te WINTER- en REGENMANTELS, zuivere KROON LIJNKOEKEN, DaEs-Rei[eraaiitels,KMer-enMeisjesiaitels. GOEDKOOPE AANBIEDING! C. BL0M1ENMAL te 's Grambap Tersctaen ea tij Jea toetaiel wiritaar: Huzaar tegen wil en dank. mM zist Jozef, af een leveaie onder Je dooien, De Wolf aan de Deur, Feuilleton. WIE IS ZIJ Heden ontvangen! A. DROS As., den Burg. eene DIENSTBODE De vloek der slavernij. De Vluchteling, Eene groote keuze der nieuwste Dames en Kinder tegen zeer lage prijzen. Bericht tevens de ontvangst eener uitgebreide collectie Stalen, Winterstoffen, Bukskins, liam- garens, enz. Minzaam aanbevelend, Steenenplaats. A. ROEPER—RAB. In het laatst dezer maand in lossing', Haven Oudeschild en te De Cocksdorp, een partij puike onder controle van het Rijksproefstation (kosteloos onderzoek) tegen sterk concureerende prijs. Adres: Den Burg bij D. C. DROS en SI. LAXGEVELD SIz., te De Cocksdorp, A. DROS Albz. a, s. vraagt tegen 1 Nov. als Meid alleen, die goed kan koken. LOON f80. WASCHGELD f25. VERVAL f20. Franco brieven. Haarlem, Koningstraat -35. Qndergeteekende heeft ontvangen eene prach- tige collectie Door een voordeeligen inkoop uit een geliqui deerd magazijn, heb ik thans voorhanden eene prachtige partij goederen, bestaande inDames-, Meisjes- en Kinderkapers in alle kleurengekleurde en zwarte Harsenlappen, prachtige tricot Kinder jurkjes, Jachtvesten, Mofjes, Wantjes, Handschoe nen, Baretten, enz. eoz. Een partij zwarte gebreide doeken, spotprijzen a contant 5% korting. Pk. VLESSIXG. Ter uitdeeling op Zondagsscholen zijn bij Een bladzijde uit de geschiedenis van de bevrijding der Slaven op Jamaica. Een verhaal uit den zevenjarigen Oorlog tusschen Pruisen en Oostenrijk. Een verhaal voor onze jongens uit den tijd van M. A. de Ruijter (1648-1651), door den Schrijver van „Selcart" enz. DE FIRMA JACOB VREESWIJK ZOOX. UIT DEX FRAXSCHEX TIJD, DE KLERK VAX DEX IXQUISITEIR, PRISCA EX MIRIASI, door den schrijver van „Selcart" en met een aanbevelend woord van Ds. W. G. Smitt, met geïllustreerden omslag en 2 gekleurde plaatjes. Prijs van elk 60 ets25 ex. f 12. - 50 ex. f 21.-. Deze 7 boekjes worden ook gesorteerd geleverd tegen den getalsprijs. 2de druk, met een voorwoord van Ds. W. G. Smitt, met geïllustreerd omslag en 2 gekleur de plaatjes. Op aanvrage wordt gaarne 1 exemplaar van den tijd van 14 dagen. naar Jacques Porchat, met geïllustreerd omslag en 2 gekleurde plaatjes. 2de druk, met geïllustreerd omslag en 6 plaatjes. Prijs van elk dezer 3 boekjes 40 ets.; 25 ex. f8.-, 50 ex. f 14.-. Deze 3 boekjes worden ook gesorteerd ge leverd togen den getalsprijs. DE MELAATSCHE VAX AOSTA, KAR EL COULSOX, 2de druk, door Dr. Rossvally, met geïllustreerd omslag en met aanbeveling van Jhr. M. E. v. S. Prijs van elk 15 ets.25 ex. f3,-, 50 ex. f 5.25. nET LEVEX VAX WILLEM FAREL, met 8 platen, post 8o, 311 bladz., ingen. 11.50 in stempelband f 1.90. OlDE EX XIEUWE DIXGEX, doorDs.W.G.Smitt.post 8o, 208 bladz.75 ets. KORT OVERZICHT van de geschiedenis der Joden van de Babylonische Ballingschap tot Jezu3 geboorte. Prijs 15 cents. KORT VOOR KERSTMIS, ot nog niet te laat voor Alpkonsine. Prijs 5 ets 50 ex. f 2.-, 100 ex. f 3.