Buitenland.
Ingezonden Stukken.
Een treurig ongeval wordt uit Zutfen bericht.
Op de slaapkamer van den heer mr. H. C.
Pennink en zijne echtgenoote was Zaterdagavond
een lek in de gasbuis ontstaan of een gaskraantje
opengelaten. Er was daarvan niets bemerkt,
toen het echtpaar zich te ruste begaf, doch toen
den anderen ochtend geen van beiden verscheen,
maakte de dienstmaagd zich ongerust. Daar de
deur op slot was, brak zij deze tegen 12 uur
open en men bevond, dat mevr. Pennink door
het uitgestroomde lichtgas gedood was, terwijl
de heer Pennink bewusteloos lag. Eerst des avonds
slaagde men er in hem bij te brengen.
Naar aanleiding van het verzoek om
surceacce van betaling door de Kon. Fabriek van
stoom- en andere werktuigen te Amsterdam,
heeft de Hooge Raad tegen Woensdag 11 Juni
de schuldemaresse en de schuldeischers opgeroepen.
Het voornemen bestaat om dit jaar te
Vlaardingen slechts één haringjager uit te zenden.
Het droevig ongeval te Koog a/d Zaan,
waar in de vorige week door het omslaan van
een schuitje zeven mannen zijn verdronken, wekt
aldaar algomeene deelneming. De eenige geredde
heeft de toedracht van het ongeval in bijzonder
heden medegedeeld, waaraan wij het volgende
ontleenen
Ter hoogte van de balkenhaven in de „Kuil"
bemerkte een der achterinzittonden, dat hij natte
voeten kreeg hetgeen bij dag eerder opgemerkt
zou zijn. Nauwelijks had hij het kenbaar gemaakt
of de schuit, beladen met zwaar gereedschap,
zonk onder hunne voeten weg en lagen allen
te dobberen op het onstuimige water.
„Een oogenblik zegt hij zag ik ons allen
op de kleeren drijven, doch ook even spoedig in
de diepte verdwijnen, zonder één enkelen gil te
hooren. Ik behield mijn tegenwoordigheid van
geest, wist weder boven te komen, doordat ik
in myn jeugd goed zwemmen 'had geleerd, en
vatt9 by toeval een der riemen, waarop ik mij
dryve*de hoopte boven te houden. Spoedig be
merkte ik, dat dit niet ging, toen heb ik met
veel moeite, mjj opricntende in het water, den
riem in den grond weten te krijgen en mij daar
aan vastgeklemd. Nu zette ik het op een schreeu
wen, want ik was juist met mijn mond boven
water, niettegenstaande de golfjes telkens over
mijn achterhoofd sloegen en ik herhaalde malen
aan jas en beenen getrokken werd.
Na ruim een half uur, toen mijn krachten bijna
uitgeput waren, werd ik opgemerkt door de
knechten van de heeren Keg, te Zaandam, die
met den bekenden vrachtwagen den straatweg
passeerden. Toen ze mij na lang zoeken ik
ko* niet meer roepen in de duisternis hadden
gevonden, werd ik, het hoofd boven waterhoudende
naar den kant gesleept, omdat mijn edele redders
het niet verantwoord achtten mij in het kleine
ijzeren schuitje binnen te halen. Ik werd in een
molen binnengebracht, doch toen verloor ik mijn
bewustzijnlater vernam ik, dat ik liefderijk
verzorgd was en thuis gebracht werd, maar hoe
veranderden de gezichten mijner redders, toen ik
hun mededeelde, dat op die zelfde plek, waarde
riem nog boven water uitsteekt zeven mijner
makkers waren verdronken."
Op dit bericht stroomde een aantal menschen
naar het „Helling-" en „Schipperslaanpad." Ach
tereen volgens werden dien avond vier lijken
opgehaald en in d6 fabriek de „Zaan" gebracht,
waardoor de heeren Dr.VrendenbergenDr.Eijkman
vergeefs beproefd werd de levensgeesten weder op
te wekken. Verder verhinderd door de duisternis
en het onstuimige weer, werd om halftwaalf het
zoeken uitgesteld tot den volgenden morgen, toen
spoedig de drie overigen werden opgevischt.
