OFFICIEEL GEDEELTE. N°. 567. Zondag 12 Maart. A". 1893. Nieuws- en Advertentieblad. Binnenland. Dit blad verschijnt Woensdag;- en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 3 maanden Voor dun Bubs 80 Cts. Franco per post door go- heel Nedkbland 45 Cts. Naar Ambbika en arJero landen met verhooging der porto's. Advertentiën vóór 10 uur op den dag; der uitgave. Prijs der Advertentiën Van 1 tot 5 regels 80 Cts. Iedere regel meer 6 Cts. Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer. ABONNEMENTEN en ADVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevers LANGEVELD DE ROOU, ParkstraatBurg op Texel. MARKT. De BURGEMEESTER van TEXEL doet te weten, dat de eerstvolgende markt alhier zal worden gehouden op Woensdag 15 Maart a. s. Texel, 11 Maart 1893. De Burgemeester voornoemd, Strick van Linschoten. GEMEENTE-WEGEN. De BURGEMEESTER van TEXEL herinnert belanghebbenden aan het bepaalde vervat in art. 18 der Verordening van politie voor deze gemeente luidende: „Het is verboden, tenzij met schriftelijke toestemming van Burgemeester en Wethouders, over de wegen der gemeente te rijden met vrachtwagens, welke met meer dan 1250 K.G, zijn belast. Indien twee wagens achter elkan der zijn aangespannen, zal de achterste wagen met niet meer dan 1000 K.G. mogen zyn belast." Overtreding dezer bepaling wordt gestraft met eene geldboete van ten hoogste tien gulden. Texel, 11 Maart 1893, De Burgemeester voornoemd, Strick van Linschoten. Jaariyksche toelating van nieuwe leerlingen op de o. 1. scholen. De BURGEMEESTER van TEXEL brengt ter kennisse van belanghebbenden, dat de jaarlijksche toelating van nieuwe leerlingen op de school met uitgebreid leerplan en de overige o. 1. scholen alhier, zal plaats hebben op 1 April 1893, waartoe men zich vóór 25 Maart a. s. moet aanmelden by de betrokken Hoofden der Scholen, onder over legging van het vaccinatie-bewijs. Texel, 11 Maart 1893. De Burgemeester voornoemd, Strick van Linschoten, TEXEL, 11 Maart 1893. Bij het Woensdag te 's-Gravenhage gehouden examen in de nuttige handwerken, slaagde onder m. a., onze plaatsgenoote Mej. A. Rab. Ofschoon de tijd spoedig daar zal zijn, dat wij de weiden zullen bevolkt zien met jong wolvee, hoort men evenwel nog van geen handel daarin. In vroegere jaren was het niet zeldzaam dat reeds duizenden van het jonge vee in voorkoop waren verkocht eer ze nog geboren waren. Vermoedelijk is die handel niet altijd voor- deelig geweest en is het gevolg daarvan, zoomede de stugge tijd van heden, de oorzaak dat nog geen handel in lammeren plaats vond. Omtrent den gisterenavond van hier in oostelijke richting waargenomen brand, ont vingen wij het volgende bericht: Oosterend, 11 Maart. Gisterenavond brak te Nieuweschild een felle brand uit in het gedeeltelijk met hooi en stroo gevulde boeren- gebouw, bewoond door H. Bremer en huis gezin, terwijl het voorste gedeelte van het perceel bewoond werd door de Wed J. Eelman, welke met moeite gered kon worden. Hoewel de brandspuit van Oosterend zeer spoedig aanwezig was en later ook die van Oudeschild aanrukte, kon men toch niet voor komen dat alles tot d«n grond afbrandde. Van het vee kwamen eene koe en een kalf in de vlammen om, terwijl het overige met moeite gered kon worden. Huisraad en inboedel van beide gezinnen, alsmede vee, hooi, boerengereedschappen, enz. zijn, hoewel laag, bij „'t Algemeen Belang" geassureerd. De oorzaak der brand is onbekend. De Burgemeester was op het terrein aan wezig. Oudeschild, 10 Maart. Heden ging hier een gerucht, dat beoosten Texel eene blazer schuit door een rukwind den mast had overboord gezeild en door andere schuiten op sleeptouw was genomen. Aangezien hier geene schuit met gebroken mast is aangekomen, vermoedt men dat het ongeval met een vaartuig van de Wieringer vloot heeft plaats gehad. Omtrent de mastelooze blazerschuit, vernemen wij nader dat dit geweest is de T. X. 17. Zij werd door twee andere blazer schuiten naar Nieuweschild gesleept. Eene gecombineerde vergadering van alle plaatselijke comités ter bevordering van de aansluiting van Nederland bij de Midden-Euro- peesche tijdregeling zou plaats hebben heden, Zaterdag 11 dezer, des morgens te 11 uur (Amst. tijd), te 's-Gravenhage. Te Hoorn is de fundeering voor het standbeeld van J. Pz. Coen bestaande uiteen steenmassa in portland cementspecie bewerkt, ter