I. J. 0. D. DIKKE
Een HUIS met ERF,
NEW-YORK.
0; DonlerJai 15 September 1892,
en Ouitsche RUHRKOLEN,
Attentie.
Brittaonia raüilMJe Koffie- ea FiMam
Tleepotten, Tleelicltjes ea
VERBODEN te JAGEN
op de laaieriiea vaa iea heer J. Dz. BAKKER
te Everstetooi
i'
Dat kan iedereen gebruiken.
Voor Se spot-spotprijs vaa 95 coats
Feuilleton.
Vermist
P. J. BRUIN is wachtende
Ontvangen:
Nederlandsch-Amerikaansche
Stoomvaart-Maatschappij.
BALTIMORE.
eene lading Eng. GASGOKES
W, C. REIJ.
NAS
Kortste en Goedkoopste
OVERTOCHT.
Dagelijks verkrijgbaar
Boekh. W. C. REIJ.
HAAR EIGEN SCHULD.
EEN LAM, gemerkt met een roode streep over
de schoft en een zwarte streep langs het kruis.
Inlichtingen worden tegen belooning ingewacht
bij P. P. KEIJSER, Hofstede „Elba"
ZUIDHAFFEL.
NOTARIS TE TEXEL,
zal PUBLIEK VERKOOPEN:
's avonds 7uur, in het logement de Lindeboom
aan DEN BURG
geschikt tot alle doeleinden en zeer gunstig
gelegen aan de Groeneplaats te DEN
BURG OP TEXEL, groot 0.02.12 Heet.
Eigenaar de heer J. SLIJBOOM.
tegen concurreerende prijzen.
Een groote party Baaien, Bevers, Duffels,
Flanellen, Jeager- en andere kleuren; Wollen-,
Gewatteerde- en Moltondekens, gekleurde rok
kenwol, Sport-ilanellen van af 10 cent, een
voordeelig aanbod; zwarte Sajet van 18 cent
per knot (7 loods); opruiming van restanten
gekleurde Sajet, lage prijzena contant 5%
korting. Ph. VLESSIXG.
Bm&^VrN KüL 8c C9
J2PELDOORN. g
Chemische wasscherij
Heden ontvangen GROOTE SORTEERING
waarby eenige nieuwe modellen.
Onder aanbeveling, Uw Dr.
ROTTERDAM
AMSTERDAM
Men vervoege zich aan de Kantoren der
X. A. S. M. te Rotterdam of te Amsterdam
en bjj de Agenten, of by
Inspecteur J. E. KROES te Groningen.
E. BOLSIUS, te Oistenoijk.
27'/j cent per 5 ons.
bij J. P. KIKKERT.
lever ik ais extra aanbieding
100 vellen best postpapierLuxe-papier in nette
100 witte enveloppen doos verhoogt 25 cents
100 brietkaartformulieren
Een pijp rood lak
Een best potlood
Een stevige penhouder
Drie notitieboekjes.
Geen bedrog doch alles goede kwaliteit.
Onder aanbeveling,
door W. E. N.
17. VIII.
Toen hy pas te bed lag, kon hy niet in slaap
geraken. Steeds waren zyn gedachten bezig met
het gebeurde van dien avond. Plotseling kreeg hy
een inval, dat er toch nog wel iets tegen te doen
was. Nu Staunton toch niet gered kon worden,
waarom zou hy hem dan zelf niet aanklagen.
De post van aanbrenger is een niet zeer edele,
maar kan gemakkeiyk winstgevend gemaakt worden,
en ongetwyfeld zou mevrouw Lindsay gaarne hem
ruimschoots beloonen voor de inlichtingen door
hem te verstrekken, welke haar zou vry waren van
de vrouw te worden van een gelukzoeker. Hy
rekende, ,dat hy, door den volgenden morgen naar
Cannes te vertrekken, zeker wel 24 uur voor mr.
Howland zou aankomen, welke naar hy vermoedde
biykbaar zich wel niet zou haasten.
Zoodoende dacht hy, zal ik niet alleen zelf een
aardig duitje verdienen, maar tegelykertyd die
vervloekte Yankee eens beet hebben. Het spyt my
wel erg, dat Staunton zoo teleurgesteld zal worden;
maar hy was van avond ook erg ruw tegen my.
En dan het is ook een snood bedrog. Wel bedacht,
spyt het my toch niet om hem.
Met deze gedachte vervuld, viel mynheer Jarvis
eindeiyk in slaap.
IX.
Er was een voorval, waarop Jarvis niet gerekend
had en ook moeieiyk had kunnen rekenen. Mynheer
Howland's manieren hadden by hem niet het minste
teeken getoond van de koortsachtige haast, welke
hy later toonde door reeds met de trein van 10 uur
's avonds naar Cannes te vertrekken. Een man van
zaken zynde en een die de waarde van den tyd
kende, wist hy des anderen daags 's morgens reeds
vroegtydig al wat hy verlangde te weten en nog
meer zelfs dan dit.
Toevallig was hy aangeland in hetzelfde hotel,
waar ook Staunton zyn verbiyf hield. Een enkele
blik in de vreemdelingen lyst overtuigde hem hiervan
en als gevolg van een gesprek, dat hy met den
hotelhouder hield, werd Arthur Brooke 's morgens
na het ontbyt verrast door de binnenkomst van
een oudachtig welwillend vreemdeling.
