N. 263. Donderdag 10 A0. 1890. Nieuws- en Advertentieblad. OFFICIEEL GEDEELTE. Binnenland. Tentoonstellingen. Dit blad verschijnt Woensdag'- en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 3 maanden Voor den Burg 30 Cts. Franco per post door ge heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere landen met verhooging der porto's. Advertentiën vóór 10 uur op den dag der uitgave. Prijs der Advertentiën Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Cts. Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer. ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGEVELD DE ROOI-J, ParkstraatBurg op Texel. KENNISGEVING. NATIONALE MILITIE. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der ge meente Texel brengen ter kennis van belangheb benden, dat de tweede zitting van den Militie-Raad zal gehouden worden te Alkmaar op Dinsdag den 15 April aanstaande, des voormiddags te 10 ure. Dat voor dien Raad behooren te verschijnen de lotelingen, wier zaak in de eerste zitting is uitgesteld Dat in deze zitting uitspraak gedaan wordt omtrent alle in de eerste zitting niet afgedane zaken en omtrent hen die als plaatsvervanger of nummerverwisselaar verlangen op te treden. Texel, den April 1890. Burgemeester en Wethouders voornoemd. C. M. KOOIJ. De Secretaris, STIKKEL. De heer D. V(isser) v(an) H(azerswoude) schrijft in het Maandblad der Holl. M. v. L., van April, het volgende naar aanleiding van de tentoon stelling, te houden te Dordresht: „Van 10 tot 14 September zal te Dordrecht de algemeene tentoonstelling on::er Maatschappij worden gehouden. Indien men mag oordeelen naar de vooruitzichten, die thans bestaan, dan mag men de verwachting uitspreken, dat de tentoonstelling in den smaak zal vallen zoo wel van de inzenders als van belangstellenden, en dat zij dus alle kansen heeft om goed te slagen. „Reeds is door het afdeelingsbestuur een terrein ter grootte van zes hectaren voor het houden der tentoonstelling beschikbaar gesteld, reeds is door den Raad der gemeente eene subsidie van 2000 gulden voor de tentoon stelling toegestaan, en als een bewijs van de groote werkzaamheid der afdeeling Dordrecht en omliggende afdeelingen, kan dienen, dat een aanhangsel aan het programma der tentoon stelling is toegevoegd, bevattende uitlovingen van prijzen ter waarde van p. m. f 800 voor onderlinge concurrentie tusschen de afdeelin gen bezuiden de Maas en de Lek. „Wij behoeven er niet aan te herinneren, dat in de laatste jaren de tentoonstellingen belangrijk in uitgebreidheid zijn toegenomen, en wij willen er thans slechts op wijzen, dat de uitlovingen voor dit jaar eene som van f 8235 voor prijzen bedragen. „Wanneer dus iedereen die, daartoe in de gelegenheid is, zooals wij mogen hopen, zijne medewerking schenkt, is het te verwachten dat deze tentoonstelling aan haar doel zal beant woorden. Want hier komt't ten slotte op aan dat het nuttig doel dat met eene tentoon stelling wordt beoogd, ook worde bereikt. „Men ontmoet wel eens menschen, die het nut van tentoonstellingen in het algemeen ontkennen. Ik bedoel met hen niet de eeuwige knorders, die over alles en overal hunne ontevredenheid te kennen geven, maar inder daad ernstige menschen die wanneer zij niet terstond het nuttig effect van eene onder neming zien, meenen dat daardoor in de toekomst ook geen nuttig gevolg kan worden te weeg gebracht, en staande voet de zaak zelve veroordeelen. „Het is niet te ontkennen dat er tentoon stellingen gehouden worden die nutteloos zijn, zoo als die van katten en poppen, en die belachelijk zijn waar het geldt een prijs toe te kennen aan de schoonste vrouwmaar hoe hemelsbreed verschillen die ondernemingen van eene landbouwtentoonstelling, waar voort brengselen, werktuigen, vee, paarden, inrich tingen van verschillenden aard en zoo vele zaken te zien zijn, en zooveel te leerenvalt. „Niet ieder die de tentoonstelling bezoekt zal uit alles wat hij ziet terstond leering trekken en het navolgen, maar reeds daardoor is een bezoek op de tentoonstelling voor den land bouwer van belang, dat hij een overzicht verkrijgt van den landbouw in zijn geheelen omvang, dat hij ziet hoe ver men het brengen kan, indien men zich met lust en met ijver op zijn vak toelegt. Wanneer de landbouwers niets anders zien, dan de hofstede waar zij geboren zijn, en