gezongen, en vervolgens de optocht opgesteld.
Twee jeugdige ruiters met vlaggen, openden
den stoet, vlaggen envaandeltjes met opschriften
ontbraken in den stoet niet en zoo ging het
in bedaarde tocht door het dorp, nu en dan
eens halt houdende opdat de kinderen eenige
liederen konden aanheffen.
Na afloop van de optocht werden de
kinderen in de school onthaald op chocolade
en krentebrood, met de oudsten van hen
werden tot afwisseling eenige spelletjes gedaan,
terwijl tot slot door eene tombola, aan alle
kleinen een geschenkje ten deel viel.
Des middags hadden we volkspelen,bestaande
in: hardloopen met hindernissen, door jongens
van 12 tot 15 jaren tobbesteken door manne
lijke personen van 18 tot 25 jarenvaatjes
kruien door jongens van 15 tot 18 jaren
touwtjespringen door meisjes van 12 tot 16
jaren en figurenknippen door meisjes van 16
tot 20 jaren.
Deze spelen verschaften zoowel aan de
deelnemers als toeschouwers veel genoegen
en wekten niet zelden de lachlust op. De
prijzen werden behaald in deze volgorde
HardloopenJb. Krijnen, Jb. Jz. Lap,
Jb. Dz. Lap.
Tobbesteken D. Sz. Lap, J. Bruin, W. Kok.
VaatjeskruienA. Bruin Mz., S. Gieles.
Touwtjespringen Klasina Daalder, Reinnetje
Lap, Jannetje Krijnen.
KnippenKoba Krijnen, Cornelia Daalder,
Neeltje Bruin.
In ons gewoon uitspanningslokaal, waar des
avonds eene tooneelvoorstelling zou plaats
hebben, werden tevens de behaalde prijzen
uitgereikt; de pres. der feestcommissie deed
dit met een flinke toespraak tot de winnaars,
waarin hij hun hulde bracht voor hunne over
winning niet alleen doch ook voor de moeite
welke zij zich daarvoor hadden getroost.
Daarop volgde de tooneelvoorstelling in het
genoemde lokaal, dat eivol was, ja zelfs niet
allen kon bevatten. Een genoeglijk bal besloot
het verdere van den avond.
De pres. der feestcommissie bracht allen
een woord van dank voor hunne medewerking
tot deze waarlijk genoegelijke dag, welke zoo
terecht heeft bewezen dat Eendracht macht
maakt.
Gaarne brengen wij den pres. een woord
van dank voor zijne vele bemoeiingenhij
heeft getoond de rechte man te zijn tot leiding
van dit feest, waaraan wij met genoegen zullen
blijven denken.
Zoo vierde den Hoorn de 12de jaardag van
Neerland's jeugdige koningin.
Oostèkend, 2 Sept. De schippersknecht
A. B. van de blazerschuit T. X. 188 geraakte
hedenmorgen onder het zeilen voor den wind
over boord. De schipper wendde dadelijk het
roer en trachtte de plaats des onheils te be
reiken, doch hij kon niet tegen den sterken
wind in laveeren. Na een kwartier worstelens
kwam gelukkig eene andere schuit, T. X. 61,
in de nabijheid, zoodat men van daar hulp kon
bieden.
B. heeft zich bij het overboord geraken
lichtelijk in de zijde bezeerd, doch kwam
overigens met den schrik vrij.
Oudeschild, 2 Sept. De commissie tot
stichting en instandhouding der P. W. Bewaar
school alhier, mag zich bij de voorgenomen
groote verloting zonder nieten, weeringroote
hulpvaardigheid verheugen. De Heer T. R.
Zwaai, vroeger hoofd der school te Oudeschild,
sinds lang gepensioneerd en te Terschelling
woonachtig, zond 12 flinke boekwerken als
prijzen. Ook door anderen zijn prijzen toegezegd.
Een algemeen geacht inwoner van Texel was
zoo vriendelijk om de boomen aan te bieden,
die op het terrein voor en achter het gebouw
moeten geplant worden, 't Is zeer te hopen
dat de nuttige instelling spoedig geopend kan
worden.
Bij stormachtig weer en holle zee sloeg
heden een der manschappen van een blazer
schuit op stroom over boord. Een andere
blazer, die een weinig achter de eerste aankwam
wierp den drenkeling een touw toe en was
zoo gelukkig hem te redden.
