Levering van alle sonrten DRUKWERKEN, Herbesteding. Amerikaansche Orgelmaatschappij. HOLLAND-AMERIKA. In den loop der maand September a.s. J. H. MOOJEN, Meiaar. Beste Noorsche Schalen G. DROS Pz. Ie OiesctM. De Gierigaard en zijne dochter. Parkstraat. M^^ZT,TJES' Burg op Texel. Maandag 4 Augustus 1890, Magazijn Of. BAAS Az. ONTVANGEN Feuilleton. SPOEDIG. NETJES. GOEDKOOP. LANGEVELD DE ROOIJ. aanbesteden Nederlandsch Amerikaansche Stöom vaart-Maatschappij. Lijn: Noord-Amerika, LijnZuid-Amerika, 'jNA 3 ALS: REKENINGEN. - KWITANTIËN. - PROGRAMMA'S. - CIRCULAIRES, Huwelijks- en Overlijdingsbrieven. Ondertrouw- en Verlovingskaarten. Reglementen en Prijscouranten. Memorandums en Diploma's. VERKOOP- en STROOIBILJETTEN. - NOTA'S. Het Bestuur van het Waterschap de 30 Gemeen schappelijke polders op Texel zal op 's middags 12 ure, ten Ra ad huize aan den Burg, bij enkele inschrijving Het leveren van 550 M3 middelsoort Grind. 150 grove 150 geklopte harde puin, en zulks in eens of bij gedeeltens voor of op 30 September 1890 franco op de Wal of Wagen in de haven van Texel. Inlichtingen zijn op franco aanvrage te bekomen bij Jb. HILLEN1US opzichter te Oudeschild. Texel 22 Juli 1890. J. J. ROEPER, Dijkgraaf. Sd. KEIJSER, Secretaris. KANAALWEG, HELDER Éénig Depothouder der zeer bekende Orgels van bovengenoemde Maatschappij voor Helder en Omstreken. De instrumenten zijn dagelijks te bezichtigen en te beproeven. Zeer aanbevelenswaardig voor bijeenkomsten en voor -huishoudelijk gebruik. Prijzen billijk met tien jaar guarantie. Aanbevelend, G. BAAS Az. vele' soorten sterke SI BOEKH. Texel. W. C. REIJ. elke week naar NEW-YORK. elke maand naar MONTEVIDEO en BUENOS-AYRES. Men vervoege zich aan de Kantoren der N. A. S. M. te Rotterdam of te Amsterdam en hij de Agenten, of bij Inspecteur J. E. KROES, Groningen. E. BOLSIUS, Oisterwijk.— zijn ten mijnen kantore van Particulieren, (geen bankinstellingen) aanzienlijke kapitalen in geld te bekomen, op éérste hypotheek, solide lande rijen, en wel Vanaf f 500 tot f 1000 tegen 4y2, daarboven tot f 5000 tegen 4 en daarboven, tegen slechts 33/4 jaarlijksche renten, voor aantal jaren vast, onkosten zeer billijk. Door mijn buurman's groot lawaai, Heb ik nu eens goed mijn draai Want alles noteer ik beneden prijs, Dan raakt mijn buurman van de wijs. Katoen en voering, sajet en band, Alles moet nu maar aan kant; Ook veeren bedden (eigenmaak), Want dat is een bekende zaak, Dat 'k daarin lever puike waar; Dus buurman, houdt uw prijzen klaar! En kort dan ook nog vijf procent, Want daarmee is 't volk content. UEd. Dw. Dienaar, Ph. VLESSING. 30 cents per stuk. Verkrijgbaar bij Roman. Vrij naar 't Fransch door A. B. De zwerm wilde bijen. Het was de laatste dag der maand April ran het jaar 1770, 5 uur in den namiddag was juist geslagen, toen een jongmensch van ongeveer 20 jaar, donker van uiterlijk en gebruind en verhard gelaat, en wiens grove kleeding zijn gebrek aan schoonheid nog scheen te vorhoogen, langzaam de steile trap afdaalde van een der molens, welke op de hoogte vanBilde- chengen gebouwd waren. Achter hem sprong een knaapje van 10 a 12 jaar, een ware spring in 't veld, met blonde haren en blozende wangen. Nauwelijks hadden zy de laatste trede van de trap verlaten, toen aan een venster der melen, welke zij juist verlaten hadden, een groot wit bestoven gelaat verscheen. Het was de molenaar, welke er hen opmerkzaam op maakte dat er weldra een storm zou opsteken on ze verzocht bij hem te vertoeven, totdat die voor bij zou zijn. Frits, zoo heette de oudste, weigerde echter, voorgevende zijne moeder niet noodeloos ongerust te willen maken en verder nog, omdat hy dien dag in het bosch eene bijenzwerm hoopte te vangen en alzoo 2 gulden te verdienen. Na eerst rondgekeken te hebben, verklaarde hij den molenaar nog op diens verzoek, hoe hij het aanlegde om zoo'n zwerm te vangen en waar de bijen zich bevonden, terwijl hy hem toen tevens verzocht hem eene zak te leenen om ze in te doen. Volgaarne werd dat toegestaan en omdat die zak nog eerst gehaald moest worden en het onderwijl reeds was beginnen te regenen, gingen Frits en diens broertje even binnen. Nauwelijks waren zij vertrokken, of een grijsaard in lompen gekleed,^met een langen grijzen baard, stak zijn verweerd gelaat boven de heg uit, die de molen met het erf