N®. 458. Donderdag 25 Februari. A®. 1892. Nieuws- en Advertentieblad. Binnenland. Dit blad verschynt Woensdag- en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 3 maanden Voor den Borg 80 Cts. Franco perr post door ge heel Nederland 45 Cts. Naar Amerika en andere landen met verhooging der porto's. Advertcntiën vóór 10 uur op den dag der nitgave. Prijs der Advertentièn Van 1 tot 5 regels 80 Cts. Iedere regel meer 6 Cts. Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer. ABONNEMENTEN en ADVERTENTLËN worden aangenomen bij de lJitgevers LANGE VELD DE ROOU, Parkstraat, Burg op Texel. TEXEL, 24 Februari 1892. De tegen Zondag jl. door de Tex. IJsclub uitgeschreven hardrijderij op schaatsen, had niet plaats, tengevolge te weinig of beter gezegd geen belangstelling; geen enkele liefhebber meldde zich aan en kampt eens waar niet en is te kampen. Is eene begrafenis-plechtigheid immer een indrukwekkend iets, toch maakt het een groot verschil op welke wijze zoo iets plaats 'Vindt. Niet zelden bepaalde vroeger iemands nagelaten fortuin de netheid, welke aan zijn laatsten tocht werd gegeven. Een goed werk meenen wij daarom te mogen noemen de bemoeiingen van een deel onzer plaatsgenooten welke reeds gedurende vele jaren er naar streefden om door onderling hulpbe toon, deze laatste plicht minder kostbaar voor de overblijvenden te doen zijn en daaraan tevens eene netheid te geven, overeenkomstig met den aard der plechtigheid. Hebben wij in ons nummer van Donderdag 2 October 1890 daarover reeds zeer uitvoerig uitgeweid, dat we daarop thans nogeens terug komen vindt zijn oorzaak in het feit, dat we dezer dagen bij eene begrafenis opmerkten, dat de voorgangers daarbij, voorzien waren van koorden, zooals men dat kan zien bij dergelijke plechtigheden in grootere plaatsenwaarlijk, waarin we hier ook mogen tekort komen, zeker niet in netheid en eerbied, bij den laatsten plicht welke aan onze overledenen wordt vervuld. Wij danken zulks aan het initiatief van de bestuurderen van de Vereeniging tot hulp betoon bij overlijden, een uitvloeisel van het hier bestaande Ziekenfonds, en wij brengen gaarne een woord van hulde aan hun onver moeid streven om die droeve plechtigheid, door netheid en eenvoud, waarlijk een plech tigheid te doen zijn. In memoriam. Onze gemeente heeft een treurig verlies geleden, door het heengaan van een man, die hier zeker bij allen bekend was. De heer P. C. Koning, nl., in leven deur waarder alhier, overleed Maandagavond op den leeftijd van ruim 57 jaren. De heer Koning was een hier zeer bekende figuurbracht zijn ambt vaak mede de uitoefening van moeielijke zaken, zijne mensch- lievendheid trachtte die moeielijke gevallen steeds te verzachten. De overledene had een helderen, onderzoe kenden en werkzamen geestin veel en op velerlei gebied was hij werkzaamnu eens met planten, daD weder met dieren, dan weder met andere voortbrengselen uit de natuur, zoo ook op ander gebied, gebruikte hij zijne geestesgaven om nuttig te zijn. Niet echter waren de voordeelen voor hem zelve daarvan velenniet zelden toch zag hij zich verdringen door anderen die zijne vinding exploiteerden ten hunnen voordeele, tot zijne schade. Voor het volk was hij meermalen een vraagbaak; hij was een volksman, hij leefde met hen en voor hen, en menigeen dankt zeker aan Koniug's bemoeiingen en uitgebreide relatiën, een goede positie en een goed stuk brood. Zijne uitvinding tot redding bij stranding van schepen, werden in het buitenland met zilver en goud bekroondde verdere voordeelen er van lieten echter op zich wachten. Teleurstellingen waren meermalen zijn deel, doch onvermoeid vond men hem later weder gereed, wanneer zijn raad, zijn hulp noodig was voor anderen. Zouden zijne laatste dagen, tengevolge van zijne langdurige ziekte, hem gewis moeielijk zijn geworden, gelukkig mocht Koning toen ondervinden dat zijne vrienden vele en goede waren. Zijn heengaan is een treurig verlies, want had Koning even als menigeen zijne gebreken, zijne belangsteliing in algemeene zaken, zijn hulpvaardigheid, zijn menschlievend- heid konden velen tot voorbeeld zijn. Koning heeft niet te vergeefs geleefd; zijn kranige typische figuur zal nog vaak worden gemist; zijne nagedachtenis bij velen levendig blijven. Met weemoed betreuren zeker zijne weduwe, kinderen en familie-betrekkingen zijn heengaan, doch met trotsch mogen zij denken aan den man die in zijn eenvoudig leven zich bij de menschheid eene plaats wist te veroveren, waarop menigeen, trots fortuin en geboorte, geen aanspraak kan