Buitenland.
Door den Minister van Justitie is aan de
procureurs-generaal eene circulaire gericht,
waarin het verlangen is uitgedrukt, dat de
bezoldigde rijksveldwachters zich onthouden
van het uitoefenen van die visscherijen, waar
voor eene akte vereischt wordt, en in elk
geval van het handeldrijven, ook in visch, hetzij
op eigen naam, hetzij op naam van bij hen
inwonende betrekkingen.
De hoofdprijzen in de Haarlemsche paar-
denloterij zijn gevallen in volgorde opde nummers
21531, 16827, 9327, 23390, 23552, 24431,
10701, 15881, 19067, 20063, 8495,161, 23775,
6750, 15838, 1700, 23849, 1701,14378, 12377,
4137, 23088, 5105, 21884, 1383,9389,21787,
500, 24440.
Het Hoofdbestuur der Vereeniging tot
Bescherming van dieren heeft zich tot den
Minister van Justitie gewend met verzoek het
in een Noord-Hollandsche gemeente aange
kondigde zg. katknuppelen te willen tegengaan.
Voor eenige dagen was iemand in een
Zuidbevelandsche gemeente als naar gewoonte
bezig met het fatsoeneeren van een lindeboom
in de dorpstraat door middel van eene sabel.
Scheren met een tuinschaar kon de man niet,
wijl zijn dubbele ladder te kort was. Onder
zijne bezigheid nadert eene politiebeambte,
wacht tot de man naar beneden komt om
zijne ladder te verplaatsen en deelt hem mede
dat hij bekeurd is wegens overtreding der
wapenwet.
De heer H.F.Hansen, uit Drammen, gezag
voerder van het schip Sylvanus, herdacht dezer
dagen, onder vele bewijzen van belangstelling,
het feit, dat hij 50 achtereenvolgende reizen van
Drammen naar Purmerend gelukkig had vol
bracht.
De heer Hansen vaart voor rekening van de
firma Brantjes on Co.
Wegens de schade, die door sommige
vogelsoorten aan de vruchten in het Westland
wordt toegebracht, heeft de afd. Westland der
Hollandsche Maatschappij van landbouw zich
bij adres tot den Commissaris des Konings in
Zuid-Holland gewend, en daarop de beschikking
ontvangen, dat tot en met den 31 Dec. 1890
in het ressort der gemeenten Naaldwijk, De
Lier, 's Gravenzande, Monster, Wateringen en
Loosduinen worden opgeheven de beschermende
bepalingen voorkraaien, roeken, kauwen, spreeu
wen, huismusschen en ringmusschen, zoodat
wordt toegestaan, die vogels te dooden op de
in eigendom bezeten of gehuurde gronden, die
met veldvruchten zijn bezaaid of bepoot.
Donderdagmorgen ruim negen ure vingon
aan de benedenzijde der geslagen pontonbrug
nabij het fort „de Pol" te Zutfen de zwem-
oefeningen der cavalerie-paarden aan. Eenige
dezer dieren werden, aan een lijn achtereen roei
boot vastgehouden, een eind stroom afgetrokken;
ten slotte zwom een zevental paarden, evenzoo
achter een boot aan een lijn gehouden, over
de rivier.
Door eenige pontonniers werd met krachtigen
riemslag veel heen en weer geroeid. Door de
generaals en eenige hoofdofficieren werd druk
gebruik gemaakt van de pontonbrug.
Ziedaar het militare schouwspel, dat de
IJssel beneden het fort „de Pol" opleverde.
Onze indruk was, dat de pontonniers in
ons land kranig weten te werken, maar dat
we verkeerd zouden doen groote verwachtin
gen te koesteren van een manoeuvre met
cavalerie-paarden, die den Use! of een soort
gelijke rivier moeten overzwemmen. (Z. Ct).
Den 20n dezer is op de Bosscheboot,
varende op een pleiziertocht van Rotterdam
naar Hoek-van-Holland, in betaling gegeven
voor een biljet van f 100, een biljet op dezelfde
wijze bedrukt, doch waarvan de inhoud luidt:
„De Nederlandsche Bank geeft toegang tot
het Centraalgebouw aan toonder."
De importeur, De exporteur,
Kleezejan. Melstrin
De politie doet onderzoek. Het publiek zij
op zijne hoede.
Te Bredevoort is Donderdag een oud
kanon, waaruit, ter eere van den aartsbisschop
van Utrecht, die een bezoek aan het dorp
bracht, eenige schoten werden gelost, gespron
gen. Twee kinderen, die er bij stonden, zijn,
naar aan het „Hbl" van daar geschreven wordt,
gedood, terwijl een persoon ernstig gewond
moet zijn.
