N#. 429. Donderdag 12 November. A". 1891. Nieuws- en Advertentieblad. OFFICIEEL GEDEELTE. Binnenland. Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 3 maanden Voor den Bdrg 30 Cts. Franco per post door ge heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere landen met verhooging der porto's. Advcrtentiën vóór 10 uur op den da? der uitgave. Prijs der Advertentièn Van 1 tot 5 regels 30 Cts. Iedere regel meer 6 Cts. Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer. ABONNEMENTEN en ADVERTENTIÈN BEKENDMAKING. VERKIEZINGE X. De VOORZITTER van den Raad der Gemeente TEXEL maakt bekend, dat op Dinsdag den 17 November aanstaande,eene herstemming zal gehouden worden voor Een lid voor de Provinciale Staten tusschen de Heeren G. J. O. D. Dikkers en I. Korver. De volgende bepalingen der Kieswet worden hierbij in herinnering gebracht Art. 37 (2e zinsnede). Den kiezer, die zijn stem briefje verloren, of er geen ontvangen heeft, wordt gelegenheid verschaft, om er ter Ge meente-Secretarie een te bekomen. Art. 38 (le zinsnede). De inlevering van het stembriefje geschiedt in de Gemeente, waar de kiezer op de kiezerslijst is gebracht. Art. 39. Het stembriefje, schriftelijk ingevuld, wordt door den kiezer in persoon op de plaats, voor de inlevering bestemd, in de aldaar aan wezige stembus gestoken. Art. 47. Tot de stembus wordt niemand toe gelaten, dan die, volgens de laatst gesloten kiezerslijst, bevoegd is tot de keuze mede te werken. Art. 61 (le zinsnede)- Van onwaarde zijn de briefjesdie het vereischte zegel missendie onderteekend zijngeen persoon duidelijk aan - wijzen niet ingevuld zijn andere stembrief jes omvatten, of daaraan opzettelijk zijn vast gehecht. Texel, den 10 November 1891. De Voorzitter van den Gemeenteraad, C. M. KOOY. TEXEL, 11 November 1891. Een afscheid. Spoediger dan zeker velen hadden verwacht, staan we voor het feit dat Texel zonder burgemeester zal zijn. Was het wel te verwachten, dat Burge meester Kooy hier niet voor goed zijne tenten zoude opslaan, toch had zeker menigeen niet verwacht dat de dag van zijn vertrek reeds zoo spoedig aanstaande zou zijn. De regeering van burgemeester Kooy was van slechts korten duur, ruim twee jaren was hij het hoofd van onze gemeente. Bij Kon. besluit van 30 Mei 1889 tot bur gemeester van Texel benoemd, kwam bij alhier aan op Woensdag 12 Juni d. a. v., om den volgenden dag in eene vergadering van den gemeenteraad te worden geïnstalleerd. De nieuwe burgemeester wachtte in die dagen geene benijdenswaardige taak; als op volger van den heer Loman, die door zijn bijna 25-jarig burgemeesterschap zich eene groote mate van populariteit had verworven-; was zijn optreden, als een hier geheel onbekende, niet zoo heel gomakkelijk, te minder nog dooi de teleurstelling die zijne benoeming had ver oorzaakt bij velen, welke den wensch hadden gekoesterd dat een ingezetene tot die taak geroepen zou zijn geworden. aangenomen bij de Uitgevers LANGE YELL Te verwonderen is hot zeker niet dat de nieuwe burgemeester zich eenigszins huiverig gevoelde (gelijk hij in de toespraak bij zijne installatie verklaarde) toen hem de tijding gewerd dat hij tot burgemeester van zulk eene belangrijke gemeente was geroepen. Is een tijdperk van twee jaren wel wat kort om zich eene eerzuil te stichten in de geschie denis van eeno gemeente of inrichting waaraan nrnn zijne krachten heeft gewijd, of in de harten zijner mede-ingezetenen, toch zullen zeker velen erkennen dat burgemeester Kooy getrouw is gebleven aan de belofte welke hij bij zijne installatie deed: „Steeds zal ik met de nauwgezetste „onpartijdigheid de belangen dezer gemeente „voorstaan en verdedigen en hooger stellen „dan eigen belangen, de bloei en welvaart van „Texel bevorderen zal ik voortaan met alle „kracht die in mij is, en ieder de gelegenheid „geven tot mij te komen." Die woorden door hem gesproken, zijn, wij kunnen het allen weten, geen ïjdele klank geweeststeeds toonde hij de grootst mogelijke onpartijdigheid, vooral merkbaar als hij voorzat in onze gemeenteraadszittingen; en waar het Texel's belangen gold, kon men op zijnen steun rekenen. Burgemeester Kooy deed zich bij meer dan eene gelegenheid kennen als een beslist voor stander van goed onderwijs, en