De namen der verongelukten zijnJan Honigh,
oud 46 jaar, Lambertus Nieuwenhuis, 72 jaar,
Paulus de Wit, oud 57 jaar, Hendrik Koene,
oud 46 jaar, met vijf kinderen, Simon Karte,
oud 89 jaar, met elf kinderen, Jan Smit, oud
20 jaar, Simon Ris, oud 16 jaar.
De geredde, Simon Kuiper, is weder geheel
hersteld. Nog zijn twee andere knechts gelukkig
aan den ramp ontkomen, daar zy loopende naar
huis waren gegaan.
Ter voorziening in den nood van den onver-
verzorgde weduwen en weezen wordt in verschil
lende bladen eene oproeping gedaan voor geldelijke
hulp. Bij den bekenden liefdadigheidszin onzer
landgenooten mag men verwachten, dat aan die
oproeping op krachtige wijze gehoor zal worden
gegeven.
Ook de N. Zaanl. Ct heeft zich bereid verklaard
giften in ontvangst te nemen.
Men schrijft uit veendam, 13 April
Zoolang in de veenkoloniëh de aardappelmeel
fabrieken gewerkt hebben, zoolang is men ook
soms verlegen geweest met de vezels, d. i. het
overbiyfsel van den verwerkten aardappel.
Nog altijd gebruikt de kleine boer de vezels als
bijvoer; soms gaan groote tjalken, geladen met
dito afval, Holland in voor eenige jaren probeerde
men vruchteloos de vezels, geperst in den vorm
van lijnkoeken, als surrogaat in den handel te
brengen. Thans denkt men gevonden te hebben,
hoe het afval het best te gebruiken.
Onder leiding van de directeuren A, v, d, Laan,
civiel-ingenieur en leeraar aan de gem. hoogere
burgerschool alhier, J, Duintjer Ez, en J, Wil-
kens Kz., beiden aardappelmeelfabrikanten alhier,
denkt men niet alleen uit stroo, maar voornamelijk
uit die vezels de grondstof voor de papierfabri-
katie te vervaardigen.
Het doeltreffende van het gebruik van melk
bij het ontstaan van brand in petroleum is dezer
dagen te Leuwarden wederom gebleken. Bij een
winkelier aan de Yoorstreek ontstond door het
omvallen van de petroleumlamp een vrij hevig
begin van brand, welke door het aanwenden van
melk bijna onmiddelijk werd gebluscht. De
winkelier had toevallig juist melk genomen en
bezatde tegenwoordigheid van geest om de geheele
hoeveelheid melk in de vlam te werpen.
Herhalingsoefening voor de militie. Van 11
Aug. tot en met 13 Sept. de miliciens der lichting
van 1887, behoorende tot de 2e divisie infanterie
(le., 5e en 8e reg.) en de 2e compagnie hospitaal
soldaten van 18 Aug. tot 19 Sept. de miliciens
van 1887 behoorende tot de batterijen van het le
en 3e reg. veld. art.van 14 Juli tot 15 Sept. de
miliciens van 1887 behoorende tot de batterijen
van het 2e reg. veld-art. van 27 Aug. 30 Sept.
die, behoorende tot de battarijen van het korps
rijdende artillerie; van 9 Aug. 12 Sept. de mili
ciens van 1887 behoorende tot de le comp. en
van 12 Juli 15 Aug., die behoorende tot de 2e
comp. van het korps pontonniersvan 4 Aug.—
6 Sept. de milliciens van 1887, behoorende tot het
korps genietroepen (de vesting-telegrafisten uit
gezonderd.)
De miliciens der lichting van 1888 van het
korps genietroepen komen van 26 Juni tot 30 Juli
onder de wapenen, de vestingtelegrafisten dier
lichting echter van 7—16 Juli.
