Buitenland.
Oosterend, 28 Jan. In de vergadering van
„Nut en Genoegen" gisterenavond gehouden,
trad als spreker op de Heer L. J. Kikkert,
van den Burg, welke tot onderwerp had gekozen
,,Het Spreken" van Laurillard.
De heer Kikkert, welke meermalen in
vroegere vergaderingen van Nut en Genoegen
optrad en telkens best voldeed, wist ook nu
zijne hoorders te boeien, én in zijne lezing, én
in eene volgende bijdrage van denzelfden
schrijver, getiteld „Stopwoorden."
De heer Haremaker van Oost trad op als
tweede spreker met: „Hot groote Moeras"
voorkomende in een der afleveringen van „De
Tijdspiegel."
Eenige bijdragen door enkele der leden
verhoogden het genot van den avond.
De Minister van Marine brengt ter kennis
van zeevarenden, dat, tengevolge van het vele
ijs, de betonning der zeegaten, rivieren en
Zuiderzee onvertrouwbaar is, waardoor bij
zondere voorzichtigheid wordt aanbevolen.
Vele tonnen en bakens ontbreken, terwijl
andere niet op hunne plaats liggen.
Zoo spoedig mogelijk zal hierin worden
voorzien.
Het stoomschip „Maasdam" dat Zondag
11 Januari van Rotterdam vertrok, kwam
Woensdag 21 dezer te NewYork aan. Het
schip had een zeereis van 9 dagen en 14
uren.
Aan de laatste profetie van den bekenden
Oostenrijkschen meteoroloog Rudolf Falb ont-
leenen wij het volgende: „De eerste kritieke
termijn met regen valt in de dagen van 24
Jan. tot 1 Febr., waarna dan weder sterkere
vorst zal invallen.
Van alle zijden komen berichten, dat
de bevolking in de laaggelegen streken tus-
schen en nabij onze groote rivieren met onge
rustheid de toekomst tegemoet gaat en met
spanning de gevolgen van het dooiweder op
de ijsbezetting afwacht.
Gelukkig zoo schrijft men uit de Betuwe
zijn reeds maatregelen door de regeeriDg ge
nomen om onheilen zooveel mogelijk te voor
komen. En toch rijzen twee vragen nl.Zijn
wij gereed om den vijand te ontvangen? Is
al het mogelijke gedaan om onheilen te voor
komen
Mocht het ernst blijven met den dooi, dan
zou het aanbeveling verdienen op de meest
bedreigde plaatsen stevige ijsbrekers aan
te brengen, om het aandrijvende ijs zooveel
mogelijk af te weren.
Gelukkig zijn de groote rivierdijken over
't algemeen in goeden staat en er is tijdig
gezorgd voor noodmaterialen enz, zoodat ook
de dijkbesturen goed toegerust den vijand
kunnen afwachten.
Uit Eindhoven schrijft men
Is het over het algemeen een harde tijd
voor velen, de landbouwers en veehouders,
vooral in deze streken, hebben het hard te
verantwoorden. Bij velen is gebrek aan
veevoeder, en moet het vee van de hand
worden gedaan en de slachters willen slechts
weinig betalen. Zoodoende zijn reeds vele
boeren in den omtrek begonnen zelf te slachten,
en wordt het vleesch voor 30 cents per pond
verkocht.
Te Goes is een zeer bejaarde ongehuwde
vrouw van koude en gebrek omgekomen. Toen
de familie, na de overledene de laatste eer
bewezen te hebben, haar woning inventari
seerde, werd ergens verstopt een sommetje
van ruim zes honderd gulden ontdekt.
Een sneeuwruimer te Amsterdam, die
zijn diensten voor een perceel op den Amstel-
dijk had bewezen, nam met zijn verdiende
centen, uit de gang van bedoeld huis een pak
met twee winterjassen mede. De man, die
het pak had gebracht en den diefstal heel goed
had gezien, liet hem heel leuk met het pak
wegstappen, hem steeds volgende.
Bij den Heiligenweg gekomen, moest hij
blijkbaar een anderen kant uit dan de drager
van het pak en sprak dezen aan met de vol
gende woorden„Nou vriend, ik dank je wel,
hoor, voor 't dragen van het vrij zware pak,
maar geef nou hier."
De dief wist niet hoe hij het had, keek
den ander verbaasd aan en vond het, na rijp
beraad, maar beter, het pak over te geven
en zich snel te verwijderen.
Jhr. G. de Jonge van Zwijnsbergen heeft
op de omliggende jachtgoederen van zijn kas
teel onder Heivoort (N.-B.) een wolf geschoten.
