Vrijzinnige Kiesvereeniging Naar het „Het (Amsterdamsche) Dagblad" verneemt is het wetsontwerp, houdende een credietaanvraag voor nieuws geweren, door de commissie van rapporteurs gerenvoieerd aan den Minister van Oorlog, aangezien naar hare berekening de kosten komen op 15 millioen in plaats van 971 millioen, zooals door den Minister wordt begroot. Geen kleine vergissing. Men zal zich herinneren dat bij de behande ling in de Tweede Kamer van het adres van ant woord de heer van Kerkwijk heeft aangedrongen op verlaging der grondbelasting als middel om den landbouw tegemoet te komen. Aan het „Soc. "Weekblad" wordt nu geschreven dat het zeer te betwijfelen valt of zulk een maatregel wel altijd of zelfs in de meeste ge vallen aan de eigenlijke landbouwers ten goede zou komen. De berichtgever noemt dan de volgende feiten „Een bekende familie in het noorden van Frankrijk bezit in Noord-Brabant en Zeeland een vijftigtal beste hofsteden in eigendom. „Door peraequatie der grondbelasting is de belasting voor elk dezer hoeven verminderd met f 50 tot f 100. Dit maakt een jaarlijksch bedrag van f 3 a f 4000, die thans door deze buitenlandsche eigenaars minder worden betaald aan de Nederlandsche schatkist en als zuivere winst door hen kan worden beschouwd, want geen enkele pachter heeft eenigen afslag ge kregen. Een enkele, die het waagde schoor voetend de billijkheid van zulk een afslag te betoogen, werd, en van het standpunt der eigenaars waarschijnlijk terecht, er op gewezen dat de waarde van den grond voor hem ("pachter) toch dezelfde was gebleven. Naar wij vernemen, schrijft men aan de (Meppeler Crt.) is er te Hoogeveen sprake van, dat een onderwijzer aldaar aan Gede puteerde Staten zal vragen of hij de bezoldigde betrekking van „pomper" bij de brandspuit, a 20 ets. per uur, bij zijn betrekking mag waarnemen. Een paar onderwijzers hebben naar aanleiding hunner benoeming tot dit baantje verleden Vrijdag niet aan de bestaande schoolregeling kunnen voldoen die voorschrijft dat de onderwijzers onder schooltijd moeten bezig zijn met het geven van onderwijs. BURG OP TEXEL. Vergadering Donderdag 25 Oct. 94 De Voorz. opende de vergadering met de mede deeling dat deze vergadering is belegd om tegemoet te komen aan het verlangen derzuster-kiesvereeniging „Burgerplicht" te Helder, ten einde den candidaat van die Vereeniging, de heer J. J. Stooker, in de gelegen heid te stellen voor de kiezers zgne politieke denk beelden te ontvouwen. De heer Stooker bekwam hierna het woord en bracht allereerst eene stille hulde aan de nagedachtenis van den heer Land. Daarna zgn politiek programma ontwikkelende stelde spr. op den voorgrond de kwestie, die den staatkundigen toestand reeds sedert geruimen tijd heeft beheerscht, de kiesrecht-kwestie. Wanneer htJ lid der Kamer ware geweest tfldens de behande ling van het ontwerp-Tak, dan zou hg zeker hebben gestemd tegen het amendement-de Megier en zijn meegegaan met Tak's ontwerp, althans als dit niet al te gehavend uit den strgd ware gekomen. Hg zou echter zgn geweest voor het behoud der schrgf- proef, welke er zeker zou toe bgdragen dat eene wet op den leerplicht spoedig tot stand kwam. Met de tegenwoordige onderwgswet kan spr. zich vereenigen; van de verhooging der jaarwedden van de onderwgzers zou hg echter een voorstander zgn. Uitbreiding van het middelbaar en hooger onderwgs, in dien zin, dat dit meer algemeen bereikbaar werd, zou bg spr. steun vinden. Hg verklaarde zich ook voor de stichting van Rgks Hoogere Burgerscholen in die gemeenten, die daaraan