Oosterend, 17 Doc. Zondagavond jl. trad
alhier in „Hot Wapen van Amsterdam" voor
een tamelijk bevredigend auditorium op de
heer Bottinga van Harlingen.
Deze Declamator, die zijne hoorders door
zijne uitstekende voordracht weet te boeien,
voldeed ook nu ten zeerste aan allen, die
tegenwoordig waren.
Achtereenvolgens werd ten beste gegeven:
„Een St. Nicolaasavond," „De Vergissing,"
„12345," en „Een huiselijk Tooneeltje," terwijl
daarna op verzoek der aanwezigen nog een
en ander werd voorgedragen.
Het geheel leverde een genoegolijken avond
op.
Als een bijzonderheid van do visscherij
nabij het eiland Terschelling meldt men, dat
een visscher aldaar Woensdag jl. in éen schot
1200 stuks schelvisschen en verscheidene kabel
jauwen ving, terwijl een ander van de vloot
bijna niets had gevangen. De prijzen waren
f 18 en f 20.
Zoolang het ijs in do Zuiderzee sterk
genoeg is, ziet men in den winter tal van
visschers langs de kust van het Gooi bezig
met spiering te vangen. Fen der visschers
liep in den vroegen morgeu in eer,e bijt, door
een ander gehakt, zonder dat het bemerkt
werd. Zijn lijk werd den volgenden dag gevon
den. Zijn zoontje had zoolang den vader gezocht
dat hij geheel verkleumd op het ijs was neer
gevallen. Men wanhoopt aan het behoud van
zijn leven.
Naar men zegt, is de justitie te Heeren
veen den persoon op het spoor, die onlangs
de bekende biljetten met den tekst uit den
Prediker en „Leve de republiek" heeft aange
plakt.
Indien men het biljet beschouwt als „opzet
telijke beleediging, der Koningin aangedaan,"
(art. III Str.) dan kan er 1 jaar gevangenisstraf
of tot f800 boete voor hem opzitten.
Blijkens den staat dor rijksmiddelen heeft
de schatkist in de maand November f9,757,000
ontvangen, of f 697,000 minder dan in dezelfde
maand van het vorige jaar. Aangezien de
successie-rechten alleen reeds f730,840 minder
hebben afgeworpen, blijft er voor de gezamen
lijke overige, meer regelmatige, bronnen van
inkomst, nog eene kleine vermeerdering, welke
evenwel slechts aan enkele middelen te danken
is.
De geheele opbrengst der rijksmiddelen
sedert den len Januari is f 106.191,200, d. i.
6Va ton meer dan in hot vorige jaar.
Hetzelfde denkbeeld, dat de Arnh. Crt."
reeds aangaf, wordt thans ook in het „Haagsche
Dbl." in een ingezonden stuk behandeldhet
uitschrijven namelijk van oene prijsvraag voor
een Volkslied, ten einde op dio wijze tot eene
keuze te komen. Van het voortdurend in
dagbladen verschijnen van gewijzigde teksten
van hot Wien Neêrlandsch Bloed zou het gevolg
kunnen zijn, volgens den inzender, dat er ver
scheidene volksliederen ontstonden.
Mot het denkbeeld eene flinke belooning voor
het bestgekeurde lied uit te loven, kan de
„Arnh. Crt." zich echter niet vereenigen. De
eenige belooning moot zijn, dat do naam van
den dichter er bij genoemd wordt. Deze eer
ware ruim voldoendedoor eenige honderden
guldens uit te loven, zal men wel ontzaglijk
veel meer, maar geene betere verzon krijgen.
Een Rotterdammer schrijft, dat hij Dins
dag iemand naar Utrecht zond om een dei-
penningen te koopen die ter gelegenheid van
'sKonings overlijden aan de rijksmunt zijn
geslagen en volgens bericht van Maandag af te
verkrijgen zouden zijn. Zij waren Dinsdag
echter reeds uitverkocht, maar Woensdag na
2 uur zou er nieuwe voorraad zijn. Toen echter
Woensdag weder moeite werd gedaan om een
te krijgen, werd geantwoord „dat op order van
hoogerhand de uitgifte voorloopig was gestaakt."
