Buitenland.
Omtrent het veelvuldig oprapen van eieren
schrijft men van Texel aan andere bladen:
Op de hulp van vogels voor de verdelging
van schadelijke insecten valt hier hoe langer
hoe minder te rekenen, daar zij steeds schaar scher
worden; vooral met de zoo nuttige kievitten
is dit het geval.
Wel ware het te wenschen, dat deze vrienden
van den landman wat meer bescherming
erlangden en wel in de eerste plaats van de
landlieden zelf.
Zij vooral konden hunne landerijen ver
beteren, wanneer zij het rapen van eieren
verboden en dan tevens zelf geene eieren
opzochtenevenwel verkiest men een klein
direct voordeel boven eene grootere indirecte
winst, door de kievitseieren in April op te
zoeken en te verkoopen. Bleef het hier
echter bij, dan zou het nadeel niet zoo heel
groot zijn, omdat de kievitten in Mei nog eens
eieren leggen. Doch er worden boeren
gevonden, die dan de eieren gebruiken tot
varkensvoeder en die maar niet willen
begrijpen, dat zij zich hierdoor een groot nadeel
berokkenen.
Het aantal landverhuizers naar Amerika,
te Rotterdam aanwezig, is zóó groot, dat
Zaterdag meer dan 500 personen moesten
achterblijven.
Wanneer men een koopman of een boer
eens vraagt, wat deze of gene koe waard is,
dan zal hij b. v. antwoordenf 20 of f 30
enz. Hij bedoelt dan echter meestal f 120,
f 130 enz.dit kan een geoefend oog wel
zien. Vraagt iemand naar de waarde van een
kalf, dan zal f 20 of f 30 echter juist deze
sommen beteekenen. Toch schijnt hierover
verschil van gevoelen te bestaan. Zoo vroeg
een landbouwer te Harich dezer dagen voor
een paard f 60, terwijl hij f 160 bedoelde
het dier had ook werkelijk ongeveer deze
waarde. De kooplieden slaan toe en wenschen
nu met enkel f 60 te voldoen't is te
begrijpen, dat het boertje daartoe niet genegen
is. Daar ze het zaakje" niet „in der minne"
konden schikken is het thans in handen der
politie.
Van de zeepfabrieken hadden in de vorige
week groote verzendingen van zeep plaats.
Gedurende de laatste weken was er geen
winkelier, die, met het oog op de afschaffing
van den accijns op 1 Mei, nog een belangrijken
inslag deed. Toen echter was het een drukte
van belang om alle achterstallige commissies uit
te voeren. Naar men mededeelt, werd Maandag
alleen aan eene fabriek te Veendam zooveel zeep
verzonden, dat daarvoor, indien de accijns er
nog op gelegen had, niet minder dan f 1200
aan 's rijks kas had moeten worden betaald.
Op de groentemarkt te 's-Hage werden in
de vorige week de eerste nieuwe Westlandsche
aardappelen aangevoerd.
Een smid te Lutjegast, prov. Groningen,
had tegen eene lichte ongesteldheid van een
geneesheer eenige poeders ontvangen. Door
eene vergissing nam hij ze alle tegelijk in,
met het ongelukkig gevolg, dat hij eenige
uren later overleed.
In het Theatre „Alcazar" te Amsterdam
kan men sedert een paar avonden zien optreden
een zeer zonderling man. Het is de fakir Hadji
Soliman Ben Aïssa, bijgenaamd de onkwetsbare.
Met hetzelfde gemak, waarmee een gewoon
menschenkind zijn boterham nuttigt, steekt
deze fakir, na zichzelven ongevoelig te hebben
gemaakt door het inademen van een sterken
damp, zich op vele gevoelige plekken in 't
lichaam met dolken, laat zich door slangen
bijten, verbrandt zich de armen enz. enz. Als
zenuwachtige menschen zich willen verwijderen,
vertelt de fakir in vloeiend Franscb, dat hij
zelf het volstrekt niet akelig vindt en stelt
dan menigeen gerust.
Sedert de invoer van het Nederlandsch
vee in België weder geopend is, bestaat te
Eecloo een handel, zoo als in jaren niet is gezien.
Op de tram Eecloo Watervliet IJzendtjke
enz. zijn speciale treinen voor veevervoer uit
Holland moeten ingericht worden. Maandagen
Woensdag van iedere week, van 8 tot 11 uur
voormiddags is het tolkantoor Watervliet voor
den invoer open en dan is het merkwaardig
om de treinen van de tram te zien voorbij-
stoomen, de lange reeksen wagens met Hol-
landsch vee geladen. Dat vee komt meerendeels
uit Groningen over VlissingeD. Het zijn vette
puikdieren, voor de markt van Gent en van
Brussel bestemd. De doorvoer is vooral zoo
groot omdat op geen andere lijn het tarief zoo
laag is als op de lijn Breskes Schoondijke
IJzendijkeWatervliet Eecloo.