behoeften hebben. Wensche- lgk ware het z. i. ook dat aan jongelieden, die van aanleg doen blgken, door het verleenen van studie beurzen, de gelegenheid werd gegeven tot het bekomen eener academische of militaire opleiding. Ten opzichte van 's lands weerbaarheid, waartoe, ingevolge art. 180 der Grondwet, alle mannelgke Nederlanders behooren mee te werken, is spr. de overtuiging toegedaan dat algemeene en persooolgke dienstplicht behoudens natuurlgk sommige uitzon deringen noodzakelgk is. De algemeene dienst plicht zal echter z.i. wel tot de vrome wenschen blgven behooren en 't is verre van hem iets onbereik baars te willen najagen. Waar ook de tegenwoordige omstandigheden er op wgzen dat er steeds gelegenheid moet bestaan om ons koloniaal leger te kunnen versterken, daar zou spr. er voor zgn om hier te lande een of twee regimenten voor Indië beschikbaar te hebben, bestaande bg voorkeur uit vrijwilligers of ook uit dienstplichtigen; die zich daartoe zouden aanmelden en bepaalde vooirechten zouden genieten, even als nu b.v. de zeemilitie, die nu reeds naar dé Koloniën kan worden gezonden. Verder verklaarde de spreker voorstander te ztjn van uitbreiding onzer krijgsmacht te landeen veldleger acht h{j zeer noodig. Met de belangrijke stelling van den Helder moet z.i. het maritieme-etablissement aldaar behouden blijven. De organisatie onzer zeemacht in Indië eischt volgeDs spr. dringend verbetering. Hij zou voor de koloniën een eskader van 6 krachtige en 10 kleinere oorlogsvaartuigen willen bestemd zien. Omtrent het belastingstelsel stipte spr. aan, dat z.i. aan elke belastingwet het beginsel ten grondslag moet liggenht! die kan, moet betalen.' dus draag kracht naar vermogen. Hg is voor afschaffing van alle acctJnsen op de eerste levensbehoeften. Goed- koope genotmiddelen spiritualiën uitgezonderd zou hg niet belast wenschen te zien. Eene herziening van het personeel acht spr. zeer noodzakelijk, ofschoon deze, nu de opbrengst van vermogens- en bedrijfs belasting niet aan de verwachting heeft beantwoord, voorloopig wel achterwege zal moeten blijven. Een wettelijke regeling van de dikwijls onbillijke gemeentebelastingen, moet, zeide spr., als een belangrijk vraagstuk worden beschouwd en behan deld en ten goede komen aan de noodlijdende gemeenten. Wat de inkomende rechten betreft, bg wenBcht de grondstoffen daarmedezoo weinig mogelijk belast te zien. Spr, verklaart zich een voorstander van anniuteits- leeningen (leeningen over vele jaren) voor groote werken, bv. aanleg van havens en gemeenschaps- wogen, enz. Eene scheepvaart-wetgeving zou spr noodzakelijk achten, waardoor de waarde en het aanzien onzer handelsvloot zeker zou stijgen. De belangen onzer vissehert) zullen steeds in hooge mate sprekers aandacht trekken, terwijl die van landbouw en veeteelt, die bronnen van nationale welvaart, door hem krachtig zullen worden gesteund. Ofschoon tegenstander van beschermende rechten, is spr. toch ijverig voorstander van het beginsel om onze industrie te steunen in hare concurrentie met het buitenlandzoo o.a. door de schepen, voor onze Marine benoodigd, binnenslands te doen bouwen. Tot onze koloniale politiek komende kon spr. zich zeer goed veroenigen met de in de laatste jaren gevolgde liberale koloniale politiek, die de volks welvaart in onze overzeesche bezittingen beoogt. H0 is geen voorstander van de uitbreiding van ons rechtstreeksch bestuur in Indië, doch waar dat dringend noodzakelijk is, zooals nu bjjv. op Lombok, daar zou hfl er zich niet tegen wenschen te ver zetten. Het