Prinses-W ilhelmina-Bewaarschool
te Oudesehild op Texel.
HOOIBBOEI.
Publieke Verkooping Hooigewas.
publiek verkoopen:
Publieke Verkoop.
Sd. KEUSSjR Pz„ Makelaar ie Teiel,
„GRAAF JAN,"
Wachtende een lading
INMAAKBUSSElT
D. C. DROS. BURtr.
STEENENPLAATS,
RIJSTMEEL
A anbestedin g.
Het graven eener Scheidingsloot
Putten?? Petten?? Petten??
Feuilleton.
De Gierigaard en zijne dochter.
S. Keijser Pz., Makelaar,
aanbesteden:
De commissie tot stichting van deze school wenscht in Mei 1891 eene VERLOTING
te houden, bestaande uit voorwerpen van smaak en kunst, om niet bijeengebracht. Zij, die
geneigd zijn voor dit doel een prijs te geven, worden beleefd verzocht die te zenden aan een
der onaergeteekenden.
C. M. KOOIJ, Burgemeester, Voorzitter.
J. K. G. MULLER, Hoofd eener School, Secretaris.
W. METS Tz., Lid van den Raad, Penningmeester.
Het Bestuur der Maatschappij ,,'t Algemeen
Belangstelt kosteloos ter beschikking van
belanghebbenden, ook voor niet bij haar verze
kerden, HOOIBOREN.
De boren zijn gestationeerd
één te Oosterend bij den Heer S. P. KONING-
den Hoorn D. B. LAP.
Eijerland R. STOEPKER.
aan den Burg aan bet kantoor der Maat
schappij.
De Directeur.
JOH. EELMAN.
zal op MAANDAG 11 AUGUSTUS 1890,
's middags 12 ure, in het logement de Lindeboom
aan DEN BURG
Voor den neer A. DIJKSEN.
Het oostelijkste gedeelte van het perceel ge
naamd JanReisland in Waal en Burg, voor 't
geheel 6 H. 86 A. 60 C.
KONING, Deurwaarder.
zal op WOENSDAG den 3 SEPTEMBER 1890
namiddags 2 ure, bij gelegenheid der Tentoon
stelling van Vee etc. aan DEN BURG aldaar
publiek verkoopen:
DE ZWARTE HENGST
geboren in 1879, zijnde inlandsch ras en bekroond
met den 2»a prjjs op de Internationale Tentoon
stelling van Landbouw te Amsterdam.
Texel 9 Aug. 1890.
welke alhier van boord worden gelost A f 1.—
per Heet. A contant.
DE CoCKSDORP. P* DROS Azil.
met hermetische sluiting, en stalen veeren
verkrijgbaar by
S. C. PONGER, Burg.
Voorradig een partij
't welk door de verhoogde mais-prijzen zeker
veel voordeeliger varkensvoeder is.
Puik eerste soort per baal 50 kilo f 4.00.
GOEDKOOPST ADRES.
Vraag Prijscourant.
S. DROS Gz., Oosterend.
Het Bestuur van den polder Waal en Burg
en Regenten van het Algemeen Weeshuis, zullen
op MAANDAG 18 AUGUSTUS 1890
's middags 12 ure ten Raadhuize aan DEN
BURG, bij enkele inschryving
tusselien de Westerkolk ei» de Spijkerbooren
in Waal en Burg, waarvan de aanwijzing zal
geschieden op Zaterdag 16 Augustus bevorens
's morgens 9 ure.
Texel, 5 Augustus 1890.
Ondergeteekende bericht aan zijne geachte
begunstigers, dat hij heden heeft ontvangen een
groote partij PETTEN, bestaande in Mans-, Kinder
en Jongenspetten tegen ongekend lage prijzen.
Kinderpetten van af 14, 17, 20 cent en hooger.
Manspetten vanaf 25 cent. Een groote partij
lakensche petten. Ieder die er een mankeert
noodigt hij uit een bezoek aan zijn winkel te
brengenbij deze lage prijzen ook nog 5% korting.
Pb. VLESSING.
Vrij naar 'ti Fransch door A. B.
4 De zwerm wilde bijen.
Terwyi wy herhaalde Kasper, wat wilt
gÜ daarmee zeggen?
Och niets, vader, de kostschool heeft my vrees
achtig gemaakt als eene stadsjuffer.
Vreesachtig, maar waarvoor? Wy zullen niet
op elke kromming van den weg een byenzwerm
ontmoeten.
O, zeker niet, waar waren toch myne zinnen
En indien die gevaariyke bedelaar, als hy ons alleen
ziet, ons weer lastig valt, zal het zien van uw zweep
alleen reeds voldoende zyn, om hem op de vlucht
te jagen.
De bedelaar I zei Melzer, och ik dacht niet meer
aan hem. Gij zyt een voorzichtig meisje. Dus gy
gelooft?
Ik geloof niets, vader, hernam het jonge meisje
zonder haar oogen van Frits af te wendenlaat ons
onze vrienden maar vaarwel zeggen en vertrekken
zonder tyd te verliezen.
Maar Melzer was reeds van gedachten veranderd.
Hy had bedacht, dat de bedelaar inderdaad zyn aan
val zou kunnen herhalen en dat hy door Frits en
Christiaan by zich in 't rytuig te nemen, zich kon
vry waren voor een zoodanigen aanval. Hy wendde
zich daarom tot hen en zei vriendelyk .-
Lieve kinderen, vergeef my myne verwarring,
myn plan was niet u zoo plotseling te verlaten. Kom
beiden in het rytuig.
Maar zei Frits, ondanks de teekenen van Mar-
garetha toch nog aarzelende, uw paard ie zoo vermoeid.
