OFFICIEEL GEDEELTE. N°. 816 Donderdag 18 Juli. A0. 1895. Nieuws- en Advertentieblad. Binnenland. Dit blad versckUnt Woensdag- en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per S maanden Voor din Buna SO Ct«. Franco per post door ge heel Nbdkbland IS Ct». Naar Amrenr* en andere landen met Ttrhooging der porto's. idvertentiën vóór 10 nor op den dag der nltgave. Prijs der Advertentiin Van 1 tot S regels 80 Cts. Iedere regel meer 6 Cts. Groote letters en Vignetten worden naar plaatsruimte berekend. Bewijsnummers 2 Cts. per nummer. ABONNEMENTEN en ABVERTENTIËN worden aangenomen bij de Uitgevert LANGEVELD DE ROOU, Parkstraat, Btraa op Tixit GEVONDEN VOORWERPEN. Gedeponeerd ten RAADHUIZE een verzilverde broche (zwalaw), gevonden op den Oudeschilder- weg tusschen den Burg en het bierhuis -Burg zicht." TEXEL, 17 Juli 1895. Het buiige weder van de laatste dagen der vorige week wettigde het vermoeden dat de muziekuitvoering van het Fanfare-corps op Zondag jl. niet zoude plaats hebber. Liet op den morgen van dien dag het weder zich niet veel beter aanzien, toch werden met de voorbereidende werkzaamheden (het stellen van eene tribune) een aanvang gemaakt. Tegen den middag klaarde het evenwel gelukkig iets op en zoo had ter bepaalder tijd de muziekuitvoering plaats. Dat het geen voortgang hebben voor velen eene teleurstelling zou zijn geweest meenen wij te mogen afleiden uit het groote aantal bezoekers, die gedurende de uitvoering èn in groepjes stonden of gezeten waren op de aan wezige banken èn het Park doorwandelden, waaronder wij zelfs vele bewoners van de naburige dorpen opmerkten. Naar 't ons voorkwam vond het publiek weder veel behagen in zulk eene ontspanning en kweet het Fanfare-corps, niettegenstaande de vele ondervonden moeielijkheden tengevolge het verlies van eenige werkende leden, zich tot tevredenheid van de op zich genomen taak. Wat zullen we hieraan verder toevoegen? Dat de menigte niet ongevoelig is voor muziek, bewees het groote getal aanwezigen. Dat de gelegenheid om zulk genoegen te smaken hier mogelijk is, bewijst, nevens de vorige concerten, ook weder de uitvoering op dezen middag dank zij de belanglooze toewijding van den ijverigen Directeur. Dat het niet aan krachten behoeft te ontbreken, daarvan kon ieder zich vergewissen, wanneer hij slechts een blik in het ronde liet gaan over de aanwezige jonge lingschap. En wanneer nu, niettegenstaande alles, wat pleit voor het wenschelijke van een Fanfare-corps en het kunnen bestaan er van, alhier, hetzelve toch zou moeten worden opge doekt dan kunnen wij ons daarover öf verwonderen of het bedroevend vinden, doch als een feit zullen wij in de geschiedenis moeten aanteekenen dat het gebouw zoozeer gewenscht, waarvan reeds de grondslag was gelegd, niet alleen niet verder werd opgebouwd en voltooid, doch zelfs de grondslag weder werd vernietigd omdat Jan Salie de scepter zwaaideen als een gevolg van lauwheid. Beware een beteren geest ons voor zoo'n staaltje kroniek. De aanvoer ter markt Maandag jl. bepaalde ach tot 27 Schapen, 50 Lammeren, 8 n. Kalveren en 1 Paard. De handel was kalmpjes. Aan de verkiezing van vier leden voor den gemeenteraad alhier, gisteren gehouden, werd door 188 stemgerechtigden deelgenomen; de uitslag er van vinden onze lezers aan de binnenzijde dezer courant. Oosterénd, 16 Juli. De heer H. Koning, zoon van den heer S. P. Koning alhier, heeft aan de universiteit te Amsterdam met gunsti- gen uitslag het 1ste natuurkundig examen afgelegd. Het eiland Marken is Zaterdag onder* geloopen. Een dag of acht zijn de Markers met dat water en dien modderigen boel opge scheept. Daarbij komt nog het nadeel van het wegdrijven van het hooi, wat, gevoegd bij de uiterst schrale ansjovisvangst, den Markers weer een gevoeligen slag toebrengt. Door vele veehouders uit het westen van Noord-Brabant is aan de Regeering het verzoek gericht, door hare tusschenkomst den vrijen uitvoer van Nederlandsch vee bij de Belgische Regeering te verkrijgen. De sluiting van de Belgische grenzen voor den invoer van Nederlandsch vee doet aan den handel en vooral aan de veehouders niet weinig nadeel. Toen eenigen tijd geleden in België een j nieuw tarief van invoerrechten werd aange- nomeD, vreesde men hier te lande dat deze j maatregel in de eerste plaats een slag zou toebrengen aan onze margarine industrie. Dat deze vreeze gegrond was, kan blijken uit de volgende mededeeliDg der „Bosscher Ct. „Naar