opium-vraagstuk besprekende, zeide spr., eiken maatregel gewettigd te achten tegen het heilloos opium misbruik in de koloniën; ter bestrijding daarvan zou hij zoo noodig zelfs de opium-regie wenschen ingevoerd te zien. - De West-Indische koloniën zou spr. gaarne zooveel mogelijk financieel onafhankelijk van het moederland willen maken. De sociale kwestie aanroerende, zeide spr. van oordeel te zijn, dat, b{| het streven naar verbetering op maatschappelijk gebied, de leidende gedachte behoort te wezenhet steunen van ouden en gebrekkigen, die niet in hun onderhoud kunnen voorzien, het stichten van een pensioenfonds voor arbeiders en het daarstelleD van wetten ter beveiliging van arbeiders in werkplaatsen en fabrieken en van zeeliedenzeelieden vooral, omdat maar al te dikwijls hun leven noodeloos in de waagschaal wordt gesteld, zonder dat de wetgever daaraan iets kan veranderen. - Ook op de overlading van schepen dient z. i. van regeeringswege toezicht te worden uitgeoefend. Spr -eindigde zgne rede dat, indien hg naar de Kamer wordt afgevaardigd, hg de woorden van den heer Land tot de zgne maakt „ik hoop uw vertrouwen niet te zullen beschamen." Van de gelegenheid tot het doen van vragen maakte een der aanwezigen gebruik om te vragen of de spr. er voor is de natie nog hooger te belasten. Sinds een menschen leeftijd zoo werd aangevoerd is de nationale schuld niets verminderd en het wetsvoorstel thans, tot invoering van nieuwe geweren, zal die schuld aanmerkelijk vergrooten. De heer Stooker herinnert er aan dat h(j ten opzichte van belastingen is voor draagkracht naar vermogen; verhoogiDg der belasting voor de mindere man daar is hg per se tegen. Wat het ingediende voorstel omtreni de geweren betreft, meent hQ dat dit urgent isvooral voor Indië is eene betere bewapening noodig daar de Baliërs van betere wapenen zgn voorzien dan onze troepen. Met een woord van dank aan spr. en hoorders, werd de bijeenkomst door den Voorz. gesloten. Vergadering Vrijdag 26 October. Dezen avond zou als spreker optreden de heer H- van Calcar, cand. van de Kiesvereeniging te Zgpe. De Voorz. deelde evenwel bg de opening der ver gadering mede dat ook de heep Frowein naar hier was gekomen om voor de kiezers op te treden, zoo- dat achtereenvolgens twee candidaten optraden; Met het oog op de beperkte tgd welke ons rest om van het gesprokene een verslag te geven, alsook in verband met de plaatsruimte daarvoor, moeten wg zeer kort zgn, 't welk ons bovendien mogeigk is doordien de sprekers van dezen avond niet zulk een uitgebreid programma ontwikkelden als de spreker van den vorigen avond, en zg zelve door beknoptheid hunner voordracht kortheid mogeigk maken. De heer van Calcar, het eerst optredend, zegt niet zonder eenigen schroom op te treden, omdat hg, hoewel niet vreemd om in eene groote vergadering het woord te voeren, hier over zich zelve moet spreken, iets wat hg Woensdag in eene vergadering te Anna Paulowna voor het eerst van zgn leven heeft gedaan en thans voor de tweede maal zal moeten doen. Spr. zegt dat hg gedurende 30 jaren de politiek heeft gevolgd, echter als leek, niet als staatsman, vandaar dat hg zich over verschillende vraagstukken niet beslist kan uitlaten, omdat daarvoor een grondig onderzoek noodig is. Het doel van zgn optreden thans is dan ook niet om eene stem te winnen, wel om door het aangeven van zgne beginselen en richting de kiezers in staat te stellen te beoordeelen de vraag: of zg hem waardig achten hem als hun afgevaardigde te kiezen. Spr. staatkundige richting is in vrgzinnige