Aanbesteding. Aanbesteding. aHet toerei ra Je taooliJe brandstoffen voor Je ternMMe eptoe lapre scholen ia Je Gemeente en voer let Minis; J>. Het JriejariE oiierloii Jer wselilletle scloollacleh, met Jaarlij teloorenle pijnen, Menara, enz. Van Straalen Monsieur 8 Erkelens, iJoek-,CoUïa tb 6 s^"üJfker^ DEN BV EG OP TEXEL. Tat let tervaariipn ra Brat- ei Bindwerk, kt plaatsen ra aivertentiën ia alle uten, kt toeren van Hienisliaien ea Tüiselriften enz. enz. teelenien ziel Ijj voortinring aan. o0„ LANGEVELD DB ROOIJ. Feuilleton. Geheime Wraak. Het leveren van 70 a 80 M3. middelsoort onderhoudsgrint, Gelei beschikbaar P. C. K00RN, Burg. Groote Sorteering SPOMACEGS Aires: KOPPEH'S VERK00PHÜ1S, aanbesteden Het Bestuur van het Waterschap de 30 gemeen schappelijke polders op Texel, zal op MAANDAG 27 AUGUSTUS n. s., 's middags 12 ure, ten RAADHUIZE aan den Burg bij inschrijving voor den 1 October a.s., in de haven te Oude- schild voor de wal. Inlichtingen zgn te bekomen bij Jb. HILLENIUS te Oudeschild. Texel, 11 Augustus 1894. Het Bestuur voornoemd, J. J. ROEPER, Voorzitter. Sd. KEIJSER Pz., Secretaris. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van TEXEL zullen op Dinsdag 28 Augustas 1894 's voormiddags 11 uur ten Raadhuize dezer Gemeente aanbesteden: Voorwaarden liggen ter Secretarie ter lezing en zgn tegen betaling der kosten verkrijgbaar. Texel den 21 Augustus 1894. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Strick van Linschoten, Burgemeester. A. Langeveld, loco Secretaris. op éérste liijpotlieek landerijen tegen 4% renten, ten kantore van J. H. MOOJËN, Makelaar te Texel. Wijnhandelaren, ROTTERDAM, bevelen bijzonder aan hunne Bordeaux- en Rijn wijn, Algiersche Wijn, Koode en Witte Port, Cognac, Siroop van Punch, Jamaica-Bnm, Likeuren, Gedistilleerd, etc. etc. Agent Depóthouder voor Texel, van af f 3.50 en hooger. GROOTE RIETEN STOELEN f 2.25. MIDDELSOORT - 2.00. KINDERSTOELTJES van af f 1.00. te NIEUWEDIEP. Reuzenspurrie en Scklanstiidter Rogge, alsmede Kunstmeststoffen in alle soorten te verkrijgen bij J. n, MOOJEN. e liet bUaagryuc Cadea»' 62. Hoofdstuk XXXIX. Wat Edith aangaat, deze deed op dat oogenblik nog iets waarvoor zg zich in andere gevallen zou schamen, maar de liefde dreef haar en dit was voldoende om haar alles te doen uitvoeren, wat zjj maar eenigszins noodig oordeelde voor de bevordering van haar doel. Zg riep de naam aan haars vaders, zjj bracht God en de Godsdienst in het spel, enkel om van haar man toestemming te erlangen voor datgene, wat zg meende, dat noodzakelijk was voor bet welslagen van het plan door haar met haar minnaar ontworpen. Terwfll z(j dit deed dacht zg, dat er voortaan niets meer hun in den weg zou staan. Wie het doel wil, moet ook de middelen willen. Besloten met Eduard de Lairis te vluchten, of liever hem te volgen, buiten het bereik van mijnheer d'Orvilliers, moest zij er zich ook wel van verzekeren in staat te zgn haar doel te bereiken. Om hun vlucht te doen slagen, moest zg in de eerste plaats uitvoerbaar zgn en dat was het niet, zoolang Edith met haar man onder één dak vertoefde, waar haar geringste beweging werd bespied, waar zg niet ongemerkt kon uitgaan. Daarom was het noodzakelijk, dat zg zich uit dit huis verwijderde, dat voor haar een ware ge vangenis was. Daarom moest zö gebruik maken van het eenige voorwendsel, dat zich voordeed en dat eenige kans had, door haar man zonder wantrouwen te worden aangenomen. Zooals wij gezegd hebben, dacht mönheer d'Or villiers na. H(j aarzelde dus, anders had hg dadelijk wel een weigerend antwoord gegeven. Het voorstel van de jonge vrouw van deze zöde bezien had dan ook niets dat aan den rechter onaan genaam kon z)jn. Na eenigen tgd gezwegen te hebben, gedurende welken ttjd Edith als 't ware aan ztjn lippen hing in afwachting van het antwoord dat zonder twtjfel over haar volgend lot zou beslissen, antwoordde mönheer d'Orvilliers - Ik begröp zeer goed, dat ge werkelök behoefte gevoelt u voor eenige dagen terug