In weerwil van den harden wind op
den verjaardag onzer Koningin, heeft de school
jeugd zich hier vrij goed vermaakt. Vele
woningen prijkten met de driekleur. Van
vlaggen en vaandels voorzien en met oranje
sjerpen getooid, trok het jonge volkje onder
de leiding der onderwijzers, door het dorp en
gaf hier en daar een toepasselijk liedje ten
beste. In de school werd de jeugd op ver
schillende versnaperingen onthaald. De voor
genomen optocht met lampions moest 's avonds
door 't onstuimige weder worden uitgesteld.
In de vorige week had in de sluis van
het Westerkanaal te Amsterdam een hoogst
droevig ongeluk plaats. Een spelend kind viel
van den sluismuur in het diepe water en
zonk onmiddellijk weg.
Een omstreeks 40-jarig werkman Gerrit
Roest, die in de onmiddellijke nabijheid aan
het hout lossen was, sprong terstond het kind
na, maar verdween eveneens.
Een andere man die beiden nasprong werd
slechts met veel moeite gered. De eerste
drenkelingen werden later opgehaald, maar
alle pogingen om de levensgeesten weder op
te wekken, bleken vruchteloos. Gerrit Roest
was verdronken met de kleine, welke hij zoo
zelfopofferend had willen redden.
De briefschrijver der „Zw. Crt." uit de
residentie bespreekt de krotten te Scheveningen
en voegt daaraan toe:
Die krotten zyn in den regel het eigendom
van een menschensoort, in de wandeling „huisjes
melkers" genaamd. Het type —der uitzonderingen
niet te na gesproken is: een man tusschen
40 en 50, vetachtig, met uitpuilende oogen, een
meer of minder glimmenden rooden neus, in
hemdsmouwen en in den mond een pijp, waarin
een Vestaalsch vuurtie wordt onderhouden. In
den omgang heeft hij iets gemoedelijks, maar
zijn hart is als steen en kan alleen verteederd
worden door de toegevendheid in zekere richting
van de knappe weduw vrouwtjes onder zijn huurders.
Hij is een geretireerd metselaar, timmerman of
kroeghouder; ja, van de drie zijn er twee kroeg
houder geweest. Op zijn verjaardag 6n nog op
andere dagen is hij stil dronken. Hij verhuurt
zijn krotten van f 0.50 tot f 2 per week, repareert
juist genoeg om ze voor instorten en omvallen
te bewaren en staat op gespannen voet met de
bouwpolitie, die hem naar hjj beweert om
zjjn brood wil brengen. De schoonste dagen van
zijn leven zijn die, waarop de gemeente zijn
panden onteigent, of waarop een brand onder
zfjn goedverzekerde bouwvallen uitbreekt.
Dinsdag, ongeveer 8 uren in den namid
dag, nam eene hevige windhoos, in de richting
van „De Hoep" te Schagen naar „Het Wad",
den heer C. v. d. O. met vrouw en kind op,
en wierp hen in het water. De man heeft
zich nogal ernstig gekwetst.
Bij eene gehouden inspectie van wonin
gen is door den commissaris van politie te
Zwolle o. m. bevonden, dat op den Jufferen-
wal in den kelder van een woonhuisje aan
wezig waren een drietal konijnenhokken met
verscheidene konijnen, in welken kelder zich
twee houten kribben bevonden, waarin 4 kin
deren sliepen; in eene andere woning aldaar
bevond zich eene open privaatton van de ge
meente-reiniging, in welker onmiddellijke nabij
heid zich een ledikant bevond, waarin de
moeder met 2 kinderen den nacht doorbrachten.
De konijnen zijn onmiddellijk daaruit ver
wijderd en de noodige maatregelen genomen
in het belang der gezondheid van de bewoners
dier woningen.
Ten bewijze, dat de waterstand tegen
woordig zeer laag is kan dienen, dat de Oude
Maas op eene lengte van circa 200 meter in
het geheel geen water meer bevat.
Het volgende ongeval had Zaterdag jl.
te Schoonhoven plaats. Een moeder miste
haar jongste dochtertje. Men vertelde haar,
dat het was weggeloopen en zooals een goede
moeder verplicht is, ging zij het naburige
Willige Langerak in om haar lieveling te zoeken.
Doch nergens te zien. Handenwringend en
troosteloos komt zij wederom te huis en tot
haar vreugde en geruststelling vindt zij haar
lieveling op bed in diepen slaap naast haar
echtgenoot, die zijn middagdutje deed.