Men meldt uit Den Haag dat de 73-jarige
weduwnaar, die een veertien dagen geleden
met eene 17-jarige jongedochter nogmaals in
het huwelijksbootje stapte, Zaterdag reeds is
overleden en aan zijne weduwe het vrucht
gebruik van f 80,000 heeft vermaakt, alsmede
dat op verzoek der kinderen van den overledene
diens lijk naar het Ziekenhuis te Leiden is
overgebracht, ten einde het aldaar deskundig
te doen schouwen.
In do rijks-werkinrichting no. 2 te Veen-
huizen is als verpleegde opgenomen een persoon,
die vroeger burgemeester was van eenebloeiende
en volkrijke gemeente in het noorden des lands.
Een meisje te Sliedrecht is door aanhoudend
touwtjespringen zóó ernstig ongesteld geworden,
dat zij terstond onder geneeskundige behandeling
moest worden gesteld. Ook te Katendrecht is
een meisje van 10 jaar, dochtertje van L. v. L.,
's morgens dood te bed gevonden. Men acht
het niet onmogelijk, dat al te druk touwtje
springen de oorzaak van haar plotselingen
dood is geweest. Strekke dit ter leering.
In een der jongste nommers van De Nieuwe
Tijd, „onafhankelijk sociaal-democratisch week
blad", onder redactie van mr. P. J. Troelstra
en F. van der Goes, komt een hoofdartikel voor
onder den titel „Haat en Socialisme," onder
teekend T., waarin letterlijk het volgende staat
te lezen
„Als de overwinning van het socialisme zou
moeten en kunnen worden behaald, door de helft
van het menschdom van het leven te berooven
zou deze prys niet te duur zijn voor het geluk,
dat er dan werd gekocht. De tegenwoordige
maatschappij vermoordt dag aan dag zedelijk en
lichamelijk zoovele menschen het leven in eene
kapitalische wereld is zóó eene aaneenschakeling
van lage zorgen en beslommeringen begeerens
waard geluk wordt daarin zóó weinig gevonden,
dat men zeer vele menschen, zelfs tegen hun zin,
eenen dienst zou bewijzen, door hun een pil van
cyankali toe te dienen. Maar ook het leven van
den gelukkigste beteekend niets, als het het geluk
van velen in den weg staat.
Dat men, als men in het huwelijksbootje
stapt, zich de weelde veroorlooft per vigelante
naar het Raadhuis te rijden, is begrijpelijk,
doch te trouwen, voorzien van bewijs van
onvermogen tot betaling der stukken benoodigd
tot het aangaan van een huwelijk, en dan met
vijf rijtuigen te komen, is wel wat kras. Het
laatste is evenwel in deze week in een groot
Zuid-Hollandsch dorp gebeurd. (D.)
Door 167 districtspresidenten en districts
bezoekers van „Liefdadigheid naar Vermogen"
te Amsterdam, is aan H. M. de Koningin-Regentes
een adres gericht, waarin zij zeggen, dat hun
eerst onlangs, bij de invoering van het zooge
naamde Elberfeldsche stelsel, de mate van
armoede, welke in Amsterdam heerscht is geble
ken, maar tevens dat de bijdragen van particulieren
ten eenenmale onvoldoende zyn om in de onaf
wijsbare behoeften eener rationeele armenzorg
te voorzien.
Adressanten meenen daarom een krachtig beroep
te moeten doen op medewerking van den Staat,
en zy richten derhalve tot H. M. het verzoek eene
daartoe noodige wijziging der armenwet in over
weging te willen nemen.
Aan het slot van hun adres vestigen zij de
aandacht van H. M. op de zorg voor verwaarloosde
kinderen. Meer dan eens is het hun bij de uit
oefening hunner werkzaamheid gebleken, dat
kinderen door de ouders op de treurigste wijze
verwaarloosd, tot bedelen afgericht en tot allerlei
verkeerde praktijk opgeleid worden. Hier staat
de goedwilligen machtelooshier moet hij, met
gebonden handen, toezien, dat jeugdige schepselen,
voor wie toch iets anders is weggelegd, opgroeien
tot een leven, waarin ongeluk, ziekte en misdaad
elkander zullen opvolgen. Hier is, naar de meening
der adressanten, beperking van het ouderlijk gezag
dringend noodzakelijk.
Door bestuurders der welbekende „Prins Hendrik-
Stichting" te Egmond aan Zee wordt weder een
beroep gedaan op onze landgenooten. Is bot hun
gewoonlijk om geldeljjken steun te doen, eon
hulp welke nooit te vtrgeefsch wordt gevraagd,
ditmaal vragen zy niet minder dan honderd duizend
gulden. Voor welk doel deze gelden bestemd zijn
zal blijken uit onderstaande circulaire, waarvoor w(j
gaarne een plaats inruimen.