Te Anklaar, nabij de gemeente Apeldoorn,
is terwijl de ouders B. v. N, in de weide
aan het hooien waren een klein kind, dat
eenigszins was afgedwaald, door drie ulken
(bunzings) aangevallen. Op haar geschreeuw
kwamen de vader en de grootmoeder aan-
loopen en bevrijdden de kleine van de brutale
aanvallers. Een dezer dieren zat op den rug
van het kind en een op het gezicht, dat licht
gewond werd, terwijl de derde de wacht hield.
Bij aankomst van den vader zetten ze het
natuurlijk op een loopen.
De werkliedenvereniging te Midwolda
heeft besloten een adres te richten aan de
Tweede Kamer der Staten-Generaal, verzoe
kende afschaffing der militie en deze te ver
vangen door een korps vrijwilligers. Bovendien
zal zij bij de Regeering pogingen aanwenden
ter verkrijging eener progessieve rijksinkom
stenbelasting.
Naar aanleiding van den brand te Hammerfest
schrijit de Ark. Crt„Die ramp is zeker zeer groot
voor de bewoners van dit noordelijkste stadje van
ons werelddeel. Een onzer medewerkers, die tot de
zeer weinige Nederlanders behoort, welke Hammerfest
bezochten, deelt ons echter mede, dat er niet veel
schade kan geleden zijn. De drie- of vierhonderd
huizon toch zijn kleine houten gebouwen met daken
van teenen en mos, waaruit allerlei veldbloemen en
plantjes opschieten, welig opschieten zelfs, ten gevolge
van het klimaat, dat op dit punt van Noorwegen
heerscht, dank zij den golfstroom van Florida. Na
dat men de ijs- en sneeuwvelden van Norland en
de naakte rotsen der Lofoden te boven is, vangt op
de hoogte van Thomsö een milder klimaat aan en
brengt de bodem weder graan en vruchten voort.
Hammerfest zelf ligt als een oasse aan den oever
eener kleine fraaie baai. De huizen z(jn tegen en
tusschen de lage bergen gebouwd en vormen ééne
lange straat. Geen wonder, dat, wanneer in een
ervan brand uitbreekt, de andere vlam vatten, vooral
des zomers, wanneor twee a drie maanden lang dag
en nacht de zon aan den hemel staat en zoowel
de wanden als de daken droog zijn. In andere steden
van Noorwegen zijn dan ook, met het oog op het
brandgevaar, de straten 20 meter breed en staan de
huizen op een afstand van elkander. Te Hammerfest
liet dit het terrein niet toe.
„Het stadje telt niet meer dan 2500 inwoners,
voor een groot doel Laplanders, voorts eenige han
delaars uit het Zuiden en Roomsch-katholieke zen
delingen. Er heerscht de eenvoudigste levenswijze,
om niet te zeggen armoede, en wat in de huizen is
heeft even weinig waarde als de huizen zeiven.
„Geldelijk is de ramp van niet zooveel belang, en
de tijd van het jaar zal den inwoners gelegenheid
geven om spoedig de verwoesting te herstellen,
wanneer hun het geld wordt verstrekt. Dit is te
hopen, opdat op het walvisschen-eiland deze bekoor
lijke oasse in de Noord-poolstreek blijve."
Aan de hevigste wanhoop ten prooi
verliet hij de echtelijke woning. Hij zal den
dood zoeken, die een einde maken moet aan de
onduldbare kwellingen, die zijn gemoed bestor
men. Regelrecht loopt hij naar eene wetering
in de nabijheid zijner woning, en stort zich,
als een wien het leven geen troost meer biedt,
in het water, dat hem toelacht als de eenige
uitkomst
Maar nauwelijks voelt hij het kille water, of
de gedachte komt bij hem op, dat onder alle
omstandigheden het leven toch zoet is. De
kwellingen van het gemoed komen tot bedaren,
en de wanhoop wijkt uit zijn ziel. De wetering
is ondiep, en snel kruipt hij naar den kant,
werkt er zich op, en keert met druipende
kleeren naar de echtelijke woning terug, om
welgemoed weer 's werelds last te torschen.
Dit korte tooneel werd Donderdag te Kralin-
n afgespeeld. De persoon, die er de eenige
rol in vervulde, was een welgekleed heer.
Een aspirant is van streek omdathet examen
is en hij daar vreeselijk tegen opziet. Zijn moe
der, beangst dat de jongen zich geheel overstuur
zal maken en nog ziek op den koop toe, zegt;
„Ga er bedaard heen, Karei, en zeg de heeren
wat je weet. Wat je niet weet, weten de heeren
misschien zelf wol, en vragen er dan van zelf
niet naar
Het is misschien niet overbodig thans nog
eens de weervoorspellingen voor 1S90 in herinne
ring te brengen, die de heer Waelput, op grond
zijner meteoroligische waarnemingen in de Gazette
van Gent van 23 Febr. jl. publiceerde
Van 24 December 1SS9 vochtige periode tot 5
Maart 1890van 6 Maart betrekkelijk droge
periode tot 16 Mei; van 17 Mei vochtige periode
van 28 Juli droge periodevan 7 October vochtige
periodevan 18 December droge periode.