lengte en breedte van ongeveer 4 meter en ter dikte of hoogte van bijna eene meter reikende met den bovenkant bijna gelijkstraats op den Rooden Steen of Kaasmarkt, reeds gereed en wordt het hardsteenen piëdestal in orde gebracht teneinde tijdig gereed te zijn voor de daaropplaatsing van het beeld. Naar welke richting het gelaat van „Coen" zal ge keerd staan schijnt men nog niet met zekerheid bepaald te hebben. Niet alleen dat het aantal branden in den laatsten tjjd te Amsterdam steeds toeneemt, meer en meer hoort men ook van treurige onge vallen, welke daarvan het gevolg zijn. Pas heeft de ramp op de Geldersche Kade het leven gekost aan drie kinderen, terwijl de moeder ernstig werd verwond, of een brand met een niet minder droevigen nasleep moet worden vermeld. In de Van-Wou-straat No. 49 had eene oude vrouw op eene achterkamer der tweede verdieping Dinsdagavond te ruim halfelf het ongeluk eene petroleumlamp om te stooten. In een oogwenk stond de geheele kamer in brand en voordat het moedertje van den schrik was bekomen, hadden de vlammen den weg naar de trap afgesneden. Daar de rook steeds dikker werd, vluchtte zij naar de voorkamer. In haren doodsangst, aldus meldt de „Tel.", nam zij een wanhopig besluit. Zij rukte een raam open en sprong er uit. Ze kwam neer op een voorbijganger, die er met den schrik afkwam, en werd ernstig verwond in eene apotheek binnengedragen, van waar ze later per brancard naar het gasthuis werd vervoerd. Inmiddels was de brandweer ter plaatse ver schenen. Zij mocht er in slagen het vuur tot de tweede verdieping te beperken, welke nochthans geheel is uitgebrand. Toen de spuitgasten het huis waren binnengedrongen, waren zy getuigen van een ontzettend droevig schouwspel. Op de derde verdieping boven de kamer, waar de brand was ontstaan, vonden zij de lijken van twee mannen, vader en zoon. Beiden waren gestikt in den van beneden opstijgenden rook, welke zoo onverwacht en plotseling een einde aan hun leven had gemaakt. Een ei van 110 gram is zeker iets bij zonders, althans wanneer dit van een kip is. Bij den heer G. Rijpma te Oosterwolde is dit te zien. De heer R. legt zich bijzonder toe op het aanfokken van eerste soort legkippen. Dit „reuzenei" is van een zyner hennen van Italiaansch ras. Te Amsterdam klaagt men over kippen diefstallen; de dieven schijnen er echter eene bijzondere soort van humor op na te houden, althans op het deurtje van een hokje, waaruit het gevogelte spoorloos verdwenen was, vond men, met krijt netjes de opmerking geschreven „De haan is verbrand en de kippen worden gebraden". Bij den kastelein van het Paviljoen in 't Vondel park, wiens naam toevallig van Kuiken is, ver huisden deze week 24 kippen met een haan op spoorlooze wijze en dat, terwjjl in die buurt nog wel vier particuliere nachtwakers dienst doen Toen dit zaakje opgeknapt was, moeten de dieven nog tijd hebben gevonden om, alweder met kryt, wijsgeerig op het hok aan te teekenen „Het is in strijd met de natuur, dat één Kuiken over 24 volwassen kippen mitsgaders een haan den baas speelt". Op een andere plaats, waar men enkel 'n haan had kunnen bemachtigen, die in den loop over nachtte, terwijl de kippen binnenshuis sliepen, verontschuldigde men de verdwijning van het beest met de opmerking: „Veelwijverij is verboden." Een veehouder onder de gemeente Sloten verzette zich dezer dagen met geweld tegen de ontsmetting van zijn stal, hetwelk van gemeentewege plaats heeft, omdat het verwijderen der spinnewebben op den toe stand der drachtige koeien een zeer nadeeligen invloed uitoefent. Johannes Heemskerk, landbouwer, wo nende te Hazerswoude, en ruim 300 andere landbouwers en veehouders hebben aan de Tweede Kamer een afschrift gezonden van hun indertijd aan den minister van Binnen- landsche Zaken gericht adres, inhoudende be zwaren wegens de toepassing der wet „wet op besmettelijke veeziekte," inzonderheid de toe passing dier wet op het mond- en klauwzeer onder het rundvee en daarmede gepaard gaande belemmerende bepalingen voor den veehandel. Adressanten verzoeken de Kamer „deze voor den landbouw zoo gewichtige zaak in overweging te willen nemen en door een wijziging van de wettelijke bepalingen tegemoet te komen aan de algemeene en ernstige klacht van den landbouwer." TEXELSCHE COURANT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1893 | | pagina 1