wij vernemen, is gisteren besloten, 1 dat de combinatie: „AntooD Jurgens en Prinzen" een groote margarine-boterfabriek zal bouwen te Antwerpen, ingericht om per dag 50,000 kilo's boter te vervaardigen. Drie vier maanden geleden werd een landman in de gemeente Ginneken door een dollen hond gebeten, maar sloeg geen acht op de bekomen wond. In de vorige week echter kreeg hij aanvallen van razernij en beet zijn eigen kinderen in die mate, dat zij ernstig verwond werden. i In de vorige week (zoo wordt gemeld) had een schilder te Leiden bezoek van twee kunstbroeders uit den Haag. Na eenige borrels en daarna wat bier gedronken te hebbeD, waar-1 door zij min of meer de hoogte kregen, werd er gedisputeerd over de kunst, waarbij men het onderling niet eens was en waardoor de Leidenaar het zoo warm kreeg, dat hfl aan den Witten Singel te water sproDg. Hij kwam niet meerhoven. Hoewel dit ten aanschouwe van vele menschen geschiedde, sprong niemand den drenkeling na. Deze werd kort daarna levenloos opgehaald. Vreemde manieren indien het bericht waarheid bevat. Men schrijft uit Ganemuiden aan de „N. R. Ct.": Was de brand van 8 Juni een ware ramp voor Genemuiden, de schade, toen geleden, komt nog niet in vergelijking bij die welke het water den 13en aan deze gemeente toebracht. De hevige N. W. wind stuwde het zeewater tot eene hoogte van 2.05 M. boven A. P. op en joeg het over al het land, dat buiten den zeedijk ligt. De schade, hierdoor teweeggebracht, is niet te overzien. Het weiland is voor een geruimen tijd totaal bedorven. Midden in den nacht moest uit de Meente 600 stuks vee der Grootburgers weggehaald wordeD. De oogst op het bouwland van meer dan 150 arbeiders is verloren. Voorts is er voor duizenden guldens aan biezen weggestormd, meest alles eigendom van arbeiders, die in den a. s. winter in die biezen werk en brood hoopten te vindeD. Als een praatje uit den scheerwinkel van H. te Wognum, bevat de „Enkh. Crt." het volgende Aanwezig een groot aantal scheerklanten, waaronder twee boeren, een welgestelde en een die hard werken moet om 't hoofd boven water te houden. De eerste betaalt zijn werkman 8 ct. per uur, de laatste een dubbeltje. In gesprek geraakt, verklaarde de man van 8 centen dat hij 't zich niet kon begrijpen dat een arbeider in den zomer niet zooveel geld kon overhouden, dat hij in den herfst zij 't dan wel geen heel dan toch een half varken kon in de kuip hebben. De man van een dubbeltje merkte hierop zeer ter snede aan: Dat is zeer goed begrijpelijk, want jij eet den workman's varken op. Bewaar voor je werkman de centen die hij per uur minder verdient dan een dubbel tje en je zult zien dat je daarvoor als de herfst in 't land is een aardig varkentje zult kunnen koopen. Maar dat doe je niet. Jij koopt voor 't geld van je werkman liever zelf spek." Zouden er waarlijk zulke menschen zijn? Een „Oud-Hoofdofficier" wijst er in de Amsterdamsche Courant op hoe naar veler meening de politieke toestand op Atjeh gaandeweg achteruit ging en gewantrouwd werd. Sedert z(jn er nadere berichten tot ons gokomen, die een en ander bevestigen, en meenen vele te Atjeh dienende officieren zelfs, dat een nieuwe veldtocht onzer troepen bezwaarlik is tegen te houden. De onverwachte verschijning b(J onzen vijand toch van mobiele artillerie, die op een dag 16 granaten naar een onzer posten zond, van welke projectielen er 14 sprongen, is voor onze troepen een feit van dusdanige beteekenis, dat de gevolgen er van voorhands niet kunnen worden overzien. En aangezien het nu eenmaal in een Indische benting, die dageiyks door granaatvuur bedreigd wordt, voor de passieve bezetting niet is uit te houden fgekazematteerde schuilplaatsen als in Europa kent men in Indië niet), zal men wel van lieverlede genoodzaakt worden er op los te gaan. Aan generaal Vetter de eer, om thans ook aan den Atjeh oorlog een eind te maken Deze generaal nam gedurende 8 tijdvakken van zijn offlciersleven, in 1874 als chef van den staf eener brigade, in 1878 en 1879 als commandant van den gevaarlijken post te Segli en nu laatstelijk in 1887 en 1888 als luitenant kolonel een zeer werkzaam aandeel aan de krijgsverrichtingen tegen de Atjehers; hij kent dus z(jn vijand. Krachtig gesteund door den energieken gouver neur generaal jhr. Van der W(Jck, moet Vetter thans den Atjeh-oorlog van onze agenda doen verdwijnen I TEXELSCHE COURANT.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1895 | | pagina 1