Buitenland, Marktberichten. Uitslag van gehouden Verkoopiogen. PREDIKBEURTEN. ADTERTENTIËN. |l B>©d IS IteiMiru Bij het bekende onvoldoend gehalte van et papier van een deel der in omloop zijnde muntbiljetten van f 10, waardoor die dikwijls scheuren en men de twee helften aan elkaar plakt, is het in den laatsten tijd herhaaldelijk voorgekomen dat de helften van verschillende exemplaren aaneen zijn gevoegd, hetgeen op den achterkant uit de nummers zichtbaar is. De „Midd. Cl." vestigt hierop de aandacht, omdat dergelijke exemplaren niet gangbaar zijn. In de vorige week hai voor het kanton gerecht te Schoonhoven voor de dorde maal het geval plaats, dat een navolger der secte van „Zwarte Jannigje" wegens „gemoedsbe zwaren" weigerde zijn pet af te zetten. De kantonrechter wees hem op het oobQhoorlijke van zijn gedrag, doch niets mocht baten, tot dat de rijksveldwachter h9m zijn pet afnam. Na het getuigenverhoor verliet ook deze „ge- loovige" zonder hoofddeksel de zaal en ging blootshoofds de straat op. De politie krijgt zoodoende heel wat petten in bewaring Ter waarschuwing. Terwijl een dienst bode te Schiedam de kachel met petroleum aanmaakte, sloeg de vlam in de oliekan. De brandende kan wilde zij op de straat neer werpen en geraakte daarbij zelf in brand. Gelukkig dat een drietal personen zich in de nabijheid bevonden, die door hunne jassen uit te trekken en die de meid om te slaan, de vlammen doofden, voordat de meid ernstige brandwonden had bekomen. Door den landbouwer J. Huges te Gas- selt, die aan zijn melkvee geënsileerd groen- voeder toedient, werd daarbij eene proefneming gedaan met 4 koeien, waarvan twee met roggemeel en twee met grondnotenkoeken als krachtvoedsel gevoederd werden. De proef neming werd drie weken voortgezet en het verschil in melk- en boteropbrengst was daarbij van geen noemenswaardige beteekenis. Daar andere landbouwers ten opzichte van de melk- geving meer van grondnotenkoeken dan van korenmeel houder, wordt de gelijke uitwerking daarvan aan den invloed van het geperst groenvoeder toegeschreven. Door den heer de Blanck werd in diens consulair verslag voor Zweden over het jaar 1894 over een nieuw gewas het volgende gezegd, dat nog eens in herinnering wordt gebracht .Onder de nieuwe voedergewassen, die in den laatsten tijd in Zweden met goed gevolg gekweekt worden, wil ik niet nalaten eene in Zweden wild groeiende peulvrucht mot den botanischeu naam .Lathyrus Silvestrus," te vermelden. De aanbouw hiervan werd reeds door Linnaeus aanbevolen, kwam echter in vergetelheid 6n eerst voor eenige jaren werden op nieuw proefnemingen met dit inheemsche gewas gedaan, waarvan enthousias- tische kweekers beweren dat het eene even zoo groote omwenteling in den landbouw zal teweeg brengen, als indertijd de invoer van de aardappe- lencnltuur. Dit gewas gedijt op zeer mageron grond, is in den eersten tijd langzaam in groei, zoodat het 2 k 3 jaren duurt, voordat een Latbyrusveld in orde komt. Gedurende dezen tijd moet het zorg vuldig geschut en vlijtig gewied worden, maar daarna zal het eene menigte van jaren kunnen doorstaan, zonder veel doorzicht te eischen. De Lathyrus wordt 1 2 meters hoog, groeit zeer dicht en kan tweemaal in het jaar geoogst worden. Men beweert, dat het alle andere gewassen zoowel in hoeveelheid als in voedingswaarde moet over treffen en terwijl Phleumhooi 8 procent stikstof bevat, klaver 12 a 16 procent en wikken 22 pro cent, zoo bevat het Lathyrus-hooi 24 k 27, ja zelfs 80 procent stikstof, zoodat het als kracht- voeder mag worden beschouwd. Indien dit bevestigd wordt, zoude de verbouw van Lathyrus inderdaad een geheel