Schoorvoetend gaan bestuurderen dezer stichting
er toe over, een nieuw beroep te doen op den wel
dadigheidszin hun ner landgenooten. Immers, zooveel
wordt gevraagd, en, naarmate te midden van die
velen onze roepstem steeds door u met welwillend
heid is gevolgd, zijn wij te meer huiverig opnieuw
en ditmaal voor een zeer aanzienlijk bedrag tot u
te komen. Maar het moetOordeel zelf I De stichting
door ons in 1871 in het leven geroepen, heeft steeds
in omvang toegenomen. Met 6 verpleegden aange
vangen, zijn er thans 110 opgenomen. Wij zijn gegaan
tot de uiterste grens der mogelijkheid van uitlegging
der bestaande gebouwen. De voorzichtigheid, zoowel
wat veiligheid als gezondheidsleer betreft, verbieden
ons de stichting in haren tegenwoordigen toestand,
nog te vergrooten. Eu toch, 70 candidaten wachten 1
Gebrek en ontbering, de vernedering van den aalmoes,
het zwervend leven, geen kussen voor het moede
hoofd, geen rustplaats voor den wankelenden voet.
Ziet daar wat „wachten" beteekent. En daar tegen
over goede woning, warme kleeding, gezond voedsel,
gezellig samenzijn, in één woord: de kalmte en
opbeuring van d9n huiseiyken haard! Hoe gaarne
zouden wij nog aan velen dat geluk deelachtig doen
worden maar zooals het thans staat, mogen wij
de bereids opgenomenen niet in gevaar brengen.
Het plan voor een nieuw, geheel uit steen opge
trokken gebouw is ontworpen, onder medewerking
van den bekwamen en ervaren architect, den heer
A. L. van Gendt. Het zal 200 verpleegden en het
noodige personeel kunnen herbergen flinke binnen
plaatsen, enz. bevatten, kortom het zal geschikt
worden gemaakt aan het doel, zonder een spoor van
weelde, maar op degelijke flinke wijze hygiënisch
bevredigend worden ingericht en brandgevaar rede
lijkerwijze uitsluiten. De heer J. C. Gulcher heeft
met eene edelmoedigheid die boven onzen lof ver
heven is, een terrein van l'/4 hectare, zoo goed als
om niet, in erfpacht ter onzer beschikking gesteld.
Toch zal de aanbouw van zoo onmisbaar grooten
omvang zeker niet minder dan f 100.000 kosten.
Wfl mogen niet putten uit onze inschrijvingen op
het grootboek, uit legaten voortgesproten. Immers
ze zijn de voorraadschuur, waaruit wij, althans
gedeeltelijk, in de behoeften onzer verpleegden voor
zien. Wf] mogen niet ter wille van het betere, het
goede dat thans ons deel is, in de waagschaal stellen.
Helpt ons daarom, landgenooten, ons doel bereiken
door uwe giften! De „Prins Hendrik-Stichting is van
allen, voor allen. Geene godsdienstige noch staat
kundige partjj sluit haar uit, zooals zf) de deuren
wijd open zet voor elk die hulp behoeften verdient,
en op die aanspraak alléén. Ztj kent geen uitzondering,
veel minder uitsluiting. Zóó heeft wfllen Prins
Hendrik der Nederlanden zfjn beschermheerschap
bedoeld en aanvaard. Zóó is het door zfjne bescheiden
volgelingen gehandhaafd. Draagt dan ook, allen,by-
Veel of weinig, - naar uw krachten, en laat het
gezegd worden dat Nederland de uiting van zyn
solidariteitsgevoel heeft willen neerleggen in den
steun den ouden zeeman gebracht. De zee is onze
buurvrouw, onze bondgenootezy draagt de herinne
ring aan een roemryk verleden. Dat haar oude
zonen onze pleegkinderen biy ven! Laat hunne grysheid
getuigen van het jeugdig vuur, van de offervaardigheid
onzer toewyding. De driekleur, die zy wisten hoog
te houden en te doen eerbiedigen, waait van de top
der stichting.
Zy beteekene nu als weleeraaneensluiting, samen
werking, weldadigheidszin, geloof aan het goede in
naam en ter wille van het gemeenschappeiyk vader
land. Voor de ontvangst van bydragen heeft zich
o. a. bereid verklaard de heer A. C. Wertheim, prest
dent, Amsterdam, Heerengracht 615.
1
1
g
p
z
h
b:
z
De heer Viger, de Fransche Minister van
Landbouw, bezocht d. d. de veemarkt te La
Villette, waar een vee tentoonstelling gehouden
werd, en hield daar eene redevoering, waarin
hij te kennen gaf, dat in de tegenwoordige om
standigheden het verbod tot invoer van vee
over de Belgische grens niet kan ingetrokken
worden, wegens den gezondheidstoestand van
het uit België en Holland afkomstige vee.
De Duitsche Rijkskanselier heeft de Regee-
ringen der Duitsche Staten medegedeeld, dat
de cholera, volgens bij de Duitsche Regeering
ingekomen ambtsberichten, zich in Frankrijk
ten noorden en ten zuiden van Lorient voort
durend uitbreidt. Dientengevolge wordt aan
gedrongen op scherp sanitair toezicht op de
schepen, komende uit de havens aan de Fran
sche noord- en westkust, tusschen Lorient en
Hd-vre en tusschen Lorient en St. Nazaire, wan
neer die schepen in Duitsche havens binnen-
loopen.
De boeren, die uit Galicië naar Rusland
verhuisd zyn, omdat enkele volksleiders hen
voorspiegelden, dat zy daar een Dorado zouden
i
i
i
i