„Texe EL i, j. o. dishes, Photographie Instantanée. op DINSDAG 24 MAART 's araJs 8 nar, G. J. O. D. Dikkers, Biri, Teiel. Warmoesstraat. W. C. REU, „LEIDEN" mal 40 Hectaren, „VLIJT" Et 35 Hectaren d^e^arWbaWd. STALEN voor Zomerstoffen, op Let Marktplein aan den Burg zal op Yrpi 13 Maart 1891, 's morpis 10 «ar. Groote keuze in alle soorten Goud- en Zilverwerken, TE HUUR de hofsteden: Feuilleton. Openbare Uitvoering publiek verkoopen: Horloges, Koralen, enz. DULFIR, met medewerking van de Hoeren POLAK van HELDER, in „de Vergulde Kikkert" aan den Burg. T\-i„Ap voor een Heer met of zonder dame f 0.99, JuUWTco meerdere dames 50 cent. Plaatsen zijn te bespreken op den dag der uitvoering van 12-2 uur d 10 ct. extra. HET BESTUUR. Warmoesstraat, Burg op Texel, bericht do ontvangst eener prachtige collectie en beveelt zich beleefd aan tot het leveren daarvan op staal. Ondergeteekende bericht aan zijne geachte begunstigers do ontvangst van een zeer groote partij bestaande in prachtige Japoiistoflen, Modebont- jes, Bukskin, Kamgarens, Garen, Band en Sajettcn, zoowel gekleurde als zwarte, welke thans zeer goedkoop worden verkocht. Bericht voorloopig ontvangen te hebben een zeer groote party Neteldoeken cn Vitrages, aangekocht uit een geliquideerd magazijn, contant uit den winkel 5korting. IMi. VLESSIiVG. Notaris te Texel, zal op MAANDAG 16 MAART ÏS9Ï, 's morgens 10 ure, PUBLIEK VERKOOPEN: 600 SCIIROOTEX 200 RIGA SCIIALEX 200 DF.ELEN 1 bij 11 50 BOS LATTEN, diverse andere Houtwaren en hetgeen verder gepresenteerd zal worden. Notaris te Texel, By de plaats te Zuid-Haffel bewoond door R. ZIJM. Voor deu Heer C. C. MIJ PER. 56 LAMSCHAPEN. 2 EENJARIGE SCHETTERS. 1 PAARD. 20 KIPPEN. 15 duizend Kilo HOOI en BOERENGEREED SCHAPPEN. By deze verkoop bestaat gelegenheid tot inbreng* van VEE. billijke prijzen, A contant 5% korting. Inruilen hoogste waarde. Reparatie solied en billijk. WEI-, HOOI- en BOUWLANDEN. Alles gelegen in den polder Eieriand op Texel, te aanvaarden met 20 Maart 1891. Te bevragen en conditiën te vernemen bij den Administrateur H. FLENS te Texel. GROENEPLAATS 342, BURG TEXEL. Bovenstaande firma maakt aan de geachte ingezetenen van Texel bekend, dat het atelier geopend zal zijn op MAANDAG 16 MAART van 11 tot 5 uur. 9. Vry naar 't Fransch vertaald. III. Allen drongen zich om haar heen, er werd om een heelmeester gezonden en weldra sloeg Louise de oogen op. Haar eerste blik viel op Pierrette, zy wierp zich in hare armen en viel opnieuw in zwfim, toen zfi Philip naast haar zag staan. De heelmeester gelastte, dat men haar voorzichtig naar den molen zou dragen. Toen men haar ophief geraakte haar koralen armband los en viel op het gras. Philip zag dit en raapte dien op. Met een gezag, dat Pierrette zich in haren toestand aanmatigde, gelastte zy Philip zich te verwqderen en deze verlangende den uitslag van het gevecht van den kolonel met George te vernemen, verliet de kamer. De Champrod deelde hem met korte woorden het voorgevallene mede. Bitter was Philip teleurgesteld, toen hy begreep, dat de Vibray aan zynen baat ont snapt was maar gewoon zyne gemoedsaandoeningen te smoren, liet hy den kolonel daarvan niets be merken en op zqne beurt verhaalde hy hem, hoe zyne vrouw uit een venster van het kasteel in de Sarthe gesprongen