IÏTOM1 op Doierii 26 Decemkr a.s. (26 Kersliai) WINTER- EN REGENMANTELS. VDDR SLECHTS VIJFTIG CENTS sl W. C. REU, Texel. Meubelen, Spiegels en Schilderijen. OpmimiiiE Tan Stroomatstoelen van af f 10.00 BtoWgrpaobt. F euilleton. Keizerstraat Nieuwediep. A. BARNEVELD. a Openbare Uitvoering Na afloop BAL, P. Th, LUIJCKX, 10 keurige Nieuwjaarskaarten 1 Koster's Scheurkalender Enklmizer Almanak. De Geheimzinnige 's avonds 8 uur, in „de Vergulde Kikkert." Entree voor een lieer met of zonder dame f 0.99, meerdere dames 50 cent. Plaatsen zijn te bespreken op den dag der uitvoering van 12 2 uur a 10 cent extra. Levert ondergeteekende franco Texel met grappige wenschen of bijbelteksten naar verkiezing. of een Roelands Vriend van den Huize. Een van ouds vermaarde dubbele Door een inkoop van een groote partij BEDVEEREA, ben ik in staat gesteld te leveren een groot zwaar gevuld bed, peluw en twee kussens, puike linnen tijken, voor de onge loofelijken prijs van f 35.00. Niettegenstaande de stijging der WOLLEN ARTIKELEN verkoop ik alle artikelen nog zonder prijsverhooging en geef d contant boven dien 5% korting, profiteer dus van de gelegen heid, ieder kan hiermede zijn voordeel doen By Pk. VLESSIXG, Waalderstraat. Vrij naar 't Fransch door A. B. 29. III. Deel II Hoofdstuk De terugkeer. Zooals men zich zal herinneren, werd er, juist toen moeder Robin, Antoine en Gertrude hun sober maal zouden beginnen, op de deur der kamer ge. klopt. Antoine snelde naar de deur en opende die. Een kreet van verrassing zoowel als van vreugde ontsnapte aller mond, het was Lenonard. Hij zag nog wel een weinig bleek, maar toch gezond en vroolyk. Antoine omhelsde hem hartelijk. Ben je dan eindelijk terug, riep hij uit, wat is er toch met je gebeurd Waar waart gij verborgen Waarom heb je niet niets van je laten hooren?... Na uw vertrek is ons zooveel leed wedervaren 1 Leonard was wel een weinig beteuterd door deze ontvangst. Goede vrienden, zei hy, op een stoel gaande zitten, toen men mij voor eenige dagen by mijnheer Van Holst kwam halen, was ik nog lang niet beter, zoodat ik ook in de stad nog vry lang ongesteld was Ternauwernood hersteld, heb ik mij met zeer belangrijke werkzaamheden moeten bezighouden. Eindelijk ben ik nu weer sterk en vroolyk terug, gereed om weer aan 't werk te gaan in de mijn. In de myn, herhaalde Antoine, groote oogen opzettende, maar van waar kom je dan toch? Gjj weet dus van niets? Heeit men u dan niet ver teld, dat het werk in de myn gestaakt is Mijnheer Van Holst is geruïneerd, de werklieden sterven bijna van honger; en wy maar neen, laat my u maar niet droevig stemmen. Als gjj echter ge hoopt hebt hier werk te vinden, Leonard, hebt gy u bedrogen gy zult er niet dan ellende aan treffen. Kom, die tijd gaat voorby, alles zal zich wel weer schikken Er zal voor ons een betere tyd aanbreken, daar ben ik zeker van. De Hemel geve het, Leonard, want gij weet niet hoe wy de laatste weken hebben geleefd Maar eet een stuk brood met ons. Het spy't ons te moeten zeggen, dat die uitnoo- diging zeer koel door moedor Robin geuit werd. Antoine en Gertrude echter herhaalde haar met meer aandrang. Gaarne, antwoordde Leonard; maar daar gy mij niet had verwacht en zeker ook wel niet zult gerekend hebben op zoo'n hongerige mond als de myne, ben ik zoo vrjj geweest myn diner hierheen te laten brengen. Op 't zelfde oogenblik werd er opnieuw op de deur geklopt en een dienstmeisje uit de herberg trad binnen, beladen met een groote gevulde mand. Zij plaatste op de tafel koud vleesch, een pastei, een groot brood met eenige fiesschen wijn, oen kruik bier, enz.vervolgens ging zy heen, Antoine en de beide vrouwen in de grootste ver wondering achterlatende. Dat noemt gij uw diner, zei Antoine een blik op alles slaande, er is genoeg voor tien personen i Och op een kermisdag als deze mag men zich wel iets extra's veroorloven Kom laat ons aan tafel gaan. Maar jongen, ben je dan rijk? vroeg de oude vrouw. Hebben de ziekte en de werkeloosheid u dan ook niet gerumoerd evenals de anderen. De ziekte heeft my eetlust gegeven en wat het overige betreft, moeder Robin, ik meen u gezegd te hebben dat ik nog eenig geld bezat, Dat moet wel, hernam Antoine, want gij hebt in uw kosthuis een groote koffer achtergelaten vol met kleeren of andere dingen. O, vervolgde Leonard schijnbaar zonder te hebben gehoord wat Antoine zei, misschien zal Antoine my wel van onverschilligheid verdenken, GOEDKOOPST