-. deze werkjes ter inzage toegezonden voor Vrij naar 't Fransch door A. B. 11. VII. Mathilda was een waar raadsel, dat van dag tot dag moeielijker was om op te lossen en belangrijker naarmate wij haar beter leerden kennen. Een jonge vrouw, bijzonder schoon en begaafd met zeldzame talenten alleen wonende in een huis waar zjj omringd was door bedienden, wier gewoonten bewijs leverden van een lang verblijf in den vreemde misschien zelf ook wel van vreemden oorsprong, trok de aandacht van den meest onverschillige en toch was de vreemdheid van haar uiterlijk leven, niets in vergelijking met haar zonderling karakter. Gelijk aan een kaleidoscoop, die nooit tweemalen hetzelfde figuur vertoond en het oog verveelt door zijn voortdurende verandoring, scheen zi) er behagen in te scheppen zich iederen dag onder een nieuwen vorm te vertoonen en om zich nog onbegrijpelijker en geheimzinniger te maken, verborg zij zorgvuldig alles wat op haar vroeger leven en haar plannen voor den toekomst betrekking had. Met genoegen namen wij de uitnoodigmgen aan om bi) haar den avond door te brengen en te luis teren naar haar gezang of om een rijtoertje te maken. Arme Cécilia Op onze wandelingen werd zjj voortaan niet meer vertroeteld en zfl moest haar tegenzin zoo goed mogelijk verbergen, gezeten aan de voeton van de dame op een klein voetenbankje, geplaatst op den bodem van het rijtuig. De haat tegen de dame groeide sterk aan. Het gezicht van haar ontevredenheid, wanneer zij de vertrouwelijkheid tusschen Mathilda en Gaunt opmerkte, vermaakte mij, hoewel ik innerlijk medelijden met haar had. De hartelijke genegenheid van haar voor Gaunt kennende, begreep ik zeer wel de haat tegen mej. Owensonmaar ik was verrast over de tegenzin, welke deze kinderlijke mededingster aan Mathilda inboezemde en die deze ondanks alle pogingen niet kon verbergen. Het ware belachelijk te gelooven aan jaloerschheid voor een kind, waaraan Gaunt boven dien niet zoo buitengewoon veel genegenheid betoonde en toch merkte ik op, hoe aandachtig zjj luisterde naar het minste woord dat Gaunt tot zijn nichi richtte en de onrustige blik, wanneer hij zich eens een oogenblik met Cécilia bezig hield. In het begin van onze visites aan de villa had mejuffrouw Owenson getracht door liefkozingen, kleine geschenken in bloemen en vruchten of andere dingen von waarde in het oog van kinderen, Cécilia goed voor haar te stemmen; maar haar pogingen waren vruchteloos, daar de kleine Cécilia bedankte of wel, als zjj de geschenken aannam, ze vernielde onder de oogen van de dame. Hierdoor kwam het, dat mejuffrouw Owenson Cécilia beschouwen ging als een noodzakelijk kwaad, Op een avond toen Gaunt voor een oogenblik heen ging om het kind naar de herberg terug te brengen, kon ik niet nalaten uit te roepen; Waarom toch verfoeit gij de kleine Cécilia zoo zeer, mejuffrouw De schemering viel; Mathilda was bi) het venster gezeten en volgde met de oogen Gaunt, die zich verwijderde. Zjj keerde zich plotseling om. Haar verfoeien Gelooft gij mij dan zoo dwaas( om een gevoel zoo heftig als de haat te voeden, voor een kind van dien leeftijd? Mejuffrouw, ik geloof u in tegendeel zeer ver standig, hernam ik, maar het is niettemin waar, dat u groote weerzin in de kleine Cécilia schijnt te hebben. Mijn hemel, geloof, wat gij wilt, het is van avond veel te warm om de moeite te