was, waaruit de molenaars haar gered hadden. De kolonel vroeg naar de redenen, die Louise tot dit wanhopig besluit ,hadden aangezet. Dit was juist wat Philip verlangde, om alle verklaring tus- schen den kolonel en zpne vrouw onmogeiyk te maken. Hoe weet ik het? zeide hy. Mevrouw Cham prod is eerst na eenige uren bygekomen uit de bezwyming, waarin zy by gevangenneming van do Vibray viel. Zy gaf toen hare droefheid door tranen en snikken lueht. Zy wilde opstaan, maar viel uitgeput op haar rustbed neder. Toen zy vernam, dat de gevangene met u was gaan vechten, sprong zy eensklaps op. Ik zal het niet overleven, riep zy en sprong het venster uit. Meer nog dan zqne woorden, gaven de toon en blikken van Philip Cazal te kennen, welke zin men naar zyne meening aan den uitroep van Louise moest geven. De Champrod verklaarde haar op geiyke wyze, Zy kan thans blqven leven,zeidebü meteenen bitteren glimlach, hy is vry. Hy begat zich daarna in zyn kabinet, schreef eenige brieven en steeg een uur later te paard, alsof hij een rit in de omstreken wilde doen. Tegen den avond toen Louise hare denkvermogens wedergekregen had, verwonderde zy zich er over, dat haar echtgenoot in 't geheel niet verschenen was. Pierrette begaf zich naar het kasteel eneene zonderlinge onrust maakte zich van haar meester, toen zy vernam, dat de kolonel niet teruggekeerd was en Philip haar een brief aan het adres van Mevrouw Champrod ter hand stelde, Zy begaf zich hiermee naar den molen. Louise opende den brief.' Na het voorgevallene, schreef de kolonel haar, was het beiden onmogeiyki met elkander te leven; hy verwyderde zich dus voor altyd van de plaats, die hem altyd den misslag zou te binnen brongen van haar, die hy evenzeer geacht had als hy haar nog bemindeen wie hy hare vryheid teruggaf. Als de dag van het oprecht berouw aanbreekt, schreef hy, zult gy u den mau herinneren, dien gy bedrogen hebt en die voor uw geluk zyn leven had willen geven. Dan zult gy weenendie tranen zullen myne wraak zyn, zy zullen aan uw leven knagen, voor ik u vergeef. By dezen brref waren verscheidene papieren ge voegd, die ruim in haar onderhoud voorzagen. Mevrouw Champrod verloor geen oogenblik; maar begaf zich, in weerwil harer zwakheid, dadeiyk naar het kasteel. Niemand wist wat er van den kolonel geworden wasin haren zieleangst liet zy Philip roepen' Met eenen wreeden glimlach berichtte deze haar toen, dat de kolonel zich naar Noyen begeven had, waar by een rytuig en postpaarden genomen had. By zqn vertrek had hy aan zynen rentmeester eene procuratie achtergelaten, daar hij niet voornemens was naar Balestras terug te komen. Louise drukte de handen op het voorhoofd, dat van koorts gloeide, zy vroeg zichzelf af, of zy niet door eenen akeligen droom misleid werd en gevoelde, dat het haar onmogeiyk was, hare denkbeelden geregeld te ordenen. Er hebben schandelyke lasteringen plaats ge grepen, zeide zy tot Philip Cazal, gy hebt u van het wapen des lafaards bediend, ik kon van u niet anders verwachten. Gy hebt den oorlog gewild, antwoordde hy koel. O, ik zal hem wederzien, riep zy uit. God, die myne onschuld kent, zal my toestaan, dat hy mfene woorden hoort. Beproef het, mevrouw Mevrouw Champrod was te zwak, om geiyk zy wilde, dadeiyk te vertrekken, maar zy schreef aan den kolonel, die