te trekken. Ge moet bidden, veel bidden Ge moet tot Hem, die in aller harten leest, en oordeelt over aller werken, de waarheid, de geheele waarheid vertellen. Gö zult dan moeten zeggen Ik was arm, zonder eenig vooruitzicht bestemd voor een wreed bestaan, dat van een jong meisje zonder fortuin en zonder steun, overgelaten aan haar eigen krachten aan alle sohandelöke beproevingen waaraan de zwakken zön blootgesteld in een g schappö waarin 's levens ströd slechts slaagt hen, die voor deze worsteling gewapend zijn waarin de besten soms ten onder gaan. Mön vader, een eerlök bedrogen man was op punt van te sterven en de dubbele misdaai begaan van zelfmoord en zön dochter onvers achter te laten zonder eenig fortuin en mol onteerde naam Niets kon ons redden. Wö waren verloren geheel verloren een wonder moest er gebs en is gebeurd, Er is een man gekomen die mede!; had met den vader en die de dochter beminde Die man slechts luisterende naar zön gevoel rechtvaardigheid en naar een ander meer ts gevoel, is gekomen en heeft ons de hand gei hö heeft mgn ongelukkige wanhopige vader zj: teruggegeven hö heeft gemeend mö gelei te maken door mö zön naam te geven, die eer naam gedurende eeuwen steeds bevrgd gebleves eenige smet; door zön fortuin met mg te dei door mö te verheffen tot een staat, die elke n mg in mgn plaats zou hebben bengd Ea wat vroeg die man van mg in ruil? Zelfs niet hem te beminnen zooals hg mg bemi hem wederliefde te bewgzen voor zgne vurige li die ik niet heb kunnen begrgpenmaar enkel i toe te stemmen door hem gelukkig te zgn en eet vrouw te blgven En ik heb die liefde beantwoord met haat, vertrouwen met verraad, die weldaad met ondi Mgnheer genade, stamelde Edith, die verwondering naar hem luisterde en hem voor eerst van hun leven zoo hoorde spreken. Hg hield eensklaps op. Waarlgk, hernam hg, zich bgna schamende] hg zich in haar bgzgn had laten vervoeren tot| wat in zgn oog bgna overgevoeligheid was; zou zeggen, dat ik mgn eigen zaak bepleit en| ik u beter voer mg tracht te stemmen. Een bittere lach kwam op zgn lippen. Men zou zeggen, dat ik uw medelgden it en dat ik er aan denk mg te verdedigen, Hg werd ongevoelig en gskoud. Dat is mgn plan niet. Gg weet niets van hetj ik u herinner. Alleen, terwille van derustvani geweten, wil ik u nog een laatste vraag Welke? Hebt ge u ooit over mg te beklagen ge! Heb ik ooit te kort gedaan aan mgn verplichti als echtgenoot en man van eer tegenover vrouw Neen mgnheer. Hebt ge mg iets, hoe gering ook te verwf Niets, mgnheer of het moest zgn ds nooit tot mg gesproken hebt als numisschie Dat ware nutteloos geweest Wie weet mompelde zg, echter zoo zacht, hg het zonder twgfel niet hoorde. En bovendien, al had hg het gehoord, zou h|j ook begrepen hebben welke reden tot verontschuldl er in gelegen lag, zou hg dan ook hebben inge dat zgn vrouw eerst nu eenigszins begon tel in de ziel van den man, wiens ware grootheid had moeten raden. Thans was het te laat hg kon niet meer ver? noch vergeven; zg kon hem niet meer bemii Langzaam begaf hg zich naar de deur, haar niets meer had te zeggen. Ge hebt mg nog geen antwoord mgn vraag, zei zg hierop op aarzelenden toon. O, dat is waar ook, hernam hg. Welnt sta het u toe, daar niemand het buitengewooi toeschijnen indien het ten minste niet langer i dan enkele dagen. Edith wilde zeggen: „Dank u," maar zghadi meed niet toe. Waar zult ge heen gaan? Ik denk van naar B als ge het goed rl Ik heb er niets tegen. Wanneer zult ge trekken Heden over twee of drie dagen. Zg moest immers eerst tgd en gelegenheid bel Eduard de Lairis té waarschuwen. Dat is dus afgesproken, mevrouw. Hg groette en vertrok. Hoofdstuk XL. Den volgenden dag, een Vrgdag, was het de waarop mevrouw d'Orvilliers bezoeken ontving. Zooals van zelf spreekt ontving zg na den haars vaders en terwgl zg in diepe rouw gedoifl was, slechts zeer weinig bezoek. (Wordt vervolg Sael»«»tnik - LAN GÉ VELD Dl ROOIJ-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1894 | | pagina 4