Lichting 1888 behoorende tot de vesting-artille
rie, le reg. vest,-art.le, 6e en 8e comp. van 12
Mei 14 Juni; 10e comp. van 2 Juni—5 Juli;
2e, 3e, 4e, 5e en 7e comp. van 4 Aug. 6 Sept.
9e comp. van 25 Aug, - 27 Sept.2e reg. vest.-
art.le, 3e, 5e, 8e en 9e comp., van 12 Mei—14
Juni; 2e, 4e, 6e, 7e en 10 comp. van 25Aug.—
27 Sept.
3e reg.- vest. art.2e, 3e, 4e, 5e en 8e comp.
van 8Aug. 10 Sept; le, 6e, 7e,9een 10ecomp.
van 12 Sept.—15 Oct.
4e reg. vest.-art.2e en 9e comp. van 5 Mei—
7 Juni; le comp. van 16 Mei—18 Juni :3e en 4e
comp. van 2 Juni—5 Juli5e comp. van 16 Juni—
19 Juli; 12e comp. van 11 Juli -13 Aug.; lie
comp. van 14 Juli—16 Aug; 13e comp. van 11
Aug.—13 Sept.6e en 7e comp. van 18 Aug.—
20 Sept.8e en 10e comp. van 22 Sept.—25 Oct.
Een voorspelling
In de Gazette van Gent voorspelt de majoor
Waleput voor 1890
Veel regen in den zomer, veel sneeuw in
December en hevige koude. Van Augustus af
zal het weer nog al goed zijn. Heel pleizierig
is deze voorspelling niet.
De leiders van de socialistische betooging,
welke men te Parijs den lsten Mei wil houden,
hield eene bijeenkomst, ten einde over de be
raamde betooging te spreken. De betooging zal
volkomen vredelievend zyn, zoowel in Frankrijk
als in de andere landen. De berichten, welke
hierover andere landen zyn ontvangen, laten in
dit opzicht geen twijfel.
Op verzoek van het Beyersch Gouvernement
heeft de Duitsche Rfiksregeering de Zuid-Duitsche
grenzen opengesteld voor den invoer van varkens
uit Oostenryk-Hongarije. Dit heeft eene aanzien
lijke prijsverlaging op de Duitsche varkensmarkten
veroorzaakt. Men verwacht, dat dientengevolge
ook de prijzen hier te lande binnenkort zullen
dalen.
De luitenant-kolonel Geisshusler te Lucern
(Zwitserland) hield dezer dagen een zeer interessante
verhandeling over een luchtspoorweg, die de
toppen van den Pilatusberg en den Klimsenhorn
zal verbinden. De weg zal bestaan uit zes kabels,
elk ter zwaarte van 1800 kilogram, die even
wijdig worden gespannen boven eer. afgrond van
520 meter breedte.
Het vervoermiddel zal bestaan uit een soort
rollende kooi die hoogstens zes personen zal
kunnen bevatten. Wanneer deze onderneming
die ïesultaten oplevert, welke men zich er van
voorstelt, dan zullen, na verloop van tijd, de
toppen der voornaamste bergen rondom het
Vierwaldstadtermeer op deze wijze met elkaar
verbonden worden, waardoor deze kabels, van
beneden gezien, op een reusachtig spinneweb
zullen gelijken.
Volgens den Temps zou de minister van
koophandel voornemens zijn de Fransche grenzen
gedeeltelijk open te stellen voor den invoer van
schapen uit Duitschland, Oostenrijk-Hongarije en
Zwitserland. De regeering zou namelyk den
invoer toelaten van die schapen, welke aan de
grenzen door het veeartsenijkundig toezicht gezond
bevonden zijn, en van daar zouden ze dan in
geplombeerde wagens verzonden en rechtstreeks
naar de slachtplaatsen van la Vilette vervoerd
worden, waar zij binnen 24 uren moeten worden
geslacht. In geen geval zullen die dieren ter
veemarkt mogen komen.