De torpedo, die tot nog toe alleen als
oorlogswerktuig in aanmeiking komt, zal
wellicht voortaan ook als krachtig hulpmiddel
bij de redding van schipbreukelingen dienst
kunnen doen. Door den heer Halpin is
namelijk voorgesteld om aan de bemanning
van een op de kust in nood verkeerend schip
door middel van een soort van Brennan-torpedo
een touw te doen overbrengen. Zulk een
torpedo kan met juistheid bestuurd worden
tot op twee kilometer van de kust (ook met
stormweer?). Voor het gebruik als reddings
toestel zou de torpedo aan de oppervlakte van
het water moeten blijven in plaats van te
duiken en zooveel mogelijk zichtbaar gemaakt
moeten worden door eene vlag bij dag en
electrische verlichting bij duisternis.
Naar aanleiding van het feit, datgroote
hoeveelheden vet en runderafval uit Antwerpen,
het brandpunt der longziekte, in Nederland
worden ingevoerd, hoewei de invoer van vee
uit België verboden is, is door de afd. IJssel-
oevers van de Geld.-Over. Maatsch. van Land
bouw den heer van Meeleren Brouwer een
mandaat verleend om daarvoor als hij kan met
den Minister van Buitenl. Zaken te spreken.
In een buitenlandsch tijdschrift kwam
onlangs een opmerking voor, die door ieder
die met paarden omgaat, wel ter harte dient
genomen te worden.
De schrijver dringt er op aan om bij vriezend
weder de gebitten der paarden vóór het aan
leggen te warmen. Men veroorzaakt den die
ren veel pijn en ongemak door hun een tot
op verscheiden graden ouder het vriespunt
afgekoeld gebit in den bek te geven; ontvel
lingen enz. van tong en lippen kunnen daar
van het gevolg zijn.
Heeft men oene vorstvrije plaats om do
gebiüen op te hangen, dan is er natuurlijk
geen verwarmen noodig.
Twijfelaars kunnen zich gemakkelijk over
tuigen door even hnnne tong tegen een, tot
op eenige graden onder vriespunt afgekoeld,
zoogenaamd bevroren stuk ijzer of ander me
taal te houden. Het verlies van een stuk vel
van gezegd lichaamsdeel zal hen wel bekeeren.
De „Univers Illustré" heoft nu al een
huwelijk voor onze Koningin ontworpen; zij
schrijft:
„Mag men geloof slaan aan een gerucht,
dat hier en daar verspreid werd, dan zal deze
scheiding niet van langen duur zijner zou
nl. sprake zijn van een huwelijk tusschen den
vermoedelijken troonsopvolger in Luxemburg-
en de jonge Koningin van Holland, waardoor
tevens aan het Huis Nassau in zijn geheel de
goederen zouden worden weergegeven; welke
het buiten het Keizerrijk Duitschland bezit."
Het is een praatje, maar 't is te wenschen
dat het nooit bewaarheid wordt. Nederland
mag zich verheugen, dat het nu eindelijk ont
slagen is van den dynastieken band mot
Luxemburg, die slechts tot moeiehjkhoden heeft
aanleiding gegeven. Onze Koningin is rijk
genoeg om het inkomen der Groothertogelijke
kroon te kunnen missen. {Arnh. Ct.)
In het ijs op het verbindingskanaal
Damster Boterdiep voor de stroohulzenfabriek
te Groningen was eene bijt gehakt. Een
jongen, die zich aldaar met schaatsenrijden
vermaakte, geraakte daarin en zonk in de
diepte. De heer F., boekhouder aan bedoelde
fabriek, was getuige van dit ongeval, en zelf
niets ter redding knnnende doen riep hij zijn
hond en gelaste dit dier te water te gaan.
Na eenige oogenblikken van spanning kwam
de viervoetige redder weder boven, het knaapje
met zich voerende. Het kind was daarna
spoedig op don wal geholpen en kon vervol
gens ongedeerd huiswaarts koeren
Het middel van Koch. Thans is de
voorraad inspuitingsstof door dr. Hoorn te
Amsterdam ontvangen, en in het Binnengast
huis toegepast, bonevens die, door dr. J. Corenel
uit Berlijn meegebracht en in het Buitengast
huis in praktijk, aangevuld met niet minder
dan tien gram, door prof. Stokvis ontvangen,
en door hem ter beschikking gesteld der univer
sitaire klinieken, waar de proefnemingen nu
op uitgebreider schaal en onafgebroken kunnen
worden voortgezet.
Als een doeltreffend middel om bevroren
glasruiten te ontdooien, wordt het volgende
genoemd
„Men losse drie a vier lepels salpeter of
zout in een liter water, bestrijke daarmede
door middel van een doek of kwast de be
vroren ruit en het ijs zal er onmiddellijk door
verdwijnen. De ruit kan daarna met oen
drogen doek worden afgewreven."