omringde. Na eerst de molenaar met de beide anderen te hebben nagekeken, raapte hij de bedelzak op en wierp die over den schouder. Kom, mompelde hij, als het waar is, dat die jongen vertelt dat elke wilde bijenzwerm i 2 waard is, zal ik toch nog geen geheel verloren dag hebben. Zijn pijp met zijn mes uitpluizende, begaf hij zich naar een holle weg. zonder twijfel werd daardoor zijn weg. nog wel eenigszins bekort. Terwijl Frits een zak uitzocht,die naar zijn genoegen was, had de molenaar een beker met wijn gevuld, welke Frits moest ledigen voor heen te mogen gaan, terwijl Christiaan, zijn broertje, een stuk brood met honing had gekregen. De regen was een weinig bedaard, zoodat Frits en Christiaan vertrokken. Nauwelijks honderd schreden waren zij van de molen verwijderd, toen de regen weer met dubbele kracht viel, terwijl de wind hen door het gelaat sneed, Daar zij zeer dun gekleed waren, versnelden zij hunne schreden. Weldra hield Christiaan verschrikt stil en zei: Ik zie het pad niet meer Frits. Ook Frits was het spoor bijster. Wij moeten een schuilplaats zoeken, zei hij, bewogen door de vrees van Christiaan. De storm is te hevig om nog langer te doorstaan. Geef mij uw hand en schep maar moed. Wij zij n dicht bij het kruis van St. Hubert en daar achter bevindt zich een uitgraving, waar wy wel kunnen schuilen. Kom dan spoedig, Frits, zei het kind, dat de oogen sloot voor het felle schijnsel van het weerlicht. Op hetzelfde oogenblik echter hoorden zij boven het stormgeloei uit, scherpe en verscheurende kreten. Vreemd verschijnsel I die kreten deden de jonge man van het hoofd tot de voeten rillen. Die stem welke zooveel verdriet aanduidde, was hem niet geheel onbekend. Zij oefende op hem een zonder linge en machtige invloed uit. Sedert langen tijd had hij die niet gehoord, dan in zijne gedachte, in zijn hart, in zijn droomen, maar steeds was zij in staat geweest hem geheel te bezielen, zij tooverde hem weer alle vreugde zijner kindsheid voor oogen. Hij greep daardoor krachtig de hand van Christiaan en zei Kom, broer, vooruit. Nu geen vermoeidheid, geen vrees, geen storm meer, laat ons loopen in den stormwind en weerlicht. Ik heb de stem van Mar- garetha herkend. Hoort gy het broeder Zij roept ons ter hulpeZy rekent op ons 1 kom toch I Zy snelden beiden in de richting, vanwaar de smartelyke kreten kwamen en welke langzamerhand zwakker werden. Laat ons nu vooraf eens zien wat onderwyl door den bedelaar gedaan was. Deze had zeer goed ver staan op welke wyze Frits handelde met de byen- zwermen en besloot er van gebruik te maken om de bewuste zwerm te vangen voor Frits er aankwam. Hy bezat alles bsnoodigd voor de vangstmes, vuur steen, püp, tabak en zyne bedelzak. De holle weg welke hy volgde sneed de groote ryweg niet ver van een herberg, waar hy gewoon was een aalmoes te ontvangen. Ook nu kon hy het niet nalaten daar er een te vragen, Deze keer echter werd hem die geweigerd. Terwyl hy er nog op aan stond hem alsnog zyn gewone aalmoes te geven, kwam er een dicht rytuig voor. Een grysaard van omstreeks 60 jaar stapte met moeite uit, terwyl een paar blanke handjes en een blond meisjeshoofd even zichtbaar werden. Blyven wy hier wachten, vader, vroeg zy. Neen Margaretha, antwoordde de grijsaard, vrant binnen een uur zuilen wy thuis zyn by juffrou w Catharina, welke een uitmuntend souper gereed zal hebben. Toen de bedelaar opmerkte, dat zyn smeeken zonder gevolg bleef, begaf hy zich tot den grysaard om deze te vragen. Ook by deze klopte hy aan een doovemans deur, Ja, deze weigerde hem zelfs iets te laten verdienen, met het vasthouden van zyn paard, ofschoon hy, zooais de bedelaar terecht opmerkte, de rykste maar tevens de gierigste grondeigenaar van Nordstetten was, nl. Gaspard Melzer. Het paard had ondertusschen gedronken en Melzer reed verder. Da regen, welke tot heden viel, had opgehouden en de schemering begon te vallen. De raampjes van het rytuig werden thans geopend om de versche lucht in te doen stroomen. Het paard, dat slechts hoogst zelden eenige haver kreeg, liep ondanks de klappen van de zweep, slechts stapvoets. Eindelyk hadden zy het bosch bereikt, waarlangs de weg liep. Wordt vervolgd. Snelpersdruk - LANGEVELD DE ROOIJ- Texel. rii MS. D3SC3!tVSDSi

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1890 | | pagina 4