wanneer zij den tijd waarover zij kunnen beschikken, gebruiken om te gast of naar de kermis te gaan, gelooft gij dan niet dat zij geen vorderingen zullen maken, maar veeleer kans hebben om in de kennis van hun bedrijf achteruit te gaan „Daarenboven is voor de landbouwers, die zooveel minder als de nijverheidsmannen hunne waren openlijk in de winkels ten toon gesteld zien, de mogolijkheid om hunne zaken met die van anderen te vergelijken van zoo grootbelang. „Het is dan ook niet moeielijk aan te toonen het nut dat de tentoonstellingen in Nederland reeds hebben gedaan. Het zijn de tentoon stellingen die de werktuigen, waarvan nu reeds zoovele het burgerrecht in Nederland hebben verkregen, hebben bekend gemaakt, en na beproevingen op voorafgaande wedstrijden de beste hebben aangewezen. „Hoevelen zijn er niet die te huis meenden de beste producten te hebben, het schoonste paard, de deugdzaamste koe te bezitten, en door vergelijking op de tentoonstelling en na behoorlijk te zijn ingelicht omtrent de hoe danigheden van zaken en dieren tot eene andere opinie zijn gekomen? Hoe velen zijn er niet die op de tentoonstelling de zuivelbereiding op eene wijze hebben zien uitoefenen, die hen in staat stelde beter boter en kaas te kunnen bereiden? „Die slaapt vangt geen visschen," zegt een Italiaansch spreekwoord. Welnu zoo gaat het ook met alle bedrijven, waarbij men zich niet op verbeteringen toelegt, al was hot alleen om zich voor achteruitgang te vrijwaren. Het behouden van het goede door vooruitgang, kan niet genoeg onzen landbouwers worden voorge houden. Uwe voorouders waren knap in hnn vak, op u rust dus de verplichting, u te gedragen zooals zij hebben gedaan, uw vak voor ach teruitgang te behoeden en het te verbeteren zooals gij kunt. Tot het aanbrengen van die verbeteringen, tot het vergelijken, tot het samenwerken, tot het bespreken van hetgeen men ziet, en nog lang daarna van hetgeen men gezien heeft, zijn de tentoonstellingen bij uitnemendheid geschikt. TEXEL, 9 April 1890. Ds. A. J. Gelderman, pred. bij de Herv. gemeente aan den Burg, maakte Maandag morgen na afloop der godsdienstoefening aan zijne gemeente bekend, dat door hem beroep was ontvangen naar de Herv. gemeente te Brandwijk. De havenkwestie schijnt eene nieuwe phase te zullen intreden. Door den heer Joh. Eelman alhier is n.l. een adres aan B. en W. en aan den Raad ingediend, behelzende het verzoek om de behandeling der havenzaak twee maanden uittestellen, en te onderzoeken het plan van den heer Dros, waaraan verbon den het graven van een kanaal. Wij meenen onzen lezers geen ondienst te doen, door dat adres in zijn geheel optenemen, wellicht, dat de lezing er van sommigen er toe zal leiden, rijpelijk over dit voorstel na te denken. Afschriften zijn verzonden aan den Minister en aan de Prov. Staten. (Zie binnenzijde.) Bij Kon. besluit zijn goedgekeurd de Statuten van „Rel Landbouwcrediet Texel" te Texel, met een kapitaal van f50,000, inaan- deelen van f 1000, in twee seriën, elk van f 25,000, waarvan de eerste dadelijk wordt uitgegeven en de tweede binnen vijf jaren na het verlijden der acte van oprichting. Benoemd zijntot directeuren de heeren J. Eelman, [cand.-notaris te Texel en dr. J. Tim mer te Utrecht; tot commissarissen de heeren H. R. de Holl, apotheker te Utrecht; H. van den Briel, landmeter aldaar en E. J. van de Hagt, secretaris-penningmeester aan het ge neeskundig gesticht voor krankzinnigen aldaar. Oosterend, 3 April. Door omstandigheden kon eerst Zaterdag j.l. eene vergadering ge houden worden, waarin aan de leden van Zie kenfonds en Begrafenisfonds het gewone jaarlijksche verslag over het verloopen jaar 1889 kon uitgebracht worden. De directeur deelde mede, dat het eerste fonds, niettegenstaande vele moeielijkheden, toch nog met een klein batig saldo had gewerkt. Het begrafenisfonds daarentegen verkeert in uiterst gunstige omstandigheden; slechts ééne uitkeering behoefde gedaan te worden, zoodat dit jaar een groot voordeelig saldo opleverde, niettegenstaande de leden 3 maan den vrij van contributie waren geweest. Het geheele saldo dezer vereeniging bedraagt nu ongeveer f1500. De leden zijn voor het loopende jaar minstens 4 maanden vrijgesteld van contributie. TEXELSCHE COURANT

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1890 | | pagina 1