nieuw tijdvak voor den landbouw, in 't bijzonder ten opzichte van het meierij wezen openen en ik vermeen dus de aannacht op dit gewas te mogen vestigen. Eene proefneming zal het wel waard zijn." Voor eenige dagen werd in de buurtschap Sluitersveld, gem. Ambt-Almeloo, eene alleen wonende vrouw dood in haar woning gevon den. Eene korte ongesteldheid moet een einde aan haar leven gemaakt hebben. Het vermogen van deze vrouw wordt ge schat op pl. m. f 200,000, zegge twee honderd duizend gulden, en deze arme rijke vrouw sliep in haar leven op zakken, terwijl zij hare bedden bespaarde. Ook in andere opzichten was haar leven schier gelijk aan dat der armen. Zij behoorde tot die lieden, van wie men zoo nu en dan in de couranten hoort, dat zij, in het bezit van een groot kapitaal, toch de voorwerpen zijn van kommer en ellende. Twee dienstmeisjes te Heerlen (Limburg) waren 's avonds even met een brandende pe troleumlamp in den kelder gegaan, toen de bijna zestienjarige M. P. struikelde en de lamp liet vallen. In een oogwenk hadden hare kleederen vuur gevat. Het andere meisje had nog juist de tegenwoordigheid van geest omde vlucht te nemen. Het brandende meisje snelde met opgeheven armen den kelder uit en trachtte te bereiken. Gelukkig was echter de inwonende ontvan ger met zijn klerk, de heer Z., nog op het kantoor. Op het gegil toeschietend, riep de eerste haar nog juist een krachtig halt toe, gebood haar zich neer te werpen en trachtte met de in den gang liggende matten het vuur te bedwingen, hetgeen niet terstond gelukte. In de keuken vond hij een klein emmertje met water, waardoor ten minste de vlam op het hoofd gebluscht werd. Intusschen had de heer Z. eenige dekens bemachtigd, en toen deze over 'tarme kind waren heengeworpen was 't grootste gevaar geweken. Het meisje werd terstond ontkleed entoen bleek het dat zij deerlijk aan het gezicht, rug, armen, beenen en handen verbrand was. Onder den indruk van dit ongeval hebben vele families te Heerlen terstond patentolie lantaarns aangeschaft en aan hunne dienst baren ten strengste verboden met brandende petroleumlampen door het huis te loopen. Dat gekleurd suikergoed gevaarlijk kan wezen, is onlangs weder gebleken uit een treurig geval te Menschecke (Westfalen). In een gezin aldaar hadden de kinderen (een tweeling) Zondagavond het laatste moois van den Kerstboom opgegeten. Zij gingen gezond en vroolfjk naar bed, en den volgenden morgen vond men hen dood. Het bleek dat de arme kleinen vergiftigd waren door de verf van eenige der fraaie suikervoorwerpen. Den In Jan. 1897 treedt in Frankrijk de wet in werking waarbij bepaald is, dat alle verduurzaamde levensmiddelen voor het leger, in Frankrijk, zijn koloniën of protectaten moeten vervaardigd zijn terwijl de vleeschproducten afkomstig moeten zijn van inlandsch vee. Omtrent een brand in de mijn te Ostrau (Mo ravië) wordt het volgende gemeld: De brand, die vermoedelijk is ontstaan ten gevolge van een kortsluiting in de electrische geleiding, werd het eerst bemerkt door een machinist. Deze vergat in zijn vrees de ijzeren deur te sluiten, die de rook belet zou hebben zich te verspreiden door de mijn. Inmiddels had men boven de brand bemerkt aan den rook, die uit de schacht opsteeg. Dadelijk werd het bevel tot opstijging gegeven en weldra waren, op 31 na, alle mijnwerkers gered. Teneinde deze te bevrijden, daalden een aantal moedige mannen in de mijn at en na eenige vergeefsche pogingen mocht het hun gelukken de vermisten te vindeD. Toen waren echter reeds vijftien dezer dood, gestikt door den rookde anderen waren bedwelmd, doch kwamen, nadat ze in de frissche lucht waren