geest, voor vooruitgang. Het kiesrecht-vraagstuk, moet volgens spr. zoo spoedig mogeigk voor goed van de baan, omdat zoolang dat niet is geschied, elke andere en dringende wetsarbeid wordt tegengehouden en onmogeigk gemaakt. Spr is voor kiesrechtuitbreiding zoover als in de gegeven omstandigheden mogeigk is. De oplossing der sociale kwestie wenscht Bpr. langs christeigken weg, als beginsel daarvoor stelt hg op den voorgrond: liefde tot God en tot de menschen. Beperkende bepalingen tot invoer acht spr. in ignrechte tegenspraak met de vrgzinnige beginselen beschermende rechten kunnen volgens hem nooit worden aangewend tot verbetering op den duur, wel voor eene oogenblikkeigko verzachting; figuurigker wgze is 't hiermede als met den patiënt die zware pgnen heeft. Een verdoovend middel kan de pgn. voor een oogenblik meer drageigk maken, genezing kan hetzelve niet bezorgen en in beide opzichten is dan het geneesmiddel erger dan de kwaal. Slechts dan wanneer eenig vak dreigde te onder te gaan zou de Regsering verplicht wezen bescher ming te verleenen, doch slechts als tgdeigke maat regel. Ten opzichte van het Dep. van Oorlog zegt de spr. steeds tegen die begroeting te zullen wezen, ornaat het doel waarvoor die gelden werden gebezigd z) strgd is met Christendom en godsdienst en ei ruSne voor de schatkist. Spr. is er tegen dat i klein land als het onze mededoet in den wedsti om groote uitgaven te doen voor oorlogsmaterie n wat toch is oorlog de kunst om in den kor t: mogeigken tgd veel menschen te dooden, en dit ri in onverzoenigken strgd met beschaving en go o: dienst en waarachtig volksbelang. Volgens s n kouden de gelden thans voor oorlogsmaterieel i a brulkt, nuttiger worden aangewend voor werken v K algemeen nut Om die reden en meer principi» om de oorlog zelve als tegenstander van Christendi 0 en godsdienst is spr. tegen elke uitgave daarvo iE 't Is spr. overtuiging dat een land als het onze, D een wedstrgd om de beste oorlogsmiddelen, niet mo el medegaan, ons land is daarvoor te klein beter wa p het dat wij daarvan geheel afzagen on op ande a wgze, bv. door bevordering van volkswelvaart enz. d u wereld eerbied afdwingen. Spr. gelooft aan if zegepraal van het goede over ruw geweld. 1; Op de vraag van een der aanwezigen wat of indien de richting des spr. in de laatste jaren wa gevolgd het gevolg zou zgn met Lombok en i Oost, moet spr. een rechtstreeks antwoord schuld a blgvenspr. opvatting tegen het Dep. van Oorli i is uit een godsdienstig oogpunt: een onverzoenigki 3 strgd. In zake Lombok is het een strgd tegen onb o sohaafdheid en ruw geweld, doch met zgn bestrgdii van de oorlog heeft spr. meer het oog op de Christeigt natiën, de een nog Christeigker dan den ander, di1 toch maar steeds voort gaan met het aanschaftec van oorlogsmaterieel. Gevraagd wat spr. meening ie over beschermend ii rechten voor de landbouwers, zegt spr. dat hg meen 1 dat daarmede de landbouw niet is gebaat, volgen hom is de wanverhouding tusschen huurprgs ei de opbrengst van het land meer de oorzaak vai achteruitgang van den landbouwstand en het heef spr- zeer verwonderd dat nimmer is aangedrongei dat de verhouding van verhuurder tot huurde wetteigk zou worden geregeld, opdat de laatste vooi E de uitgaven voor verbetering aan het land aangebrach betere waarborgen zoude hebben. n Ten opzichte van het onderwgs zegt spr. te zfli |j voor algemeen kosteloos lager onderwgs, kostelow middelbaar voor hen die niet kunnen betalen, et hooger onderwgs mogeigk voor hen die niet kunnei betalen, door middel van beurzen. Alsnu