zeker is dat beslist optreden het onderwijs niet tot nadeel geweest. Zijn zucht voor orde en netheid kon men opmerken aan het uiterlijk aanzien van straten, pleinen, plantsoenen en zoo meer, doch de netheid en orde welke hij van anderen eischte, toonde hij eerstens in eigen zaken. Ook aan andere zaken, welke konden strek ken tot nut of genoegen der ingezetenen, onttrok hij zich nimmer; mocht hij daarbij niet altijd de hoofdtoon hebben gevoerd, de door hem verleende steun was vaak een goed voorbeeld. Zeker, Texel had reden te verklaren dat de keuze van een bu. gemeester voor onze gemeente, niet ongelukkig was. Evenzoo zal echter ook de heer Kooy getuigen dat het geen ijdele woorden waren toen bij zijne installatie, de wethouder Keijser tot hem zeide „en geloof dat men hier van goeden wille is" Burgemeester en gemeentenaren hebben gewis elkander leeren kennen en waardeeren en daarom vooral zou het goed geweest zijn, in dien nog geen scheidingsure ware geslagen. Wij willen eerbiedigen de redenen welke burgemeester Kooy er toe hebben geleid om reeds zoo spoedig onze gemeente te verlaten, doch zeker had een langer verblijf er meer toe geleid dat het tijdperk zijner regeering een vaster en blijvender wortel zou hebben geschoten tot waardeering van zijn persoon en van zijn werk. Riepen wij in ons nummer van Woensdag 12 Juni 1889, de heer Kooy het welkom toe op Texel's bodem, niet minder gemeend is thans de afscheidsgroethet ga u wel in uwe nieuwe betrekking, vindt daar niet minder DE ROOT-I, ParkstraatBurg op Texel. waardeering van uw werk en uwe bemoei ingen dan hier het geval was, en vindt ook daar velen, die, als hier, „van goeden wille" zijn. Wachten in uwe nieuwe woonplaats u en uwe Ega, wellicht meerdere gemakken, geriefe lijkheden en genietingen, moge toch de herin nering aan het vrije, het eenvoudige, het natuurlijke dat het leven op het eiland boodt, u nog menigmaal doen denken aan de plaats, die, hoe kort ook, getuige was van uw eerste optreden; aan deszelfs bewoners, die zonder eenig verzet U hebben erkend en geëerd als het hoofd der gemeente. Ga 'tU wel op uwen verderen levensweg. De heer A. H. Bijleveld, onderwijzer te Zuid-Eierland deed Maandag met gunstig gevolg examen in de vrije- en ordeoefeningen voor de gymnastiek. De markt van Dinsdag was de sluiting onzer marktende handel was van weinig beteekenis. Aangevoerd werden 29 Koeien, 20 Kalvers, 3 nucht. Kalvers, 7 Paarden, 1 Veulen, 1 Schaap, 22 Lammeren, 78 Biggen, 1 Geit en 3 korven Kippen. Oudeschild, 10 Nov. Zaterdag vergaderde de kiesvereeniging „Nieuw Leven" alhier. Na korte bespreking werd met algemeene stemmen tot kandidaat gekozen voor het lidmaatschap der Prov. Staten, de Heer G. J. O. D. Dikkers. Oosterend, 10 November. Jl. Zaterdag vergaderde de liberale Kiezersvereeniging alhier tot het stellen van een' candidaat voor het lidmaatschap van de Provinciale Staten. Bij acclamatie werd daartoe gekozen de heer G. J. O. D. Dikkers. Tot bestuurslid der vereeniging werd, in plaats van den heer H. J. Keijser, die bedankt had, gekozen de heer S. Koning. Gisteren trad alhier voor eene talrijke vergadering op de heer I. Korver, president van de Antirevolutionaire Kiesvereeniging „Nederland en Oranje," te den Helder, daartoe uitgenoodigd door eenige geestverwanten. De spreker gaf als onderwerp zijner impro visatie op. „Het doel van de volksvertegen woordiging in 't Algemeen." Achtereenvolgens werden door hem bespro ken de vertegenwoordiging in de gemeente, in de provincie en in den staat, alsmede de constitutioneele regeeringsvorm. Spreker liet daarbij vooral uitkomen, dat de bekendheid met den werkkring van de Provinciale Staten onder het volk niet bijzonder groot is en gaf daarom een overzicht van de werkzaamheden van dit regeerings-colegie, daarbij aanhalende en voorlezende eenige provinciale wetsartikelen. Na de pauze sprak de heer K. over arbeid en toonde aan dat Nederland door arbeid groot geworden is, waarop hij liet volgen, dat ieder mensch in zich de kracht moet gevoelen om groot te worden. De rede van den spreker was zeer gematigd en werd met aandacht gevolgd. Gelegenheid tot debat werd echter niet aangeboden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1891 | | pagina 1