- Hoe maakt u het, Kapitein Brooke? zei de
vreemdeling. Sta my toe my zelf aan u voor te
stellen. Myn naam is Howland en ik heb vele
jaren myne bezigheden gehad in de stad New-York,
waar ik kennis heb gemaakt met een zekere
Staunton, die, als ik my niet vergis, dezelfde persoon
is, welke nu met een uwer nabestaanden geëngageerd
is. Vermoedende dat ge wel belang zult stellen
een zeker voorval uit het leven van dien persoon
te vernemen, heb ik de vryheid genomen u te
bezoeken.
Arthur's oogen glinsterden van voldoening.
Ga zitten, als 't u belieft, mynheer Howland,
zei hy. Iedere inlichting, welke ge my omtrent
mynheer Staunton kunt verstrekken, zal my ten
hoogste welkom zyn.
Welnu, antwoorde mr. Howland, plaats nemende,
de inlichting, die ik u kan verstrekken is niet in
zyn voordeel, maar ik hoop, dat zy niettemin even
welkom zullen zyn. Ik weet, dat hy een indringer
is en als hy de persoon is, welke ik in hem ver
moed, is hy ook een dief.
Ik was er zeker van I riep Arthur onwillekeurig
uit.
Dat hy een dief was
Neen, dat hy een indringer was. Het is by na
gelyk. Maar laat my u niet in de reden vallen. Gy
zeidet, dat gy kennis met hem maakte in New-York.
Ja, mynheer. Het zal ruim 12 jaar geleden
zyn, dat hy by ons in dienst was als klerk, hy
was toen, denk ik ongeveer 18 of 19 jaar. Waar
hy precies van daan kwam, kan ik u niet zeggen,
enkel weet ik, dat hy in Canada geboren was;
misschien zyn wy wel minder belangstellend naar
iemands verleden in Amerika, dan men het hier is.
Wy zyn gewoon te oordeelen naar iemands kundig
heden en de jonge Staunton, was uitstekend voor
zyn werk berekend. Hy was een scherpzinnig
jongmensch en hy bewees ons onschatbare diensten
en als belooning daarvoor werd hem een post van
vertrouwen opgedragen, welke anders niet aan een
jongmensch van zoo jeugdigen leeftyd wordt toe
vertrouwd. Ik behoef u niet lastig te vallen met
byzonderheden, het is voldoende u te zeggen, dat
hy by zekere gelegenheid een zeer groote som gelds
van de firma onder zyne berusting had. Of hy daar
re9ds lang op gewacht had, dan wel, of hy de ver
zoeking geen weerstand kon bieden, weet ik niet
maar zeker is het, dat hy als vrouw vermomd er
mee naar Canada vluchtte. Hier werd hy na eerst
groote weerstand geboden te hebben, gevat, en als
straf ontving hy eenige jaren gevangenschap met
harde arbeid.
En zyt gy zeker, dat dit dezelfde man is, vroeg
Arthur opgewekt.
Ja, mynheer, ik ben er zeker van; maar ik
wil er geen eed op doen. Ik herkende hem gister
avond aan de speeltafel te Monte-Carlomaar dit
was niet de eerste maal, dat ik in hem myn oude
klerk Staunton herkende.
Arthur keek hem verbluft aan.
Meent ge dan nog iemand anders in hem te
herkennen? vroeg hy.
Juist zoo. Ik zal u dat uitleggen. Toen ik
verleden voorjaar te Florence vertoefde, had ieder
de mond vol van een jonge man, Lord Charles
Templeton genaamd, die daar de winter had doorge
bracht en zoo het scheen by vreemdelingen en
burgers dier plaats in hooge achting stond. Hy
handelde als iemand met een groot iortuin en maakte
zich vooral by de dames zeer gezien. Ik zag hem
tweemaal; eens op een bal en eenmaal by een
wedren, waaraan ook hy deelnam en niet het minste
belang er in scheen te stellen oi hy won oi verloor,
en tot myn schande moet ik zeggen, dat ik evenmin
gedachte er op had, dat hy onze oude klerk, Staunton
zou zyn, dan dat hy de keizer van Duitschland
was. Kort na myn vertrek echter vernam ik, dat
hy verdwenen was, al zyne rekeningen onbetaald
latende, terwyi hy van de meeste zyner kennissen
geld had geleend. Na verloop van eenigen tyd
vernam men, dat de ware Lord Charles Templeton
gedurende dien winter Engeland in het geheel niet
verlaten had en toen begrepen zy, dat zy bedrogen
waren. Welnu mynheer, ik had zaken van meer
persooniyk belang om my bezig te houden en ik
dacht niet meer over hem, tot gisteravond, toen ik
toevalligerwyze eens een kykje ging nemen aan de
speeltafel en hem daar voortdurend zag winnen. Ik
herkende hem onmiddeliyk, al had hy ook de baard
afgeschoren, welke hy als Lord Charles droeg en
al is zyn haar ook geverfd. De verandering deed
hem er eenige jaren jonger uitzien en zeker daardoor
kwam het dat ik er my over verwonderde, dat zyn
gelaat my zoo buitengewoon bekend voorkwam.
Nadat ik hem eenigen tyd nauwkeurig had gade
geslagen, schoot het my eensklaps te binnen, wie
het was. Toen hy de zaal verliet, vergezeld van
een vriend, volgde ik hem in den tuin, waar deze
hem Staunton noemde, en daar hy opgaf onmiddeiyk
naar Cannes te zullen vertrekken, dacht ik niet beter
te kunnen doen, dan hem maar met de eerstver-
trekkende trein te volgen.
(Wordt vervolgd.)
Snelpersdruk - LANGEVELD DE ROOIJ Texel
,'f- -A - -.n'
*-J r KONINKLIJKE...
SïOOMVF.RVERIJ errJ
EN