trad als spreker op de heer Frowein, Deze spr. zegt kort te kunnen zgn, omdat in zgne denkbeelden welke hg hier voor 3 jaret geleden heeft ontwikkeld geen wijziging is ont staan. Het doet spr. genoegen te mogen consta- teeren, dat na dien, door de Regeering werd gestuurd in den geest zoo als hg destgds aanprees, Ten opzichte het kiesrecht-vraagstuk is spr, een voorstander van het ontwerp Tak, volgens hem is het noodig dat dit vraagstuk zoo spoedig mogeigk tot een einde kome, omdat het beter is dat nu vrijwillig worde gegeven wat ter eeniger tgd zou kunnen worden afgedwongen. Spr. wgst hierbg op hetgeen in België heeft plaats gehad. Wat het militaire vraagstuk aangaat, is spr. voor beperking van uitgaven; door voortdurende bewapening gaat ons land een fin. ruïne tegemoet; spr. zou de oplossing van dat vraagstuk in anderen geest wenschen, b.v. door arbitrage of interna tionaal scheidsgerecht, tot welker toepassing ver schillende wegen openstaan. Hg acht het niet gewenscht dat ons land zal medegaan in den wedstrgd om het beste oorlogsmaterieel te ver krijgen; het verschil van meening van de mili tairen zelve, waarvan de een wil betere aanvals middelen, een ander betere verdedigingsmiddelen is alreeds een voorname reden tot beperking van uitgaven daarvoor; bovendien heeft de oorlog een onzcdeigk karakter. De spreker merkt hier op dat sommigen beweren dat ons district is een militair district hetgeen hg b6Strgd, daar het grootste deel der inwoners zich met wgdt aan het. militarisme doch aan handel, landbouw enz. Spr. last hierbg in de redenen welke Vooruitgang hebben bewogen Diet met Burgerplicht mede te gaan, n.l. omdat de candidaat van deze laatste, de Hr. Stooker schrifte- igk had te kennen gegeven dat hg art. 184 der grondwet, luidende„De dienstplichtigen te land „mogen niet dan met hunne toestemming naar „de koloniën en bezittingen van het Rgk in „andere werelddeelen worden gezonden", wenschte veranderd te zien. Hiermede kon Vooruitgang niet instemmen. Ten opzichte van het sociale vraagstuk zegt spr. een voorstander er van te zgn dat de staat zooveel mogeigk de zwakke bescherme tegen de sterkere; hg zou wenschen eene internationale arbeidswet tot bescherming van producenten, opdat de concurrentie het niet mogeigk make dat een menschlievend patroon zijnen arbeider geen goed bestaan kan verschaffen. Uitbreiding der arbeidswet ook voor de zeevarenden en voor hunne veiligheid acht spr. zeer noodig. Ten opzichte belasting acht spr. herziening* t\ noodig van de person, belasting, opdat niet zooal 1 nu het eerst-nooaige worde belast; z. i. moesterfi? eerst de luxe artikelen worden belast en het eerst D noodige het laatst. Het gemeenteigk belasting J stelsel wenscht spr. in dezen geest gewgzigd tejj zien dat ook uitwonende eigenaren kunnen worden getroffen. "Verder is spr. voorstander van leerplicht. Voor de landbouw wenscht hg de goedkoopste wgze tot aanschaffing van 't geen benoodigd is voor het bedrgf. Hg is verder een voorstander tot invoering van eene Staats-hypotheekbank, land- bouwcursussen, gemeenschapswegen, bevordering van zeevaartkundig onderwgs en oprichting van eene R. H. B. te Helder. Slottens wgst spr. op oprechte en minder oprechte politiek en wenschte hg dat in het staatsleven wat meer idealisme, meer de vraag wat recht en biligk is zou worden betracht. De heer Frowein later geïnterpelleerd om trent het verschil tusschen Burgerplicht en Vooruitgang inzake de candidaat Stooker, die ten

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1894 | | pagina 2