Men kan er de proef mede nemen.
Het „Staatsblad" no. 179 bevat een
koninklijk besluit van den volgenden inhoud
lo. aan ieaeren oud-strijder der jaren
1813-1815, gerechtigd tot het dragen van
het eereteeken (Zilveren Kruis), ingesteld bij
koninklijk besluit van 10 Mei 1865 (Staatblad
no. 32), wordt jaarlijks op aanvrage van den
belanghebbende, tot de Koningin gericht, ten
laste van het departement van oorlog, bij wijze
van gratificatie eene geldelijke tegemoetkoming
van één honderd en vijftig gulden verleend,
mits blijke, dat hij uit eigen middelen niet
voldoende in zijn levensonderhoud kan voor
zien
2o. die gemoetkoming zal voor de eerste
maal, zoo mogelijk nog in den loop van 1890
en verder telkens omstreeks het midden der
maand Juni worden uitgekeerd.
Reeds sedert eenige dagen liep te Am
sterdam het praatje, dat onder de slachtoffers,
welke de zakkenrollers te Delft by gelegen
heid van 's Konings begrafenis maakten, zich
ook de hoofdcommissaris van politie aldaar,
de heer Steenkamp bevond, wien zijn horloge
heette ontrold te zijn. De „N. Rott. Ct."
deelt thans mede, dat het praatje gegrond is.
Hoe uitstekend het beleid van' dezen hoofd
commissaris moge zijn, ter beveiliging van
zijn eigen horloge schijnt aan zijn beleid iets
te hebben gehaperd.
Men schrijft uit Eindhoven:
Vier personen van hier reden van de markt
te Uden huiswaarts. Te St.-Oenderode aange
komen, hield de koetsier voor een herberg
stil. De horbergier opende het portier, doch
bemerkte tot zijne ontsteltenis dat alle vier
bewusteloos lagen. Spoedig werd geneeskundige
hulp ingeroepen, en eerst na drie kwartier
mocht men er in slagen hen weder tot bewust
zijn te brengen. De kolendamp van eene in
het rijtuig geplaatste stoof, had alle vier bijna
verstikt.
Door 'i sluiten der zeesluizen is er aan
't ijsvermaak in Friesland nu gelukkig minder
gevaar verbonden. Die kanalen, waarin veel
stroom ging, zullen bij voortdurende vorst
spoedig bereden kunnen worden. De hard
rijderijen in Friesland zijn in vollen gang.
De snelste rijders in Friesland zijn Klaas Hanjo
te Akkrum en Wiebe de Vries te Oenkerk.
B. Dokker van Zwolle, een klein ventje, maakt
in Friesland een uitstekend figuur en menig
Friesche hardrijder heoft hem niet graag tot
partij. Alles wat beenen heeft is op 't ijs.
Geen oud wijf blijft by 't spinnewiel.
In Utrecht tracht men weer een anti-
hoedafnemersbond op te richten. Nu, het is
al dikwijls gezegd hoe schadelijk het voor do
gezondheid kan zijn bij strenge koude onder
het groeten het hoofd te ontblooten, en niet
te dikwijls kan op dit gevaar gewezen worden.
Als 't waar is, dat de aanhouder wint, dan
zal men al gaat ook dit plan hier te lande
weer met de trekschuit nog wel eens den
tijd belevon, dat men de in den grond dei-
zaak malle gewoonte van het hoed afnemen,
algemeen zal laten vareD. (D. Ct.)
Genoesmiddelen. Een geneesheer van den
ouden stempel schrijft aan het Utr. Dbl.„Plet
gebeurt meermaleD, dat bij hot gebruik van
geneesmiddelen misverstand plaats heett.
„Zoo waren dozer dagen in hetzelfde gezin
2 doosjes met een poeder aanwezighet eene
voor den vader, bevatte „anti-pyrrhino", het
andere voor den zoon „bromkali".
„Door een toeval werden deze doosjes verplaatst,
met het gevolg dat de vader het middel voor zijn
zoon en omgekeerd de zoon het middel voor
den vader gebruikte.
„Dit misverstand had nu wel is waar geono
ernstige gevolgen, maar het had toch erger
kunnen zijn.
„Het is om deze reden, dat ik aan onze apothe
kers het vriendelijk verzoek richt (daarbij de
hoop uitsprekende, dat de Nederlandsche pers,
in het algemeen belang dit verzoek wel zal willen
overnemen) op het opschrift van de door hen
afgeleverde geneesmiddelen, niet alleen te ver
melden den naam en den voornaam van den