zich naar Parys begeven had. Hare brieven werden haar ongeopend teruggezonden, tot zy vernam, dat haar echtgenoot weder in dienst gesteld en naar Algiers vertrokken was. Toen hield zy op, hare fierheid ried haar te wachten. Middeler- wyi ontving zy berichten van George, het was zynen vrienden gelukt, hem naar Engeland te doen ont vluchten daar hy by verstek door de rechtbank ter dood veroordeeld was, zeide hy haar voor eeuwig vaarwel. Louise zag toen rondom zich en bespeurde dat zy met Pierrette alleen was, terwyl alle banden, die haar aan de wereld hechtten, verbroken waren eene diepe neerslachtigheid maakte zich van hare ziel meester en somwyien kwam het denkbeeld aan den dood by haar op. Philip zwierf om haar hoen, somber en zwygend als een helsche geest De tegenwoordigheid van dien man deed haar bloed in hare aderen stollen. Op zekeren dag dat zy geweigerd had hem te ont vangen, verwyderde hy zich bleek van woede. Gy zyt thans alleen, zeide hy op den drempel, wees op uwe hoede- Louise wist, dat Philip Cazal een troep bedienden onder zich had, die tot alles in staat waren, hy zelf was vermetel genoeg, om voor geene onder neming terug te deinzen. Zy besloot dus Balestras te ontvluchten, waar haar verblijf onaangenaam en gevaariyk tevens was. Daar zy van hetgeen haar echtgenoot haar geschonken had, niets wilde mede- nemen, waren hare toebereidselen spoedig gemaakt. Pierrette hielp haar en den volgenden dag waren beiden verdwenen, Het was Philip Cazal, ondanks zyne yverigste pogingen niet mogeiyk, de vluchtelingen op het spoor te komen. Louise was verdwenen, zonder eenig spoor dan alleen van hare weldaden achter te laten. IV. Onze lezers moeten ons thans naar eene andere provincie volgen en wel naar eene armoedige herberg in een dorp van Normandië, aan de kust niet ver van Cherbourg. Twee jaren waren na het verdwy- nen van mevrouw Champrod verloopen, het was dus in December 1834. Aan eene waggelende tafel zaten twee visschers in hunne grove pyen, ieder meteen groote kan appelwyn voor zich. De regen kletterde tegen de glazen, door welke men de branding op het strand zag. In de verte zag men op de schui mende toppen der hooggaande golven somwyien een sloep zich verheffen. De oudste van de beide vischers zag door het venster. By zulk een weder kan geen tolbediende uit gaan, zeide hy, de zee is geweldig hol. Zie eens, vervolgde de ander, hoe die sloep stampt; het schynt dat zy op hot strand aanhoudt in plaats van het ruime sop te zoeken, geiyk wy zouden doen. Zy kan misschien spoediger op het strand zitten dan men denkt. Ik zou wel willen weten, wie daar het bevel heeft. Zeker een sluiker. Denkt gy dat, vader Landry? Dan konden wy morgen de lading wel in onze netten risschen. Maar de sluikers houden evenmin van den storm als wyMisschien is het de sloep van dien generaal, die gisteren hier was en te water naar Cherbourg wilde gaan; of wel, de boot van den ouden Yvon, waar die twee vreemde vrouwen zoo gaarne een tochtje mede doen. Terwyi hy nog sprak, trad iemand de kamer binnen, die zynen doornatten mantel afwierp. Op het zien der epauletten van den officier stonden de beide visschers op. Wordt vervolgd. Snelpersdruk - LANGEVELD Ss DE ROOIJ - Texel.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1891 | | pagina 4