gebracht, spoedig weder bij. Een Engelsche geneesheer geeft als remedie tegen dronkenschap aan, om twee jaar lang niets anders dan warm water te drinken, dan houdt men in het geheel niet meer van wiskey. De welbekende Londensche dr. Punch zegt daaren tegen, dat als men twee jaar lang warme wiskey drinkt, men in het geheel niet meer van water houdt. In „The Nature" deelt de heer Iugier Roger mede dat hij lichtbeelden van voorwerpen heeft verkregen uit het oog. Na ongeveer een minuut strak op een geldstuk getuurd te hebben jiethy haastig een geel gordijn voor het venster vallen en richtte terstond zijn oog op een geprepareerde plaat, die hy ook een minuut aanstaarde. Bij verdere behandeling vertoonde de plaat dan duide lijk het beeld van het muntstuk; later gelukte hetzelfde met een postzegel. Als die proeven bevestigd worden, zal men wellicht nog eenmaal, uitgaande van de bekende bewering, uit het netvlies van een vermoorde de beeltenis van den moordenaar kunnen photo- grapheeren. Purinerend, 21 Jan. Aangevoerd 115 vette kalveren 70 a 90 ct. per kg.; 71 nucht. kalv. f 12 a 24; 250 vette Varkens 26 39 ct. per kg. 43 magere Varkens £8 12. -203 Biggen f 3 a 7,; 1313 Schapen en Lammeren; 138Runde- ren en 2 Stieren. Kip-Eieren f4, a f5,— p. 100 Vette koeien, hooger in prijs, handel vlug f 0.52 a f 0,66 per k.g. Gelde koeien prijshoudend, handel vlug f 90 A f 160 per stuk. Melkkoeien, prijshoudend, handel vlug, f 150 f 180. Vette kalveren, prijshoudend handel vlug. Nuchtere kalveren, prijshoudend handel vlug. Vette varkens, prijshoudend handel matig. Magere varkens en biggen, prijshoudend, handel matig. Vette schapen, hooger in prijs, handel vlug f 18 A f 26. per stuk. O verhouders prijshoudend handel stug f 12 17 per stuk. Zaterdag 18 Januari a d Burg. Notarissen G. J. O. D. DIKKERS te Texee, en C. BOONACKER te Schagen. Een Heerenhuis met Schuur, Koepel, Erf en Tuin, groot 24,76 aren. Kooper Jn. Flens voor f 5375.— Zondag 26 Januari. HERVORMDE GEMEENTE. Burg. Voorm. 10 uur Ds. vanSchaick. Waal. Voorm. 10 uur, Ds. de Mazurè. Den Hoorn. Voorm. halftien Ds. Leffef. Oudeschild. Voorm. 10 uur de Hr. Niessink. 's Avonds 67. uur de Hr. Niessink. Oosterend. Voorm. 10 uur de Hr. van Zweden. 's Avonds 6 uur de Hr. van Zweden. Oocksdorp. Voorm. 10 uur de Hr. Bajrends, DOOPSGEZINDE GEMEENTE. Oosterend. Voorm. 10 uur Ds. Kuperus. Burg. 's Avonds 67. uur Ds. Kuperüs. Den Hoorn. Nam. 2 uur Ds. Heep. Herv. Gem. Woensdag 22 Jan. Burg. 's Avonds half zeven Ds. van Schaick. Donderdag 28 Januari. Horv. Gemeente. Oosterend. 's Avonds 7 uur de Hr. van Zweden. (Babeilezing.j Burgerlijken stand der Gemeente Texel. van 15 Jan. tot 21 Jan. ONDERTOUWD: Sjoerd Westra en Antje Abbenes. GETROUWD GeeDe. GEBORENCornells Jan, zoon van Klaas Duinker en Hendrik je Hoedenmaker. OVERLEDEN: Antje van Heerwaard9, 53 jaren, weduwe van Biem Lap en Jan Schraag, Wilhelmina Stoepman, 65 jaren, gehuwd met Maarten Doorn. Johannes Eelman, 65 jaren, gehuwd met Meinoutje Visser. Frouwtje van der Vis, 87 jaren, weduwe van Henricus Egbertus Peesch. Cornelis Zoetelief, 34 jaren, gehuwd met Maria Anna Sophia Helena Vinken Ambtshalve ingeschreven één. -H? hopen wij den 91 sten verjaardag te jH- heidenken van onze geliefde Grootmoeder Ik J? harretje kalis, Wed, A. de Wijn. Den Burg op Texel, p? Heden overleed na een kort, doch smar telijk ljjden, na voorzien te zijn van de H.H. Sacramenten der stervenden, mijne geliefde echtgenoot CORNELIS ZOETELIEF, in den ouderdom van bijna 35 jaar. Wed. C. ZOETELIEF Vinken. Burg op Texel, 19 Januari 1896.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1896 | | pagina 2