Was eerst het plan, dat de weg voor
de tram van Purmerend naar Alkmaar door
de Rijp, Graft en Noordeind van Graft zou
leiden, dezer dagen is eene andere richting
ter sprake gekomen en wel van Beemster,
langs Rijp, door Schermerhorn, Schermer naar
Alkmaar. Deze weg heeft meer kans van slagen,
omdat bij de uitvoering niet zooveel moeielyk-
heden te overwinnen zullen zijn.
Naar men verneemt heeft de inspecteur
van den Oldenburgschen spoorweg den Minister
van Binnenlandsche Zaken in Duitscbland in
overweging gegeven, om in den eersten tijd
geen Russen (Joodsche landverhuizers) meer
op hunne lijnen te vervoeren, een maatregel,
die vooral ook voor ons land van groote be-
teekenis zou zijn.
De Zutfensche schutter, die eenigen tijd
geleden te paard op het appèl verscheen, daar
hij anders naar hij beweerde, niet vroeg ge
noeg daar ter plaatse aanwezig kon zijn,
scheen Maandag-middag wederom geen tijd te
hebben gehad, om, behoorlijk gekleed, zijn
schuttersplicht te vervullen. Zoo zwart als
een schoorsteenveger (hij had den geheelen
dag in steenkolen gewerkt), op zijne klompen,
had hij zijne uniform aangetrokken en als een
jager, met het geweer over zijn rug, kwam
hij zich nu wederom aanmelden.
Uit Rukfen (N.-B.) wordt gemeld dat ge
maskerde personen 's nachts in de woning van
de kinderen Pietersen, te Zegge, hebben inge
broken. De dochter, die alleen thuis was,
zag uit haar bed licht in de kamer, en denkende
dat er brand was, sprong zij verschrikt op,
doch werd door twee zwarte kerels gegrepen.
Het meisje gilde het uit van schrik; een
der indringers gaf haar nu met een mes twee
sneden over den arm, terwijl zij onder doods
bedreiging om geld vroegen. Het meisje riep
nu uit alle macht om hulp, waarop de in
brekers, op een loos gerucht, ijlings de vlucht
namen.
De minister van binnenlandsche zaken
heeft goedgevonden, alle plaatsen langs de
Noordkust van Frankrijk, van de Belgische
grens tot en met Brest, benevens alle Fransche
plaatsen gelegen aan wateren op het Kanaal
uitmondende, besmet te verklaren wegens
Aziatisch cholera.
In een ingezonden stuk,indeN.Rotterd.
Ot. wijzen A. Boerkool en P. J. Helsdingen, voor
zitter en secretaris van de afd. Rotterdam van
den Soc. Dom.-Bond, er met nadruk op, dat de
moord op den politieagent, in het minst niet in
verband staat met de sociaal democratie. Zij
betreuren het, „dat een politie-dienaar, die
trouwens niet uitdagend optrad, het offer moest
worden van een geheel onberedeneerd
en onbezonnen optreden tegen de politie zelf.
„Zij wenschen hunne nadrukkelijke afkeuring
uit te spreken over dit noodlottige voorval, dat
door niemand meer kan worden betreurd dan
door hen.
Die afkeuring en treurigheid komen wel wat
laat, meent de Arnh. Ct. Wie in de laatste
weken de verheerlijking van Geel en diens
eigen betoogen gelezen heeft, zal met ons
meenen, dat het „onberedeerd en onbezonnen
optreden tegen de politie" wel volgen moest.
Die wind zaait, zal storm oogsten.
De volgende verschillende lezingen over
vacantie geeft een der lezers van de „Midd.Ct.":
Eenigen zijn van meening, dat de vacantie
nuttig en noodig is voor de onderwijzers, opdat
die zich nl. eenigen tijd kunnen bewegen buiten
den kring der onschuldige asempjes
Anderen beweren, dat de kinderen behoefte
hebben aan vacantie; zij moeten eens in bosch
en wei kunnen loopen; de boog kan niet altijd
gespannen zijn
Maar de nieuwste lezing is wel, dat de
vacantie goed is voor de ouders, omdat deze
in die twee of meer weken de waarde van
den onderwijzer leeren beseffen, en tot de
overtuiging komen, dat hun lievelingen toch
niet altijd even lief zijn.
VraagGeef my eens eene geographiache
explicatie van het engagement.
AntwoordBloemendaal, Rozendaal, Lekkerkerk,