt voor het venten, zoo goed als nieuw. Tevens goedkoopste adres voor te bevragen bij GEERT KIKKERT. Factoor in alle Zee- en Rivierviscli. Commissie en Consignatie. Vrij naar 't Fransch door A. B. Novelle. 2. Hoofdstuk II. Mevrouw Martin opende eindelijk de oogen weder en stiet de hand van zich, waarmede hy hare tranen van het gelaat wilde wisschon. De ongelukkige viel op de knieën. Zoo ging de nacbt voorby. By het krieken van den dag stond Helene op, deed al hare kleinodiën enz. byeen en zei vervolgens op koelen toon tot Martin welke nog steeds geknield lag: Gü zijt in 't bezit van vijfentwintig duizend francs, welke door myn vader gezonden zyn om myn bruidschat af te betalen geef ze my. Hy stond op, ging naar zyn kantoor en bracht de 25 billetten a 1000 francs Waar woont het jonge mensch Peachstreet, Hotel de France stotterde Martin. Hoeveel zyn deze kleinoodiën enz. ongeveer waard Vijfduizend francs ruim. Wat hebt gy in kas? Omstreeks vyftien duizend francs. Geef ze my, gjj zyt 100000 francs schuldig bereken de intrest van dat kapitaal gedurende 5 jaar Neem er de 4500 gulden af en maak van het overige schuldbekentenissen op naam van Eduard Garmond. Haast u, ik wacht. Werktuigelijk gehoorzaamde Martin. O, was ik maar dood, mompelde hy I Gy moet leven om deze schuld af te doen en uw eer weer hersteld te zien, zooveel dit laatste mogelijk is, ter wille van ons kind. Dit zeggende maakte Helena een pakje van hare sieraden, vouwde de schuldbekentenissen, welke haar man geschreven had, nam haar zoontje welke in zyn wiegje lag en liep snel koortsachtig gejaagd naar de woning van Eduard Garmond. Mijnheer zei zy, het pakje en de briefjes voor hem nederleggende en zelf voor hem knielende, neem dit als betaling, onteer dit arme kind niet. Sta op, mevrouw, zei Eduard aangedaan. Voor u spyt my, wat gisteravond is voorgevallen. Ik beklaag u, en gaarne zou ik de slag welke ik u toegebracht heb willen verzachten. Ik dank u zeer, mynheer, zei Helena voor uw medelyden,; gisteren was ik een gelukkige vrouw volmaakt gelukkig heden durf ik de oogen niet opslaan voor een eeriyk mensoh. O, mevrouw viel Eduard haar levendig in de reden, gy zyt rein, gij zijt onwetend. Pardon mynheer zei de jonge vrouw ik ben de metgezellin van een dief. Gy moet hem verlaten en naar uw familie terugkeeren, zei Eduard, met tranen in de oogen. Als ik hem verliet, zou hy sterven en ik wil, dat hy leve, om deze schuldbekentenissen te voldoen. Vaarwel mijnheer. Vaarwel mevrouw, zei hy terwyl hy haar een bewys overhandigde, waarin hy verklaarde, dat men zyn vader de geheele som terugbetaald had, welke uit zyn kas genomen was. Vaarwel mevrouw, voegde hy er by, vergeef my dat ik u zooveel leed heb berokkend. Toen mevrouw Martin weder thuis terug was kreeg zy een vreeselyke zenuwaanval, welke gerui- men tyd aanhield en de omringenden zeer deed vreezen, eindelyk bracht de stem van haar kind dat voor het eerst de woorden mama en papa uitte een gunstige uitwerking te weeg. Zy barstte eerst in snikken uit en viel daarna weldra in in een diepe verwikkende slaap. Hoofdstuk III. Den volgenden morgen tegen 6 uur stond de jonge vrouw op, haar gelaat droeg de duidelyke sporen van het groote leed haar den vorigon dag aangedaan. Voor haar dienstpersoneel en kennissen gebruikte zy een lichte ongesteldheid als voorwendsel om thuis te kunnen blyven en zich af te zonderen. Zy koos daartoe een kamer naast die van haar man slechts door een deur afgescheiden. Van dien tyd af sprak zy in 't byzyn van anderen op zachte droevigen toon tot hem. Indien zy daar entegen alleen waren, bewaarde zy het diepste stil- zwygen, welke mynheer Martin niet durfde verbreken. Zij was eensklaps bezield met de grootste lust voor handelszaken, gaf haar man raad en dat wel met zooveel succes dat het scheen alsof zy geheel voor het handelen geschapen was, tot groote verwondering harer kennissen, welke haar vroeger kenden, als geheel onverschillig op het punt van geld. Zy beperkte de uitgaven voor haar huishouding tot het hoog noodzakelyke, hield slechts één bediende droeg 's zomers slechts een kleedje van wit mousse line en 's winters een kleedje van zwart merinos. Zy verspreide het gerucht, dat zy een hartkwaal had, waarvoor zy zich zeer moest ontzieneenzaam heid, stilte en vermyding van alle opwinding waren haar geboden, zei zy. Haar bleekheid en melancolie gaven aan haar verhaal veel schyn van waarheid. De verandering welke zich openbaarde by mynheer Martin scheen een natuurlyke oorzaak te vinden in zyne ongerustheid over den toestand van eene teer beminde gade. Men beklaagde ze beiden en vergat ze langzamerhand geheel daar men ze nergens meer ontmoette. De kooplieden alleen bemoeiden zich nog met hen. Die Martin maakt tegenwoordig buitengewoon beste zaken, zeiden zyhy is altyd voorspoedig in zyne ondernemingenhy is yverig en volhardend, altyd de eerste daar, waar geld te verdienen is. Zyn werkzaamheid is wonderbaarlyk Men zou zeggen dat hy verteerd werd door een onweerstaan bare dorst naar rykdom. Als men hem had kunnen zien thuis komen, in zyn kamer op een stoel nedervallende, zyn ver moeid hoofd op zyne handen latende rusten en zyne tranen de vrye loop latende, zou men toch gezegd hebben, dat zyn gouddorst hem weinig pleizier verschafte. Indien de ongelukkige in de kamer kwam, waar Helena verbiyf hield, sloeg hy de oogen niet voor haar op, hy sprak niet anders dan om antwoord te geven op hare vragen. Teederheid, vertrouwen, vrooiyk gelach alles was uit hun huishouding verdwenen. Twee jaren gingen er zoo voorby, dat mynheer Martin geen handdruk van zyne vrouw kreeg noch een enkele vriendelyke blik of bemoedigend woord. De eerste Mei ontving hy de laatste schuldbekentenis van mynheer Garmond terug zyn taak was vervuld. Wanhopige gedachten doorkruisten opnieuw met grootere hevigheid zyn verwarde hersenen. Zy haat my zy veracht my, zei hy, waarom zou ik leven Nooit zal zy my vergiffenis schenken, Niets niets al myn bloed, al myn tranen, kunnen myne schande en myne daad niet uit haar geheugen wisschen! O, myn God! Gy, die den berouwvolle giftmenger vergiffenis schenkt, Gy ziet het! myn lyden is voor my te zwaar te dragen. (Wordt vervolgd.) Snelpersdruk LANGEVELD& DE ROOIJ Texel S. KEIJSER fz. Makelaar S' KEIJSER Pz„ Makelaar,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1889 | | pagina 4