De firma Krupp te Essen, heeft besloten al
hare beambten, voor zoover op h6n de wet tot
verzekering tegen ongelukken niet van toepas
sing is, voor hun kosten tegen alle soorten van
ongelukken te verzekeren.
Koningin Victoria als Dragonder. Men
meldt uit Berlijn, dat daar vlijtig gewerkt wordt
aan de dragonder-uniform, die de koningin van
Engeland zal aan hebben, tijdens het bezoek van
keizer Wilhelm aan haar in Darmstadt.
Zooals bekend is, werd koningin Victoria door
haar kleinzoon tot eere-kolonel over het regiment
dragonders benoemd. Of bij de uniform ook
hooge rijlaarzen behooren, is nog niet uitgemaakt.
Volgens berichten uit Rusland aan de Noor-
weegsche bladen zal er in den aanstaanden zomer
een Russisch oorlogschip, met deskundigen aan
boord, bij het noordelijk gedeelte van het schier
eiland Kola komen tot het doen van onderzoekingen
met betrekking tot de visscherij. Het plan is
reeds onlangs nader behandeld in eene zitting
der Geografische Maatschappij te St. Petersburg
met een aantal officieren, waarbij ook de
gouverneur van Archangel en de Russische consul
der Noorweegsche stad Wardo aanwezig waren.
Vroeger waren de Noorsche Steden Wardo en
Wadso Russische vischdépots, terwijl het thans
aan Russische onderdanen verboden is, langs de
Noorsche Kust der IJszee te visschen. Dit laatste
heeft voor de Russen een nadeeligen invloed op
de vischprijzen gehad, en nu klagen zy, dat de^-
Nooren en Zweden tegenwoordig onder gezochte
voorwendsels de visschersbooten der Russische
kustbewoners wegnemen en dan nog, in strijd
met de wetsbepaling op de visscherij in de
Russische wateren, tijdens de Witte Zee met ijs
is bezet en de Russische kustvisschers daardoor
te huis moeten blijven, in de monding aan die
zee doen alsof die bepalingen niet bestonden.
Zoo heeft bijv. een Noorweegsch schip in het
voorjaar van 1888 aldaar eene vangst ter waarde
van 25,000 roebels gehad. Hierdoor aangemoe
digd, hebben verscheidene Zweedsche en Noorsche
visschers in 1889 hetzelrde gedaan, en daarom
wil Rusland nu aan de kust van Kola een maritiem
station aanleggen, om in dien toestand eene
gewenschte verbetering te verkrijgen.
De twaalf levend begraven werklieden in
de tunnel bij Lago-negro zijn, na 85 uur in hunne
netelige positie te hebben doorgebracht, eindelijk
na bovenmenschelijke inspanning daaruit verlost.
Toen de instorting plaats greep, meenden de
ongelukkige niet anders, dan dat zij den honger
dood zouden moeten sterven het inbrengen echter
van boven af van de buis, tien uren nadat het
onheil plaats vond, deed echter weder eenige hoop
bij hen herleven, die zich gelukkig bewaarheid
heeft.
Aan een Tranvaalsch blad ontleent men,
dat de gevangenis te Johannesburg in een niet
al te bevredigenden toestand is, „daar sen Ier,
die met zijn hoofd tegen den muur liep, er zulk
een gat in stootte, dat hij er uit kon wandelen.
„Dit dunkt ons niet zeer doelmatig" voegt de
berichtgevei daaraan op Tranvaalsch-droge wijze
toe.
Oosteeend, April '90.
Geachte Redactie.
Waar het tegenwoordig den schfin heeft, alsof de
havenquestie zich zou oplossen in het maken van
nieuwe plannen, acht ik het niet ondienstig de op
merking te maken, dat hier reeds in 1844 de behoefte
aan goede lig- en losplaatsen werd gevoeld, toen er
ten bewyze een haven werd aangelegd, zelfs met
groote geldelijke opoffering van de Oosters zelf, ik
meen van f5000.