Daar het eerste schot niet goed trof, kwam
het beest grimmig op zijn aanvaller aanloopen;
doch een tweede welgerichte kogel deed het
dier neerstorten.
In Overijsel werd onlangs een wild zwijn
geschoten.
Na tal van veroordeelingen wegens on
bevoegd uitoefenen der geneeskunst is in de
vorige week de wonderdokter H. Cuvée of
Kuvee, geboortig te Leeuwarden, door de po
litie te Bergen op Zoom aangehouden wegens
landlooperij en ter beschikking gesteld van de
justitie te Breda. De man kwakzalfde reeds
gedurende 18 jaren. Bij zijne aanhouding was
hij bezitter van een handvol camferwortel, een
flesch winterhandenmiddel en 15 cent aan
bedrijfskapitaal.
Te Valthermond heeft de arbeider Ger-
brand Drenth aangifle gedaan van de geboorte
van zijn 29ste kind. Hij heeft thans zijne
derde vrouw, die hem 13 kinderen schonk. Inzijn
eerste huwelijk gewon hij 7 en in zijn tweede
huwelijk 9 kinderen. Drenth is 65 jaren oud
en zijne wederhelft 45.
Een landbouwer te Suameer (gemeente
Tietjerksteradeel) verhaalt, dat op één dag
240 bedelaars aan zijne deur zijn geweest.
Hij reikte aan ieder een liter boonen uit.
Te Vlissingen wordt een van de grootste
soort stoomschepen verwacht, die op het vaste
land van Europa zijn gebouwd, en wel het nieuwe
stoomschip „Augusta Victora" van de Hambur-
ger-Amerikaansche Stoomvaartmaatschappij. Al
daar zullen de passagiers worden opgenomen,
welke met deze boot een wereldreis gaan maken.
De tocht gaat eerst naar de Middellandsche Zee,
om aldaar de voornaamste havens alsmede het
Heilige Land te bezoeken. Het gezelschap reizi
gers bestaat, naai de Midd. Crt. meldt, uit de
élite van het Duitsche rijk, waaronder ook vorste
lijke personen worden gevonden, en telt circa
170 personen, die met een extra-trein van Ham-
buig zullen worden overgebracht. De lengte van
het schip is 460, de breedte 56'A en de diepgang
toegeladen 26 Eng. voeten. De stoommachine
heeft een vermogen van 24.000 paardekrachten,
waarvoor de stoom wordt geleverd door 9 stalen
stoomketels, die aan beide zijden worden gestookt.
In de kolenbunkers kunnen alleen 2000 ton steen
kolen worden geborgen, terwijl de capaciteit van
het schip 7000 tonnen beloopt.
De verdere prachtige inrichtingen zijn alle in
evenredigheid en in allen deele tot de hoogste
volmaking opgevoerd, terwijl alles in toepassing
is gebracht wat tot heden bij het vak van scheeps
bouw werd tot stand gebracht.
Een bovenbewoner van een perceel in
de Yan Oldebarneveldstraat te Amsterdam
had de duinwaterkraan 's avonds open laten
staan. Toen de benedenbewoner laat thuis
kwam, vond hij zijn bed drijvende. Hij ontstak
daarover in toorn, liep naar boven, trapte boven
buurmans deur in, en raakte met dezen aan
't vechten. Ten slotte wierp bovenbuurman
benedenbuurman van de trap, zoodat de laatste
met gebroken been naar het gasthuis moest
vervoerd worden.
Volgens eenige Berlijnsche bladen heeft
keizer Wilhelm, toen hij het feestmaal bij den
minister Miquel bijwoonde, over den oorlog
sprekende gezegd dat de uitvinding van het
rookvrij kruit wellicht aan alle oorlogen een
einde zou maken, daar het niet mogelijk zou
wezen soldaten in gevaarlijke positiën in het
gevecht te brengen. Indien de soldaten hunne
makkers zien valleD, zonder dat zij iets hooren
of rook zien, moet wel verwarring in de gelederen
ontstaan. Van bevoegde zijde wordt nu verklaard
dat deze berichten geheel verzonnen zijn.
Wel jammer, die oplossing zou anders niet zoo
kwaad geweest zijn.
In het zuidwesten van Rusland woeden
hevige sneeuwstormen. In velo dorpen ligt de
witte massa tot de daken. De spoorwegen zijn
versperd. Kharkoff is zonder gemeenschap be
halve door de telegraaf.
In Pruisen maakt de justitie korte wetten
met hen, die werkstakingen pogen uit te lokken.
Een meubelmaker te Berlfjn, die door zijne mak
kers werd afgevaardigd om den patioon te doen
weten, dat de werklieden dadelijk den arbeid
zouden staken, indien hun geen loonsverhooging
werd toegestaan, is door de rechtbank tot zes
maanden gevangenisstraf veroordeeld. De rechters
beschouwden deze aankondiging als afdreiging en
velden op grond daarvan dit strenge vonnis.