maken. Hij ruste zacht. Gisteren verkreeg mejuffr. A. P. Keijser, kweekelinge der Rijksnormaalschool alhier, te 'sGravenhage acte in de nuttige handwerken voor meisjes. Oudeschild, 28 Feb. Worden wel eens haringen in de netten der garnalenvisschers gevangen, nooit was dit van de beteekenis als gisteren. Bij het uitwerpen der netten waren waarschijnlijk groote scholen haring en sardines op Texelstroom zwemmende. Duizenden van deze vischjes werden op die wyze in de garnalennetten verschalkt, zoodat sommige visschers wel haring, doch geen garnalen aanbrachten. Alles werd te Nieuwe- diep te gelde gemaakt. Er waren visschers die voor ruim f 50 haring hadden gevangën. Oosterend, 24 Febr. De heer C. Schuil, onderwijzer te Koegras, voor korten tijd in gelijke betrekking aan de bijzondere school alhier, komt voor op de voordracht voor onder wijzer aan de O. S. voor onverm. te Alkmaar. Om ons op den duur onafhankelijk te maken van de protectionistische maatregelen, telkens door den Engelschen Minister van Landbouw te nemen, om den invoer van levend Nederlandsch vee in Engeland te ver bieden, beveelt de heer Jules van Hasselt te Kampen aan hoe eer hoe beter er toe over te gaan stoombooten in te richten en in de vaart te brengen, om geslacht vee in een bevroren toestand van Nederland op de vleesch- markten van Engeland in te voeren. De Nederlandsche veehandel en alle vee houders behooren z. i. de handen krachtig ineen te slaan om door oprichting van slacht plaatsen, b.v. te IJmuiden, Hoek van Holland of Feijenoord, jHarlingen, Delfzijl, en het in de vaart brengen van flink ingerichte stoomers, van vriestoestellen voorzien, gelijk bijv. van Australië uit geregeld geschiedt, de verzending van geslacht vee te bevorderen. Sequah's optreden te Dordrecht heeft nog een eigenaardig naspelletje gehad. Zooals bekend is, had men zijn apotheker Stütterheim genood zaakt bij zijne apotheek, alzoo in de bestuurskamer van „Musis Sacrum", te wonen. Toen de man nu ziek werd en geen behoorlijk bed bezat, wist men de vrouw, bij wie hij aanvankelijk zijn intrek had genomen, te bewegen hem haar bed af te staanwanneer St. beter werd of onverhoopt kwam te overlijden, zou hij haar wel schadeloos stellen. Toen de oude man dan ook zijn einde voelde naderen, stelde hij edelmoedig een bankbiljet van 1000 mark te harer beschikking, als belooning voor de liefderijke verpleging en als schadeloos stelling voor het geheel bedorven bed. Deze week begaf de vrouw zich opgetogen naar het bedden magazijn van den heer Keuss, te Dordrecht, overtuigd dat zij zich daar eens flink kon inspannen. Wie beschrijft echter hare teleurstelling, toen haar werd medegedeeld, dat het vermoedde bank biljet niets anders was dan een reclameprentje in den vorm van een bankbiljet van 1000 mark, als „souvenir voor dengeen, die zou meenen dat het een echt biljet was." Natuurlijk had de heer Keuss geen lust, in ruil voor dat souvenir het gekochte bed af te staan, maar ried hij der koopster aan, zich onmiddellijk tot Sequah te wenden, die zeker ook wel edelmoedig genoeg zou zijn de „vergissing" van den overleden apotheker, wiens lijden en verdrukking hem reeds zoozeer te harte waren gegaan, goed te maken. De vrouw moest zich echter troosten met het antwoord dat Sequah met zijn apotheker reeds geheel had „afgerekend", terwijl van andere zijde der vrouw nog eenige liefelijkheden ten aanzien van 's apothekers bezittingen werden toegevoegd. Er ontbreekt nu nog maar aan dat het gemis van haar bed aan de vrouw rheumatiek bezorgt. (D. C.) Uit Borger schrijft men, dat de handel in varkens aan de huizen der landbouwers met eiken dag toeneemt. De vetten of die voor slachterij geschikt zijn worden vooral opgekocht en reeds wordt 21 tot 23 cents besteed. Naar drachtige motten is zooveel vraag, dat de beste exemplaren reeds tegen f 38 tot f 40 van de hand gaan. De fokkerij belooft in den volgenden zomer weer groot te worden, want tal van varkens worden thans ter dekking toegelaten. Jonge biggen worden er thans zoo weinig geboren als in de laatste jaren niet het geval was. In Limburg heeft zich het geval voor gedaan, dat een loteling in twee gemeenten aan de loting heeft deelgenomen. Ouderloos zijnde, had zijn voogd hem aangegeven en voor hem geloot, terwijl hij, in een andere gemeente verblijf houdende, zich ook daar had laten inschrijven en aan de loting heeft deelgenomen. Voogd en pupil trokken beiden een niet-dienst-plichtig nummer. TEXELSCHE COTJRAIJT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1892 | | pagina 1