Kom in, zeg ik u, ik wil het zoo. De schelm
die ons zooeven heeft aangevallen, zou ook instaat
zyn u aan te randen en u ook een of andere booze
trek te spelen.
Het jonge meisje glimlachte om het slagen van
haar list.
Welke schelm, vader Kasper, vroeg Frits
verwonderd.
Wel, die bedelaar met de byen.
De bedelaar met de byen, herhaalde Frits. Het
is dus geen toeval?
Toeval, gelooft gy dan nog aan het toeval?
Maar stap in en onderweg zal ik u ons verschrikkelyk
avontuur verhalen.
Frits sprong in het rytuig, terwyi Christiaan zoo
vlug als een kat by het rytuig opklom en er zich
ook weldra in bevond, zonder zyn zak te vergeten.
Myn jongen, zei Melzer, ondersteun gy Mar-
garetha, onderwyl ik u al pratende naar't dorp breng,
zy is door het gebeurde zeer geschrikt, het arme kind.
Frits voldeed zwygend aan dit verzoek en het
paard, dat van verre den stal scheen te ruiken, liep
op een sukkeldrafje den weg op naar Nordstetten.
De Kruidenzoekster.
Terwijl het rytuig naar het oordeel van Frits en
diens broeder langzaam genoeg voortreed, wachtte
hun moeder, de weduwe Wendel, hun komst met
koortsachtige spanning af.
In het land was de oude vrouw algemeen bekend
onder den naam van kruidenzoekster. Haar hut
was als een vogelnestje verborgen in dat deel van het
zwarte woud, hetwelk aan Wurtemberg behoort en
by het dorp Nordstetten. De woning bestond uit
twee af deelingen. De eene was het slaapvertrek
van Frits en Christiaan, terwyl de andere bewoond
werd door hun moeder. Daar bevond zich ook de eeni-
ge haardstede en ofschoon deze dienst deed voor het
gereed maken van spyzen voor het geheele gezin,
was zy vervuld van flesschen, vyzels, trechters,
retorten, enz. enz. Langs do wanden van het vertrek
hingen allerlei gedroogde planten. Een vreemdeling,
die er binnentrad, zou zich eerder wanen in het
laboratorium van een alchinist, dan in het woonver
trek van een eerzame Wurtembergsche landbewoonster
Martha, zoo heette de moeder, maakte van de
afwezigheid harer kinderen gebruik, om een merk
waardig slaapdrankje te bereiden, waarvan zy alleen
het recept bezat.
Niet alleen echter bezat zy het recept van een
slaapdrank, maar ook velerlei andere geneesmiddelen
werden door haar bereid en toegediend aan ieder in
den omtrek, welke ze maar noodig had, in het by-
zonder aan hen, die door de dokters niet werden
geholpen, hetzy, omdat deze hun kwaal ongeneeselyk
vonden of wel, omdat zy vreesden geen betaling te
zullen erlangen voor hunne diensten. Welnu, daar
zy reeds menig zieke had gered en meermalen ge
heele nachten met zeldzame belangloosheid en gren-
zenlooze toewyding had gewaakt aan de lydens
sponde, werd Martha langzamerhand beschouwd als
eene soort tooveres.
De boeren, welke haar passeerden bogen zedig
het hoofd, kinderen die haar van verre zagen ver
lieten den weg, om haar maar niet te ontmoeten,
andere bewoners van het dorp deden nog meer. Zy
kwamen in het geheim by haar onder dit dak, waar
de geneesmiddelen werden bereid, welke hen en
hunne familie zouden kunnen genezen van eventueele
ongesteldheden, en vroegen haar onder het zegel
van geheimhouding, liefdedranken.
Verre van zich hierover boos te maken, had de
wyze Marha medelyden met deze arme dwazen en
gaf ben uitmuntenden raad, welke echter volgens
gewoonte door zeer weinigen werd opgevolgd.
Na deze korte verklaring, zullen wy ons verhaal
weer opvatten. Martha zat alzoo voor de haard en
was bezig mot het bereiden der slaapdrank. Toen
dit afgeloopen was, bergde zy hare toestellen daar
voor benoodigd weer op, doofde het vuur weer uit
en begon zywachtende op haar kinderen, te spinnen,
Zoodra echter de storm losbrak en de bliksem
schichten het luchtruim doorkliefden, maakte zy
zich ongerust over hare kinderen en begon zy met
koortsachtig ongeduld het raam uit te turen in de
richting vanwaar hare kinderen moesten komen.
Weldra bemerkte Martha van verre twee groote
vurige oogen, die te midden der duisternis flikkerden
en haar schenen te naderen.
Het was het rytuig van Kasper Melzer, dat eenige
oogenblikken later voor hare woning stilhield.
Zoodra de weduwe het rytuig herkende, sloot zy
ruw het venster en pruttelde in zichzelf:
Wat komt Melzer die ongeluksvogel nu hier doen?
Vervolgens deed zy eene schrede naar de deur en
strekte de handen naar de grendels uit, als wilde
zy zich tegen een gevaar beschermen, zonder te
denken aan de plicht der gastvryheid, zoo heilig
aan de bewoners van het woud. Voor haar starende
blik, zag zij als 't ware een ry van ongelukken en
haar hart verstyfde. Eensklaps glimlachte zy, een
warme gloed doortintelde haar aderen en zy zette
de deur wyd open.
Dwaze, die ik ben, mompelde zy, zy had een
heldere stem gehoord, die haar vroolyk riep. Op
hetzelfde oogenblik snelde Frits en Christiaan de
hut binnen.
Wordt vervolgd.
Snelpersdruk - LANGEVELD DE ROOIJ- Texel.
Beste Eng. KaciMi,