De Indianen in de Vereenigde Staten, die zich
overgaven hebben thans hunne wapenen afgegeven,
maar het zijn alle oude en tilna onbruikbare wape-
nen, zoodat generaal Miles gelooft, dat de roodhuiden
hunne goede geweren weggeborgen hebben. Reeds
zijn er hier en daar ontdekt. De roodhuiden zijn
ineen slecht humeur, en deze kwade trouw hun
nerzijds brengt den Amerikaanschen commandant
in met geringe verlegenheid. Men hoopt echter,
dat de mannen nog intijds tot inkeer zullen komen
en hunne goede wapenen uitleveren.
Tot hen, die de grootste verliezen leden
door de koude, behooren ook de Parijsche tuiniers.
Bloemen zijn reeds in eene maand niet meer te
Parijs op straat verkocht. De kou is zóó snel
en zóó hevig opgetreden, dat de rozen kweekers
geen tijd hadden om hunne rozen binnen te
brengen. Van de vijftig rozenkweekers, die de
Parijsche markt voorzien, verloor er een te Ivoy
100,000 fr., een ander te Malekoff 30,000 en een
derde te Brie-Comte-Robert 50,000 fr. Het verlies
dat de vijftig kweekers samen leden, wordt op
1.000.000 franken geschat en vermoedelijk zullen
zij wel drie a vier jaren noodig hebben om hunne
tuinen weer zoo goed ingericht te hebben als
voor den winter het geval was.
Bovendien zijn er nog 150 kweekers, die planten
van verschillende bloemen, gelijk viooltjes, ge
raniums en dergelijke verkoopen. Dezen hebben
al hunne planten verloren, want de grond was
reeds bevroren voordat de planten in veiligheid
konden gebracht worden. Veertig dezer kooplieden
die wonen in het dal der Chevreuse, schatten
hunne schade op 400,000 fr. Men kan dus het
gehaele verlies, dat deze soort kweekers leden,
ook wel op 1.000.000 fr. schatten.
Kapt. Haesloop, gezagvoerder van het
Duitsche schip „Columbus," van Cardiff naar
Hongkong, rapporteert over zijn wedervaren in
de Chineesche zee op Lad North eiland het vol
gende
Den 21sten Nov. kwamen wij na eene reis van
114 dagen in de nabjjheid van Lad North eiland.
Hoewel door sommige gezagvoerders voor de be
woners van dit eiland gewaarschuwd, brachten
wind en stroom ons in de nabijheid van dit eiland.
Door de uitkijk die op de marsera zat, werden
twee booten in het gezicht gemeld. Dewijl alle
wapens aan boord slechts uit een paar revolvers
bestonden, liet ik onmiddellijk wenden. De wind
was N.N.W. en nauwelijks was het schip over
stag of er kwamen nog 7 andere vaartuigen in
het gezicht, die met volle zeilen op ons toehielden.
De booten waren welbezeild en naderden merkbaar,
zoodat wij 15 personen er in tellen konden. De
booten aan lij begonen op ons te verliezen, doch
zes groote sterk bemande booten vervolgden ons
voortdurend en waren reeds op een halven mijl
afstand van het schip gekomen, toen het eiland
reeds uit het gezicht was. Ondertusschen was de
wind sterker geworden en keerden zij toen allen
alle te gelijk naar hun eiland terug. Voor vier
jaren hadden deze eilaDd bewoners een Duitsch
schip overvallen en werden toen eenige door revol
verschoten gedood. Doch slechts door eene aan
wakkerende wind werd gemeld schip voor plunde
ring door die roofzieke eilanders behoed.
Te Toulouse heeft het ijs in de Garronne,
dat door den dooi los is geraakt, groote ver
woestingen aangericht. Behalve een badhuis en
een waschinrichting, werden zes visscherabooten
meegesleurd en vernield. Overigens is de sneeuw
in Frankrijk reeds grootendeels verdwenen, zoo
dat spoedig weer geregelde voortzetting van den
spoorwegdienst wordt verwacht.
Als een staaltje van de sterke vorst in Oostenrijk
wordt gemeld, dat dezer dagen een avondtrein te
Graz aankwam met een paar bevrozen buizen,
zoodat de machine niet geregeld kon werken.
Met brandende petroleum werden het wateren
de buizen ontdooid, maar toen dit geschied was,
bleek het dat de locomotief was vastgevroren op de
rails. Eerst na een half uur gelukte het na groote in
spanning de locomotief weer in beweging te brengen