De lente zou droog en koud zijn, met nacht
vorst tot in Mei. Dit wilde niet zeggen, dat
men geen regen of ook niet wat warmte zou
hebben, enkel zou de temperatuur en de regen
gedurende de periode van 6 Maart tot 16 Mei,
in haar geheel genomen, merkbaar lager of
geringer dan de gemiddelde zijn.
De regen, in Mei begonnen, zou overvloedig
vallen in Juni en Juli on enkel omtrent het
einde dezer maand ophouden.
Er zou misschien meer water vallen dan in
1838 er zou weinig warmte zijn. Te rekenen
van de maand Augustus zou het seizoen nog
al goed wezen, maar wij zullen een guren en
strengen winter hebben, welke zal kunnen ver
geleken worden met dien van 1879-1880, omdat
de dag- en nachteveningen en de winterzonne-
stilstand in droge perioden van 1890 zullen vallen.
Heel het jaar 1890, te rekenen van de lente,
zou, volgens den heer W., gelijk zijn aan dat
van 1879, omdat de kenmerken der perioden
bijna op dezelfde datums vallen als toendie
van 1890 komen enkel 6 dagen later, omdat de
perioden dezelfde karakteristiek hebben, en omdat
de twee dag- en nachteveningen en de winter-
zonnestilstand, zoo in het eene als in het andere
jaar uitmaal echter voor het eerst alle drie
plaats hebben in droge perioden.
Conclusiemen verwachtte veel regen in den
zomer, veel sneeuw in December en hevige koude.
- De toestand te Buenos-Ay res is verre van
gunstig de revulutie breidt zich uit. De opstan
delingen zijn goed voorzien van ammunitie en
schijnen over aanzienlijke middelen te kum»n
beschikken. De opgestane troepen bestaan uit5
militaire en 2 burger-bataljons. Een verwoede
strijd had in de straten plaatsde regeerings-
troepen zijn geslagende verliezen worden op
een duizendtal dooden en gekwetsten geraamd.
De voor anker liggende schepen zijn door gepeupel
geplunderd. De N. A. S. M. ontving bericht dat
het stoomschip Edam veilig is. Zondagavond
was een wapenstilstand gesloten voor 24 uren.
Volgens de laatste telegrammen aan de N. R. C.
is de wapenschorsing opnieuw verlengd. De
regeering en de vreemde vertegenwoordigers
houden eene conferentie om te beraadslagen over
een middel tot eene minnelijke schikking.
Een part. telegram aan de Times meldt echter
dat de straatgevechten weder zijn hervat. De
regeeringstroepen tastten andermaal de stelling
der muiters aan, doch werden met bloedige ver
liezen teruggeslagen.
Door de bevelhebbers van de Amerikaansche,
Engelsche en Spiiansche oorlogsschepen, die naar
Buenos-Ayres gezonden zijn, is geprotesteerd
tegen de beschieting van die stad door de Ar-
gentijnsche marine. De opstandelingen maakten
zich meester van twintig sleepbooten, die zij
bemanden en wapenden.
De telegrafische gemeenschap mot de Argen
tijn sche republiek is gestoord.
- Het stoomschip Egypt, dat op de terugreis
uit Amerika in volle zee verbrandde, had 640
runderen aan boord, welke dieren levend gebra
den werden of omkwamen in zee, waar zij, rond
drijvende, geen gering gevaar opleverden voor
de booten. Vijf uren lang heeft de bemanning
(95 koppen) beproefd den brand te blusschen,
maar de vlammen verspreiden zich steeds meer en
meer en eindelijk waren de mannen genoodzaakt
het schip te verlaten. Zij werden toen eerst aan
boord genomen door het Nederlandsche schip
Gustaaf Oskar, maar dit was niet ingericht om
zooveel mannen meer te bergen. Zij gingen
daarom weldra over aan boord van het stoom
schip Manhattan, dat hen behouden te Dover
aan land heeft gebracht.
- In het Russische gouvernement Raizan is
een kwaadaardige Siberische veepest uitgebroken.
Zoowel onder paarden en schapen als onder het
rundvee is de sterfte zeer groot. Omstreeks 2/3
der dieren, die worden aangetast, sterven. Zelfs
zijn 3 boeren aan de ziekte bezweken.
- De Italiaansche Regeering heeft aan een fami
lie te Genua, die afstamt van den doge Durazzo,
verlof verleend, een deel van de bolwerken af te
breken, ten einde te graven naar een schat, die
genoemde doge daar omstreeks 1573 zou hebben
begraven. Daarbij zouden zich bevinden zijn met
edelgesteenten versierde sabel en kisten Genueesche
goudstukken, ter waarde van omstreeksf80.000.000
Kunstvoorwerpen en wapenen, die voor den dag