ADRES VOOR De ondergeteekende bericht aan het publiek van TEXEL, dat de Heer Jb. KIKKERT eenig agent is Waar alle teekeningen op aanvrage worden toege zonden. Reparatiën worden spoedig en net afgeleverd. franco Oudeschild. maar ik hoop dat hy wel wil hebben, dat ik hem help. O, laat ons daar niet over spreken, Leonard als ik iets leende, hoe zou ik het dan ooit kunnen teruggeven Later zult gy het weergeven als gy dat bepaald wilt. Ziet gy, kameraad, die enkele oogen- blikken daar in de myn vergeet ik nimmer. Na elkaar zulke bewyzen van genegenheid gegeven te hebben, is men elkaar niet meer vreemd. Daarom reken ik er ook op, dat Gertrude en gy my wel zult veroorloven my eenigszins in uwe zaken te mengen en ik heb zekere plannen, waarvoor ik de toestemming van mej. Robin wil vragen. Antoine drukte de krachtige Leonard vurig de hand. Maar gy zyt het, die alles gedaan hebt daar beneden in de kerk, zei hy met geschokten stem, en nu wilt gy - - - Kom, laat ons daar maar later over spreken - - Aan tafel, want na het eten wil ik eens gauw naar het feest gaan zien. Geen van hen liet zich lang noodigen, maar allen waren weldra druk aan het eten. Alleen Leonard, welke voorgaf zoo'n grooten eetlust te hebben, at met lange tanden. Het scheen wel of hy iets wilde zeggen, maar niet durfde. Eindelyk vroeg hy met terneer geslagen blik aan Antoine. Waarom is toch mejuffrouw Van Holst, welke zoo'n levendige belangstelling in uwe familie scheen te stellen u niet komen helpen in deze droevige dagen, bezoekt zy u niet meer? Helaas neen, Leonard, antwoordde de oude vrouw bitter, zy heeft ons denk ik vergeten. Men zegt dat haar vader zeer boos is op de arbeiders en misschien heeft hy haar wel verboden - - Dat is zoo niet moeder, riep Antoine levendig uit, mejuffrouw Emma is ziek, dat weet ik, omdat ik dagelijks de dokter er heen zie gaan en tot heden is zy ook niet uit geweest. Ziek? vroeg Leonard rillende; ziek - - - ge- vaarlyk Neen, want de dokter heeft verteld, dat zy weldra weer uit mag gaan. Maar hoe komt het dan dat geen van u, Ger trude b. v. niet eens is gaan vragen naar haar? Dat is wel waar Leonard, en dikwyls kwam de gedachte by my op, zei Gertrudemaar ik durfde niet. De juffrouw wist wel dat wy het erg arm hadden en zy zou kunnen meenen, dat ik uit eigen belang kwam. Ik begryp zeer goed uw vrees; maar er was nog wel een weg geweest - ik voor my verlang er sterk naar iets nieuws omtrent den waren ge zondheids toestand van mejuffrouw Emma te ver nemen, welke met ons alle gevaren heeft doorleefd. Welnu, Leonard zei Antoinewaarom zoudt gy haar zelf niet gaan opzoeken als het diner afgeloopen is? Uw bezoek zal zeer natuurlyk zyn en gy hebt aan haar zoowel als aan ons zooveel dienst bewezen, dat gy zeker kunt zyn op een goede ontvangst. Gelooft gy dat, Antoine? vroeg Leonard somberzou de tegenwoordigheid van iemand, die haar uit zulk een gevaar gered heeft, maar van zoo'n nederige stand is, haar niet koud laten? Gy hebt haar evengoed geholpen als ik en gy ziet hoe men u vergeet I Men zal zeggen, dat wy niets dan onzon plichi deden met de twee meisjes te redden, welke zich onder onze bescherming gesteld hadden en dan heeft men zonder twyfel gelyk. Ik voor my heb my misschien in die verschrikkely ke oogenblikken, waarop alle onderscheid tusschen rang en stand als t ware is uitgewischt wel eenige, haar minder aangename woorden laten ontvallen. Nu het gevaar geweken i3, moet ik koel en onvoorschillig zyn. Antoine luisterde met groote verbazing naar die woorden. Er was in de woorden van Leonard voor hem iets onbegrypelyks. Gertrude antwoordde echter Leonard oordeel niet zoo kwaad over mejuffrouw Yan Holst; ik voor my, acht haar niet tot ondank baarheid in staat, Zy kan evenmin als ik de diens ten vergeten hebben, welke gy en Antoine en gy vooral ons hebt bewezen en gy kuut niet anders dan op hare erkentelykheid en bescherming rekenen. Wat de woorden aangaat, gesproken in die onge- lukkige oogenblikken hoe zou men zich die j uist kunnen herinneren Wy waren allen half dood en dikwyls komt het my voor, dat alles slechts een droom is.' Ik ook, zei Antoine. Leonard sloeg op beiden een doordringende blik, vervolgens boog hy het hoofd weer en bleef naden kend zitten. Toen de maal tyd afgeloopen was, stond hy eens klaps op. [Wordt vervolgd') Snelpersdruk LANGEVELD&DEROOIJ Texel.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1889 | | pagina 4