nemen u tegen te sprekenwees echter zoo goed een zoo vreemd idee niet aan het kind of haar oom mode te deelen, antwoordde de dame op een toon, die een vreemde tegenstelling vormde met haar gewone stem. Stel u daar maar gerust over, zei ik onverschillig, zelden geef ik mij de moeite mijn vrienden onaan gename waarheden te zeggen. Gij hebt geljjk, zei zij op drogen toon:daarna keerde zij zich om, plaatste zich aan de piano en begon een Italiaansch lied te zingen. Ik ging voort met rooken. Van het begin van onze kennismaking af, had ik mij er aan gewend mejuffrouw Owenson op eene zeer zonderlinge wijze te behandelen en ook door haar zoo behandeld te worden De dag waarop zij bij ons kwam aan den oever der rivier op eene wijze zoozeer afwijkende van de gewone, had ik begrepen, dat ik haar op haar eigen terrein moest ontmoeten en mi) moest bedienen van dezelfde wapens als zijals ik mij ten minste tegen een dergelijk karakter wilde verdedigen en mi) niet wilde onderwerpen, hetgeen mij al zeer weinig beviel. Op de divan uitgestrekt, verheugde ik mij over den blijkbaren toorn, welke zoo nu en dan merkbaar was, zelfs door haar gevoelvol gezang heen, totdat zjj plotseling ophield en zachtjes een lied zong, zoo klagend als ik ooit gehoord heb. De woorden die half binnensmonds gesproken werden, schenen een Indischen klank te hebben, die mij niet onbekend was. Zoodra zij geëindigd had, naderde zij mij met haar gewone vrijmoedigheid. Weet u wel, zei zij, dat ik dit lied nimmer gezongen heb nadat ik E verliet De hooge gestalte van Gaunt onderschepte op dat oogenblik het licht en zjj hield eensklaps op met spreken. Gelooft u, dat hij het gehoord heeft, vroeg zij fluisterend. En zonder mijn antwoord af te wachten, ging zij hem te gemoet. Gaunt antwoordde haar zelf door haar dadelijk te vragen, waar zij dat Indische lied geleerd had. Kom binnen, zei Mathilde, alsof zi) zijne vraag niet gehoord had, vervolgens keerde zi) zich om, ten einde de Indische bediende, die juist binnenkwam, eenige bevelen te geven en toen ht) uitging, ging zjj door een andere deur heen, met die vrijheid, waaraan wij maar al te zeer gewoon waren om haar onbeleefd te vinden. Toen zij terugkwam was het souper gereed en wij gingen aan tafel, Mathilda scheen in mijn oog wel een weinig ontsteld. Wfj praatten echter als gewoonlijk, men dronk en at met de gewone lust en indien de dame eenige ongerustheid mocht bezitten wist zjj die toch zeer goed te bedekken onder de vrooiykheid. Na het souper ging zi) niet zooals gewoonlijk aan de piano zitten. Zij klaagde over de warmte, stelde voor in den tuin te gaan, maar zoodra wij er waren| was zij zoo vreemd van humeur, dat wij het beter vonden haar maar alleen te laten en heen te gaan. Zij noodde ons niet om te blijven en geleidde ons evenmin naar het einde van den tuiD, zooals zjj op andere avonden gewoon was te doen, maar zoodra het afscheid genomen was, snelde zij ongeduldig als een kind naar huis terug en toen wi) aan het riviertje kwamen, schitterde het licht reeds in haar slaapkamer, zoodat zjj zonder twijfel de raad van Gaunt, om te gaan rusten, ging opvolgen. Wordt vervolgd. Snelpersdruk - LANGEVELD DE ROOIJ- Tezel^

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1891 | | pagina 4